Uit de Heilige Schrift. Belijden s en School. 8e Jaargang. VRIJDAG 3 NOVEMBER 1899. No. 44. ^Veekblad gewijd aan de Belangen der Jjereformeerde Kerken in ^eeland, Noord~Brabant en Limburg. j Ds. J. HUL8EI50S, Ds. A. LITTOOIJ, l)r. L. H. WAGENAAR. MACHT EN RECHT. a j Want de HEERE is onze Rechter, de HEERE is onze Wetgever, de HEERE is onze KoningHij zal ons beh0UdeD- Jesaja 33 22. ONDER REDACTIE VAN ®och Samuel zeideHeeft de HEERE lust aan Brandofferen en Slach to fleren, als aan het gehoorzamen van de stem des Hee- ren Zie, gehoorzamen is beter dan slacht offer, opmerken dan het vette der rammen 1 Sam-. 15 22. Abonnement per 3 maanden f 0.85. Afzonderlijke nos. 3 cent. Advertentiën van 1 5 regels 80 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. V itgever: K. LF COINÏRE MIDDELBURG. Berichten, Advertentien enz., gelieve men tijdig, uiterlijk Vrijdagmorgen, bij den Uitgever in te zenden. OORLOG. I. En gy zult hooren van oorlogen en geruchten van oorlogen; ziet toe, wordt niet verschrikt; want al die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet. Mattheüs 24 6. Bij de teekenen, die naar 's Heeren Woord de komst van zi]n Koninkrijk zullen vergezel len, noemt de Koning der kerk ook oorlogen en geruchten van oorlogen. En Hij zegt ook van de oorlogenal die dingen moeten geschieden. Tot aan het einde dezer Bedeeling zullen er dan ook wel oorlogen zijn en geruchten van oorlogen. De oorlogen zijn onafscheidelijk van den zondigen staat des menschdoms. Men klaagt over de verijdelde verwachtingen, die men van de Vredesconferentie koesterde. Maar ons is uit niets gebleken, dat die confe rentie, hoe hoog, hoe aanzienlijk, hoe wijs, hoe kostbaar, rekening heeft gehouden met „de zonde" En daarom die tegenstrijdigheid, die geveinsdheid, zouden wij haast zeggen, om waar men zich;tot de tanden wapent, eene vredescon ferentie te gaan houden, daarom het verschijn sel, dat men nauwelijks van de Vredesconfe rentie te huis, eene kleine, maar op hare vrij heid gestelde natie met groote overmacht van wapenen wil gaan verpletteren. Vruchtbaarder werk dus dan vredesconferen- tiën met al het vertoon en de kosten, daaraan verbonden, te houden, zou zijnde zonde in al haar openbaringen te bestrijden, gedachtig aan het woord der SchriftGerechtigheid ver hoogt een volk; maar de zonde is een schandvlek der natiën. Tyd en geld waren beter besteed, als men de verdrukten en ellendigen te hulpe snelde, en hunne moordenaars ontzag inboezemde, des noods door het ontblooten van het zwaard. Maar terwijl de conferentiën werden gehouden, in wier midden ook de verdrukkers, kregen de arme Armeniërs geen gehoor, ja trachtte men hen zelfs met geweld ook het klagen te ver bieden. De oorlogen niet meer te doen zijn, het is, zoolang deze zondige wereld staat, een onbegon nen iCerk. Laat de handen ineengeslagen worden in kleiner en grooter, in lager en hooger krin gen, om de gerechtigheid te zoeken en te bevorderen, de gerechtigheid als vrucht van het belijden en gehoorzamen van den Koning der gerechtigheid, Jezus Christus, den Zone Gods. Of wij dan den oorlog niet verschrikkelijk vinden Gewisselijk en de ellenden, dien hij verspreidt en de wonden, die hij slaat, zijn met geen pennen te beschrijven. En wee over den roekelooze, die uit eerzucht of hebzucht of an derszins lichtvaardig de lont in het kruit werpt. Wee over de Mogendheid, die eenen oorlog doet ontstaan, waar vreedzaam overleg de geschil len had kunnen wegnemen. Vreeselijk is de oorlog, een geesel der volken, en heerlijk de toekomst van Christus' rijk, wanneer men geen leed meer zal doen op den ganschen berg zijner heiligheid. Maar tot het einde zullen er oorlogen zijn. En ook daarin de betooning van Gods toorn en zijne straffende hand over de geweldigen en gruwelijken, wion Hij het: Tot hiertoe en niet verdertoeroei Hulsebos. Van de staatkumrge mannen en van de staat kunde van onzen ti d krijgt men onwillekeurig een diep treurigen ïdruk. Telkens wordt die in druk versterkt, 'tis of de evolutie-leer, waarover Dr. Kuyper pas zoo diep wetenschappelijk ge sproken en geschreven heeft, de leer namelijk, dat het sterkere het zwakkere vernietigen moet, tot wet en regel is geworden, bijname op staat kundig terrein. De groote mogendheden toch vragen hoe langer hoe minder naar rechtwie de macht heeft en haar meer en meer kan ver krijgen, zie, dat is de vraag, waarom het gaat. Toen Amerika onlangs een oorlog begon, heette het, zelfs van reger ingswege, dat hij alleenlijk ondernomen werd uit humaniteit en om aan de Cubanen recht te verschaffen tegenover Spanje, onder wiens heerschappij zij stonden en leefden. Aan eigen machtsuitbreiding werd, zoo verze kerde geheel Amerika, niet gedacht. Verlossen van onmenschelyjke heerschappij was alleenlijk het doel. Niet het evolutie maar het christelijk beginsel dusHet deed goed dit te hooren. De christenen, bij wie recht voor en boven macht gaat, juichten het toe. Enkelen slechts, waartoe ook Ds. Gispen en prof. Noordtzij be hoorden, haalden de schouders opm. a. w., zij vreesden, dat het wel eens anders kon uit komen, indien het den Amerikanen gelukten, de Spanjaarden te verdrijvenja, dat het dan wei eens zou kunnen blijken, dat de Cubanen en andere volkeren, die eerst ganscheiyk niet in den strijd betrokken, maar ook nog aan het zwakke Spanje onderworpen waren, in casu de Filippijnen, slechts van heer veranderd wa ren zoo dat ten slotte toch de leer der evolu tie en niet die van het christendom had getriomfeerd. Dus dat het zwakke Spanje slechts plaats had moeten maken voor het sterke en steeds sterker wordende Amerika. Daar komt by, dat tydens dien stryd en later duidelyk bleek, dat de sterke de sterke, (en niet de zwakke) hielp, bij de ten uitvoer legging van het plan en de vermeerdering der heerschappij. Engeland toch zorgde, dat het plan zonder stoornis kon ten uitvoer gelegd worden. Voor de Armeniërs, die by duizenden ver moord werden, trad ook geen der sterke mogend heden in het strydperk. Voor de Finnen kwam insgelyks geene der mogendheden op. Voor de Transvaal treedt noch Rusland, noch Duitsch- land, noch Frankrijk, noch Amerika op. Aan den sterke, aan Engeland, zyn door den keizer van Duitschland, door een grootvorst van Rus land en door den president van Amerika be leefdheden bewezen, maar tegenover den zwak ke, de Transvaal, houdt men zich angstig neutraal. De zwakken moeten zich zeiven helpen, en kunnen zij dat niet, dan, naar de leer der evolutie, verslonden en vervangen worden door de sterken. Zoo was en is het, zegt de evo lutie-leer, in de geheele schepping van den beginne aan. Het sterke vernietigde het zwakke, en kwam gedurig machtiger uit het zwakke voort. Dit Darwinistische ontwikkelingstheorie Amerika, welks inwoners vóór korten tijd nog diep gevoel voor recht en vryheid hadden, is, gesteund door Engeland, mede den ongod- delijken weg der evolutie-theorie opgegaan, en moet nu, gelyk reeds uitkwam, ondanks het volk, tengevolge van zijne staatkunde, op dien heilloozen weg verder en verder. Het Amerikaan- sche volk bracht het echter nog tot het indienen van verzoeken aan den president, om toch iets te doen voor de zwakken,die thans voor recht en vrijheid strijden moeten. Het antwoord ech ter was, in den geest eener afwyzende beschik king. Immers, Engeland had Amerika, de sterkere, ook ongestoord laten begaan, meer nog, indirect geholpen zelfs, toen het de zwak kere 'tis waar, de onmenschelijk zwakkere, uit Cuba en de Filippijnen verdreef, om, ja, om deze Eilanden zelf in te palmen en er te gaan heerschen. De machtige natiën op het vaste land van Europa, die reeds lang naar de leer der evolu tie hebben zien handelen en zich daarby heb ben neergelegd, erger nog, die hebben toege juicht, waar het eigen machtsuitbreiding gold, konden het niet tot eene petitie aan hunne mogendheden brengen. Dat konden ze niet, hoewel ze, zoo goed als zonder onderscheid en zoo algemeen mogelyk den oorlog, dien Enge land in het leven riep en den toeleg, die de bestuurders dezer natie daarbij hebben, hooge- lijk afkeuren. De afkeuring toch is algemeen maar het laten begaan insgelyks. Als Engelands machtige vloot het niet belet, zullen ze misschien tusschenbeide komen, als de Transvaal en de Vrystaat zyn ten onder gebracht, en dan eischen worden gesteld, die let wel, hunne eigene belangen in Zuid-Afrika zouden kunnen benadeelen. Is dat niet het geval, dan mag macht boven en vóór recht gaan, en de zwakkere verorberd worden. By hen toch gold en geld dezelfde leer. Zoo struikelt het recht op de straten der hoogere politiek. Dat het recht der zwakkeren struikelt op de straten wordt door de hoogere politiek niet slechts meedoogeloos aangezien, maar reeds door zeer geleerde mannen in Duitschland en elders verdedigd en geprezen omdat het naar de leer der evolutie is. Waar gaan wij heen? Wat zal het einde dezer nu opkomende, ja reeds heerschende dwaling zijn? In dezen bangen strijd, die opkomt en ge streden wordt,troost en sterkt ons de wetenschap des geloofs dat er een God is, een God, die alles bestuurt en regeertalsmede, dat Hij het hooge en machtige vernedert, het zwakke sterkt ên den geringe uit het stof opricht. Plaatsen wij ons op het standpunt der evolu tie-leer, en zien wij alzoo op Engelands groote macht, tengevolge waarvan geleden verliezen telkens kunnen aangevuld en vergoed worden, dan is er geene hope, dat de zwakkere, óók ten slotte, als overwinnaar uit den stryd zal komen. En letten wij op de gangen Gods, die ons lee- ren, dat de Heere in zijne ondoorgrondeiyke wysheid en vrijmacht menigmaal toelaat, dat eene opkomende, alles beheerschende dwaling

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1899 | | pagina 1