F
Uit de Heilige Schrift.
VRIJDAG 25 AUGUSTUS 1899.
No. 34.
^Veekblad gewijd aan de
^eeland,
j^elangen der pereformeerde
oord-brabant en
Kerken
pimburg.
Ds.
J. HULSEBÜS, Ds. A. LITTOOIJ,
Dr. L. H. WAGEN AAR.
VARIA.
Van de Synode.
he Jaargang.
Want de HEERE is onze Rechter,
de HEERE is onze Wetgever, de
HEERE is onze KoningHij zal ons
behouden.
Jesaja 33 22.
ONDER REDACTIE VAN
och Samuel zeide Heeft de HEERE
lust aan Brandofferep en Slachtofferen.ala
aan het gehoorzamen van de stem des Hee-
ren Zie, gehoorzamen is beter dan slacht
offer, opmerken dan het vette der rammen
1 8am. 16 22.
Abonnement per 3 maanden f 0.35. Afzonderlijke nos.
3 cent. Advertentiën van 1 5 regels 30 cent, iedere
regel meer 5 cent. Familieberichten van 1—5 regels
50 cent, iedere regel meer 10 cent
Uitgever:
K. LE CO I NT RE
MIDDELBURG.
Berichten, Advertentien enz., gelieve men
tijdig, uiterlijk Vrijdagmorgen, by den
Uitgever in te zenden.
DE ROEPING VAN GODS VOLK.
H.
Maar gij zijt een uitverkoren geslacht,
een koninklijk priesterdom, een heilig
volk, een verkregen volk; opdat gy
zoudt verkondigen de deugden desge
nen, die u uit de duisternis geroepen
heeft tot zyn wonderbaar licht.
1 Petri 2 9.
Naast den oorsprong vinden wy hier den aard
en hoedanigheid van Gods volk geteekend. Het
is een uitverkoren geslacht. Het is een bizonder
volk voor den Heere. Het is met goddeiyke
voorrechten begiftigd en met goddeiyk licht be
straald, een duur gekocht en verkregen volk.
Er zyn geen namen, groot en heeriyk genoeg
om uit te drukken, wat dat volk door Gods
genade is. Het is een koninklijk priesterdom.
Dit zyn dezelfde woorden, maar anders geplaatst,
waarmede reeds onder den ouden dag, (Exodus
19 6) Gods volk werd genoemd. Daar heet het
uit den mond des Heeren door den dienst van
Mozes„En gij zult mij een priesterlijk konink
rijk en een heilig volk zijn." Gy zietonder den
ouden gelyk onder den nieuwen dageen zelfde
volk, gelijk van afkomst en gesteldheid, maar
onder den nieuwen komt alles nog meer in vol
len rykdom uit. Onder den ouden dag een ko
ninkrijk, in welks midden het priesterschap,
de dienst Gods, zich heeriyk openbaarde, onder
den nieuwen dag zyn alle Gods kinderen pro
feten, priesters, koningen. Als profeten kennen
zij den Heere, als priesters mogen zy Hem vry-
willig dienen en verheerlijken, als Koningen
zyn zy vry van de dwinglandy der zonde. Zoo
zijn zy een afgezonderd, een heilig volk.
Volgt nog de uitnemende roeping. Opdat gy
zoudt verkondigen de deugden desgenen die
u geroepen heeft uit de duisternis tot zyn
wonderbaar licht. Verkondigen is hier het
woord, waarmede en waarin is samengevat de
geheele Beiydenis en Openbaring van Gods volk
en het leven hunner ziele, zoowel hier, als in
volkomenheid hiernamaals. Verkondigen is iets
luid en duidelyk voor anderer ooren bekend
maken. Dit is de zalige roeping. Voor de over
heden en de machten in den hemel en op de
aarde de ondoorgrondelijke wysheid Gods be
kend te maken. De deugden Gods te roemen in
woord en wandel, die in het werk der verlos
sing zoo bizonder uitblinken.
En dat verkondigen moet geschieden door
ieder lidmaat van den Heere Christus, maar ook
door de leden samen als Gemeente, als kerk
in al het schoone van haar geestelyke organi
satie onder Christus als Hoofd.
Maar achin hoeveel stryds, onder hoeveel
struikelen moet dat alles nog hier gekend en
gesmaakt en beoefend wordenZal het vol
maakte komen Ja, het zal gekomen zyn, wan
neer Christus zyne kerk als eene reine maagd
den Vader zal voorstellen, wanneer alle vlek
en rimpel zal zyn weggenomen, wanneer de
verloste, aan Gods wegen gewend en verlost
van alle smet der zonde Hem eeuwig zal ver
heerlijken en grootmaken. Ja, zy sterven om
eeuwig te leven en in alle volmaaktheid door
Hem, Die hen heeft liefgehad en gekocht met
zijn bloed, als koningen en priesters God te die
nen in zijnen tempel.
Maar is dit alles niet te hoog en te heerlijk
Neen, het is het doel Gods met de verlossing,
met den weg der zaligheid, zyne uitverkorenen
volmaakt te stellen in Christus voor Hem. En
wie hierin zyne verlustiging niet kan vinden,
hoe kan hy een kind Gods zijn.
Wel heeft dat kind Gods zich zeiven aan te
klagen wegens zyne ellende en gebrek. Wel
heeft de Heere zich te beklagen voor Zyn volk.
Maar toch, zy zyn er in Christus Jezus toe ge
grepen. En daarom, die bedroefd zyn vanwege
hunne zonden, die bedroefd zijn vanwege het
uitwonen van den Heere, die bekommerd zyn
vanwege het leven Godsdat zy de toevlucht
nemen tot den troon, dat zy zien op het vol
brachte werk, dat zij pleiten op de toezegging
des Heiligen Geestes.
Maar, hoe schrikkelyk het lot van hen, wier
eere is in hunne schande (het leven buiten God),
die aardsche dingen bedenken.
Een kouinklijk priesfcdfuoin te zyn, de deug
den Gods te verkondigen, ziedaar de roeping
van Gods volk in 't verborgen, in 't openbaar,
in het gemeenteleven, in de saamvergaderingen,
waar wij ook in den geest tegenwoordig behoo-
ren te zijn. De Heere doe het zyn volk alom
verstaanDan zal ook de zegen zichtbaar zyn
en Gods Naam worden verheeriykt, dan zal het
leven worden geheiligd en versterkt, de blinde
heidenen worden toegebracht en de afkeerigen
tot God bekeerd. Hulsebos.
II
De beslissing over de opleiding.
Vrijdagochtend 16 Augustus kwam de Sy
node van Groningen bijeen in eene stemming
van spanning en smart. Bedruktheid teekende
zich af op aller aangezicht. Ach de broe
deren wisten het reeds, ze zouden een liefiyke
hope, dat 't thans toch tot 9amenbinding van
Universiteit en Theol. School zou komen
ten derde male moeten begraven.
Op een der vorige zittingen was eene Com
missie voor prae advies benoemd, waarin o. a.
eenerzyds Dr. Bavinck met Bos en Littooij en
zelfs onze Goesche afgevaardigde br. M. de Jonge
zitting hadden bekomen en anderzyds o. a.
prof. Rutgers met Ds. B. van Schelven waren
gekozen.
Deze broederen nu waren 'teens geworden,
dan ach 't was een geheel negatieve een
heid men zou het voorstel van prof. Bavinck
maar van de tafel nemen en concludeeren, dat
de tyd er nog niet voor ryp bleek om School
en Universiteit saam te brengen.
Daarby moesten maatregelen gezocht worden
om de positie der „eigen" inrichtingen te ver
sterken.
Met een fijn gesteld stuk kwam deze com
missie op de Synode en er volgde nu een
in het slot zeer belangryk debat.
Prof. Lindeboom sprak het allereerst. Hem
dacht dit voorstel niet doelmatig. Wy biyven
in de moeite. Hy wenschte nu te komen tot
een principieele beslissing over 't recht der
Kerken. Aan de onzekerheid, hoe 'tmet de
School gaan zal, behoort een einde te komen.
Dan zal ze weer grooten steun ontvangen. Prof.
L. maakt zich sterk, dat als hij dan 3 maanden
rondreist om voor de School te spreken, hy
tienduizenden zal verzamelen. Voorts verhaalde
zyn Hooggeleerde de Synode van een oud
vrouwtje, dat zoo bezorgd wasSterk keurde
prof. L. voorts af, dat er onlangs een nieuwe
Hoogleeraarsbenoeming had plaats gevonden.
Ten slotte werd zyn Hooggeleerde zeer gemoe-
deiyk en riep uit: Ik stel voor, dat wy het
laatste jaar dezer eeuw besteden om den Troon
der genade aan te loopen opdat de aanstoot
worde weggenomen, eer de 20ste eeuw komt.
Laat ons positie kiezen en den eisch stellen,
dat de benoeming van de prof. in de Theol.
faculteit aan de kerken kome, voor Januari
dit voorstel bij de Vereeniging indiene en in
't volgend jaar in buitengewone Synode haar
antwoord overwegen
Prof. Rutgers staat nu op, doch is blijkbaar
niet in zijn kracht. Hy acht 't volkomen doel
loos, thans te debatteeren. In den boezem der
kerken is het verschil te groot. Het is on-
mogeiyk, thans tot een besluit te komen.
Prof. Noordtzij zal maar een „kort woord"
spreken.
Hy gaat met 't advies der commissie meê,
toch moet hem een en ander van het hart.
Hy oordeelt, dat men zich niet genoeg verge
wist heeft van de bedoeling van het voorstel-
Bavinck. Ook was het niet recht tegelijk te
zeggen„'t is met een kleinigheid goed te
maken" en „het raakt kant noch wal." Prof.
Noordtzij ontsierde zyn goed woord door't ver
haal, dat een baardeloos jongmensch gezegd
zou hebben„ik acht 't voor my te min om
aan de voeten van Dr. Bavinck te zitten." Als
dit zoo is, dan was dat zeker een van de Gene-
stets „theologen zonder baard", die de ondeu
gende dichter de slechtste schepselen dezer
aarde noemt.
Prof. Biesterveld uitte zyn diepgevoeld leed
wezen, dat de commissie hier tot zulk een
voorslag komen moest en hield vol, dat in
't Voorstel-Bavinck aan geen enkele principe
werd te kort gedaan. De benoeming van de
professoren in de Theologie aan een Universi
teit door de kerken, deert het Universitair be
ginsel niet. De voorslag van prof. Lindeboom
acht spreker beneden de waardigheid der Ker
ken.
Nu krijgen de afgevaardigden het woord.
Ds. Notten is 'theelemaal met prof. Biester
veld eens en heeft er niets aan toe te voegen.
De afgevaardigde prof. Wielenga kan dat ook
zeggen, doch heeft er nog wel een woordje by.
Hy waardeert 't vredelievend pogen der com
missie, doch hy vreest nu voor de toekomst.
De stryd zal blyven.
Onze Academici zullen natuuriyk doorwerken.
Nu waarvan Rebecca zwanger is, dat
moet Rebecca baren.
Wy hebben het Juiste oogenblik voorby laten
gaan. Eenheid van opleiding is nood der tyden.
Er is slechts ééne lichtzyde, deze, dat de
brandspuit nu nog niet ingesloten wordt in het
gebouw, en dus, als er brand komt, niet mee
verbranden zal.