VRIJDAG 18 JUNI 1897. ^Veekblad gewijd aan de ^Belangen der Gereformeerde |(erken in ^Zeeland, ^oord-^rabant en J^imburg. l)s. J. HULSEBOS, I)s. J. H. FERINUA en Ds. A. LFTTOOIJ. Uit de Heilige Schrift. KERK. Gevaarlijk, 6e Jaargang. No. 25. Want de HEERE is onze Rechter, de HEERE is onze Wetgever, de HEERE is onze KoningHij zal ons behouden. Jesaja 33 22. ONDER REDACTIE VAN Doch Samuel zeideHeeft de HEERE lust aan Brandofferen en Slachtofferen, als aan het gehoorzamen van de stem des Hee- ren Zie, gehoorzamen is beter dan slacht offer, opmerken dan het vette der rammen. 1 Sam. 15 22. Abonnement per 3 maanden f 0.35. Afzonderlijke nos. 3 cent. Advertentiën van 1 5 regels 30 cent, iedere regel meer 5 cent. Familieberichten van 1-5 regels 50 cent, iedere regel meer 10 cent. Uitgever: K. LE CO INT RE MIDDELBURG. Berichten, Advertentien enz., gelieve men tijdig, uiterlijk Vrijdagmorgen, bij den Uitgever in te zenden. HET LAATSTE WOORD DER SCHRIFT. „De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. Openbaring 22 21. Het eerste woord des Bijbels is verheven en rijk. Het verklaart alles. Het omvat alles. Het beloofd alles. Alles ligt, wel bezien in dat eene woord besloten. En Gij hebt slechts de herhaling van dat „In den beginne" in den aanhef van Johannes' Evangelie te lezen, om te gevoelen, hoe majestueus zulk een aanvang is. Met dat eerste woord des Bijbels zeer nauw verwant is het laatste woord der Schrift. Ge lijk de aanvang zoo ook het einde. En noch thands dat einde wederom hooger, ja als 't ware toppunt, ten aanzien van dien aanhef. Wat nog niet in dien aanhef zoo klaar kon uitge sproken worden, is ons zeer klaar in het slot woord van het Nieuwe Testament. Liefelijke overeenkomst In de Scheppingsgeschiedenis vangt de Heere aan met het doen en laat dit overgaan in de werkzame Sabbathsruste van het weldoen. Hy vangt aan met scheppend makenen laat dit overgaan in volmaken. Hy vangt aan met iet uit niet in 't aanzien roepenen het heer lijk besluit is het geschapene zegenen. Zoo ook met geheel den BijbelDe aanvang is GenesisHet boek der oorsprongen. Het einde is de zegen des Heeren. Desgelijks met den Christus: Aanvang zyn wonderbaar oorsprong kiezen en nemen in het menschelijk geslacht. Einde een heengaan en zegeningen de belofte van een „alzoo" dus wederom zegenend wederkomen. En in dit alles opklimming. Want de Schepping was door de zonde van den Schepper losgescheurd. De schepselen wa ren door de wanschapen makende zonde tot wanschepselen geworden. En wel lag in het „God schiepde mogelijkheid van Heilmaar de verwerkelijking van dit Heil der herschep ping is eerst vervuld in Golgotha's kruis. De zegen, die het eind der Openbaring afsluiten zal, moet in dat kruis wortelen, van dat Heil spreken, van den Christus getuigen. „God schiepmoest het aanvangswoord we zen. Maar het slotwoord moet een ander zijn. Slechts één woord is mogelijk als slotwoord „Genade". Wie een heilige en dierbare taak uit de hand geeft, kan dit niet anders dan zegenend doen En wanneer de laatste Bijbelbladzyde geschrt. ven en aan de andere toegevoegd is, wat an- ders dan zegening kan dan het slotwoord zyn De hand, die helpen mocht, kan het mogeiyk niet 'meer. De voet, die dienen mocht, is mis schien als gebonden. Het oor, dat alle harts- ontboezeming hoorde, is wellicht verwyderd. Het oog, dat in de harten lag en van innig aandeelnemen getuigde, is soms tot geen zier in staat. Maar het hart is niet te scheiden of te verwy deren. Het hart blyft en dringt. Het doet de knieën zich buigen tot smeeking. Het doet het oor zich spannen naar verhooring. Het doet de handen heffen naar omhoog. Kan wie henengaat of verre is, of aan het einde kwam, U niet zegenen De Heere nu des vredes Zelf geve U dan vrede te allen tijde in allerlei wyze 1" Aan Hem zy opgedragen (ja bijna opgedrongen) wie op des arbeiders ziel was gebonden. Daar kan niet anders dan ze genend smeeken zyn in des scheidenden ar beiders hart. Ook met die behoefte rekent onze God. Zelfs Zijn Bijbelschrijvers deen alzoo Ligt daarin niet ipts als een onderpand en een belofte voor het hart, dat om zegen op het arbeidsveld roept Na negen onvergetelijke jaren in het Zuiden moge schrijver dezes in deze Kerkbode tot net Zuiden blijven spreken, en zoowel door de Zen ding (als Deputaafe tot ./wekking van de Liefde daartoe) als door zijn verhouding tot België aan het Zuiden verbonden blijven, bij zijn heengezonden zijn naar het Noorden, onder gaat toch de oude verhouding onverbiddelijk verandering. De Kerken in de eerste worste ling der doleantie aangetroffen. Werkendam, Sprang, Capelle, Helmond,of waar de eerste Kerkeraadsbevestiging door hem geschiedde Vrijhoeve-Capelle, Helenaveen, Fijnaart, Wil lemstad, Moerdijk, Bergen-op-Zoom, Raanas- donk met Zwaluwen, Geertruidenberg en Drim- melen de Kerken van Zeeland van Brabant uit medegediend, en mede Brabant ten steun; voorzeker kan hij ze nog dienengewis is zijn hart tot haar dienst steeds ten zeerste bereid. Wat hebben wij samen doorleefd Wat wonderwerken des Heeren gezien. Wat smart en smaad samen gedragen Wat ontbe ringen en vermoeienissen samen geleden Wat blijken, anderzijds, gezien, dat God met ons was, en onzen arbeid beiderzijds sterkte en kroonde door Z(jn zegen En Klundert, Klundert, waarvoor stoffelijk nöch geestelyk een opoffering ooit te groot is geacht. Klundert, dat in Noord-Brabant en Limburg een zoo eenige positie heeft ingeno men. Klundert met zijn vervolgingsprocessen en deurwaardersbezoeksn en Kerksluiting en Kerkbouw en pastorieoprichting. Klundert met zijn Biduren en Catechisatiën, sterfbedden en opwekkingen. Wat al lief en leed in negen zoo onvergelijkelijk volle jaren als zij alken na 1887 konden zijn, sints 1835 en 1574 voor bij waren. Waarlijk, wie zoo aan dit Zuiden denkt, ge voelt iets van wat de Psalmist zeideJeru zalem, met al zijn goed en kwaad zoo ik u verge te, zoo vergete myne rechterhand zich- zelven. De banden die schrijver dezes aan het Zuiden binden, kunnen niet worden verbroken. En toch is de oude arbeidsbetrekking ten eindten weêr gaat een van hen, die voor het Zuiden die vrede zochten, weg van daar. „De Heere nu des vredes zelf geve u vrede En dat kan alleen in den weg, dien vele trouwe arbeiders zoo ernstig en veelvuldig aan het Zuiden hebben bewezen. Dit kan alleen door het Evangelie, dat ook schrijver dezes door Gods genade deze jaren als het eenig Evangelie aan het Zuiden heeft mogen brengen Het Evangelie der Genadeder schuld verge ving door des Middelaars bloed. De Genade van onzen Heere Jezus Christus. Het Heil der Heilloozen in Zijn lyden leven en sterven en in Zijn Heilbrengende verheerlijking. De vergeving der zonden yoor wie toevlucht neemt tot Zijn bloed. De scheidende Bybelschrijver kan niet nala ten, dat aan zyn lezers te wenschen. En wat kan schryver dezes anders, dan het laatste Bijbelwoord te maken tot zijn bede Een bede, waaraan het blijde „Amen" der belofte door Gods Geest zelf is toegevoegd „De Genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen" Feringa. Er bestaat een kwaad onder de zon, waar tegen veel te weinig gewaarschuwd wordt. Ik meen de verkeerde lectuur. Men waarschuwt, en zeer terecht, tegen alle misbruik van bedwelmende dranken. Men getuigt met alle kracht, en wie zou het laken, tegen de ontucht. Maar heeft de drank er honderden verslagen, de ontucht duizenden, de slechte lectuur telt hare slachtoffers bij tien-duizenden. Het wemelt van boeken, welker inhoud tot niets goeds dient. Onware karakterteekemngen, gezochte intri ges en verderfelijke moraal zyn de kwade eigenschappen van de meeste boeken. De kinderen verslinden deze boeken, want ze zijn doorgaans boeiend geschreven. Als men eenmaal bezig is, kan men bijna niet ophouden. Men wil het einde weten. De ontknooping wordt met spanning tege moet gezien. Men is gejaagd en zenuwachtig. En als het boek ten einde is, als men de geschiedenis weet, welke invloed heeft dan zulke lectuur op het jeugdig geslacht Helaas, menige jongeling is de wereld inge gaan, omdat hy met de wereld en haar klater goud bekend was geworden door de lectuur zyner jeugd. Menige jongedochter is een oorzaak van ver driet voor hare ouders geworden, omdat z# hare wenschen niet bevredigd kon krygen, en daarom ontevreden werd. Waarlijk de oogen van de christenouder» mogen wel voor dit vreeselijk kwaad opengaan. Slechte lectuur is geen kwaad, dat aanstonds doodt; neen, het is een langzaam werkend vergif. Daarom zien velen de treurige uitwerking eerst, als het te laat is. Is het niet wonderlyk? Daar zyn christen-ouders, die hunne kinderen volstrekt niet om willen laten gaan met kin deren, die midden in de wereld leven. Onzes inziens, zeer terecht. Maar hebben zulke ouders wel eensbedaeht, dat het meest wereldsch gezelschap door boeken binnen hun woning komt en de kinderen vaak

Krantenbank Zeeland

Zuider Kerkbode, Weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken in Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. | 1897 | | pagina 1