Ruwe Handen
abonnement:
Maandag 9 Maart 1931. zierikzeesche courant. "v*
advertenties
EERSTE BLAD
Inzending Advertentiën
Aanbesteding.
feuilleton.
Hat Huis van dsn Graaf
Uit Stad en Provincie.
h(a pet 8 •uundum f 1,50,
fneoo per peit f 1,80. Voor hei
buitenland per jou f 10,
Ahoudedgks nnmiusr» 6 eeai.
V«r«obgnt Mud., Vul, en Vtjjd.
Tel Ho. 82. - Postgiro 13767T.
Zierikzeesche 0 Nieuwsbode
No. 12128
:.-8U»i!m; H. J. tDST».
iu 18 regels 80 ets., rei 1
regels en doorboren 20 ets. per
regel. Reclames 80 ete. p. regel.
BJ) eontroet belangrjjke kortisg.
Insending op den dog ns uit-
gore vóór 10 ar*.
Olt nummer bestaat uit 2 bladen.
La - 1 - -
■Itarlllk lO aar ao Isa 1st V. uitdoof
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
ran Zienkxee zullen, op Woensdag
II Maart a a des namiddag, te 2
uur, in het Raadhuis, in het openbaar
trachten aan ta besteden
a. Hot VERMAKEN van 300 School
banken (in partijen) en
b. Het SCHILDEREN der vermaakte
Schoolbanken.
Aan het Bureau van Gemeentewerken
zijn omschrijvingen verkrijgbaar en
worden iederen werkdag dea voormid
dags tusachen 9^ uur ea 11 uur, inlich
tingen verstrekt
Zierikzee, den 6 Maart 1931.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
A. TIMMERMAN Cz wad. Burgem.
F NAEREBOUT wad Secretaris
Wellicht zijn wij allen gelukzoekers.
De boosdoener evengoed als de mensch,
die naar het goede streeft. En zoolang
wij nog zoekenden zijn, hebben wij dat
geluk nog niet gevonden. We maken nu
een tijdperk in de geschiedenis der
menschheid mee, waarin dat doel verder
dan ooit verwijderd schijnt, terwijl het
verlangen ernaar als een machtig hon
gergevoel de gansche aarde in onrust
houdt.
Op de vraag, welke door alle tijden
heen gesteld is, wat geluk toch eigenlijk
wel wezen moet, is nog nimmer het
juiste antwoord gegeven, dat aan ieder
bevrediging zou kunnen schenken. Dat
bewijst weer hoe persoonlijk en daar
mede hoe betrekkelijk die toestand wel
is. Want wat voor den een en mensch
geluk beteekent, zou een ander soms
onverschillig kunnen laten, terwijl weer
een ander het misschien als ongeluk zou
aanvoelen.
Het geluk voor ieder schepsel is dat,
wat voor zijn willen, streven, voelen en
denken het hoogste is. Elk wezen heeft
een verlangen of ideaal overeenkomstig
zijn eigen natuur, 't zij, dat goed of
kwaad, hoog of laag is en ieder koestert
in zich den drang tot verwezenlijking
hiervan. Is het een schijngeluk, dat langs
verkeerde paden gezocht wordt, dan zal
de bereiking ervan slechts zeer korten
tijd bevrediging geven en onvermijdelijk
in ongeluk verkeeren. Deze bittere erva
ringen zijn dan ook noodig om tot de
erkentenis te geraken, dat veel, misschien
alles, van hetgeen men „geluk" of „on
geluk" noemt, geen spel van 't blinde
toeval is, doch dat ieder de gevolgen
moet dragen van hetgeen hij zelf ver
wekt heeft.
Deze wetenschap op zichzelve is nog
niet voldoende, maar toch kan zij alvast
helpen om de hindernissen op te sporen,
welke de verwerkelijking van het ware
geluk in den weg staan.
Wie dan onzuiverheid, verwarring en
willekeur in zijn leven duldt, zal ver
driet en lijden niet kunnen ontgaan; wie
echter naar klaarheid en orde streeft
en in de eerste plaats let op de inner
lijke noodwendigheid der dingen, zal veel
ongelukkigs zien verdwijnen.
Dat wil echter nog niet zeggen, dat
deze betere leefwijze alle aanleiding tot
5 Naar het Engelsch.
„Je hebt dan al in korten tijd een
bijzonder goeden indruk gekregen van
Miss Williams", zei Mrs. Tweedie glim
lachend. „Ze is mooi; daar gaat niets van
af! Maar vertel eens even: heeft je va
der al eenige orders gegeven betreffen
de het Huis van den Graaf? Ik hoor,
dat het zoo bouwvallig wordt, dat één
dezer dagen het dak nog wel eens zou
kunnen instorten".
„Hij weet er alles van, maar of hij
er iels aan doen zal, is een andere
vraag. Volgens zijn opvatting heeft nie
mand het recht, om er zoo dicht bij
te komen; dus als zij dit toch doen, dan
is het hun eigen schuld, wanneer zij
een ongeluk krijgen".
„Maar hij moest dan toch een hek
laten zetten aan den kant van het huis,
naar het dorp toe. Ik zal zien, dat ik
er hem Zondag eens over spreek".
„Van het Huis gesproken: hoe vreemd
deed Grusha daar zooeven hé?"
„Ja, wel vreemd. Maar ze is eenmaal
een eigenaardig wezen. Sacha zegt, dat
zo haar in het dorp toch al voor een
heks uilmaken; maar ik weet niet, hoe
daaraan komen".
ongeluk verre zal kunnen houden. Er
kunnen dan toch nog groote moeilijk
heden of nooden voor ons zijn wegge
legd, waarin we buiten ons toedoen als
vanzelf toch nog onvermijdelijk belanden
zullen.
Voor hem, die dan van binnen uit
kan leven, worden de nood en moeilijk
heden tot een oefenschool, waar men de
echte geluksstaat kan verwerven. In zulk
een sterk stroomend leven groeit de
levensmoed door eiken weerstand, elke
tegenwerking, elke plicht, elke daad en
elke overwinning. Zulk een mensch laat
zich door geen enkele moeilijkheid meer
imponeeren. Hij heeft daarvoor dan reeds
te veel beleefd. Hij blijft dus rustig en
heeft het rotsvaste vertrouwen, dat alles
goed zal komen, ja, dat alles goed is,
hoe de afloop ook zij. En dit besef is
een deel van hemzelf geworden, daar
hij het veroverd heeft op eigen'ervaring.
Het geluk is een mysterie, dat ontoe
gankelijk is voor het begripsvermogen
en zich slechts openbaart aan ons in het
leven zelf, in de directe gevolgen van
een waarachtig leven. Zoo kan het geluk
slechts duurzaam vermeerderen naarmate
dit innerlijk leven groeit en sterker
wordt.
Langen tijd stond de mensch hulpe
loos tegenover de macht van wilde na
tuurkrachten, totdat hij tot kennis der
natuurwetten gekomen, door toepassing
hiervan tot zekere hoogte meester werd
over de natuur. Hierbij zal het wel blij
ven. Nog hoogers staat hem te wachten.
Want gelijk de vergankelijke, aardsche
mensch de aarde, zoo zal misschien een
maal de hemelsche onvergankelijke
mensch in hem, den Hemel van 't geluk
kunnen beheerschen.
B INNEN LAND.
LIBERAAL STANDPUNT IN ZAKE DE
CRISIS.
De algemeene vergadering van de
liberale staatspartij „De Vrijheidsbond"
is Vrijdagavond te Deventer aangevangen.
In zijn openingsrede maakte de voor
zitter, de heer mr. D. Fock, eenige alge
meene opmerkingen over den politieken
toestand in ons land en stond vervol
gens stil bij de wereldcrisis, welke zwaar
drukt. Ook ons land ondervindt de ge
volgen er van in. ruime mate, maar toch
mag gelukkig worden geconstateerd, dat
wij er hier minder van merken, dan in
vele landen om ons heen, hetwelk onge
twijfeld een gevolg is van het feit, dat
ons economisch leven, dank zij ons hier
te lande gehuldigd handelsstelsel, veel
minder kunstmatig in stand gehouden
bedrijven kent dan elders.
Intusschen is het noodzakelijk om le
venskrachtige bedrijven, die zwaar ge
troffen zijn en dreigen te niet te gaan
over deze moeilijke tijden heen te helpen.
Hierbij dacht de heer Fock in de eerste
plaats aan den landbouw. Ongetwijfeld
heersc'ht daar door den ongekenden prijs-
val een zeer buitengewoon ongunstige
toestand. De kwaal te onderkennen is
echter gemakkelijker dan haar te ge
nezen. Dit neemt niet weg dat toch op
de regeering ook de plicht rust om onze
in nood verkeerende landbouwers te
steunen. Zonneklaar is wel gebleken de
groote behoefte aan de spoedige instel
ling van een economischen voorlichtings
dienst, zooals de commissie-Posthuma ook
heeft aanbevolen en waarvoor nu einde
lijk door de regeering een toezegging
is gedaan. Voorts wreekt zich thans,
aldus spr., het gemis aan een ministerie
van Landbouw, waarop door onze afge
vaardigden in het Parlement zoo her
haaldelijk is aangedrongen. Het is onze
groote grief tegen deze regeering, dat
zij niet heeft ontworpen een vast plan
waarnaar zij onze wel levenskrachtige
bedrijven, die thans door de crisis ge
troffen zijn, tijdelijk steun wil verleenen,
doch dat zij slechts telkenmale is ge
„U weet toch zeker wel, dat ze zich
ophoudt in een kelder van het Huis?:
„Dus daar woont ze dan? En het Huis
is al ruim een halve eeuw1 in verval".
„Toch woont ze er. Vader heeft ge
zegd, dat ze haar gang maar moest
gaan; dat het hèm niet schelen kon.
Wassili is het hem komen vragen".
„Wassili had haar een thuis moeten
bezorgenHij heeft 't goed. Jack geeft
hem een hoog loon".
„Ja, hij is een van de beste jachtopzie
ners; maar ik geloof niet, dat hij veel
liefde voelt voor zijn grootvader en om
gekeerd. Eva hield niet op, of ik ging
eens met haar kijken, hoe de oude in
haar vorige woning zat, en ik moet zeg
gen: het was geen vorstelijk verblijf!1
„Dat was heel lief van Eef. Ben je
je dus met haar naar Tershy geweest?"
„Ja, en we hebben nog veel moeite
gehad, om de plaats uit te vinden. Ze
zat daar in een soort hol, kan je wel
zeggen; althans we waren het er over
eens, dat ze in den kelder van het Huis
nog veel beter was gelogeerd. Dus heb
ben we haar een roebel gegeven om te
verhuizen".
„O, nu begrijp ik, waarom Grusha dan
ook zooveel zegeningen over jullie bei
der hoofd uitsprak. Ik meende haar nog
te vragen, hoe zij daar zoo toe kwam
Maar waarom heb ik daar nooit eens
eerder van gehoord?"
„Och, het was maar een paar dagen,
tE VLISSINGEN
HEEFT DE TEWATER
LATING PLAATS GE-
HAD van het stalen enkel-
Bchroef motorvrachtschip
„Kota Nopan" van de
Maatsch ij „De Schelde"
gebouwd voor den Rotter-
damschen Lloyd. Mevr.
Eyken-Slny tersechtge-
noote van den burgemees
ter van Ellewoutsdijk ver
richtte de tewaterlating.
Het schip verlaat de
helling
komen met wetsontwerpen, die alleen
op een bepaalden tak van bedrijf betrek
king hebben. Daardoor is het onmogelijk
om te kunnen overzien, welke economi
sche en financieele gevolgen deze steun
verleningen hebben. Ten aanzien van
den landbouw, zijn ook verder nog doel
treffende maatregelen in dezen tijd te
nemen zooals b.v. de afschaffing van
den vleeschaccijns, uitgebreider toepas
sing van de landbouwuitvoerwet, ver
laging van keurloonen en andere kosten
aan den uitvoer van vee verbonden en
dergelijke.
Verder betoogde de heer Fock de
wenschelijkheid te komen tot een spoe
dige invoering van Staatspensioen, dat
thans meer dan ooit is een dringende
eisch des tijds. Ten slotte wekte spreker
allen, die streven naar samenwerking
en naar een zoo groot mogelijke vrijheid
voor individu en maatschappij op, de
liberalen te stemmen.
ZIERIKZEE. Dat men zich nog niet
zoo heel warm maakt voor de komende
politieke gebeurtenissen, e.q. de nade
rende provinciale staten- en gemeente
raadsverkiezingen, bewees de openbare
vergadering, welke de afdeeling Zierik
zee van den Vrijheidsbond j.l. Woensdag
avond in Hotel „Juliana" had belegd.
Daar de Provinciale Boot, welke den
spreker voor dezen avond hierheen zou
voeren, geruimen tijd op zich liet wach
ten, opende de voorzitter, de heer P.
Kooyman, ruim een half uur over tijd
de bijeenkomst en sprak een woord vaa
welkom tot de in matige getale opge
komen aanwezigen. Voorts deelde hij
mede, dat de uitgenoodigde spreker Mr.
G. A. Boon, door onverwachtsche ziekte
verhinderd was te komen,- doch dat in
diens plaats de heer H. Groenewoud
bereid gevonden was de spreekbeurt te
vervullen. Tevens nam spr. de gelegen
heid te baat hulde te brengen aan het
aftredende Statenlid, de heer A. v. d.
Weijde, die hij in een korte toespraak
dankte voor al hetgeen hij gedurende
zijn zittingsperiode voor den welstand
van Zeeland in 't algemeen, en voor die
van Schouwen—Duiveland in 't bizonder
heeft gedaan. Hoezeer de afdeeling het
heengaan van den heer v. d. Weijde be-
betreurt, hoopt zij toch dat deze nog
lang van zijn welverdiende rust zal mo
gen genieten. (Applaus) In enkele woor
den dankte de heer v. d. Weijde, den
voorzitter voor het door hem gesprokene
en zeide, dat z'n leeftijd hem genoopt
heeft zich uit de Staten terug te trekken,
waar hij, met wijlen zijn trouw mede
lid, de heer J. W. van Oeveren, en sinds
2 jaren met den heer L. Doeleman, een
goede leerschool heeft doorgeloopen.
Naar sprekers meening is nu de beurt
aan anderen. (Applaus).
Het wachten was nu op den spreker,
die eenigen tijd later verscheen en na
een korte inleiding van den voorzitter
zijn rede aanving. Deze rede hield niet
in wat velen ongetwijfeld.verwacht had
den, n.l. een propaganda voor de Staten
verkiezing, doch de heer Groeneveld be
paalde zich er bij, aan de hand van
enkele punten van het onlangs door het
Hoofdbestuur van den V.B. tot het Ned.
volk gerichte manifest, het elericale be
wind van de laatste 30 jaren benevens
de houding der S.D.A.P., onder de loupe
te nemen. Spr. achtte de regeeringspe-
riode van rechts een zeer leerzame voor
iedereen, vooral voor het jongere ge
slacht, want, vroeg spreker wat is er
terechtgekomen van de schoone beloften,
die steeds aan het kiezersvolk werden
gedaan, de eischen die in de program
ma's waren neergelegd? Door wetgeving
werd getracht 't volk te kerstenen, beter
dan de liberalen dit in de vorigen eeuw
hadden gedaan, maar als er een christe
lijke regeeringsdaad aan de orde kwam
bleek maar al te duidelijk de scheuring
en tegenstelling in het rechtsche kamp.
Hoe armoedig steekt het werk der laatste
30 jaren af bij datgene dat de liberaler
sinds 1848 hebben verricht: de grondwet
van 1848, de organieke wetten, de Prov.
wet en de Gemeentewet, zij allen zijn
nog schier ongewijzigd van kracht. En
wat waren de vruchten van het rechtsche
bewind? Jaar in jaar uit werden meer
bacillen uitgestrooid om onze volkskracht
en nationaliteit te ondermijnen.
Als gevolg van de verderfelijke school
politiek werden splitsing, verbrokkeling
en verwarring steeds grooter, terwijl de
lasten onnoemelijk hoog werden opge
voerd. Spr. citeerde hierbij het dezer
dagen verschenen rapport van de Staats-
commissie-Rutgers, en noemde het werk
voor ik de meisjes weer naar school
bracht, na de Kerstvacantie, en u was
niet goed, toen, weet u nog wel? We
hadden niet eens afscheid bij u kunnen
nemen".
„Dus die arme Grusha woont zoo al
leen op het „spookhuis?" Nu begrijp ik
ook, dat ze haar op het dorp een „heks"
noemen. Enkel heksen zijn niet bang
voor spoken, zeggen ze!"
Op dit oogenblik kwam er een heele
stroom nichtjes binnen, zoodat het ge
sprek meer algemeen werd en Grusha
voor eenigen tijd vergeten was.
HOOFDSTUK III.
Mary Williams was naar St.-Peters-
burg gegaan met Margot Franke, een
van een huisgezin met vijf aardige meis
jes, waarvan de oudste met een Huish
was getrouwd. Voor de leus was de
gezelschapsdame daarheen gestuurd, om
boodschappen te doen voor Mrs. Twee
die, maar de ware reden was, dat haar
werkgeefster haar eens een aangenaam
dagje wilde bezorgen,
Mrs. Tweedie was bij Amy Huish op
bezoek, het aardige vrouwtje, met wie
Mary zoo toevallig had kennis gemaakt.
Ik kan niet helpen, dat ik mij dan al
bijzonder aangetrokken voel tot het jonge
ding", sprak Mrs. Tweedie met een zucht.
„Maar, zie je, als Fred of Harry of
een van de andere jongelui nu liefde
voor haar had opgevat, dan had ik dit
niet zoo erg gevonden, maar nu het
juist Hugh is, voorzie ik eindeloos veel
ellendel"
„Ja, Mrs. Llewellyn zou het zeker ver
schrikkelijk vinden en Mrs. Llewellyn
nu, ik zou hem liever niet tegenkomen,
als Hugh zich verloofde met een „loon
trekkende"! Wilt u wel gelooven, nicht
Harriet, dat ik er mij over blijf ver
wonderen, hoe zulke ouders, zulke aar
dige kinderen hebben!"
„O, maar Sabine zou een heel andere
vrouw zijn, als ze maar gelukkig ge
trouwd was".
„Denkt u dat?Sabine, met haar
slecht humeur en haar totale onver
schilligheid voor de gevoelens van an
deren?"
„Ja toch! Sabine Llewellyn beloofde
in alle daekn een brave vrouw te wor
den! Als wij in haar hart konden lezen,
dan zouden wij zien, dat het juist het
bewustzijn van haar geestelijken achter
uitgang is, dat haar min-gunstige hoe
danigheden naar voren brengt'
,„Maar nicht Harriet, ik heb altijd ge
hoord, dat het een huwelijk uit liefde
was".
„Van zijn kant, lieve, niet van den
hare. Ze heeft mij in haar vertrouwen
genomen, toen Andrew haar zijn aan
zoek pas had gedaan; ik was toen zelve
kort getrouwd, en ik heb haar geraden,
hem te Jj
spoedig zacht met
dezer commissie een onvruchtbaar werk.
Als er bezuinigd moet worden zou dit
volgens de meerderheid slechts kunnen
door de technische bezuiniging, dus door
ontslag van onderwijskrachten, met zich
medebrengend vergrooting van klassen.
Doch nimmer zullen de liberalen hieraan
medewerken. Komende tot de S.D.A.P.
noemde spr. het verleden dezer partij
een aanklacht tegen haar zelve, vooral
t.a.v. haar houding ten opzichte van even-
tueele mobilisatie en ontwapening. Stem
den haar vertegenwoordigers in de oor
logsjaren hier niet voor alle oorlogs-
credieten en nieuwe lichtingen om toen
het gevaar voorbij was weer van hou
ding te veranderen en de leuze der ont
wapening aan te heffen? In andere lan
den denken de arbeidersministers en ver
tegenwoordigers niet aan vermindering
der weermacht. De arbeidersregeering
MacDonald in Engeland ondervindt nu
aan den lijve hoe gemakkelijk het is
critiek op het beleid van anderen uit te
oefenen, doch brengt zijzelve iets beters
dan het conservatieve kabinet-Balwin?
Samenwerking èn tusschen werkgever en
werknemer èn op internationaal gebied
kan slechts tot stand komen door ge
durig overleg en het zoeken van elkaar,
doch het is de S.D.A.P. die de tegen
stellingen, geschapen door de rechterpar-
tijen, nog steeds aanscherpt. Spreker's
oordeel was dat een bloeiend nationaal
leven slechts kan leiden tot een bloeiend
internationaal leven en dat men moet
streven naar klassenvrede en niet naar
klassenstrijd. Tenslotte wijdde spr. nog
zijn aandacht aan den treurigen toestand,
waarin de landbouw in deze tijden ver
keert en aan de drukkende lasten, waar
onder deze gebukt gaat. Verlichting de
zer lasten zij in de eerste plaats geboden
om te eindigen met een opwekking tot
de aanwezigen om te varen op het li
berale kompas en zoo door het principe
van vrij initiatief en persoonlijke verant
woordelijkheid te komen tot een welva
rend en sterk Nederland. Van de ge
legenheid tot het stellen van vragen
maakten de heeren F. D. van Vessem en
M. K. Krepel gebruik. Beide heeren spra
ken in vrij krasse bewoordingen hun
teleurstelling uit over de houding der
liberale Kamerfracties, t.o.v. de steun
aan den Landbouw. De heer Groenewoud
beantwoordde beide spr. uitvoerig en
wees er op dat alle Kamerleden, dus
ook de liberale, er vast van overtuigd
waren dat de Landbouw gesteund moest
worden. Alleen de meeningen over de
manier waarop liepen uiteen en de re-
geeringsvoorstellen hadden wel degelijk
schaduwzijden, die niet uit het oog moch
ten worden verloren. De liberalen hebben
steeds getoond, aldus spr., de belan
gen van het platteland te willen bevor
deren, doch het algemeen belang gaat
voorop. Na repliek van de heeren van
Vessem en Krepel en dupliek van dhr.
Groenewoud, zegde de voorzitter den
laatstgenoemde dank voor zijn mooie uit
eenzetting en sloot daarop met een op
wekkend woord de vergadering.
Het Maartnummer van Auto-Revue
is verschenen. Dit aardige, keurig ver
zorgde magazine op automobielgebied,
onder leiding van den bekenden
schrijver Henri van Wermeskerken, is
ook nu weer uitstekend verzorgd, niet
alleen wat de uitgave in z'n geheel be
treft, maar ook wat de inhoud aangaat.
En dan wel zeer speciaal het litteraire
gedeelte, als „Het Manneneiland", „Het
degenen, die enkel om raad vragen, als
hun besluit al vast staat. Ik heb ook
dikwijls gedacht, dat Andrew misschien
iets beters zou hebben gemaakt van zijn
leven, als Sabine zijn liefde maar be
antwoord had. Want buiten zijn streven
naar positie en weelde zou hij toch ook
wel behoefte aan genegenheid hebben
gehad".
„Zijn ze altijd zoo oneenig geweest als
nu? Een rampzalig huishouden vind ik
het, op die manier!"
„Ik weet niet, wanneer die oneenig-
heden begonnen; inaar toen ik uit In-
die terugkwam, je weet, dat ik daar
vele jaren heb doorgebracht, vond ik
ze zóó terug, als ze nu nog zijn: geheel
opgaande in zichzelven en doordrongen
van eigen macht en aanzien. Ik heb al
tijd medelijden met de kinderen, vooral
de meisjes, omdat de ouders ze zoo in
het geheel niet begrijpen en hun ook
niet het eenvoudigste genot gunnen".
„Dit ben ik geheel met u eens. Ik zou,
ik weet niet wat geven, als ik het iets
vroolijker voor hen kon maken; maar
we kunnen er geen van allen iets aan
veranderen. Nu Hugh thuis is, hebben d*
meisjes het al heel wat prettiger en
wat zien ze er ook veel beter uit, als
ze wat geanimeerd zijn!"
(Wordt vervolgd.)