Zierikzeesche Nieuwsbode abonnement: Vrijdag 4 Mei 1923. zierikzeesche courant. .'/x advertentiën i jëë^të^ladr HINDERWET. Algemeen Overzicht. Fa Belderok&VanRoo Pr^e per 8 maanden, f 1,50, franco per post f1,80. Voor het buitenland per Jaar f 10, Afzonderlijke nummers 5 cent Verschijnt Maandag, Woensdag en Vrijdag. Postcheque en Gironummer 99292 van 1—8 regels 60 ets., van 4 regels en daarboven 20 ets. por regel. Reclames 30 ets. p. regel. 8y contract belangrijke korting. Inzending op den dag van uit- gave vóór II ure. Dit nummer bestaat uit 3 bladen. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zibrikzee brengen ter openbare kennis, dat ter gemeentesecretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen van J. KORSTEN, handelaar in" verfwaren en oliën te Zierikzee, om vergunning tot liet oprichten van een bergplaats voor petroleum en benzine in het pakhuis, staande aan de Sint-Domusstraat, wijk B, no. 314, kadastraal bekend in sectie B no. 1975. Op Vrijdag 18 Mei a.s., des namid dags 2 uur, zal ten Stadhuize gelegenheid bestaan om bezwaren tegen de inwilliging van dit verzoek in te brengen, en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Zoowel de verzoeker, als zjj, die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen,vóór het bovengemelde tijdstip, tor secretarie der gemeente kennis nemen van de ter zake ingekomen schrifturen. jDe aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande jurisprudentie niet tot beroep gerechtigd zijn zy, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet op den bovenbepaalden dag voor het gemeentebestuur zijn verschenen, ten einde hun bezwaren MONOELINO toe te lichten. Zierikzee, 4 Mei 1923. Burgemeester en Wethouders voornoemd A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN VAN RENGERSKERKE, Burgem. P. F. WtTTERMANS, Secretaris. Woensdag is dan de lang verwachte nota verkort in dit nummer opgeno men aan de geallieerde minis'ores over handigd, maar de manier, waarop het ontvangen werd, geeft niet veel hoop, dat deze wellicht goed bedoelde poging slagen zal. De Fransohe pers verwierp het voorstel al, voordat men feitelijk goed wist hoe de inhoud luidde, al waren er gelukkig ook minder heetgebakerde en politiek ver blinde persmannen, welke betoogden, dat men nu maar. niet onmiddellijk 'n weiger achtig antwoord moest geven, doch eerst eens nagaan of men geen termen vond Voor nader overleg. Over het algemeen echter heeft men het voorstel in Frankrijk met hoon ont vangen, omdat de Gallische haan hoogere e-schen. stelt aan de bijna kaal geplukte Duitschè kip. 't Kon ook niet anders, want de bevolking van Frankrijk is dag aan dag voorgehouden, dat de vernieler van zijn industriegebied de aangerichte schade zou vergoeden. Men heeft met groote bedragen gejong leerd of het zoo maar niets was en daar om is 't begrijpelijk, dat, nu Duitschland een voorstel doet van f 30 milliard, men dit aanbod in Frankrijk als „onbeschaamd" beschouwd. Het biedt feitelijk nog niet eens 30 milliard. Duitschland wil beginnen met 20 milliard bijeen te brengen door middel van een leening, waarover het eerst na 1 Juli 1927 rente zal gaan betalen en waaruit de tot dan benoodigde rente dus uit de leeningsopbrengst zelf moet worden betaald, hetgeen in mindering komt van de 20 milliard. Dan bjedt het nog 10 milliard over eenige jaren. Hoewel men na de indiening van het aanbod in sommige Ententekringen ver wachtte, dat een grondige gedachtenwis- seling tusschen de geallieerde kopstukken vooraf zou gaan, vooraleer een definitief antwoord aan Berlijn werd gezonden, heeft Poincaré al deze verwachtingen den bodem ingeslagen. De Fransche ministerraad, die Donder dag reeds bijeen kwam, was eenstemmig f van oerdeel, dat de Duitsche voorstellen onaannemelijk waren wegens de gestelde voorwaarden, het ontbreken van waarbor gen en het onvoldoende der aangeboden sommen. Door dit ingrijpen sneed Poincaré de overige Entente kabfnetten den pas ai om met elkaar te confereeren over de mogelijkheid of in die nieuwe nota moge lijk een kleine aanleiding zou bestaan tot nieuwe onderhandelingen met Duitschland. Poincaré is nog altijd bang, dat men het verdrag van Versailles zal gaan ver zwakken. Tot die vrees bestaat dan ook aanlei ding, want de bekende Amerikaansche Staatssecretaris Hughes heeft een denk beeld naar voren gebracht, dat het ge- heele verdrag van Versailles ornver zou werpen. Het idee van den Amerikaan is om het heele schadevergoedingsprobleem te onderwerpen aan het oordeel van een van eiken politieken invloed vrij zijnde internationale commissie. Indien men kans ziet een zoodanige commissie samen te stellen, zal 't op den langen duur misschien gelukken Europa weer op de been te helpen. Ingevolge de toezegging, door den on- dergeteekende gedaan, is door hem aan de Commissarissen der Koningin in de provinciën inlichting gevraagd omtrent de uitvoering, welke na de stemming in 1922 voor de Tweede Kamer en voor de jong ste verkiezing van de leden der Provin ciale Staten door de burgemeesters aan artikel 149 der Kieswet is gegeven. Te vens is ondergeteekende met zijn Ambt genoot van justitie in overleg getreden nopens het instellen van een onderzoek, in hoeverre de eerbied voor de wet wordt ondermijnd, doordat in vele gevallen van wetsovertreding vervolging achterwege blijft In afwijking van den uitslag van bovenbedoeld tweeledig onderzoek meent de ondergeteekende zich het uitspreken van een oordeel, omtrent nalatigheid van burgemeesters in dezeVn omtrent nood zakelijkheid van het nemen van maat regelen te mogen voorbehouden. De on dergeteekende is bereid na afloop van het onderzoek, de resultaten aan de Ka mer mee ta deelen. TWEEDE KAMER. Zitting van Donderdag 3 Mei. (Vervolg.) De heer K.ijger steunt het plan Bon- ga^rts met voortzetting van den arbeid aan den afsluitdam. De heer Duymaer van Twist verwerpt alle partieele indijking in verband met verhoogd stormgevaar. Spr. vraagt een besliste toezegging betreffende wette'.ijke voorzieningen voor Zuiderzeevisschers. De heer v. d. Waerden bestrijdt het plan-Bongaerts betreffende randpo ders en er zijn stem aan geven, omdat het in een aantal gevallen stakingen en uitslui tingen zal kunnen voorkomen. Het is geen belang, ook geen soc.-dem. belang, om hard tegen Hard te strijden, indien het mogelijk is, langs vreedzamen weg tot een schikking te komen. Ook na dit wetsontwerp zullen er echter natuurlijk nog stakingen voorkomen. - De heer Wittert van Hoogland juicht de indiening van dit wetsontwerp van harte toe en kan zich niet begrijpen dat er zulk een verzet tegen is gerezen. De heer Smits merkt naar aanleiding van het betoog van den heer Diepen horst op, dat 't wettelijke enquête-recht niet te vergelijken valt met een recht van enquête, dat aan een willekeurigen minister wordt verleend. Hij herinnert er aan hoe in laatste jaren tal van economen en financiers zich hebben ver gist omtrent hc- economisch mogelijke en vestigt de a.'ndacht op de geringe toepassing die het wetsontwerp in de practijk zal vinden. De minister is niet van plan opnieuw een commissie daarheen t^ zenden. Hij heeft geen gebrek aan voorlichting, wel aan geldmiddelen. De keuze van den vorm tot uiting van klachten door den gouverneur, keurt spr. eveneens af. De begrooting wordt z h s. aangenomen. Bij het ontwerp Boute fonds voor On derwijs en Binnenl. Zaken komt de heer de Waal Malefijt op tegen de z>er hooge kosten voor een ziekenstad te Leiden. Minister de Visser antwoordt dat de kosten door de oorlogsduurte belangrijk overschreden zijn, Met de bezuinigings1 Male, werkzaam in het gesticht „Vrede rust" te Bergen op Zoom en geboren al hier, behaalde dezer dagen op het eind examen haar diploma als verpleegster. RECHTZAKEN* het plan-van Gijn. Dit productieve werk j commissie zal overwogen worden of aan BINNENLAND. De stemplicht. Op de vragen van het Tweede Kamer lid H. Colijn, betreffende het naleven door de burgemeesters van artikel 149* der Kieswet en het verstrekken eener opgave van het aantal, waarin oproepingen zijn verzonden als bedoeld1 in het 1ste lid van artikel 149 der Kieswet, heeft de mi nister van binnenlandsche zaken geant woord: moet snel worden aangepakt. De heer Snoeck Henkemans bepleit de belangen van de eilandenbevolking, die met het plan-Bongaerts zouden worden gediend. De heer H. Colijn vraagt den heer Bon- gaerts of het waar is, dat het Zuiderzee- fonds gemakkelijker kan leenen den d/e Staat. I Minister van Swaay bestrijdt het stand punt van Gijn; spr. becijfert de totaal- kosten van den afsluitdijk op 156 mil- lioen (verzorging visschersbevolking, Am- steldiep, Zwolsche diep, sluiswerken in begrepen). Spr. acht een snelle afwerking van het geheele plan noodig en bewerkt daar voor een plan tot geheel afzonderlijke fi nanciering. Het regeeringsplan zal beslist rendabel worden. Het wetsontwerp tol schadeloosstelling van de visschersbevol king heeft sprekers Departement verla ten; verder kan de minister er niets na ders omtrent mededeelen. Na repliek van ue heeren van Gijn, Bongaerts, Snoeck Henkemans, Duymaer van Twist en dupliek van den minister wordt het wetsontwerp z.h.s. goedge keurd. EERSTE KAMER. Avondvergadering van Woensdag 2 Met. (Vervolg.) Arbeldsgeschillemvet De heer W. Franssen zegt tegen het wetsontwerp te moeten stemmen, of schoon de gedachte er van hem niet on sympathiek is. De uitwerking is echter zoodanig, dat spr. zich er niet mede vereenigen kan. De heer Diepenhorst zegt, dat dit wets ontwerp veel verzet bij bepaalde krin gen in den lande heeft gewekt. Spr. wil bij de verdediging van dit wetsontwerp de principieele punten toet sen die door de oppositie in het ge ding zijn gebracht. Daarbij gaat hij uit van twee gedachten, n.l. dat de inhoud van dit wetsontwerp de gerezen oppo sitie noch rechtvaardigt, noch verklaart en dat deze oppositie voortspruit uit weerzin tegen de arbitrag^-gcdachts. De enqu'.te is niet imperatief, doch faculta tief. De Eerste Kamer heelt in de kleine 40 jaar, dat zij het enquête-recht bezit, daarvan geen enkele maal gebruik ge maakt! Bovendien zal enquênte en boe kenonderzoek alleen kunnen plaats heb ben in conflicten, waarbij meer dan 300 arbeiders zijn betrokken en indien het algemeen belang zulks vordert. Nu kan men Zeggen, dat men met dit wetsont werp geen eersten stap wil doen op den weg naar de socialisatie. Doch tegenover dit argument staan de vele moeilijkheden die juist in dit wetsvoorstel aan het boe kenonderzoek in den weg worden gelegd. Wat nu het argument betreft, dat dit boekenonderzoek zoo kostbaar zal zijn en dat het nieuwe bureaucratie zal veroor zaken, dat argument kan ternauwernood indruk maken. Er komt geen nieuwe bu reaucratie en er komen geen nieuwe amb tenaren. De kosten van dit wetsontwerp ziullen die van de thans afgeschafte Ka mers van Arbeid ternauwernood over schrijden. Spr. is van oordeel, dat de hier ge boden arbitrage als overgang niet kan worden ontbeerd en wijst op de moreele waarde van de sanctioneering van arbi trage als een prijzenswaardig doel door de regeering en op haar verzoenenden in vloed. Als hij dit alles in het oog houdt, dan dacht hij den prijs die met dit wets ontwerp door enkele ongeriefelijkheden wordt betaald, niet te hoog. Hij kan het verzet dan ook niet anders verklaren, dan als weerzin tegen de arbitrage. De heer Wibaut geeft de verzekering dat dit wetsontwerp geen stap beteekent op den weg naar de socialisatie. Hij zal een gedeelte een andere bestemming kan worden gegeven cn de installatie stuks gewijs en sober zal geschiedên. Aan de orde is het ontwerp tijdelijke beperking van den invoer van schoen werk. De heer Schönfeld oppert een aantal bezwaren én zegt dat het ontwerp zijn doel 2al missen orndat er niet meer pro ductie door komt. Na verdediging van den minister, die erop wees, dat zjer weinige industrieën gebaat 2ijn met invoerverboden, wordt het ontwerp zh.s. aangenomen. De moordaanslag in de Boschjes van Poot. Onder zeer groote belangstelling is voor de rechtbank te 's-Gravenhage behandeld de bekende zaak tegen den 36-jarigen los- werkman K. Logeman uit den Haag, gede tineerd, beschuldigd van moordaanslag op een 19-jarig meisje, gepleegd in de Bosch jes van Poot. Aan den bekl. is ten laste gelegd; dat hij in den avond van den eer sten Februari 1923 te 's-Gravenhage, ter uitvoering van zijn voornemen, opzette lijk en na vooraf in kalm overleg het plan gevormd te hebben, Cornelia Boogert van het leven te berooven, dit meisje met een mes een lange diepe snede in den hals heeft gegeven, daarbij 't meisje levensge vaarlijke verwonding toebrengende; zijnde het misdrijf niet voltooid alleen tengevol ge van de van den wil van beklaagde on afhankelijke omstandigheid, dat de toe gebrachte verwondingen niet den dood van het meisje tengevolge hebben gehad. Het meisje, dat als getuige in de zaal aan wezig was, is tijdens het verhoor van den bekL flauw gevallen en moest de zaal worden uitgedragen. De officier van justitie nam vervolgens het woord en requireert de verdere be handeling van de zaak met gesloten deu ren "te doen plaats hebben wegens het zedenkwetsende in deze zaak. De rechtbank besloot dienovereenkom stig en de tribunes worden vervolgens ontruimd. Nadat 't getuigenverhoor geëindigd was en de in zwijm gevallen getuige Boogert nader is verhoord, heeft de rechtbank het verdere onderzoek geschorst tot Donderdag 21 Juni. Dr. Rosens te in is door de rechtbank belast met het instellen van een onder zoek naar den geestestoestand van be klaagde. HARINGPLAATS MIDDELBURG. Uil Stad en Provinoie. ZIERIKZEE. De Min. van Arbeid heeft goedgevonden, vroeger toegekende bijdragen voor woningbouw, zullen wor den uitgekeerd aan de gemeenten: Kerk. icerve, ten behoeve van N. Boot, f 405, en Re nesse, ten behoeve van H. Hout man, f 300, Wij vestigen nogmaals de aandacht op de uitvoering van Zondagavond in de Concertzaal. Do balletten' beloven schitterend te znllen worden. Men zie de foto's by de Firma 8. Ochtman Zoon alhier. BURGH. Openbare vergadering van den gemeenteraad, gehouden Maandag April j.l. Aanwezig alle leden. Na openiDg door den voorzitter wer den de notulen dor vorige vergadering gelezen cd onveranderd vastgesteld. EeDige ingekomen stukken worden voor kennisgeving aangenomen. Bekening en begrooting v/d. keuringsdienst voor vee en vlee6ch in den keuringskrlng Brou wershaven worden goedgekeurd Op een verzoek van den gemeenteveld wachter B. M. v. d. Velde, om verhoo ging van jaarwedde voor zyn politic- diploma, werd afwerend beschikt. Een aanvraag der afdecling Haamstede en Burgh van het Groene Kruis, om een jaariykfche bydrage van f 200,— voor aanstelling van eon wykverpleegster- hu tube zoek ster, wordt in handen gesteld van B en W. cm advies. Besloten wordt aan Gedep. Staten voor te stellen de jaarwedde van lederen wetho der met iogar-g van 1 Sept. '23 te bepalen op f 60,—. Machtiging wordt verleend om de verschillende forenzen aan do In spectie op te geven. Tot gemeentewerk man lantaarnopsteker en grafdelver wordt met Ingang van 1 Mei '23, be noemd Jan Slaager. De begrooting voor 1923 wordt gewyzigd, om daarin de Uitgaven te brengen wegens 't begraven van het op 7 April ln de gemeente ge vonden ïyk van een marskramer. Het vermenigvnldiglng8cyfer voor de gemeenteiyke inkomstenbelasting 1923/24 wordt bepaald op 1.3, conform met het oyfer voor 1922/23 In verband met een ingekomen ucbryven van Ged. Staten wordt besloten hoewol de Raad sympathie betuigt met het denkbeeld, aan genoemd college in overweging te geven, in ver band met de tydsomstandigheden, niet over te gaan tot het door don heer Bonder van Renesse gedane verzoek, om de stichting van een U. L. U. School voor Westeiyk-Sohouwen te bevelen. Op een verzoek van de wed. Schottel, om nog 3 maanden in de voor den rijks veldwachter boEtemdo wonlDg te mogen biyven, wordt afwyzend beschikt. BROUWER8HAVEN. Door het Centraal Stembureau Is de volgorde der ïysten voor de verkiezing van de leden van den gemeenteraad, by loting als volgt vastgesteld: no. 1 lijst C. W. den Boer (A.-R); no. 2 lyst N. van Sluis (V. B); no. 3 ïyst A. Platteschorre, geb. van Don go (8. D. A. P.) ST.-ANNALAND. Mej. Trijntje van der ONDERWIJS. In tegenwoordigheid van den Inspec teur van het Schooltoezicht op de Nor maalscholen in Zeeland, mede in tegen woordigheid van den oud-Directeur L. K. van Dijk en de normalisten had Zaterdag te Tholen in één der localen der U. L. School een afscheidsvergadering plaats, die de sluiting der Normaallessen beoogde. Het gemeentebestuur was vertegenwoor digd door den burgemeester. De directeur, dhr. J. Waverijn, opende de bijeenkomst en memoreerde de geschiedenis, die zich in een zoo kort tijdsverloop had afge speeld. Getracht is nog overleg te plegen met den betrokken Minister, doch al spoe dig bleek, dat er op blijvende normaal school totaal geen kans bestond. Voor de minder gegoeden van het eiland is dit een zware slag. Allereerst wil hij een woord van erkentelijkheid brengen aan den burgemeester alhier, voor al dat gene wat deze deed in het belang ook om den slag af te weren, anderzijds voor de be toonde hulpvaardigheid met lokalen, ver lichting en verwarming. Het was nooit te veel voor het gemeentebestuur voor de Normaalschool te arbeiden. Ook den inspecteur dankte hij voor al zijn be toonde belangstelling en voor al datgene wat deze ook deed tot behoud der inrich ting. Den aanwezigen onderwijzers met wie spr., hoewel nog maar kort mocht samenwerken, moet het heden ook op dit uur minder aangenaam zijn, daar zij hun inrichting, waaraan zij zoovele jaren heb ben gearbeid, nu onverwachts zien ver dwijnen. Als één der jongste onderwijzers moest spr. hier als directeur optTeden. Hij zag daar tegen op,- doch moet toch erkennen, dat de samenwerking is mee gevallen. En hiervoor wil spr. gaarne dank brengen voor de genoten medewerking. Ook voor de teleurgestelde jongelui uit spr. zijn beste wenschen. Hij hoopt, dat zij spoedig geplaatst worden op een an dere normaalschool. Laat ze daar den naam der Thoolsche Normaalschool hoog houden. De heer Diepenhorst dankt voor de zoo even gehoorde Lofuitingen, en zegt dat er steeds bij hem als burgemeester een aangename gedachte zal overblijven om trent den hier verrichten arbeid. Er ging steeds een goede roep van onze school. Ook dit jaar zijn op 1 na allen geslaagd. Van zelf komt er nu opoffering voor de ouders. Doch spr. wil de- jongelui toch adviseeren, Werkt! Staat niet ledig op de hoeken der straten met sigaretten in den mond. Wil men positie krijgen in het leven, dan moet er in de schooljaren hard, zeer hard gewerkt worden. Spr. hoopt, dat, mocht de toestand eens veranderen, Tholen steeds de eerste plaats zal houden voor het openen eener nieuwe Normaal school. De heer L. K. van Dijk zegt hier deze vergadering met gevoel voor zich- zeiven en medegevoel voor al de aanwe zigen door te maken. Spr. dankt den heer Waverijn voor de hem toegesproken woorden, en gaat vervolgens in het kort den loop der Normaalschool na, opgericht onder meester Broere, heeft spr. meer dan 40 jaren daaraan gearbeid, en de laatste jaren, voor dhr. Waverijn hier kwam, als directeur. Meer dan 230 kweekelingen zijn door deze Normaalschool afgeleverd, Velen zijn later in nog betere betrekking Vraag onze speciale» cctalogus van Easy Chairs en Clubfauteuils gegaan. Thans worden door deze ophef fing de belangen van het eiland Tholen ter dege geschaad. Spr. memoreert hierna de tegenwoordige stand en richting van het onderwijs. Als oud-directeur neemt spr. afscheid van al de onderwijzers. Hij hoopt, dat, al is de Normaalschool hier nu opgeheven, de collega's hem steeds zul len blijven opzoeken. De heer Odink zegt hier allereerst de opheffing der school te willen beschou wen als nadeelig voor de jongelui. Im mers deze moeten nu, willen zij zich bekwamen, ergens anders heen gaan, dat vooral financiëel voor velen moeilijk is. Ook onze eigen kinderen, die wij zelf gaarne als goede burgers willen zien op groeien, moeten immers daar nu onder lijden. En ten 2e is deze opheffing voor ons als onderwijzers aan die inrichting een soort dupeering. Immers wie zou er aan denken op het dorpje St.-Annaland te komen, wanneer niet de hoop als on derwijzer aan deze Normaalschool ons had gesteund tot het aanvaarden onzer be trekking in een zoo afgelegen hoek? Thans wordt dit met een enkelen slag geheel afgemaakt. De ouderen, die in den dienst vergrijsd zijn, zij zullen zich deze vermin dering op financiëel gebied moeten laten welgevallen. Wij ook, doch spr. wil hier wel openlijk verklaren, dat hij hoopt, dat hij eenmaal hier weer het eiland vaarwel mag zeggen en roept daartoe de zeer gewaardeerde hulp van den heer Inspec teur gaarne in. De heer Carels van Poort vliet bespreekt de goede samenwèrking, die er steeds geweest is tusschen den directeur L. K. v. Dijk en ook tusschen hun en den heer Waverijn. De heer van Dijk kan er van verzekerd zijn, dat de lust en de liefde voor het onderwijs, zoowel de band van vriendschap steeds zullen blijven bestaan. 27 jaren heeft spr. deze inrichting gediend, en hij wil dit hier zeggen tot de jongelui. Gij zijt op slot van rekening de schepper van Uw eigen lot. Door losjes overal over heen te gaan, gaat men te loor, door stalen ijver en ijzeren wil komt men door het leven heen. De heer Baptist zegt hier de geuitte klachten te gevoelen. Het spreken is hem hier niet gemakkelijk gemaakt. Ook hij gevoelt met diegene die hunne klachten uiten en gevoelt met de ouders, die nu hunne kinderen moeten zenden naar elders. Hij voor zich heeft getracht te doen wat hij kon, doch spr. erkent hier te Zijn ambtenaar van den minister, die van zelf te gebieden heeft over hem. Ook mijne ad-viesen worden niet alle aangenomen, evenmin de Uwe, M. de bur gemeester. En waar hooger plicht mij gebiedt, kan het niet anders of ik moet namens Z.E. den Minister van Onderwijs U allen hartelijk dank zeggen voor de veelvuldige kennis, die gij allen hebt ten toon gespreid en verwerkt, en die door de Regeering op hoogen prijs wordt ge steld. Ook de belangen der jonge onder wijzers zullen door spr. zeker ter harte worden genomen. Hij hoopt, dat de U. L. School hier voor deze opheffing dermate vergoeding moge geven, dat deze al meer en meer daardoor in bloei toeneme. Kweekelingen! Ook voor U zal er een geheel andere tijd aanbreken. Ik vermoed dat ge grootendeels naar Goes zult ver huizen en aldaar op de dagnormaalschool zult kunnen toenemen in kennis. Ik hoop, dat ge daar de eer van de Normaalschool van Thoien zult ophouden. De heer van Dijk heeft zooeven een onderwerp aan geroerd. Gedeeltelijk ben ik het met hem eens, gedeeltelijk niet. Alle toestanden ver anderen hier op aarde gedurig. Zoo kan het niet anders of ook de leermethodes ondergaan telkenmale verandering. Thans gaat het hoogere voor het mindere. Thans vraagt men naar het hoe en het waarom. Dit kende men vroeger niet. Ik hoop, aldus de heer Baptist, dat het later blijke, dat de richting, waarin thans het onder wijs gedreven wordt, toch de aanpassende moge zijn voor dezen tijd. Namens den Minister van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen, heb ik U allen hartelijk dank te zeggen voor het door U gepresteerde werk, en verklaar ik hiermede de lessen aan de R. N. School alhier te zijn geëin digd.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1923 | | pagina 1