Zierikzeesche Nieuwsbode
strandvonderij.
militTeteland.
ONDERZOEK VANJERLQFBANGERS.
abonnement:
Woensdag 25 Mei 1921. zierikzeesche courant.
advertentiën:
EERSTE BLAD.
buitenland.
binnenland.
Pr^js per 3 maanden 1,50,
franco per post ƒ1,80. Voor het
buitenland per jaar 10,—.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Verschijnt Maandag, Woensdag
en Vrydag.
van 1—3 regels 60 ets., van 4
regels en daarboven 20 ets. per
regel. Reclames 30 ets. p. regel.
Bij contract belangrijke korting.
76ste JAARGANG. - No. 10625. In2elldine °p den d»g «>'-
Oir, A. J. DE LOOZE Jr. Ultg.-RüUacl. M. J. ROSTE*. eave v66r
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Rechthebbenden op een dennenpaal,
lang 26 Meter, gevischt voor het Engel-
sche Gat, worden voor de eerste maal
opgeroepen zich aan te melden by den
Burgemeester van Zierikzee, bij wien
dat strandgoed is aangebracht.
Zierikzee, den 24sten Mei 1921.
De Burgemeester-Strandvonder der
gemeente Zierikzee,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN
VAN RENGERSKERKE.
De BURGEMEESTER van Zierikzee
maakt bekend, dat het onderzoek van
de in het verlofgangersregister dezer
gemeente ingeschreven verlofgangers
der militie te land zal worden gehouden
te Zierikzee, in het Raadhuis, op Vrijdag
3 Juni 1921, des namiddags 1,30 uur.
Aan het onderzoek behoeven alleen
deel te nemen de verlofgangers der
lichtingen 1918 en 1919, voor zooveel
de lichting 1919 betreft met uitzondering
van de verlofgangers, behoorendetot de
October ploeg der cavalerie en der
bereden artillerie.
Aan het onderzoek behoeft voorts niet
te worden deelgenomen door hen, die
hun eerste oefening nog niet hebben
volbracht, en voorts niet door:
a. de verlofgangers, die in het loopende
jaar, vóór den dag, hierboven als dag
van onderzoek aangegeven, in werke
lijken dienst zijn geweest uit anderen
hoofde dan voor straf;
b. de verlofgangers, die bestemd zyn
om met 1 Augustus van het loopende
jaar naar de landweer over te gaan;
c. de verlofgangers, aan wie vergunning
is verleend tot uitoefening van de
zeevaart of de zeevisscherij buitens
lands of tot verblijf in het buitenland
en aan wie hetzij gelijktijdig met die
vergunning, hetzy in verband daar
mede later afzonderlijk, vrijstelling
van het onderzoek is verleend;
de verlof gangers, aan wie is toegestaan
het onderzoek in de maand November
of December van het loopende jaar
te ondergaan
de adspirant-militie-officierenen
de verlofgangers van de exploitatie
compagnie van het regiment genie
troepen.
Voorts wordt de aandacht gevestigd op
de volgende wetsbepalingen:
De verlofganger moet bij dit onder
zoek verschijnen in uniform gekleed en
voorzien
a. van de tot zyn voorgeschreven uit
rusting verder behoorende kleeding
en uitrustingstukken
van de wapenen, het ledergoed, de
reglementen en de dienstvoorschrif
ten, hem uitgereikt
<e. van zyn zakboekje en van zyn ver
lofpas.
De verlofganger staat niet alleen
gedurende den tyd, dien het onderzoek
duurt, maar ook voor zoolang hij ter
gelegenheid van 't onderzoek in uniform
gekleed is, onder de bevelen van den
militiecommissariszoodatindien hij
ongeregeldheden pleegt of zich aan een
strafbaar feit schuldig maakt, hetzij by
het gaan naar de plaats, voor het onder
zoek bestemd, hetzij gedurende het
onderzoek of bij het naar huis keeren,
te dier zake zal worden gestraft volgens
het Crimineel Wetboek en het Regle
ment van Krijgstucht voor het krijgs
volk te lande.
Een arrest van één dag tot zes dagen,
te ondergaan in de naastbij gelegen
provoost of het naastbij zynde huis van
bewaring, of een kwartierarrest van één
dag tot zes dagen, te ondergaan in
een kazerne, kan door den militiecom
missaris worden opgelegd aan den
verlofganger:
1°. die zonder geldige reden niet by
het onderzoek verschijnt;
2°. die daarbij verschenen zijnde, zon
der geldige reden niet voorzien is
van al de hiervoren vermelde voor
werpen
3°. die de hiervoren vermelde voor
werpen bij het onderzoek niet alle
in den yereisehten staat vertoont
4°. die één of meer van de hiervoren
vermelde voorwerpen, aan een ander
toebehoorende, als de zyne vertoont.
Is den verlofganger ter zake van het
onderzoek kwartierarrest opgelegd, dan
wordt hy tot het ondergaan van die
straf in werkelijken dienst geroepen,
Onverminderd de genoemde straf is
de verlofganger, die zich schuldig maakt
aan één der feiten, onder 1°. tot 4°. ge
noemd, verplicht om op een nader te
bepalen tyd en plaats voor den militie-
commissaris te verschijnen of opnieuw
te verschijnen tot het ondergaan van
een onderzoek.
De verlofganger, die opgeroepen voor
dit onderzoek, daarbij niet verschijnt, of,
daarby verschenen zijnde, zich schuldig
d.
f-
maakt aan één der feiten, onder 2°.—4°.
vermeld, wordt in werkelijken dienst
geroepen of gehouden voor den tyd van
ten hoogste twee maanden. De duur van
dezen werkelijken dienst wordt bepaald
door den Minister van oorlog.
De verlofganger, die niet voldoet aan
een oproeping voor den werkelijken
dienst, wordt als deserteur behandeld,
na op daartoe door den Minister van
Oorlog te verstrekken last als zoodanig
te zyn afgevoerd.
Nog worden de verlofgangers opmerk
zaam gemaakt, dat het niet ontvaDgen
van een bijzondere kennisgeving hen
niet ontheft van hun verplichting tot
deelneming aan het onderzoek, maar
dat deze openbare kennisgeving EENIG
EN ALLEEN als bewijs geldt, dat de
verlofganger behoorlijk is opgeroepen.
Ingeval ziekte of gebreken de deel
neming aan het onderzoek mochten ver
hinderen, dient daarvan zoodra mogelijk
ter gemeente-secretarie te worden over
gelegd een gelegaliseerde geneeskundige
verklaring, welke op on gezegeld papier
kan worden gesteld. In dat geval en
ook indien een verlofganger wegens
woonplaatsverandering niet heeft deel
genomen aan het onderzoek in Juni,
zal voor hem het onderzoek plaats
hebben in November of December van
het loopende jaar.
Aan den verlofganger kan op zijn
daartoe aan den militie-commissaris te
richten en met redenen omkleed verzoek
worden vergund, het onderzoek in een
andere gemeente te ondergaan, liet ver
zoekschrift moet tydig en GEFRAN
KEERD worden toegezonden. Maakt
een verlofganger, aan wien een zoo
danige vergunning is verleend, daarvan
geen gebruik, dan wordt deze geacht
niet te zijn verleend.
Wenscht de verlofganger uitstel van
het onderzoek tot het najaar, dan kan
de Commissaris der Koningin in de
provincie hem dit toestaan, niet alleen
wanneer hij in het buitenland verblijft
of de buitenlandsche zeevaart of zee-
visschery uitoefent, maar ook als hij
uitstel wenscht in verband met beroeps
bezigheden of andere bijzondere om
standigheden. Zoo de aanvraag om
zoodanig uitstel niet door tusschenkomst
van de gemeente-secretarie wordt inge
diend, moet zij GEFRANKEERD aan
den Commissaris der Koningin worden
toegezonden.
Zierikzee, 24 Mei 1921.
De Burgemeester voornoemd,
A. J. F. FOKKER VAN CRAYESTEYN
VAN RENGERSKERKE.
Valuta-smokkelarij.
Na liet geruo'iitmiakeiide geval van
valuLa-smükkeling van Italiajansehe
iofficieren komt thans liet bericht,
dat een koerier van het Turksc'he
gezantschap te Weenen op' de grens
aangehouden is, toen 'hij' 12 milli-
oen kronen wilde smokkelen. Hij
heeft verklaard, dat nij deze smok
kelarij1 bedreef en reeds mejeri be
dreven had voor particuliere per
sonen, m'aar dat de Turksche ge
zant ervan afwist enj hem er telkens
de noodige met officioele, pegels voor
ziene koeriers passen voor verschaf
te tegen een 200.000 kronen per reis.
Ex-keizer Karei.
Ex-Keizer Karei heeft den wensch te
kennen gegeven, tot Augustus in Zwitser
land te verblijven. Naar uit Weenen
wordt gemeld, zal d'e ex-Keizer midden
Augustus naar Spanje vertrekken. Na
zijn terugkeer uit Hongarije had de
bondsraad voorgesteld^ hem een verblijf
te schenken bij Vierwoudstedenmeer
maar deze gemeenten weigerden hem
een verblijf toe te staan.
Van de leden djer Habsburgsche familie
bevindt zich de voormalige aartshertog
Salvator reeds in Spanje. Hij woont in
Barcelona.
Brand te Keulen.
In het kruitmagazijn Westhof en bij
Keulen is bij het ontladen van bommen,
door het warme weer, picrinezuur in
brand gevlogen. Een huis in de nabijheid
was, toen de brandweer aankwam, reeds
door het vuur aangetast, en het dicht
daarbij gelegen ketelhuis liep groot ge
vaar. Bij de poging om den brand te
blusschen werden acht brandweerlieden
en arbeiders aan de fabriek ernstig ge
wond door de ontploffing van vliegtuig
bommen. Een volgende exploisie ver
oorzaakte een gasbrand, die echter kon
worden gebluscht. Pas nadat die brand
weer 13 uur lang in de weer was ge
weest, was het gevaar geweken.
Duitschland en Oostenrijk.
Tengevolge van het voortduren van de
waarschuwingen der entente tegen de
aansluitingsbeweging bij1 Duitschland
heeft de Oostenrijksche bondskanselier
per telegram een krachtig verbod uitge
vaardigd aan dé landsregeeringen van
Salzburg en Stiermarken om geen steun
te verleenen bij de volksstemmingen, die
door zuiver particuliere groepen op
touw gezet zijn. Ambtenaren, die direct
of indirect zouden medewerken, moeten
disciplinair gestraft worden. Daar de re
geering echter tegenover de afzonder
lijke landen feitelijk machteloos staat,
zou het verbod wel eens weinig uitwer
king kunnen hebben en daarom is de
bondskanselier met den minister van oor
log nog persoonlijk npar Stiermarken
vertrokken.
Opheffing der Sancties.
Uit Ems wordt gemeld, dat de gealli
eerde douane-dienst in het Rijnland ver
moedelijk binnenkort zal ophouden. De
voorwaarde daarvoor is de betaling door
Duitschland van de eerste 150 millioen
goudmark, die reeds is gewaarborgd.
Naar verluidt hebben de Franschen door
gezet, dat de douane-kantoren blijven be
staan, zoodat de dienst elk oogenblik
weer kon worden ingevoerd, als Duitsch
land met zijn betalingen achterop raakt.
Ze zullen waarschijnlijk dienen om een
statistisch recht op in- en uitroer te hef
fen, tén einde een soort van toezicht op
de Duitsche productie te kunnen uitoefe
nen. V'.
l)e laatste oogenblikken van Tisza.
JMen schrijft uit Boedapest aan de Msb.:
Gravin Denix Almasy, een nicht van den
vermoorden graaf Tisza, die in het groote
proces, dat Hongarije op het oogenblik
in spanning ophoudt, als kroongetuige
optreedt, daar ziji bij djen moord op den
groeten staatsman tegenwoprdig was en
zelf gewond werd, heeft voor de rechters
onder eede de volgend^ verklaring afge
legd, welke een hel lijcht op het man
nelijk karakter van Tisjza werpt.
....Tegen den middag ging ik naar de
Roheim-villa, waar Tisza woonde, en
maakte hem op het dreigende gevaar op
merkzaam. Ik wees hem op de eventu-
eele noodzakelijkheid om te vluchten.
Tisza wilde daar echter niets van weten.
Op dit oogenblik trad de commandant
van de wachtpost, die het huis bewaakte,
binnen en verzocht om versterking. Tisza
antwoordde hem: „Mijn zoon, ik heb u
niet geroepen, richt u tot de bevoegde
autoriteiten.
Tisza greep na naar zijn revolver en
verklaarde, dat hij nog gaarne geleefd
had, om zijn geliefde land uit het ge
vaar te redden. „Ik vrees echter, dat de
gelegenheid daartoe zich niet meer bieden
zal. Ik ben mijl ten volle bewust, wat
mij wacht.
Kort daarop ontstond een groot lawaai
voor de villa en Tisza's naam werd
steeds hartstochtelijker door de menigte
geroepen. Dan ijlt zijn trouwe kamerdie
naar binnen en roept verstoord uit: „Ex
cellentie, red uw leven; er zijn acht sol
daten hier, die u zoeken om u te ver
moorden". Tisza legde zijn hand op den
schouder van den man, sprak hem moed
in en zeide: „God zegene u, gij zijt altijd
een trpuwe dienaar voor mij geweest'" en
als in zichzelf voegde hij er aan toe:
„Ik vrees niets; zooals ik geleefd heb,
wil ik sterven. Met deze woorden ging
hij naar de deur, schoof deze open en
Zag Vier soldaten voor zich staan.
„Wij zoeken graaf Tisza".
„Dat ben ik!"
„Wat hebt gij in de hand?" riep één
der soldaten.
„Mijn revolver; gij hebt geweren bij
u!"
„Leg dat wapen neer!"
Tisza zag eiken soldaat doordringend
aan. Dan legde hij zijn revolver neer.
Één der soldaten hield een hartstoch
telijk grpVe toespraak. Toen hij vroeg:
„Wie is de oorzaak Van dit alles?" zeide
Tisza: „(Mijn zoon, ik weet het niet".
De soldaat, die het woord voerde,
vroeg daarop aan een soldaat, die bui
ten stond te wachten: „Is de verbinding
tot stand gekomen?" Toen dit bevestigd
was, zeide hij tot Tisza: „Excellentie^
uw laatste uur heeft geslagen!"
Op dat oogenblik sloeg de klok half
zes. Tisza zag ons aan en knikte ons ten
afscheid toe. Jlij deed een stap naar vo
ren. Ik wierp mij op één, der soldaten
en wilde hem het geweer uit de handelt
wringen. Op dat oogenblik vielen de
schoten uit alle geweren tegelijkertijd
als één salvo. Ik voelde, dat mijn oom
op mij viel.
Een doffe slag op het hoofd deed mij
op de knieën vallen, f
Ik Zagf hem aan. Zijn oog was nog
open. Hij zeide: „Het is met mij gedaan.
Zpo moest het Zijn. Ach mijn hoofd!"
Ik kon geen wonde op mijn hoofd
vinden. Het doodend schot zat in de
borst. Langzaam verloor hij 't bewust
zijn. Hij sprak mijn naam nog uit, wilde
iets zeggen, doch kon slechts prevelen*
,,Dank! Tot weerziens....".
Noodweer.
In de Cóte d'Or (Fr.) heeft een gewel-
jdig noodweer gewoed, dat aanzienlijke
schade heeft aangericht. Geheele terreinen
werden blank gezet, huizen overstroomd
en veldvruchten weggespoeld. Vele plaat
sen zijn zwaar geteisterd. Op sommige
'plaatsen viel bovendien hagel neer ,n
een laag van 30 c.M. dik. T
In het bosch Chatillon bereikte het
water op sommige punten een M. hoogte.
In (Midden-Duitschland en vooral in
Thuringen heeft een geweldige hagel
storm het grootste deel van den groen
ten- en vruchten-oogst vernield. Telefoon
én telegraaf leden groote schade, talrijke
boerderijen werden door den bliksem ge
troffen. Beken en rivieren zijn buiten
hun oevers getreden.
Aan Pandbrieven in omloop voor negen millioen vyf
honderd drie en twintig duizend gulden. De zes per
cents Insulaire zyn verkrijgbaar voor honderd percent.
De schulden van Ainstordain.
Uit den staat van schulden dpr ge
meente Amsterdam op 1 Jam. 1921, blijkt
dat deze, met inbegrip van de schulden
overgenomen van de geannexeerde ge
meenten, bedragen f 198.246.460.
Passen naar België.
De Belgische regeering heeft, zoo
meldt het Hdbl., aan den Nederland-
schen gezant te Brussel verzocht, de Ne-
derl. regeering te willen raadplegen over
de mogelijkheid van wederzij dsche op
heffing van de pas-visa. Dit vraagstuk
is thans bij onze regeering in overwe
ging-
Koninklijk bezoek aan Urk.
Officieel is kennis gegëven, dat de Ko
ningin op 24 Juni a.s. een bezoek aan
Urk zal brengen.
Bezoek van den Japansclien kroonprins.
De Japansche gezant heeft ter kennis
van de NederlandSche regeering gebracht
dat Zijne Keizerlijke Hoogheid Prins Hi-
rohits, Kroonprins van Japan, tusschen
15 en 24 Juni a.s. in Nederland hoopt te
ldomen, ten einde aan H. M. de Koningin
zijne opwachting te maken.
De kroonprins zal vergezeld zijn van
Zijne Keizerl. Hoogheid Prins Kan-in.
Do Rijksmiddelen.
De opbrengst ider rijksmiddelen
over de maand April geeft reden
tot tevredenheid, al is t eindcijfer
niet zoo hoog dan hij den vorigej?
maandstaat.
Het eindresultaat over April be.
draagt f 39,47 millioen. Uit de in
komstenbelasting kwam! f 12,40 mil
lioen in, uit de dividend- en tan
tièmebei ais ting bijïia 14 ton en uit
de vermogensbelasting f 2,94 milli
oen. Van de .accijnzen heeft die op
suiker 3 ton meer gegeven dan 't
Vorig jaar, terwijl de accijnsen op 't
gedistilleerd f 4,42 millioen op
bracht. Die op ihet geslacht bracht
f 986.000 op, tegen' f 1.174.000 in de
zelfde maand van 1920,, welke ver
mindering in hoofdzaak verband
houdt met den ruimen invoer van
ArgentijnsCh vleesch, waarvoor wiej
invoerrecht, docli geen accij'ns' wordt
geheven. De baten uit de O.W.-be-
lasting vermindert thans vrij1 sterk.
In April kwam nlog f 8 millioen
in, tegen f 11 millioen verleden
jaar.
Herziening invoerrecht op tabak.
Bij K.B. is bepaald, dat de wet
van 6 Mei 1921 tot herziening van
het invoerrecht op tabak en papier
in werking zal treden met ingang
van den len Juni 1921.
Een record-droogte-jaar.
Het spreekt van zelf, zoo schrijft
het „Centrum", dat de lage water
stand op den Rij'n de noodigie ge
leerden en snuffelaars aan t werk
heeft gezet om in' oude gele en grau
we papieren te turen, hoe 't met
die waterhoogte in vroeger jaren
'heeft gestaan. De oudste menschen
'die anders bij' zulk een gelegenheid
altijd of misschien in werkelijkheid
nooit worden geraadpleegd, kun
nen nu wel thuis blijven, want 'men
moet eeuwen terug g!aan om een
voorbeeld te vinden van' wat nu ge
schiedt. Men kan te Voet naar
eilandje bij Kaub en dat is in 150
jaren, sedert wanneer er statistic
ken van den waterstand worden bij
gehouden, nooit gesdhied. De kro
nieken verhalen, dat men den Rijn
bij Mainz kon doorwaden in 1447
en heelemaal uitgedroogjd was de
rivier in 1130 en 1303 en 1304.
Men kan dus van een zeer bij
zonderen toestand spreken, miaar
die is droevig genoeg', want niet en
kei de landerijen drogen uit, ook
het drinkwater begint Le ontbreken.
Misschien dat er nog een periode
v,an veel regieh komt, die iets zou
kunnen goedmaken, doch dit Js' Voor
andere menschen weer geen prettig
vooruitzicht.
Tweede Kamer.
Zitting van Dinsdag 24 iMei.
Voortgegaan wordt met 't ontwerp tot
invoering van den kinderrechter en on
der toezicht stelling van minderjarigen.
De heer Kleerekoper steunt 't amende-
ment-Dresselhuys om aanstelling van
vrouwelijke plaatsv- kinderrechters mo
gelijk te maken en dient daarnaast een
motie in, uitsprekende de wenschelijkheid
van benoembaarheid van de vrouw tot
een rechterlijk ambt.
Op voorstel van den voorzitter wordt
met 33 tegen 29 stemmen besloten de mo
tie te behandelen op een nader te be
palen dag. i
De heer Beumer bestrijdt het amende-
ment-Dresselhuys.
De heer Van Schaik wil gelijke benoem
baarheid voor alle openbare ambten met
uitzonderingen, noodig met het oog op
orde en zedelijkheid'. Spr. acht de vrouw
geschikt voor kinderrechter, 't Amende
ment houdt evenwel geen rekening met
de practische vragen ten aanzien van de
uitvoering.
De heer Scheurer betoogt, dat de vrouw
juist voor kinderrechter zeer onge
schikt is. i
,Mej. Groene weg komt op tegen het be
toog van den heer Scheurer.
De heer Schokking wenscht geen prin-
fcipiëele beslissing door stemming over
dit amendement. Spr. zal daarom tegen
stemmen.
De heer Van Veen acht redactie-verbe
tering in het amendement noodig.
(Minister Heemskerk bestrijdt 't amen
dement.
Spr. acht de vrouw juist voor het
rechterlijk ambt niet goed geschikt. Het
amendement is onuitvoerbaar omdat.de
wet op de rechterlijke organisatie zich
verzet tegen de benoembaarheid der
vrouw tot het ambt van rechter.
De heer Marchant zal tegen stemmen
omdat z. i. de benoembaarheid vaststaat
en het amendement de algemeene be
noembaarheid op losse schroeven zou
zetten. Het amendement wordt verwor
pen met 42 tegen 31 stemmen.
De heer Van Sasse van Ysselt licht
het amendement der commissie van rap
porteurs toe om ontheffing of ontzetting
uit de ouderlijke macht te onttrekken
aan den kinderrechter, doch op te dragen
aan de meervoudige Kamers van de
Arrondissementsrechtbank, waarin de
kinderrechter dan zitting zou hebben.
De Minister laat de beslissing aan de
Kamer. Het amendement wordt aan
genomen met 55 tegen 13 stemmen. Het
ontwerp wordt aangenomen zonder hoof
delijke stemming.
Aan de orde is het wetsontwerp tot
wijziging van de toet op het H. O.
De heer Visser van IJzendoorn ver
klaart zich tegen afschaffing der promotie
op stellingen en het toekennen van den
meesterstitel aan den doctorandus in
de rechten.
Minister De Visser betoogt, dat de
promotie op stellingen geen waarborg
biedt voor wetenschappelijkheid.
De toekenning van den meesterstitel
aan doctorandi is gewenscht omdat men
ook zonder zuiver wetenschappelijken
aanleg een goed jurist kan zyn.
De heer Schokking juicht het ont
werp toe in het belang der ontwikke
ling van de juridische wetenschap.
Uit Stad en Provincie.
ZIERIKZEE. Van de gisterenavond
van Rotterdam komende boot, brak voor
de aankomt aan het havenhoofd alhier
de stuurketting. Door de Provinciale
Stoomboot werd ze daarop op sleeptouw
genomen en veilig binnengebracht, na
dat ze geruimen tyd voor de haven had
gelegen.
In een zeer druk bezocht* ver
gadering van alle besturen der vrij
zinnigen (Unie) kiesvereenigingen in
Westelijk Zeeuwsch Vlaanderen, Za
terdag te Oostburg gehouden, is de
volgende motie aangenomen
De vergadering van de besturen
der Lib. Uniekicsvereenigingjen in
Westelijk Zeeuwsch Vlaanderen, ver
tegenwoordigende 14 kiesverenigin
gen; gehoord'en gelezen, wat er be
treffend de verkiezing van hel da-
gelijk sch bestuur in de hoofdbestu
ren der aangesloten partijetn, vor
mende het voorloopig hoofdbestuur
van den Vrijheidsbond is geschied.
spreekt haar bevreemding uit, dat
de aanvankelijk door de Lib. Unie
voorgestelde candidaten niet züjtn1 op
genomen in het dagelij ksch bestuur,
en stelt voor, indien in dezen imocht
blijken, dat ongepaste persoonlijke
invloeden daarvan de oorzaak zijn,
de toetreding tot den Vrijheidsboutcl
op te sdhorten.
Naar wij vernemen, betreft het
hier een verzet van 'den heer Treiib
legen de door de Lib. Unie gestel
de candidatuur voor hel dagelij ksch
pestuur, van jhr. De Muralt. De
heer Treub zou als argument voor