ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. Zaterdag 2 Juli 1904. (SS i e r i Is. z e e s c li e C o u r a n t). Eerste Blad. Algemeen Overzicht. NIEUWSTIJDINGEN. Versohijnt DINSDAGDONDERDAG en ZATERDAG. De priji per 3 maanden ia f 1,30, franoo per poet f i,60. Noord-AmerikaTranaraalIndiê enz. yerzending eenz per week, f 10,per jaar. 60*te JAARGANG. No. 8021. Dlrooteur A, X. IDE A. FRANKEL. Redacteuren: J. WAALE, alleen voor het binnen- en bnitenl. nieuws. Advertentiënvan 1—3 regele 30 Cts. meerdere regelz 10 Cla.kannen oiterlijk tot dez Maandag.Woenedag a en Vrijdag? middags 2 are bezorgd worden. Groote letter uiorit naar plaatsruimte berekend. Alle betalingen moeten uitsluitend geschieden ten kantore van A.ST de Looze, Hoek Schuilhaven, Zierikzee. Ingezonden stukken en berichten van correspondenten te adresseeren aan A. Fhünkel, Meelstraat 386, Zierikzee. Dit nummer bestaat uit twee bladen. Postkantoor te Zierikzee. Lijst van brieven enz., geadresseerd aan onbekenden, gedurende de 2e helft der maand Juni 1904: 1. A. den Boer, Rotterdam. 2. Wed. Elschot, id. 3. De Winter, Antwerpen. 4. E. Euler, Albany. 5. Mad.* v. Dammev. Yelthoven, Borgerhout. G. E. Marcuee, Magdeburg. De Russische oorlogsschepen kunnen weerlooze traneportschepen der Japanners in den grond boren, maar wagen zich niet aan een strijd op opene zee met de Japansche oorlogsbodems. En zoo zij door de omstandig heden al tot een zeegevecht met deze gedwongen worden, delven zij steeds het onderspit. Dit is tot groot verdriet van de Russisohe chauvinisten ook nu weer gebeurd. Het grootste deel der Russische vloot, dat, zooals men weet, in de haven van Port-Arthur werkeloos ligt opgesloten, heeft, nu het met hot beleg zoodanig ernst begint te worden, dat or groot gevaar bestaat, dat het zich aan den vijand zal moeten overgeven, een poging gedaan uit zijn gevangenschap te ontsnappen. Het voer daartoe de haven uit, koos zee, maar werd door de Japansche oorlogsschepen in de uitvoering van zija voornemen verhinderd. De Japansche torpedo-flottielje viel de Rus sische pantserschepon aan, boorde één er van in den grond, havende twee kruisers zoo danig, dat zij buiten gevecht werden gesteld, en dwong de andere oorlogsschepen der Russen naar de haven terug te keeren. Admiraal Togo was door de draadlooze tele- graphie van de Russische plannen op de hoogte gesteld, zoodat bij zijn maatregelen nemen kon, teneinde die te verijdelen. Niet slechts ter zee, maar ook op het land heeft de Fortuin van den oorlog den Russen den rug toegekeerd. Zoo hebben de Japanners drie voornitgeschovene stellingen bij Port- Arthur stormenderhand veroverd, en daarbij een tweetal kanonnen buitgemaakt. Zij zijn daardoor de vestiüg weer dichter genaderd, wat de belegerden zeker niet aangenaam zullen vinden, die den tijd met muziek uitvoeringen en bals zoeken te korten, en die nu, als een Japansche bom in een balzaal tereohtkomt, wel genoodzaakt zullen zijn hun Russische dansen te staken. De Japansohe legers onder aanvoering van de generaals Eoeroki en Okoe schijnen hun vereeniging tot stand te hebben gebracht ondanks de pogingen van den Russischen opperbevelhebber, Eoeropatkine, om tnsschen beide een Russisch legercorps iu te schuiven, teneinde die vereeniging te voorkomen. Deze legers nu, laDgs drie verschillende kanten voorttrekkend, en de Russen gestadig voor zich uitdrijvend, hebben zioh van drie uit een strategisch oogpunt zeer gewichtige bergpassen na een lang en verwoed gevecht meester gemaakt. Deze bergpassen zijn als het ware de sleutels der Russische hoofdstellingen. De Japanners kunnen, als het regenseizoen gekomen is, niet veel uitrichten, daar de doorweekte wegen dan onbegaanbaar zija. Het is dus voor hen zaak om, voordat de ragen bij stroomen neervalt, de Russen zoo danig te verslaan, dat zij Mantsjonrije moeten prijsgeven, voordat de versterkingen, die uit Europeesch Rusland gezonden worden, op het terrein van den strijd zijn aangekomen. De bekende Russische schrijver, Tolstoï, heeft een gloeiend manifest uitgevaardigd, dat gepubliceerd iu de Times, het Eogelsche hoofdblad, negen kolommen beslaat. In dat manifest protesteert hij tegen den oorlog, die door het «rampzalig misleide jonge mensch", Nikolaas Romanof, het hoofd van 130 millioen menschen, met Japan gevoerd wordt. Hij doet daarin helder uitkomen, dat die oorlog door den Vredevorst is uitgelokt, want Rus land heeft zioh van Mantsjonrije, op het bezit waarvan het niet bet minste reoht had, meester gemaakt. Hij schildert daarin den nood, die tengevolge van den oorlog in duizende gezinnen geleden wordt, komt er tegen op, dat men den heiligen naam van God voor een verschrikkelijke misdaad misbruikt, en spoort den Czar aan vrede te sluiten. Het manifest is oen merkwaardig geschrift, dat in Rusland, waar reeds een groote mate van opgewondenheid heerscht, een onberekenbare uitwerking kan hebben, wanneer de Russische censuur de verspreiding er van niet verhindert. Er behoort veel moed toe een dergelijk stuk te schrijven. Het zou ons niet verwonderen, indien de Russische regeering, die uit den aard van haar dwang stelsel het vrije woord niet duldt, Tolstoï achter slot en grendel liet zetten, of naar Siberië verbande. Do Russisch-gezicde Senaat van Finland heeft den moord van Schaumann op Bobrikoff, den gouverneur-generaal, in scberpe bewoor dingen afgekeurd, en dien met den naam van «afschuwelijk" bestempeld. Wij zullen Schau mann in de verste verte niet iu bescherming nemen, daar wij eiken moord, om wat reden ook gepleegd, verfoeien, maar wij willen toch dit wel zeggen, dat Bobrikoff een tiran was voor het volk, waarover bij was gesteld. Een oom van Schaumann, die kolonel was, en bevel hebber van een regiment Finscbe dragonders, gelastte bij de recruten volgens het Russisch formulier te beëadigen. Toen de kolonel, een volbloed Fin, opmerkte, dat Finland voor zijn leger een eigen formulier bad, en dat de in voering van een nieuw formulier op de wet moest steunen, voegde Bobrikoff hem barsch toe, «dat aan een mindere in rang geen beoordeeling paste". De kolonel wees op de wet. »Ik", hernam Bobrikoff, «heb bevolen, en dat is uw wet". De recruten werden hierop beëedigd volgens het Russisch formulier, maar de kolonel diende zijn ontslag in, dat hem zonder toekenning van pensioen terstond gegeven werd. Koning Edward VII van Engeland heeft den Eeizer van Duitschland te Eiel een bezoek gebraoht. Oom en neef waren heel lief jegens elkander. Er werd gedineerd, geparadeerd en gesoupeerd. En natuurlijk werd ook aan tafel getoost en geklonken. Het was, alsof er altijd tusschen beiden de innigste verstandhouding had bestaan. Wim sprak daarbij diep geroerd van zijn groot mama, wijlen Eoningin Victoria. De tranen kwamen daarbij oom, die een zeer gevoelig hart heeft, in de oogeD. Het was, in één woord, een treffende familie-scène. De EoniDg was ook in Hamburg, waar hij met groot eerbetoon ontvangen werd. Indien uit dit bezoek een betere verhouding tusschen beide volken mooht ontstaan, dan zal dit zeer zeker aan beide landen ten goede komen. Don Miohel, de prior van het Eartbuizer klooster, weigert voor de Fransche enquête commissie te verschijnen, teneinde betreffende de beweerde omkooping van den jongen Combes, zoon van den Minister, getuigenis der waarheid af te leggen. Men kent de gesohiedenis. De Eartbuizer monniken, die de beroemde Chartreuse-likeur bereiden, beweren, dat hnn de noodige autorisatie voor de rustige uitoefening van hun bedrijf werd toegezegd, indien zij daarvoor slechts een millioentje over hadden. De Minister Combes daarentegen verklaart, dat men beproefd heeft onder aanbieding van een millioen voor de autorisatie hem om te koopen. Het schijnt, dat de Minister Combes zelfs door de meerder heid der enquête-commissie, die uit volbloed- tegenstanders van hem bestaat, voor onsohuldig aan omkooping gehouden wordt. Medarland. Roermond, 26 Jnni. Een niet uit te roeien sleoht gebruik bestaat hier nog altijd voornamelijk onder de arbeidende klasse in het zoogenaamd «Maandaghouden". Niet alleen dat de Zondag voor 't drinken is aan gewezen, maar meestal wordt de Maandag er nog «bijgeplakt". Zoo gebeurde het ook weer gisteren (Maandag) namiddag, dat metselaars en opperlieden, werkzaam aan een gebouw op het Gebroek, gemeente Melnk, nabij Roermond, troffel en kalkbak neerwierpen, om gezamenlijk naar de herberg van een zekeren Tonnen te trekken. Tot laat in den avond duurde hier de feestvreugde, toen om streeks half elf een zekere v. D. binnenkwam. Hij werd begroet door den opperman C., die hem lachende bjj zijn arm nam, waardoor de jas sohenrde. v. D. nam deze kennismaking naar het sohijnt ernstig op en beiden rolden spoedig daarna door de gelagkamer en even later naar buiten. Hier vond men C. meer dood dan levend op den grond liggen, badende in zijn bloed. Er lag een plas bloed, alsof men er een varken kapot gemaakt had. De man had in het geheel 9 steken en een snede aan don hals, alsof men hem het hoofd Jiad willen afsnijden. Dr. Steijns uit deze gemeente verleende de eerste geneeskundige hulp; de toestand van den verslagene is hopeloos. Van D. is een klein, teDger kereltje, die in de buurt zijner woning sleoht staat aan geschreven; vóór ongeveer 14 dagen moest men hem nog een geladen revolver ontnemen hij is nog geen 16 jaar oud. Doetinchem. Ook volgens de Zutph. Crt, is het gebenrde met den leeraar aan het gymnasium alhier, waarover Het Volk zooveel ophef maakte, zeer eenzijdig voorgesteld. De bedoelde leeraar was zenuwlijder, verkeerde in zeer opgewonden toestand, en is sedert naar oen gesticht te Arnhem ter verpleging overgebracht. Beverwijk. De inhechtenisneming van notaris Moens alhier heeft groote ontsteltenis gewekt. Zij is geschied op klacht van den hoer E., van wiens echtgenoote M. een kapitaal van f 80,000 onder zijn berusting had, zoolang de minderjarigheid van mevr. E. duurde. Het bleek haar, thans gehuwd zijnde, niet meer aanwezig. De ontdekking van dit feit moet tengevolge gehad hebben, dat ongeveer f 200,000 onder het beheer van den notaris is verdwenen. Men schrijft dit algemeen toe aan non chalance, waarmee het beheer werd gevoerd en aan de goedgeefsche wijze waarop M. oredieten verleende, zonder voldoende gedekt te zijn. De notaris behoorde tot de rijkste inge zetenen dezer gemeente; bij was op één na de hoogst aangeslagene. Naar gemeld wordt, moet er in verband met de arrestatie van bovengenoemden notaris gelukkig geen gevaar bestaan voor eene fioancieele catastrophe. Aan alle geldelijke verplichtingen schijnt ruimschoots te zullen kunnen voldaan worden. Reeds gepubliceerde cijfers en berekeningen omtrent verduisterde of verloren geraakte geldsommen zijn ten eenenmale uit de lucht gegrepen. Tot beden deed zich dan ook onder het Beverwijksch publiek geen enkel vorschijnsel voor van wantrouwen in het geldelijk beheer van den heer M. Aan het kantoor was vol strekt geen toeloop van lieden, die saldi kwamen opeischen. Men wacht, blijkbaar met vertrouwen, rustig het beloop der rechtzaak en de van de hooger hand te nemen maat regelen tot voorziening in de leiding van het kantoor af. Soest, 29 Juni. Het 25jarig verblijf in ons land van H. M. de Eoningin-Moeder, ambachtsvrouwe dezer gemeente, wensohte men hier feestelijk te vieren, zoodra de geliefde vorstin haar intrek op het paleis «Soestdijk" had genomen. Van alle scholen, zoo openbare als bizondere, hadden de leer lingen twee liederen ingestudeerd om die de Eoningin als hulde toe te zingen. De anbade was op Dinsdag bepaald. Van alle gebouwen en woningen wapperden de driekleur en bijna alle ingezetenen hadden zich in hun feestkleed gehuld. Het weder, dat eerst met regen dreigde, hield zich goed. Het zonnetje brak door. De stoet van 800 kinderen zette zich te half elf in beweging en bereikte te elf uur het paleis, waar de Eoningin-Moeder met gevolg de kinderen begroette. Twee meisjes overhandigden H. M. een fraai bloemstuk, waarvoor zij den kleinen met een hartelijken handdruk en eenige minzame woorden dank zegde. Hierop begon de opgestelde kinderschaar, onder leiding van den heer O. Bussemaker, hoofd der openbare sohool en bijgestaan door het Soester fanfare korps, H. M. de liederen toe te zingen waarvan haar een fraai programma werd aangeboden. Met zichtbare aandoening volgde H. M. de woorden van den tekst, die haar zoovele beelden uit haar 25-jarig verblijf hier te lande weer voor den geest riepen. Na het eindigen werd de heer Bussemaker aan H. M. voor gesteld, en werd hem opgedragen, ook den anderen hoofden van soholeD, den onderwijzers en allen kinderen hartelijk dank te zeggen voor de gebrachte hulde, die haar op den 1 eersten dag van haar verblijf op «Soestdijk" aangenaam had verrast. Onder een spontaan «Lang zal zg leven" der 800 kinderen ver i lieten dezen het paleis en trokken het dorp weer binnen. Vóór het raadhuis hielden zij stil, waar zg voor het daar aanwezige ge meentebestuur nogmaals de beide liederen zongen. Des middags werden de kinderen op hnn respectieve scholen onthaald op chocolade en krentebrood. De heeren J. C. van Houten Co. hadden voor ieder kind een reep chocolade gezonden, zeker een welkome verrassing. In het landelijke dorp Soest heerscht thanB eene feestelijke stemming. Gouda, 30 Juni. Zondag overleed bier zekere R. B. van D., hofmeester op één der booten van de reederij «De IJsel", onder verschijnselen, welke aan vergiftiging deden denken. Woensdag is het lijk, onder toezioht van de justitie uit Rotterdam, opgegraven en naar het ziekenhuis overgebracht, alwaar het Ijjk onderzocht werd. De vrouw is onder voortdurend politie toezicht. 'fl-Gravenhage, 30 Juni. De politie, die vooral in den laatsten tijd vele aangiften van rijwieldiefstallen ontving, had hare waakzaam heid verdubbeld, met het gevolg, dat zg heden op heeterdaad een paar rijwieldie ven snapte, onder de volgende omstandigheden. Twee rechercheurs van politie ontmoetten op het Buitenhof twee verdachte als heer gekleede personen. De politie-beambten volgden het tweetal en zagen één hunner het gebouw van het kadaster binnentreden, die echter weldra onverrichterzake naar buiten kwam en met zijn metgezel, die op straat de waoht hield, den weg vervolgde. Dezelfde handeling werd uitgevoerd bij het ministerie van marine, alwaar de binnengetredene evenmin zijn slag kon slaan. De verdachten steeds achtervolgende, zag de politie hen de vestibule vau het Paleis van Justitie, waar gewoonlijk vele fietsen geborgen worden, tot verkenningsdoel kiezen. En jawel, nauwelijks was de hoofdpersoon daarbinnen, of kort daarna voerde hg het rijwiel, dat later bleek te behooren aan advocaat mr. R., op de straat. Op het oogenblik dat de dief zich met het stalen ros wilde verwijderen, werd hij bij den krasg gepakt en gearresteerd. Da ander, die buiten op post stond, wist te ontkomen. Bij onderzoek bleek de in heohtenis genomen persoon te zijn een Amerikaan te Brussel wonende. Hij en zija medeplichtige waren gewoon de rijwielen te ontvreemden en de karretjes dan per spoor naar Brussel op te zenden om ze aldaar te gelde te maken of te verhandelen. (Tweede Kamer). In de heden gehouden zitting was in de eerste plaats aan de orde de interpellatie van den heer Passtoors over de Velserpont, die de klaohten, tegen de pont bekend veronderstelde, maar nog eens wees op de enorme schade, die den gebrekbigen toestand veroorzaakt aan do bewoners aan beide zijden van het Eanaal. De belemmering in de communicatie is door de poot veel erger geworden. Het op onthoud duurt vaak van 20 tot 40 minuten. Het ongerief bij het zeer drukke verkeer op dit pnnt van het kanaal is bizonder groot, vooral in den winter bij ijsgang. Spreker wijst op den toestand op het oogenblik. Van 4 tot 21 Jnni werd niet ge varen, hetgeen niet belette dat na 21 Judï de herstelling van de pont niet zoo deugde lijk bleek, dat zij behoorlijk kon blijven doorvaren. En dat was al de zevende repa ratie na April. En de ingenieurs èn de werklieden zeggen dan ook dat van de pont niets goeds meer te maken is. Spreker was van oordeel, dat alleen een radicale verbetering te verkrijgen is door een flinke brug met groote doorvaartwijdte en met eleotriache beweegkracht. Ten slotte vroeg spr. 1°. Ligt 'tin het plan van den Minister de bestaande brug weg te nemen, alvorens iu den wintertijd nog een betere proef met de pont zal zijn genomen? 2°. Is de Minister bereid gedurende de zomermaanden de brug geheel buiten dienst te stellen, om met de pont de proef op de som te nemen, en 3°. als de brug toch moet worden weg genomen, is de Minister dan bereid een ver keersmiddel in het leven te roepen dat geen stagnatie ondervindt van wind, water en ijs, maar vlug over het kanaal heeDgaat als een brugtransporteur De Minister van "Waterstaat betoogde dat geëerbiedigd behoort te worden de beslissing van de Earner dat er een pont zal zijn, zoolang niet bewezen is, dat de overgang onmogelijk is. Proefnemingen zullen dit bewys moeten leveren. Wij verkeeren nog in een stadium van proefneming. Io den winter is gebleken dat een behoorlijk wak kan worden opengehouden en is de brug afgebroken, dan zal de geopruiming nog gemakkelijker gaan. De proeven zijn trouwens in het algemeen geslaagd, behalve met de tram. Maar de Minister wijst er op dat men tegenover de tram geenerlei verplichting heeft. De proeven zullen niet slechts in Juli, Augus tus en September, maar ook in de daarop volgende wintermaanden worden voortgezet. Vóór den winter zal de brog dus niet worden afgebroken. De Minister oonstateerde verder, dat de proefnemingen op voldoende schaal worden genomen. TeDzij in den aanstaanden winter de ijsstand bezwaar oplevert, zal in het voorjaar van 1905, bij afbreken van de brug, een tweede pont worden geopend. Wat de derde vraag aaDgaat tot nieuwe technische proeven is de Minister niet aan gemoedigd. Beantwoordt de Minister de twee eerste vragen das ontkennend, ten aanzien van de derde vraag wil hg geen bindende belofte afleggen. Onder opmerking dat het gewurm en ge mier met de pont al 2 millioen aan de sohat- kist heeft gekost, vroeg de heer Lieftinok of men 't er op toelegt tot de 3 millioen te komen. Als men al het geknoei heeft gezien, is men als spr. geneigd te roepen: houdt op en begint aan een tweede pont Maar ook al ging de pont goed, dan nog zon de bediening ontzaglijk veel kosten, veel meer dan de bediening van een brug. Spr. wees nog op het gevaar voor Amster dam, dat door een ongeluk, het zinken van de pont, van IJmuiden zou zijn afgesloten. Met dit pontveer komt men nooit tot een behoorlijken overgaDg. Als de Minister niet overtuigd wordt zal spr. bij de aanstaande Staatsbagrooting een motie yoorstellen om aan het geknoei met de pont een einde te maken. De heer Passtoors was door het antwoord des Ministers eohter zoo teleurgesteld, dat bij indiende een motie, waarbij de Earner de Regeering nitnoodigt de proeven te staken en de pont te vervangen door een ander verkeersmiddel, dat een geregelden overgang verzekert zonder belemmering van het verkeer en de scheepvaart. Naar aanleiding van eenig debat over de al of niet dadelijke behandeling dezer motie, verklaarde de Minister dat hij bereid is de proeven te staken totdat over deze motie zal zijn beslist (bravo's). Daarna werd de behandeling interpellatie en de motie verdaagd tot een nader te be palen dag. Naar wij vernemen, is thans door de commissie van voorbereiding voor het vaccine- ontwerp baar verslag, een vrij uitvoerig stuk, verzonden aan den Minister van Binnenlandsche Zaken, om dezen in de gelegenheid te stellen desverkiezende met haar in overleg te treden. In de afdeeliogen der Tweede Earner is de f 3500 jaarlijksch traktement voor den Eonioklijken commissaris bg de Ned. Bank véél te hooge bezoldiging voor die makkelijk in te loopen funotie genoemd. Toen werd aangedrongen op vermindering van de wedde. De Minister van Financiën heeft daarop nu geantwoord, dat het onbillijk zon zijn, die vermindering reeds bij 't leven van den huidigen titularis in te voeren; maar het ligt in de bedoeling bij de eerstvolgende vacature aan bedoeld ambt een wedde van f 2000 te ver- I binden. Rotterdam, 29 Jnni. De 36-jarige zee man H. H., uit de 2e Lombardetraat, was afgemoDBterd en had daarbij een aardig sommetje aan gage ontraDgen. Royaal, zooals zeelui gewoonlijk zijD, inviteerde hij eenige kennissen mede nit rijden te gaan en zoo werd dan door hem met twee zijner vrienden een wagentje gehuurd en hard ging het 1 Een derde kenois, die gaarne mede wilde profi teered werd onderweg opgenomen en zoo werd het Oostelijk gedeeltelijk der stad «ingekard". De aanwezigheid van de talrijke herbergjes in dit gedeelte was evenwel niet zonder in vloed gebleven op den geest van den zeeman en de verdere bemanning en bier één slokkie

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1904 | | pagina 1