ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. No. 5515. 5isteJaarg. Donderdag 11 Maart 1875. Verschijnt DINGSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. De prjjB per 8 maanden ia 1,80, franco per post 1,60. ADVERTENTIÊN 10 Cts. per regel, kunnen uiterlyk tot des Maandags, Woensdags en Vrijdags voormiddags 30 ure bezorgd worden. Door het POSTKANTOOR te ZIER1K7.EE, znn gedurende de tweede helft der maand January 1875, de navolgende brieven verzondengeadresseerd aan per sonen wier namen op het adres vermeldter plaatse van bestemming onbekend zjjn, als: PHILIPS, Amsterdam. F. v. d. BOUT, Zonnemaire. Van het Hulpkantoor BIWJNJSSE Wed. HUBRECHT, Staoenisse. Strandvonderij. De BURGEMEESTER van Zierikzee roept voor de tweede maal ter reclame op, regthebbenden op 25 stuks gfreonen- en eilcenlsout van verschil lende afmeting, 14 stukken roodliout en 8 vaten verwstof, in zee geviacht, by hem aaDgebragt en geborgen in de voormalige vlceachbal. NATIONALE MILITIE. Bekendmaking. Do BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zie rikzee: Gelet op Art. 150 der Wet van 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72); Noodigen de lotelingen, die verlangen by de Zee- militie te dienen uit, zich tot dat einde vóór 1 April e. k., by ben ter Secretarie dezer gemeente aan te melden. Zierikzee, den 2 Maart 1875. De Burgemeester en Wethouders, v. C1TTERS. De Secretaris, J. P. N. ERMERINS. Een zwaard in de scheede. Do Tweede Kamer heeft in hare zitting van jl- Zaturdag een gewigtig besluit genomen. Met 36 tegen 23 stemmen heeft zy bet wetsontwerp aangenomen tot regeling van den dienst en het gebruik der spoorwegen. Van die aanneming zal hot publiek de vruchten dragen. Aanhoudend werd in de laatste jaren geklaagd over de weerbarstigheid dor spoorwegmaatschappen om het publiek te gerieven, over onvoldoende aansluiting met het buitenland, over zorgeloosheid ten aanzien van haar materieelover ontoereikende voorzorgs-moatregelen en de elkander opvolgende regeringon waren eenstemmig van gevoelen, dat de magt der spoorwegmaatschappijen wat meer moest worden gekortwiekt dan by de wet van 1859den eersten stap op een nog onontgonnen gebied. In het publiek belang heeft men reden om zich te verbeugen, dat wezenlyke leemten, die in de wet van 1859 waren blyven bestaan, zjjn aangevuld. Meermalen stuitten hoogst noodzakelijke verbeteringen af op de magteloosheid van den Raad van Toezigt en op do zachtheid dier wet, waarvan verscherping hoogst nood zakelijk kon genoemd worden. Om slechts onkele voorbeelden te noemenvele klagten waren sedert 1859 hierover gero'on, dat by die wet wel was aangenomen het beginsel van gemeen schappelijk gebruik van oen gedeelte van den weg voor de aansluiting der Ijjnen, maar van stations was toen geene melding gemaakt en wat beteokende het gebruik van een weg voor eene nansluitende lyn, zonder gebruik van het station Het is zeker een dringend publiek belangvooral in ons land, waar men moet trachten aansluiting en samenvoeging van verbrokkelde deelen te verkrygen, dat verschillende apoorweg-maat- scbappjjen van hetzelfde station kunnen gebruik maken. Yoor dat belang is nu gezorgd. Een ander punt van belang is de verpligte rcgeliifg van doorgaand verkeer. Ook het gemis dier verpligting was voor het publiek een groot bezwaar, en gat tot veel last en kwelling voor bet reizend publiek aan leiding. Zonder deze verpligting kan de eene maat schappij regelen voorschryven omtrent het nemen van plaatsbriefjes en het vervoer van goederen, alléén om moeijelykheden in den weg te leggen aan hen, die over eene concurrerende lyn zouden willen gaan. Ook deze verbetering strekt om een billyken wensch van het publiek te bevredigen. Deze en vele andere verbeteringen, in de wet van 1859 gebragtzullen het publiek ten goede komen. De vraag mag echter gedaan wordenWaarom moet de Staat die verpligtingen voorschryven? Is dan het eigenbelang der spoorweg-maatschappijen niet krachtig genoeg om uit eigen beweging hot publiek verkeer te bevorderen? De ervaring heeft het tegendeel geleerd. De spoorweg-maatschappijen in ons land zjjn in vele opzigten nalatig gebleven verbeteringen, in het belang van het publiek, in te voeren. De spoorweg-ongelukken zijn ook in ons land in de laatste jaren eer toe- dan afgenomen. Het toezigt over de spoorwegbanen, het materieelover den ganschcn dienst liet zeer veel te wcnschen over, en voortdurend kon men in onze dag bladen klagten aantreffen, over het gedrag der beambten, of over mindere behoorl jjke behandeling van passagiers en goederen. Maar, wanneer de nu aangenomene wet zulke groote verbeteringen in den dienst der Spoorwegen belooft, hoe komt het dan, dat zich zulk een krachtige oppo sitie tegen het ontwerp heeft geopenbaard? Vooral in de laatste maanden heeft zicb, en niet enkel vanwege de spoorweg-raaatschappyenhet verzet tegen deze wet luide doen hooren. De reden was deze, dat velen meenden, dat bij deze wet de spoorweg-maatschappijen te zeer aan banden werden gelegd. Daar 'tzeer moeijelijk is de grenzen aan te wijzenbinnen welke de Staat geregtigd is zich te bewegen, loopt deze ligt gevaar, wanneer hij zjjn toezigt te zeer verscherpt, het commercieel en industrieel karakter der spoorweg-maatschappijen voorbij te zien. Tyranniek en draconisch is deze wet genoemd. In derdaad tyranniek en draconisch kan zij zijn, wanneer zjj met gestrengheid wordt toegepast. Het zwaard van Damocles hangt alle spoorweg-mdatschappjjen boven het hoofd, on net is zeker niet het geringste bezwaar, dat tegen deze wet is aangevoerddatby eene gestrenge toepassingde Regeringzoozij dit wil eene spoorweg-maatschappij binnon het jaar finantieel kan te gronde rigten. Onder den schijn vau een toezigt, in het belang der veiligheid uit te oefenen, kan eene Regering, met deze wet in de hand, aan eene maat schappij de drukkendste belemmeringen en de zwaarste finantieele lasten opleggen. Dit is geen gering bezwaar. Hoe hoog men ook opgeve van het publiek regterljjk karakter der spoorwegen vau het monopoliedat de spoorwegen bezitten en een bijzonder spoorweg-regt wettigthet is toch niet te ontkennendat de spoorweg-industrie even goed eene industrie is als elke audere, en dat men ook deze industrie aan te knellende banden leggende, gevaar loopt baar te verstikken. Laat het waar zjjndat spoorweg-maatschappijen op het belang der actie-houaers in de eerste plaats het oog gevestigd houden en eerst daarna het publiek belang trachten te bevorderen: is het dan zulk een groot misdrjjf, dat eene industrie winst poogt te behalen en dat de ondernemingsgeest, door uitzigt op voordeel, geprikkeld wordt het algemeen bolaug te bevorderen. Wanneer werkeljjk de spoorweg-industrie eene industrie I is van zóó bjjzonderen aarddat alléén het publiek belang daarom zjjne eiscbon kan doen geldendan volgt daaruit alleen, dat de spoorwegen door den staat moeten worden geëxploiteerd. Zoo lang echter de staat in de particuliere industrie vertrouwen stelt, door haar de exploitatie van spoorwegen op to dragen, moet zy dat vertrouwen niet weder terug nemendoor baar geheel onder curatele te plaatsen. Maar zijn de spoorwegmaatschappijen bjj deze wet geheel onder curatele geplaatst? Is haar werkelijk alle zelfstandigheid ontnomen? Ondersoheidene leden noem den dit ontwerp »een zwaard in de scheede." Intusschen dit woord zal de ongerustheid der spoorwegmaatschap pijen niet wegnemen/ Men maakt geene wetten om ze niet toe te passen* en juist de nalatigheid der maat schappijen heeft scherper toezigt noodzakelijk gemaakt. Het zwaard zal nu en dan wel eens uit de scheede te voorschjjn moeten komen, om het boven het hoofd- eeDer weerstrevende maatschappij te zwaayen. Wetten als deze, die in het publiek belang haren eenigen grond en aanleiding vinden, zjjn niet bestemd om eene aoode letter te bljjven. Toch gelooven wjj dat de maatschappijen niet al te beducht behoeven te zjjn. Het punt, waarbij zjj het meest belang hebben, is de tarieven. Dat die tarieven door de Regering moeten worden goedgekeurd, is geene nieuwigheid: 'tgebeurde ook nu, maar even als nu die goedkeuring voor den vorm geschiedde, en met het oog om ze met de buitenlandsche te vergelijken, zoo zal het ook voortaan gebeuren. In hare finantiele huis houding zullen de maatschappijen vrjj bljjven. Wat de verlaging der tarieven betreft, daar deze afhankelijk bljjft van schadeloosstellingzal de Regering er niet ligt toe overgaan. Slechts in één opzigt, zjjn do maat schappij en beperkt. Gunstbetoon is geweerd. Alle be vrachters heboea, onder geljjke omstandighedenregt op dezelfde voorregton. Eene verlaging moet voortaan voor alten geldon. Dit is een punt van regtvaardigheid, en in zoover wordt wederom het publiek belang door het aangenomen ontwerp verhoogd. De knellendste belemmering is zeker deze, dat de Regeringzoo zjj dit wilalle bestekken en overeen komsten het gansche archief der spoorweg-maatscbap- £jjen kan opvorderen doch de bepalingdie daarover andelt, beholst ééne gewigtige uitzondering>nut het geldeljjk beheer betreffende." Maar nu is het duideljjkdat do maatschappijen zich Hteeda op die uitzondering zullen beroepen. Dit moet noodwendig in do toekomst tot botsingen tusschen de Regering en de maatschappijen leiden. Maar daarom moot men te meer betreurendat de wetniet even als eene gelijk soortige Duitsche wetbepalingen bevat omtrent eene apoorweg-regtspraak. Do verhouding tusschen Regering en maatschappijen kan soms van diOn aard zjjn dat een onpartjjdig administratief regter de geschillen behoort te beslissen. Hot gemis dier regtspraak ie eene wezenljjke, misschien ao grootste leemte in dit wetsontwerp. Nieuwstijdingen. Smcrifta. In Minnesota is do winter ongeëvenaard streng. De gemiddelde temperatuur in January wa9 2'/, graad Fahrenheit, de laagste Btand van den thermometer was 24 graden onder nul. Uit Ogdensburg, in don sUmt New-York wordt berigt, dat hot kwik aldaar op 8 February, tot 34 graden onder nul (Fahrenheit), daalde. Het was dos morgens te 6 uur. Om negen uur was het 20 graden onder nul, on in den loop van den dag ver minderde de vorst tot 4 graden boven nul, om echter in den nacbc tot 24 graden onder nul te dalen. Het Beccher-Tilton-procesdat nog steeds te New- York aanhangig is, moest in den loop der vorige maand een dag worden uitgesteld, omdat een der ndvokaten by zyn overtocht over don East-River van Brooklyn naar New-York met do Ferry in het ijs was vastgevro ren. De winter was dan ook in New-York zoo herig, dat men vandaar naar Hoboken over den Hudson kon wandelen, wat in 40 jaar niet kon geschieden. EWben. In een brief te Dundee ontvangen, worden de vol gende nadere bijzonderheden aangetroffen, over den brand in eeno fabriek van lucifers, te Tidaholm, (Zwe den) welke wij reeds gemelden waarin 46 personoD bet leven verloren. Een ooggetuige verhaalt in dien brief, dat ten 5 ure 's morgens, 60 vrouwen en kinderen in de fabriek aan het werk waren, toon eensklaps eenige der ge bruikte stoffen in brand vlogen. Weinige oogenblikken daarna stond de werkplaats No. 6 ganscli in vlam. Eenige dezer ongelukkigen slaagden er in aan het ge vaar te ontsnappen, doch 46, waaronder verscheidene kinderen, werden letterlijk levend verbrand. Van de 18 jonge meisjes, welke die week voor do eerste maal in de fabriek van Tidaholm waren komen werken, zyn er 12 in de vlammen omgekomen, en hare verkoolde lyken worden door niemand opgeëischt. De baron Esseneigcniuir van al de gronden en dor pen, in de omstreek van Tidaholm, heeft na de ramp al de inwoners vereenigd om een lijkdienst te doen celebreren in de kerk, die te klein was om de volks menigte te bevatten. Dit was een hartroerend schouw spel. Al de lijken lageu op een hoop in de nabijheid en de jammerklagten der bloedverwanten verscheurden het hart. De 46 lijken werden in de tegenwoordigheid van den briefschrijver van onder het puin gebaald. De fabricatie van lucifers is zeer gevaarlyk in Zwe den daar al de huizen van hout zijn eu er alzoo, wan neer er brand uitbarst, noch aan blusachen, noch aan redden te denken valt. J&jmitjc. Uit St. Jean de Luz wordt van 5 Maart getelegra feerd dat volgens officieele berigten Carlistischo benden de grenzen van Biscaye overgetrokken en door de bergen naar Santander gerukt zjjn. De garnizoenen in de provinciën zyn zwak. De Carlisten hebben een groote strijdmagt in Biscaye met geschut. Bilbao wordt sedert den laatsten aanval met rust gelaten. De positie van Alfonsus wordt van dag tot dag moejjelijker, De komst van zjjne zusterde gravin Girgentie, eene fanatieke, trotsche en reactionaire prinses, wordt door het volk ongaarne gezien en de koning zelf is weinig met zjjne zuster ingenomen. Haar verblijf zal het land ook veel geld kosten, maar Isabella wil het zoo. De liberalen trachten zich te vcreenigen en bereiden zicb op het ergste voor. Zij scheppen nieuwen moed uit den triumf der republiek in Frankrjjk. Serrano wacht het oogonblik af, dat de koning zjjn hulp zal inroepen. Texel5 Maart. Heden middag omstreeks 4 uur zjjn te Coksdorp aangekomen 7 menachen (man vrouw en twee knechten benevens een vader en twee zonen) die gedurende meer dan 14 dagen met hunne schuiten door 't (js ingesloten waren geweest. Wel hadden zij nu en dan gepoogd den wal te bereiken doch steeds vruchteloos. Alles wat maar brandbaar was had men opgestookt terwijl 't laatste eton bestond in een weinig gort, in zeewater gekookt. De onbeschrijfelijke dorst deed hun een laatste poging op leven of dood wagenzoodat ze te Coksdorp werden opgemerkten vandaar een vlet werd afgezonden om hen op te nemen, 't geen ook gelukte. Gï»*«vo*iIi»»Bre6 Maart. De Hooge Raad heeft gisteren arrest gewexen in de zaak van H. Sa- lomons, die indertjjd geboeid van Amsterdam naar *8 ^Hertogenbosch is overeebragt en aldaar werd vrijgelaten toen het bleekdat men zichwegens gelijkheid van naamin den persoon vergist had. Het hoogste regtscollege heeft den eischor in zjjne vorde ring om schadevergoeding tegen den Staat in het ongeljjk gesteld en dat wel op grond, dat niet gebleken is, dat de vergissing uit nalatigheid van de politie en regterlijke ambtenaren ia voortgesproten zoodat niet ééns de vraag beslist behoefde te worden of de Staat aansprakelijk was voor de nalatigheid zjjner ambtenaren. Delft. 6 Maart. Het dezer dagen uitgebragte verslag over het eerste jaar der Delfsche Coöperative Winkel-veroeniging luidt zeer gunstig. De vereeniging telt omstreeks 150 leden die voor 14000 in den winkel fekocht hebben, welks zuivere winst ƒ618,82 bedraagt. >it stelt het bestuur in staat om den ledenbehalve 5 pCt. rente hunner aandeelen, 3pCt. over bet bedrag hunner inkoopen uit te keeren, hetgeen voor de meesten eene winst van zeven gulden, voor enkelen, die veel in den winkel der vereeniging gekocht bobben, nog meer oplevert. Gorlnchom. 8 Maart. Eergisteren zou alhier eene 78jarige weduwein het gasthuis overleden, wor den teraardebesteld; vrienden en bekenden, die de pleg- tigbeid zouden bjj wonen, waren reeds in het ster/huis bijeengekomen, toen de commissaris van politie in het Gasthuis verscheen en de voorgenomen begrafenis schors te, daar op last van de justitie een onderzoek moest worden ingesteld naar oene nog juist intjjds ontdekte moedwillige mishandeling met eene jjzeren kachelpook eenige weken geloden aan de overledene toegebragt door zekere vrouw S.die zich reeds in hauden der justitie bevindt. De lijkschouwing was spoedig afge- loopen en de begrafenis kon nog denzelfden dag voort gang hebben, nadat do kist door den commissaris van politic was verzegeld. Vliüssintfon7 Maart. Eene groote menigte begaf zich heden ochtend naar de buitenhaven, teneinde getuige te zjjn van het vertrek van het. nieuwgebouwde stoomschip 'Groningen," met bestemming naar Indië. Gisteren namiddag was per extra trein, onder geleide van kapitein J. H. Thieine, gearriveerd het detachement kolonialen, dat inet de 'Groningen" de reis naar Indië moet maken. Behalve de 125 man supplctietroepen en begeleidende officierenbevinden zich aan boord 38 passagiers lste, en 17 passagiers 2de kaiuit. Tegen het uur van het vertrek had de ontelbare menigte zich naar de havenhoofden begeven, om den vortrekkenden een laatst vaarwel toe to roepen. De beide inuziokkorpsoa 'Eensgezindheid" en »Ons Ge noegen" haddon zich geposteerd aan de zeesluizen, en roerden daar tot afscheidsgroet eenige muziekstukken uit. Onder cou daverend hoezee, zoo van boord van het stoomschip als van don wal, stoomde de 'Groningen" omstreeks één uur statig de buitenhaven uit en boos zee, waar ze don gebruikelijk saluut-groet wisselde met bet etoomschip «Caland,dat op de roede bezig is steenkolen in te nemen. Kruïnineron7 Maart. Gisteravond werd in eene expresselyk daartoe belegde openbare vergadering van den gemeenteraad aan J. Spruit, sluisknecht te Hansweert, door don Burgemeester met eeno toepas selijke aanspraak uitgereikt de bronzen medaille met loffelyk getuigscbrift, aan hem toegekend by konink lijk besluit van den 10 February 11., wegens bet redden van een drenkeling uit de sluiskom aldaar, in den avond van den 23 December 1874, voor welke onderscheiding, die hij verklaarde op hoogen prjjs to stellen, de bekroonde met gepaste woorden bedankte. Ziorikzce9 Maart In de raadsvergadering van gisteren is ter tafel gebragteen ingekomen brief van het bestuur der Bank van Leening, houdende mededeelingdat zy ingevolge vroeger raadsbesluit getracht hoeft de schade, door den brand van30 Junjj 1878 in het gebouw der bank veroorzaakt, in der minne onder nadere goedkeuring te regelen met de Directie der Tiel8che Brandwaarborg-Maatschappij en dat het resultaat hiervan isdat de Maatschappij als bewezen heeft aangenomen eene schade van 252.40, waarbjj zij voegt voor onbewezen schade eene som van ƒ247.50 en alzoo als volledige schadevergoeding aanbiedt de som van 500.— Na rijp beraad meent het Bestuur der Bank dat voorstel te moeten aannemen en zegt dat het geheel en al van middelen ontbloot is om met eenigen kans op goed succes eeno regterlyke decisie te provoceren waarbjj hooger bedrag wordt toegekend. De gronden waarop het bestuur vroeger meende aanspraak te kun nen maken op een veel hooger bedragzijn hun ontvallen. Do toregtstelling van den boekhouder vooral heeft ook hun tot de overtuiging gebragt dat de brand van zeer geringen omvang is geweest. Het bestuur vraagt daarom 's Raade roagtiging om het aanbod der Brandwaarborgmaatschappij aantc- nemen en voorts, aangezien de panden in bet gebouw der bank voorhandenzyn opgeruimddat gebouw met de daarin zjjnde losse goederen in het openbaar te mogen verkoopen. Deze brief is ter visie van de Raadsleden gelegd. Vervolgens is op voorstel van een paar leden besloten dat de stukkondie gediend hebben in do strafzaak tegen deu voormaligen boekhouder van de bank en die eerstdaags terug zullen komenzullen worden gedeponeerd ten Raadkuize om onder de zorg van Burg. en Wetk, te bljjvenals ook dat bet bestuur der bank zal worden verzocht haar archief naar het Raadhuis overtebrengen. Z. M. heeft benoemd tot burgemeester van Middel- bamis L. A. van Weel Az. Peusioen verleend ten laste van den Staat aan J. Steen, gewezen rijksveldwachter 3e klasse te Elle- woutsdjjk, ten bedrage van ƒ159 'sjaars Bij Zr. Ms. besluit van 22 February jl. is pen sioen verleend aan M. C. van Ehilcker, als deurwaarder der directe belastingen, ad ƒ223. Men berigt aan de Fr. Cl. uit den Haag: «Naar men verneemt, zou de Minister van Oorlog, op inspi ratie van den Minister van Binnenlandsche Zaken, in overweging nemen, of er termen zyn om jongelieden, die een dienstpligtig noinmer hebben getrokken en werkzaam zjjn bij bet onderwijs, of aan de kweek scholen worden opgeleid tot onderwijzer, vqj te stellen van het vervullen hunner militaire verpligtingen." In het Vaderland leest men de volgende adver tentie van Ds. J. C. ZaalbergPz. 'Ofschoon de dood tot dusverre niet anders te bswy- zen is en wjj zelfs niet door het vindon van zyn lyk vertroost zyn, blykt bet uit een brief, door den armen, I lieven jongen op Zaturdag 20 February 11. uit ons buis aan zjjn boezemvriend geschreven dat onze Cbristiaan Jonathan op dien avond een graf in de diepte gezocht beeft. Als i-eden noemt hij in dien waanzinnigen brief, I welken hij met ijzige bedaardheidin 't bjj zjjn zijner j met hem spelende jongste zuster schreef, de diepe j melancholiewelke hem verteerde bjj 't aanschouwen van de rustelooze wreedheidwaarmede een hem j dierbaar leven voortdurend gekrenkt en getergd wordt. By de overspanning zjjner hersenen door al té over matige studie heeft hom dat verdriet verbijsterd en in een zonderlingen staat van waanzin tot dit jammerlijk oinde gevoerd. Li 't volle bezit van bijna alle voorregten vaD een edel jongelingsleven verliet bjj ons huisom er nooit in terug te keerenen zoo verloreu wij op de ontzet- tendste wyzeden oudsten onzer beide nog van een viertal overgeblevene zonen. Hy was ojjna 21 jaren oud en studeerde te Leiden sedert 2'/, jaar, tegelyk in de Godgeleerdheid en de Letteren. Met zeldzame geestesgaven toegerust, door dorst naar geleerdheid vorteerddaarbij krachtig van iig- chaam en vrolyk van hartnaar 't scheenwerd hij door elk die hem kendevan beide faculteiten evenzeer een sieraad gerekend. Gereed om nu reeds kandidaat in de letteren te wordenzou hij in deze zelfde dagen door zijn mede studenten tot vice-prae868 der Godgeleerde faculteit verkozen zjjn. Juist op den laatsten dag van zijn leven openbaarde zicb zijn verlangen om van de prijsvragen, door de Leidsche Hoogescnool by haar Jubilé uitge schreven, zoowel de Litterarische als de Theologische beide te beantwoorden. Van kindsbeen af immer onbetwist de eerste in zjjne Orde, by elk examen steeds met den boogsten graad gekroondscheen bjj bestemd om eenmaal eon boogen rang in do geleerde wereld te bekleeden. En ach 1nu viel ons zóó plotselingzóó huive ringwekkend die kroon van 't hoofd. Opdat de vreeselyke vorm van zjjn sterven bij nie mand zelfs maar een schaduw op zjjn nagedachtenis werpewordt dit doodberigt zoo uitvoerig medegedeeld. Dat eisebte vooral de namelooze smart der Moederdie hem zoo onuitsprekelijk lief had. Aau dien edelen trots der moedersmart is hiermede voldaanen onder al de vertroostingen Gods bjj dit ons nameloos zieleleed mag 't bloedend ouderhart, zonder vrees voor tegenspraak openbaar dit vormeldeu hoe zelfs de ijzingwekkende zelfmoordgedurende deze bange 14 dagen van zoeken en vra renniet in staat geweest isom hier of te Leiden bjj iemand die hem kendeden roem van zijn buitengewone talenten, zjjn bescheiden en beminneljjk karakter zyn ingetogen en smetteloos leven te verdonkeren." Ter ondersteuning van bet Spoorwegvoorstel- Kappeyne is een adres aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal aangebodendoor den heer H. G. Hammacbcrnotaris te Groede (in bet vierde district van Zeelandvroeger bet westelijk doel van Staats- Vlaanderan) en lid aer Provinciale Staten van Zeeland. Iijj verzoektdat het bedoelde voorstelvooral voor zooveel betreft het voornoemde vierde district van Zeeland dat zjjner inwoning worde aangenomen in dien zin dat de spoorweg aanvange te Bresken s vandaar doorloope laDgs Oostburg naar Sluis, met een zytak van Oostburglangs IJzendyke tot aan het meest geschikte punt van aansluiting aan de in het vjjfde district reeds bestaande spoorwegen opdat alzoo 1°. het vierde district van het Noorden naar het Oosten en Zuiden het spoorwegverkeer deelachtig worde.: 2°. een gemeenschapsweg tusschen de voormalige vierde en vjjfde districten van Zeelandreeds sedert zoovele jaren verlangdverkregen worde 3°. en eindelyk de gelegenheid aangeboden worde om de gemeenschap langs IJzendjjke naar Gent, en langs Sluis naar Brugge en mitsdien met de reeds in België bestaande spoorwegen daar te stellen. Ziox-iltxee» 10 Maart. Heden werd ten raad- huize alhier aanbesteedHet door aanbouwing ver- grooten der lokalen van de Armenschool. Minste inschrij ver is de heer J. van de Velde Jz. alhier voor ƒ5856. Onlangs word door ons medegedeeld dat bij de landbouwers onder de gemeente Burgh het voornemen bestondtot oprigting eener coöperatieve vereeniging tot afkoop der tienden. Thans vernemen wjj dat aan dat plan geen gevolg is kunnen gegeven worden om financiëele redenen. De Commissie, die zich tot afkoop der tienden aldaar had geconstitueerd, zette evenwel hare taak voort en mag thans de voldoening smaken, dat door byaa alle landbouwers in die gemeente beslo ten is tot bloksgewyze tiend-afkoop, op dezelfdegrond- slagen als dezer dagen in de gemeente Noordwelle werd aangenomen. Ook onder de gemeente Haamstede wordt dusdanige regeling dezer zaak voorbereid. Aangenaam is bet ons op deze bewijzen van eensge zindheid en vooruitgang onzer landbouwers to kunnen wijzen, waardoor zjj toonen hun welbegrepen belang te behartigen. Moge ook in andere gemeenten hun voorbeeld gevolgd wordenen Schouwen en Duivoland alzoo weldra van den drukkenden last der tienden worden ontheveu. De miliciens van de ligting van 1874, die nog bjj het bataillon mineurs en sappeuvs onder de wapenen zjjnzullen niet voor 1 July met onbepaald verlof huiswaarts gaan. A T C H I N. Blijkens een hij de regeering ontvangen telegram uit Nederlandsch Indië is den 27n Fcbv. jl in Kloempang Doea op de Noordkust dc Nederlandsche vlag geheschen en de akte van onderwerping aan hot Nederlandsche gezag geteekend. De gezondheidstoestand was zeer ongunstig. Kerknieuws. Ds. J. H. L. Roozemeijer, pred. te Middelburg, heeft bedankt voor het beroep naar Utrecht. Gemongde berigten. Een schoenmaker te Hansweert zal zeker in de vorige week zich wel gezocht hebben, daar or eene goede kennis vertrokken is, maar het zal wel wennen. Iemand te Oostcrland moest bedenken hoe leeljjk het staat, iemand te lasteren, om reden hij'vroeger zijn doel niet heeft kunnen bereiken. »Wel! wel! wat spjjt hot mij, dat ik mijn ouden vrjjer heh los gela ten," zegt Keetje te Oosterland, »want ik dacht spoedig een anderen te krijgen, maar dat is mislukt." Een nieuwe schapenboer te Heinkenszand moest zoo niet loopen bedelen om hoeren te krijgen, want dat zal niet gelukken om een oude gans uit zyn nest to jagen, en dan nog een herder te hureu van een stuiver per dag, en dan nog zjjn eigen kost te doen. Een boer nit den blaauweweg is bljjde dat zyn kuocht gehuwd isdaar hij dan zijne vrouw kan bezoeken als hjj aan het werk is. - Het is een dametje te Cats maar lee ljjk tegengevallen; zjj meende met baar vrjjer naar de rederykers te gaanmaar hjj liet haar t'huis, en ging alleendat zeer kwalyk genomen wordt. Een pas

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1875 | | pagina 1