ZIERIKZEESCHE NIEUWSBODE. fVo. 2854. 27sle Janrg. Zaturdag 8 October 1870. Besturen en Administratien. Bekendmaking. Mr. J. P. R. TAK. Nieu ws tij dingen. CÜwgielitwfo. JTranftrijli. jPttttesdilanfr. McWfianV. als De BURGEMEESTER van Zierikzee; In aanmerking nemende dat er redenen bestaan om te vermoeden dat meermalen buskruid binnen de ge meente wordt aangevoerd en verder vervoerd zonder in achtneming der daarmede in verband staande voor- 1 schriftenheeft goedgevonden den vervoerders van buskruid ter voorkoming van moegelijkheden die zij bij niet opvolging dier voor schriften zouden ondervindenin het algemeen te herinneren aan de op dit onderwerp bestaande bepa lingen vervat in de artt. 28 en 29 der Verordening tot voorkoming en blusschirig van brand Alles behoudens de inachtneming der bepalingen van art. 27 en 85 der wet van 26 January 1815 (Staats blad no. 7.) Zierikzee den 5 October 1870. B. C. CAU. De Veriiiezing voor een lid der Tweede Kamer der Staten- Generaal te Middelbur»*. in ziine lents.4 De heer Fokker heeft gemeend voor het lidmaatschap van de Staten-Generaal te moeten bedanken, en thans zullen de kiezers in het district Middelburg weldra hun stem moeten uitbrengen voor een ander lid. Twee personen komen hoofdzakelijk in aanmerking de conservatieve kiesvereeniging Zeeland beveelt aan öen heer Jhr. Mr. J. G. H. Tets van Gouclriaan, oud- commissaris des Konings in Zeelanden de liberale kiesvereeniging de Grondwet, den heer Mr. J. P. R. Tak, commies-griffier van de Tweede Kamer der Staten- G en er aal. De heer van Tets is in Zeeland herhaalde raaien can- didaat geweest van de conservatieven, en gesteld tegen over een liberaal aftredend lid, laatstelijk in Junij 1869 tegenover Mr. van Eek. Nu afloop dier laatste verkiezing heeft de heer van Tets een brief aan de kiezers van het district Middelburg uitgegeven. In dien brief' zegt de heer van Tets onder anderen: „Een ander te beschim pen, om de benoeming van hem, dien men aanbeveelt, te doen gelukken, acht ik zoo laaghartig, dat ik, ware het voor mij gedaan, en had ik er kennis van gekregen, zou hebben verzocht, niet meer in aanmerking te komen. Maar zij die mijne benoeming voorstonden hebben begrepen ik had van hen niets anders verwacht dat een oneerlijk middel nooit mag worden aangewend ten behoeve van een eerlijk man." Een weinig verder verklaart de heer van Tets, dat zijne candidatuur is I voorgestaan door de conservatieven en niet door de (ibv.Yivlen. Wij betreuren het voor den heer van Tets, die zich zelf onder de liberalen rangschikt, dat hij zoo ongelukkig is, dat de conservatieven (zijne politieke tegenstanders) steeds fatsoenlijk zijn, en zijne politieke geloofsgenooten (de liberalen) zich zoo onbeleefd gedragen. De schoone woorden van den heer van Tets herinneren ons dat in Januarij 1868 de candidatuur van den heer van Kerkwijk in het district Zierikzee op een minstens onfatsoenlijke wijze werd bestreden, ten einde die van den heer van Tets te bevorderen, zonder dat van Tets zich terugtrok; de heer van Tets is dus toen zeker niet bekend geweest met de handelingen zijner Zierikzeesche conservatieve voorstanders. Hoewel de heer van Tets van zich zelf verklaart, dat hjj liberaal is, zoo komt ons dat liberalisme toch vrij zonderling voor, als men bedenkt, dat de heer van 7'ets door de conservatieven telkens tegenover een liberaal wordt gezet. De heer van Tets verklaart, dat de band der vriend schap is geslaakt, die hem aan Thorbecke verbond. Het jaav 1866 met zijn aftreding van een liberaal ministerie, het optreden van een conservatief kabinet, de Mijer- raystifieat.ie, de ontbinding, enz. moet een dure les zijn voor de liberalen om twist en tweedragt onder de vrijzinnigen te voorkomen. Zpllen wij thans den eersten stap doen, om scheuring onder de liberalen te bevorde ren door den heer van Tetsdie zelf verklaart geen vriend te zijn van het hoofd der liberalen Thorbecke naar de Kamer te zenden? Het gevoelen van den heer van Tets over .de onder wijskwestie is ons niet zeer duidelijk. De President van de kiesvereeniging Zeeland, de heer de Jonge te Middelburg, staat bekend, als een voorstander van het Christelijk bijzonder onderwijs; in Januarij 1868 werd de heer van Tets te Zierikzee aanbevolen, speciaal met het oog op het onderwijs, door de heeren Bouvin en Kreiden te Zierikzee, terwijl de heer J. L. de Jonge te Zierikzee aldaar voor de candidatuur bedankte ten voordeele van den heer van 1 "ets. Het is bekend, dat 'fle heeren BouvinKreulen en de Jonge krachtige voor standers zijn van het Christelijk bijzonder onderwijs. Dn wat zegt de heer 'van Tets in zijn brief: „Steeds heb ik wanneer ik twijfelde, of zij, die mij aanzochten, mijne rigting goed kenden, hen daaromtrent ingelicht. Meermalen bij voorbeeld heb ik er hen op gewezen dat tot-het afbreken of langzaam bederven van ons openbaar lager onderwijs van mij geen hulp te wachten was." Hoezeer wij persoonlijk als mensch alle achting hebben voor den heer van Tets, zoo geeft zijne houding zijn vijandschap met Thorbecke, enz. ons voldoenden grond Mjne verkiezing niet aan te bevelen. De liberale kiesvereeniging de Grondwet heeft tot candidaat gesteld de heer Mr. J. P. R. Tak, commies griffier der Tweede Kamer der Staten-Generaal, welke candidatuur ook door den heer Fokker wordt aanbevolen. De heer Tak gaf reeds bij het verlaten der Akademie bewijzen van bekwaamheid door zijn schoon proefschrift: Het regt van amendement in de constitutionele monar chie. Korten tijd later had er een vergelijkend examen plaats voor Commies van Staat; de heer Talc.-legde van (je vole sollicitanten het beste examen af, en werd als iA°. 1 op de voordragt der Commissie van examen benoemd tot Commies van Staattoen de betrekking van Commies-griffier bij de Tweede Kamer in 1865 openviel, benoemden de Staten-Generaal hem tot die betrekking. Sinds dien tjjd heeft de heer Tak vele bewijzen zijner bekwaamheid gegeven, zooals blijkt uit een tal van voorloopige verslagen der Staten-Generaal, door den heer Tak gesteld. Met het dijk- en polderwezen in Zeeland is hij grondig bekend. Zijne Majesteit de Koning benoemde hem tot Secretaris van de Staatscommissie voor de regeling van de zaak der Calamiteuse polders. Onlangs gaf de heer Tak een brochure uit: Over het polderbestuur in Wal cheren. Groot belang toont de heer Tak te stellen in de stoomvaart op Amerika door zijne optreding als se cretaris van het Comité, ontworpen door den heer Jatisen. Daar, waartegenover een man van een zonderlinge politieke rigting, als de heer van Tetseen man gesteld wordt van erkende liberale beginselen en groote be kwaamheid zooals de heer Tak, daar is onze keuze niet twijfelachtig. In één opzigt bevelen wij ten sterkste aan de liberale kiezersom toch het voorbeeld dei- conservatieven te volgen, namenljjk in het getrouw ter stembus opkomen. De stem der liberalen worde dan uitgebragt op Londen, 5 Oct. De Russische minister van oor log heeft last gekregen de inlijving van de vroeger gediend hebbende en met verlof gezonden soldaten te bespoedigen. Eene sterke kolonne kozakken is naai de westelijke provinciën gezonden. Een correspondent deelt aan de Times mede dat de Pruissen rondom Metz een telegraafdienst hebben georganiseerd, waardoor zij binnen vijftien minuten (wij herhalen binnen een kwartier) 8ü00 man op een gege ven punt kunnen vereenigen. Daardoor wordt verklaard, hoe soms de uitvallen van Bazaine, zooals nog dezer dagen, reeds tamelijk ver volvoerd, op een zeker punt door de aandringende Pruissen worden teruggedrongen. Niet alleen voert men den tegen woord igen oorlog op den grond, maar ooit in de lucht. Volgens de Nou velle du Jour heeft er tusschen den luchtreiziger Nadar, welke op 30 Sept. 11. te Parijs opgestegen was een gevecht plaats gehad met een Pruissische luchtballon. Nadar was omtrent 3000 el hoog boven het fort Cha- renton. Weldra ontdekte hij eene andere ballon en liet aanstonds de nationale vlag wapperen, Het duurde niet lang of de beide ballons waren elkander genaderd, toen men uit de eene schoten hoorde lossen en men Nadar zich in het net zijner ballon- zag werpen. De Pruissische ballon daalde sneldoch Nadar had, als geroutineerd luchtreiziger, spoedig zijne ballon hersteld en vuurde nu op do andere met dat gevolg dat ruen eensklaps dezelve zag dranijen en met bliksemsnelle vaart naar beneden tuimelen. Nadar is behouden te Parijs wedergekeerd. Aan de Indépendance Beige wordt het volgende gemeld. De geheime stukken, die op de Tuilerien zijn gevonden, hebben opnieuw doen zien, dat het Keizer rijk een heirleger van personen uit allerlei stand ten koste van 's lands geld in zijn dienst had. Fabelachtige sommen zijn op die wijze verkwist; maar het is niet mogelijk geweest de namen te ontdekken van de per sonen, die zich hunnen ijver voor „de goede zaak" uit de beurs der burgers lieten betalen. Wel heeft men een reusachtig lias quitantiën gevonden, maar slechts - de cijfers, die men ontvangen had, zijn daarop duidelijk geschreven. De handteekening onder al die stukken is van één en dezelfden persoon, van een zeker onderge schikt ambtenaar, Tronsin Dnmersan genaamd. Op som- mige quitantiën is zelfs het cijfer, nadat het geschreven was, onleesbaar gemaakt. Vermoedelijk nad dit plaats, wanneer deze of gene invloedrijke persoon die eene groote som had ontvangen, alle sporen van eene moge lijke ontdekking wilde uitwisschen. In de Gironde, van Bordeaux, vindt men den volgen den brief uit Biarritz van 29 September, geteekend L. R. »Er wordt op dit oogenblik op WilhemshÖhe een schan delijk spel gespeeld tusschen den ex-keizer en koning Wilhelm. Het zou piquant zjjn u te zeggen, wie mjj de zaak heeft verhaald. Later zal ik misschien daartoe in de gelegenheid wezen. Beide personages hebben goedgevonden, dat koning Wilhelm eenige dagen nadat de Pruissen hunnen intogt te Parijs zullen hebben gedaan want de vermeestering dier stad staat bij hen reeds vast aan Frankrijk zal doen weten, dat hij, hoewel overwinnaar op alle punten, niets anders verlangt dan Duitschland voortaan te vrij waren tegen eiken aanval van Frankrijk. Dientengevolge is hij geneigd in onderhandeling te treden met keizer Napoleon III, den wettigen souverein van Frankrijk, die de grondslagen der vredesvoorwaarden reeds heeft aangenomen. «Hierna zou Napoleon aan het hoofd van het Fransche leger, dat in Pruissen krijgsgevangenen is, naar Frankrijk teruggebragt worden. «Vervolgens zal men eenige dagen laten verloopen, ten einde den schijn te geven, dat in dien tijd over den vrede onderhandeld is. Na deze comedie zal de vrede gesloten worden op de volgende grondslagen: 1°. Wijziging van de Rijngrenzen ten gunste van Pruissen. 2°. Schadevergoeding aan Pruissen van vijf milliards. 3°. Bezetting door de Pruissen van de vestingen Metz, Straatsburg, enz., totdat de vijf milliards betaald zullen zijn. 4°. Slechting dier vestingen door de Pruissen. 5°. Vermindering van het Fransche leger. 6°. Afstand van een gedeelte der Fransche vloot aan Pruissen. Dit is nog niet alles. Er is bovendien een geheim traktaat gesloten, waarbij koning Wilhelm en de ex- keizer, in een dynastiek belang, zich verbinden tot eene of- en defensive alliantie, terwijl Frankrijk zich bereid verklaart om het toekomstige Duitsche keizerrijk te er kennen. Zoodra het Duitsche keizerrijk tot stand is gekomen', zal het Pruissische leger Parijs verlaten, terwijl de keizer onmiddelijk hierna zijn intogt in de hoofdstad zal doen aan het hoofd van 50,000 man. Daags daarna zal eene zeer reactionaire proclamatie van Napoleon het licht zien. Er zullen arrestatiën plaats hebben, de Senaat en het Wetgevend Ligchaam zullen bijeengeroepen worden en de keizerin en haar zoon uit Engeland terugkeeren. Napo eon zou, indien het noodig mogt zijn, aankondigen, dat hij later wil abdiceren." Uit de verschillende brieven, die lucht ballon N°. 2 uit Parijs heeft medegebragt, blijkt, dat men daar een week gele den reeds de gevolgen van het beleg begon te ondervinden. De boter kostte toen reeds 8 franken per pond,, een ei 30 cen times, een pond spek 2 franken. Des middags om 12 uur worden de winkels gesloten en gaan de winkeliers, in de uni form van nationale garden, naar de wallen. Maar dit alles, zeggen de briefschrijvers, vermindert den moed en den geestdrift der' Parijzenaars in het minst niet. Eiken ochtend worden in het Champ-de-Mars groote manoeu vres door de infanterie en cavalerie ook in het vuur, uitgevoerd. Te Parijs had den 26sten September een voorval plaatsdat niet licht vergeten zal worden. Eenige soldaten hadden namelijk hun post verlaten. Tot straf daarvoor werden hun de handen op den rug gebonden en moesten zij de képi en lcapjas binnenste buiten dragen. Alzop werden zij tusschen twee rijen troepen de straten rondgeleid met eeti opschrift op de borst, aldus luidende: „Deze (de naam van den soldaat), een ellendeling en lafaard heeft zijn post tegenover den vijand verlaten." Deze lafaardsdie de oogen niet durfden opslaan zullen overigens voor een krijgsraad te regt staan. Neufchateau, 3 Oct. Het gerucht loopt dat de gedoode persoon, wiens kist door verschillende plaat sen gepasseerd is, de generaal von Moltke zou zijn. Berljju3 Oct. De Nord-Deutsche Zeitung meldt uil New-York, dat van daar groote hoeveelheden soldatenbrood noar Frankrijk worden gezonden. Een Fransch schip heeft Amerika met eene lading wapens en krijgsbehoeften verinten. Den 17 September is voorts eene Fransche stoomboot van New-York naar Brest en Havre vertrokken met 26 getrokken kanonnen 460,000 patronen en duïzende geweren. Als een staaltje van mannelijken moed wordt het vol gende medegedeeld»Tocn in den slag bij ResonviJJe bij de bestorming van het versterkte dorp St. Privat de vaandrig" van een bataillon van het 107de Pruissische regement gevallen was, nam een Kolonel het vaandel op, maar viel. Een tweede trad in zijne plaats, maar ook aan zijne hand ontzonk weldra de standaard. Nu droeg een sergeant-majoor in den vreeselijksten kogelregen bet vaandel vooruit, om spoedig door een kogel getroffen neer te zinken. Toen raapte een soldaat het doek op en, het hoog in de lucht houdende, snelde hij op den ver- schrikkelijken weg voorwaarts. Hem gelukte het ten slotte het vaandel op de genomen hoogte te planten." De tot heden verschenen 58 verlieslijsten der Duitsche armée wijzen een getal aan van 1690 officieren en 38151 manschappen aan gekwetsten gesneuvelden eri vermisten. Uit het hoofdkwartier te Cherisey wordt'onder dag- teekening van 28 September gemeld Gisteren morgen ten 9 ure, was alles weder in vol alarm. Eenige duizenden Fransehen waren uit Metz i per spoortrein naar de voorposten bij het station Peltre gezonden om de Duitsche voorposten te overvallen. Aldaar ontstond een gevecht, waarin de 26ste brigade Duitsche infanterie 200 man meest als gevangenen verloor. Het gevecht duurde 3 a 4 uren en werd van de Fransche zijde ondersteund door mitrailleuses en kanonnen welke laatsten natuurlijk bij de Dnitschers ook niet ontbraken. De uitslag was dat de Franschen naar Metz werden teruggeworpen. Naar men verneemt was het hen blijkbaar te doen geweest om proviand buit te maken, waartoe het vermoedeljjk gemunt was óp het magazjjn van het 7de armeekorps, hetwelk tijdelijk in eene schuur, op 25 minuten gaans van ge noemd station gevestigd is. Men heeft meermalen opgemerkt dat het schijnt alsof de Franschen telkens naauwlceurig onderricht zjjn van de nabijheid van aankomende Duitsche proviand-kolonnes of voorraden. iCf Eene particuliere correspondentie der Indépendance per ballon te Brussel aangekomen, bevestigt het voor deel, dat "Vrijdag 23 September II. door de Fransche wapenen is behaald, door de herneming der positiën voor Bicêtre en Ivry, welke in het eerste gevecht van Chatillon waren verloren. Men voedde groote bezorgdheid voor de batterijen, welken de vijand te Meudon, en op de plaats, genaamd de lantaren van Diogenes opwerpt, daar de krijgskundigen van oordeel zijn dat die punten van uit de forten niet zijn te bestoken en hoogstens van de wallen kannen worden beschoten. Waarschijnlijk zal het Fransche leger eene poging doen, om die stelling, die ongelukkig genoeg in handen der vijanden is ge laten, te hernemen. Het is alsof de Parijzenaars gevoelen, dat de Duitschers van dien kant een aanval zullen doen, al zouden zjj daarbij ook een 60,000 man ten offer brengen. NIaastrïclit, 2 Oct. Heden arriveerden hier ruim 1000 pauseljjke zouavenwaarvan omstreeks de helft dadelijk weder vertrokken naar Belgie en Noordbrabant. De anderen meest Limburgers, zijn tot morgen bij de burgers ingekwartierd, die zich daarvoor hadden bereid verklaard. Niettegenstaande de algemeene roep was, dat die manschappen als krijgsgevangenen door de Italianen zeer slecht behandeld en gevoed waren, zagen zij er flink en gezond uit. Een persoon (eigenaar van een champagne-fabriek) heden uit Reims hier aangekomenioevestigt het be- ï'igt dat de generaal von Moltke gedood is. Hij verklaart verder, dat ook de koning van Pruissen en velen met hem datzelfde lot zouden hebben ondergaan, zoo niet een geestelijke het plan der Franschen had verraden. 's Gravenliag'O, 4 Oct. Heden is bij de tweede kamer eene missive ingekomen van den heer van Fo- reesthoudende berigt dat hij zijn ontslag neemt als lid der Kamer. De heer van den Houten heeft een voorstel inge diend tot wijziging der wet op de personeele belasting. De Peruaansche regeering heeft onzen landgenoot, den ingenieur van den waterstaat der 1ste kl. P. J. de Qnartel, belast met de leiding der werkzaamheden van het aanleggen van spoorwegen en verbeteren der havens in dat land. Voor dit veelomvattend werk, dat voor de ontwikkeling van het rijke Peru van zooveel belang is, werd onlangs door de regeering een som van dertig millioen Ned. beschikbaar gesteld. Zaainslag3 Oct. Terwijl in deze gemeente door eene daartoe benoemde Commissie reeds de som van ruim ƒ400 ten behoeve van „het Roode Kruis" was in gezameld meende het alhier gevestigde zangkoor „Oefening en Uitspanning," onder de leiding van deu Heer .1. de Vos, lste hulponderwijzer aan de openbare school, niet achterwege te mogen bljjven, om zijne gaven aan bovengenoemde instelling dienstbaar te maken. Het voerde te dien einde Zaturdag avond eenige schoone zangstukken uit, waarvoor het den algemeenen by val van het niet zoo talrijk opgekomen, gehoor mocht ver werven. Na afloop van den zang gaf de hier opgerichte Rederijkerskamer, onder directie van den Heer P. Koole, eene dramatische voorstelling onder opvoering van het stukje: „Kort van Memorie". Den korten tijd van bestaan dezer laatste vereeniging in aanmerking genomen was de uitvoering waarlijk uitmnutend te noemen, en geeft deze instelling goede verwachting voor de toekomst van dit gezelschap. Wij drukken den wensch uit, den wensch van velen, dat beide vereenigingen voortdurend mogen bloejjen en steeds dien by val mogen vinden dien zij zoo ruimschoots, vooral met het oog op beschaving en verlichting verdienen. De oporengstwas wat schraal en bedroeg ongeveer 16. Wij troosten ons evenwel met het denkbeeld, dat men door volhardenden ijver het vooroordeel tegen dergelijke vereenigingen langzamerhand zal overwinnen. MirtclolUma'tj, 4 Oct. Gisteren heeft de com missie van finantiën verslag uitgebragt over de finantiën dezer gemeente voornamelijk met het oog op de ten haren laste loopende schulden als op de belangrjjke uit te voeren werken tengevolge van den te openen Zeeuwschen spoorweg en het kanaal door Walcheren. De commissie stelt voor om Burgemeester en Wet houders te magligen met de maatschappij van gemeentc- crediet te Amsterdam in overleg te treden over het sluiten van eetie leening groot 500,000. Die leening zou moeten dienen tot eene aflossing der stedeljjk.e ge vestigde schulden, waarvan de grondslagen nader zullen worden vastgesteld. Mï<i<T.ollhmi*er, 5 Oct. De kiesvereeniging, Neder land en Oranje heeft als candidaat voor het lid maatschap der Tweede Kamer gesteld Mr. J. P. J. A. Graaf van Zujj- len van Nijevelt. Ziorilizoo, 7 Oct. Aan een brief, door den heer J. A. van den Eelaard, candidaat-geneesheer te Schiedam, en geattacheerde bij de ambulance van de Rotterdamsche afdeeling van het „Roode Kruis" aan de Schied. Ct. gezonden, ontleent men het volgende: »Wij hebben dan maandagmorgen te 7 uren, den 12 September, Luik verlaten, en zijn tot 's namiddags 2 uur doorgespoord, wanneer wij in het stadje Longlier op de Belgische grenzen aankwamen. Nu eerst begon onze verschrikkelijke reis gij moet n. 1. weten dat voorbij j Longlier naar Frankrijk de spoortreinen vernield zijn. Rijtuigen waren er ook niet te krijgenzoodat wij onze reis vervolgd hebben op een groote boerenkar tot's nachts 2 uur; er was een verschrikkelijke koude en dikke mist. Vooral onze dames leden veel, terwijl wij, heeren, meestal met revolvers gewapend naast de kar liepen. Onze weg ging door bosschen en liep berg op berg af. Ik zal deze reis nooit vergeten. Zooals ik u reeds zeide, wij kwamen 's nachts te 2 uren te Bouillon, waar wij soupeerden, d. w. z. wij aten slecht schapenvleesch met droog brood in een vuile ellendige kroeg. Tot overmaat van ramp moesten wij nog 2 nren door bosschen en over bergen loopen, om in 't dorp La Chapelle te komen." «Behalven die hier in 't dorp werkzaam zijn, rijden dagelijks een paar van ons te paard de omstreken rond, om zooveel mogelijk hulp te verleenen aan de ongeluk- kigen, die meestal verlaten in stallen gelegerd zjjn. Wanneer wij de omstreken bezoeken, blijven wij dik wijls een dag of drie weg; wij nemen dan met ons beiden wat droog brood en wat vleesch, maar vooral onze revolvers mede, daar de wegen hier overloopen van allerlei gespuis. Als daartoe de tijd overschiet, slapen wij meestal in stallendoch 't gaat veel dag en nacht te paard door, om zooveel mogelijk de ongelukkigen te helpen. En dat onze hulp elk oogenblik noodig is bij de ellenue, die hier onder verschillende vormen heerscht, daarvan blijke als een voorbeeld uit duizenden de vol gende ontmoeting, die ik een drag of vier geleden op een van die tochten te paard gehad heb. Wij zagen in een van de vele bosschen een bejaarde vrouw en een jong meisje radeloos en weenende staan, niet wetende waarheen zich te wénden. Op onze vraag wat er aan scheelde, antwoordde het jonge meisje: »dat zij reeds gedurende veertien dagen te vergeefs naar twee Fransche officieren, hare broeders, zochten, en dat zij nu verdwaald waren en niet wisten hoe zich te redden." Wij namen beide vrouwen bij ons op het paard en brachten haar naar ons dorp; het meisje ligt in een ijlende koorts. Verschrikkelijk, niet waar?" Aan de Purm. Ct. wordt uit Kreuznacli geschreven, dat in die streek hevig de veepest woedt. De berigtgever meldt er bij, dat hij vele spoorwagens van de Neder- landsche Rhijnspoorweg-maatschappjj had gezien, som migen met hooi en stroo beladen. Hij waarschuw* te regt voor het gevaar, dat voor onzen veestapel ontstaan kan, wanneer deze wagens weder in Nederland in ge bruik worden gesteld of het hooi en stroo hier inge voerd worden. Geinciijgde borigten Het is te Parijs verboden aan beschonken lieden gewapend of niet, drank te verkoopen op straffe van het bedrijf te moeten sluiten. Zes-en-vijftig dames te X. hebben zich aangesloten bij de gravin de Caspa- rindie den vrede wil en zegt: „Wij vrouwen van alle landen, moeders, echtgenootendochters, zusters, wij allen vragen den vrede. Wij vragen den vrede aan God. Wij vragen den vrede aan de volkeren. Wij vra gen den vrede aan het menscbelijk geweten. Verstoot ons niet." De keizer van Rusland heeft den gene raal von Moltke met het kruis van de orde van Sint Georges vereerd. Het zal nog kruisjes regenen, als het spel uitgespeeld is. Er zijn nog al bisschoppen, tot zelfs in Engeland toe, die meenen, dat de Romeinsche

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1870 | | pagina 1