ZIERIKZEESCHu iiinu vrs»wim. 27sle Jaarg, *4 Donderdag 25 Augustus 1870. o to. 2815. IC en n i s g e v i n g. Afkondiging. j De BURGEMEESTER van Zierikzee maakt bekend dat de kohieren van het Patentregt, 2de en 3de deel -an deze gemeente, dienstjaar 18'0/u den 20sten dezer aaand door den heer Prov. Inspecteur der Dir. Belas ingen enz. in deze provincie executoir verklaard, op leden aan den heer Ontvanger der Directe Belastingen lhier wordt ter hand gesteld ten fine van invordering, n dat ieder verpligt is zijnen aanslag, op den bij de ?et bepaalden voet, te voldoen. A f k o n d i g i n g. N i eu wstij d in gen ütalw. JPrawftt iaat, en zijn, van Ik den vra- ook (10) carder II. M. Je,sturen en Adniinistratien. Hoogere Burgerschool to ZIERIKZEE. I Aan belanghebbenden wordt bericht, dat er nog tot Ln 2 September a. s. gelegenheid is tot het doen ïn- Icbriivcn van nieuwe leerlingen bij Tm Heer Secretaris der Commissie van toezicht op het Middelbaar onderwijs Dn. J. K. be BRUIJNE. Het ï>elatin{2f» examen zal even als de £camen&9 plaats hebben op Maandag 5 Septem- Er a. s.,' 'smorgens te 11 ure, in het gebouw der Hoogeve Burgerschool. Zierikzee, 18 Juli 1870. De Directeur Gr. KOK, Jr. Opening der jagt op klein wild. De COMMISSARIS DES KONINGS in de Provincie [Gezien het heslnit van heeren Gedeputeerde Staten, L clato 19 Augustus 1870, no. 80; Gelet op art. 11 der wet van den 13 Junij 1857 Itaatsblad no. 87) [maakt bekend, dat de opening der jagt op lclein tyilil in deze provincie, is bepaald op Zaturdag den September aanstaande; 1 voorts, dat de korte jagt dagelijks, met uitzon dering van den Zondag, en de lange jagt op den j('laandagWoensdag en Zaturdag van iedere week iLmede op de vier dagen, voorafgaande aan de sluiting der jagt, zal geoorloofd zijn. W Deze kennisgeving zal in het Provinciaal blad ge plaatst en zullen afdrukken in plano aan de gemeente- Kesturen ter aanplakking gezonden worden. I Middelburg, den 20 Augustus 1870. De Commissaris des Kunings voornoemd, R. W. van LIJNDEN. Zierikzee den 22 Augustus 1870. B. C. CAU. De BURGEMEESTER van Zierikzee maakt bekend: dat bet kohier van het Patentregt, 4de deel van deze emeente, dienstjaar 18'°/-, den 22sten dezer maand oor den heer Prov. Inspecteur der Dir. Belastingen nz. in deze provincie executoir verklaard op heden lan den heer Ontvanger der Directe Belastingen alhier •ordt ter hand gesteld ten fine van invordering, en lat ieder verpligt is zijnen aanslag, op den bij de wet lepaalden voet, te voldoen. Zierikzee, den 24 Augustus 1870. B. C. CAU. Londen 9 21 Aug. Men verzekert op nieuw dat ingeland Rusland en Italië zijn overeengekomen om en behoeve van den vrede te intervenieeren zoodra 'arjjs door de Dnitschers bedreigd wordt. Londen 22 Aug. De correspondent van den Times e Berlijn telegrafeert aan dit blad, dat koningin Victoria ii antwoord op een ongeveer een week geleden ontvan- ;en schrijven van keizerin Eugenie, het betreurd heeft nmachtig te zijn tusschenbeide te komen. De koningin leeft daarbij opgemerkt, dat in het constitutioneele ingeland tusschenbeicletreding van het kabinet moet itgaan, maar dat kabinet achtte de tjjd daartoe nog iet gekomen. De correspondent zegt verder dat de ingelsche regering thans beproeft het plan te begunstigen, en Elzas eu Lotharingen in eene onzijdigen staat te Rervormen, welke combinatie door Duitschland waar- Bcbijnlijk niet zal worden aangenomen, daar Italië de aarwaarden tot een verbond met Frankrijk geregeld leeft. Het Engelsche blad Spectator11 geeft een overzigt an den tot dusver gevoerden oorlog. Het blad vestigt a ooreerst de aandacht op die kleine magere oude man, larou von Moltfeede opperbevelhebber van het Duitsche Bger, die soldaat in de studeercel die in zijn geheele even nog nooit een regement in 't veld heeft aange- oerd en die thans het groote leger vernietigd heeft at nog slechts drie weken geloofde op weg naar Berlijn e zijn. De gebeurtenissen der vorige week resumerende, zegt iet blad dat Bazaine thans met het overschot van het tijnleger, 120,000 k, is opgesloten, hetzij 'innen of even buiten Metz, door de vereenigde legers anSteinmetz en prins Frederik Kareiwelke te zamen ■20.000 man tellen. De toestand van Bazaine is dus 'opeloos. De kroonprins is met 180,000 man op weg 'aar Chalons, waar C-anrobert slechts 80,000 man onder ii line bevelen heeft. De Keizer, die te Chalons zeer ilecbt ontvangen is, zoo zelfs dat hij door de gardes uobiles assassin (moordenaar) genoemd werd, is waar- chijnljjk te Rheims. De toestand van Frankrijk is dus hopeloos. Bazaine R- <^l s omsingeld en opgesloten in een stad, die slechts oor eenige dagen loeflogh had en Can rob," rt hooft te reinig troepeu. Het keizerrijk is dood. •aufc. Jaar- a. s. lente, toe- ;egcn goed sch Uit alles blijkt dat Napoleon begonnen is met het grootste gedeelte zjjns legers slechts op papier. Het Fransche leger aan de grenzen bedroeg slechts 270,000 man terwijl de gezamenlijke Duitsche ïnagt uit 570,000 man bestond. Ontzaggelijk is het verlies aan manschappen in het Duitsche legergeheele regimenten zijn verdwenen, maar er waren ook nog 200,000 man reserve-troepen. Het blad schrijft voorts de voortdurende nederlagen van het Fransche leger aan de. weifeling des Keizers toe en noemt het bijna eene onmogelijke daad voor Bazaine om datgene in te halen wat verloren is. Napoleon heeft reeds alle schaduw van gezag verloren. Hij wordt niet meer genoemd en. volgens een geloof waardig berigtgever van de Pall Mall Gazette heeft Bazaine, die alles aan Napoleon te danken heeft, aan den minister van oorlog bevel gegeven om te Parijs geen aanplakbiljet te dulden indien het mogt geteekend zijn door den Keizer. Niets hoort men meer van de Keizerin en generaal Trochu heeft stellig zijne aan stelling tot opperbevelhebber der stad geweigerd, zoo lang zij regentes was. Deze aanstelling gaat bepaald het dictatorschap vooraf. Uit Parijs wordt aan den Morning Post geschreven, dat de beide nichten der Keizerin en alle hofdames, met uitzondering der dienstdoendeParijs hebben verlaten. Uit het Paleis Royal worden ontelbare koffers naar Engeland gezonden. ITloi*eiio«% 22 Aug. [Particulier telegram). Volgens een authentiek berigt is prins Napoleon alhier aange komen belast om de bemiddeling van Italië in te roepen. Den heer de Lavalette is opgedragen, een gelijk aanzoek in Louden te doen. Bai-ijs, 22 Aug. De Gaulois meldt dat de Pruisen de versterkte stad Toni bombarderen sedert den 14den dezer. De uitslag van het bombardement is nog niet bekend. Een dépêche uit Mezières van heden meldtdat het verlies der Pruisen in de laatste gevechten verschrik kelijk was. Er zjjn meer dan 40,000 gekwetsten van den vijand op het slagveld zonder hulp blijven liggen. Pruisen heeft aan Luxemburg en Belgie vergunning gevraagd om die gewonden over hun grondgebied te mogen vervoeren. Het gerucht, dat de Pruisen Verdun bezet hebben, wordt gelogenstraft. In eene particuliere correspondentie uit Parijs wordt liet volgende gemeld: Het Keizerrijk is thans zedelijk dood. Men bekommert zich noch om den Keizer, noch om de Keizerin het is alsof zij niet meer bestaan. In het wezen der zaak hebben wij reeds de Republiek, met Thiers, Palik;io Bazaine en Trochu als burgers-directeuren. Geen eukele partij van eenige beteekenis beeft tot dusver getracht, van het oogenblik gebruik te maken om het gezag te ondermijnen. Wie het deed bij zou de achting van het algemeen verliezen. Op dit oogenblik wil men slechts behouden wat men nog heeft, maar ik verzeker u, laat het vrede worden, en er zal een radicale schoon maak gehouden worden. Men had alles aan het keizerrijk ten offer gebragt in de vaste overtuiging dat het de orde binnenslands zou handhaventerwijl de positie van Frankrijk in Europa roemrijk zou wezen. Men was van oordeel dat het leger ten minste boven ieder ander verbeven moest wezen. En wat ziet men nu Het blijkt dat onbe kwaamheid en oneei-lijkheid teugelloos den staf hebben gevoerd. De Keizer was in den waan gebragt dat alles in orde wasdoch toen het er op aan kwam bleek spoedig dat de kaders incompleet warenmen had ruiterij zonder paarden; de krijgsbehoeften ontbraken; de soldaat had niets te eten. De Keizer had zich tot Leboeuf gewend met de vraag: zijt gij gereed? deze deed dezelfde vraag tot zijne chefs de bureau die op hunne beurt met hunne ondergeschikten te rade gingen en weldra hoorde men uit aller mond een formidabel ja, een gemeenschappelijke logen, die aan Frankrijk meer dan honderd duizend manschappen kosten zal. En toen heeft de Keizer het opperbevel willen voeren. In die hoedanigheid beeft hij niets dan fouten begaan. We'dra zijn de nederlagen gekomen die alleen aan 's Keizers slecht beleid kunnen geweten wordende soldaten hebben met heldenmoed gevochten maar men heeft ze op eene schandelijke wijze opgeofferd. Toen men dat alles moest aanschouwen toen had men slechts oog voor de reeds verkankerde wonden van het Keizerrijk en was het voor goed veroordeeld. In de tegenwoordige omstandigheden is het volk van Parijs één eenig man. De gansche provincie staat gereed. Dringen de Pruissen tot hier door, dan zullen zij tegen over zich vinden 700,000 a 800,000 man, uit alle oorden des lands naar de hoofdstad gesneld. De Franschman acht zich zoo zeker van de eindelijke overwinning, dat hij zichwanneer men hem wijst op de dichte massa's Duitschersdie in Frankrijk rukkenvergenoegt de handen wrijft met den uitroep „hoe meer er ons land binnendringen hoe minder het weêr verlaten zullen." Ten slotte verdient nog vemeld te wordeudat de sympatie voor het huis Orleans toeneemt. Over den slag bij Rezonville zijn nog slechts weinig bijzonderheden bekend. Alle tot dusverre ontvangen berigten stemmen echter hierin overeen dat men bij menschen geheugen nog nimmer zulk een bloedigen slag gezien heeft. Oude officierendie bij Solferino, Magenta°, Inkerman en Alma tegenwoordig waren geweest, waren verbaasd over hetgeen zij hier zagen. Vooral de mitrail leuses moeten verschrikkelijk gewerkt hebben, waardoor gansche reijen Pruisische soldaten werden weggemaaid. Het gevecht duurde tot des avonds negen ure en volgens hier ontvangen berigten komt de eer der overwinning aan de Franschen toe. Volgens den Figaro is werkelijk order gegeven door den heer Alfred Blanche, prefect van de Seine, om te beginnen met het omhakken van het Bois de Boulogne en is Zaturdagmorgcn een aanvang genomen met dit werk, dat Parijs berooven zal van een zijner grootste aantrekkelijkheden. De boomen waren wel is waar niet zeer groot, doch voor het meevendeel reeds 15 a 30 jaren oud, zoodat Fraiikrjjks hoofdstad ge durende vele jaren het lidteeken zal toonen van de ontvangen wond. De bevelhebber van Straatsburg heeft al de be woners, die voor de verdediging der vesting belemme rend konden zijn, uit de stad gezet. Hij wil haar niet overgeven zoolang de vesting kan verdedigd worden. De vestiugwerken van Lyon worden gewapend. De toestand van Forbach na den slag moet vreese- lijk zijn. Alle woningen zijn wel niet uitgeplunderd, maar uit- en inwendig verwoest. De salons der aanzienlijken zoowel als de vertrekken der armen zijn ledig. De land bouwwerktuigen liggen verstrooid op de vertreden akkers de voorraadschuren zijn ledig; de fabrieken zijn ontvolkt en gesloten; de bevolking zit moedeloos bij hoopen te zamen. Voor de huizen staan emmers water. Zij die dorst hebben, zullen dus niet binnenkomen, zoo hoopt men. De Fransche gekwetsten, die loopen kunnen, door kruisen onbewaakt de stad. Voor het raadhuis, waar nog de oorlogsverklaring is aangeplakt, staat een schild wacht hij eenige afgespannen wagens. De oorlogslasten zijn zeer zwaar. En daarbij blijft bet niet. De stad wordt ook in boeten geslagen voor hetgeen enkelen doen. Zoo hadden eenigen de telegraafdraden verbroken; aan de stad werd daarop 20,000 francs boete en schadevergoe ding opgelegd, binnen een uur te betalen. Men vond er geen pond brood, zelfs al wilde men er 20 francs voor geven. De vrouwen hadden niets te lijden gehad, maar de ingezetenen hadden in bet onderhoud moeten voorzien van dertig man per gezin, en tevens een som van 25 centimes daags moeten uitkeeren voor tabak. Postkan toor, spoorwegstation, telegraafbureau, douane, ko rtom alle administrative instellingen waren verdwenen. Een oogetuige beschrijft aldus, in de Lïbertê, de vlucht des Keizers van Metz naar Verdun: Ongeveer een uur vóór het aanvangen van den strijd (te Pange, 10 Augustus), ging de Keizer op weg, onder ge leide van een bataljon grenadiers en twee regimenten Afrikaa.nsche jagers. Een Prnissische divisie achtervolgde hem op slechts weinige uren afstand. In zes uren w is de weg van Gravelotte naar Verdun afgelegdonderweg maakten de grenadiers zich meester van verscheidene rijtuigen, opdat hun achterblijvers niet in handen van den vervolgenden vijand zoude vallen. Dadelijk na zijn aankomst te Verdun, begaf zich de Keizer naar het station. Hij was vergezeld van zjjn zoon, wiens aanzien medelijden inboezemde. Het arme kind zag er doodelijk vermoeid uit, mager en ziekelijk; slechts een waggon 3de klasse was beschikbaar; de Keizer nam met zijn zoon daarin plaats, dronk een glas wijn, dat de stationscef hem op zijn verzoek gebragt had en de trein stelde zich in beweging. Het vertrek des Keizers was roerend. Het gelaat van Z. M. teekende eene diepe somberheid en moedeloosheid. Hij deed zijn best om kra.cht in zi]n stem te leggen; doch zijn ligchaam was blijkbaar geknakt. Het gevolg des Keizers heeft zich moeten tevreden steilpr> met een plaatsje in de beestenwagens. En wie een bundel stroo kon machtig worden om op te liggen, rekende zich bijzonder gelukkig. Onder de werklieden, die bezig zijn het fort Mon- trouge (dat tot de versterkingen van Parijs behoort) te wapenen, is een Pruissische spion gearresteerd. - De man werd verraden door de netheid van zijne kleeding en zjjn vreemd accent. Op den spoorweg; van Gray naar Nancy zijn nabij ChAtel twee treinen tecren elkander ingereden, waarbij twee stokers en een machinist zijn omgekomen en zeven personen zwaar gekwetst. Twee der lijken heeft men eerst den volgenden morgen uit de brok-tukken der tenders en waggons kunnen halen. Het hoofd van bet eene lijk was letterlijk afgesnedenbet andere was ge heel verkoold. Eene som van 50,000 fr., bestemd voor den thesaurier-generaal van bet departement des Vosges, ten dienste van het leger, werd op den weg en in de slooten uitgestrooid, en is slechts gedeeltelijk teruggevonden. Berlijn, 22 Aug. Bijzonderheden omtrent den slag bij Rezonville waren gisteren avond nog niet ont vangen. Doch particuliere depêches gewagen eenparig van de ontzettende verliezen waarop aan de Duitsche legers de lauweren die zij plukken komen te staan, en die in de jongste gevechten vooral de gardes en de Brandenburgsche regimenten hebben getroffen. In de openbare meening te Berlijn is sedert eenige dagen eene merkbare verandering gekomen. De uitgelatene blijd schap over de overwinningen te Weissenburg en Wörth is verstomd, en vervangen door een somber en ernstig nadenken over de offers, welke de oorlog eischt. Zelfs de vrienden der annexatieplannen kunnen aan die ver anderde stemming geen weerstand bieden, hunne hoog dravende bespiegelingen verflaauwen, en vele teekenen vertoonen zich, waaruit men kan beslissen, dat zoodra het doel van den oorlog is bereikt, een eervollen vrede ook aan de overwinnaars hartelijk welkom zal zijn. Na den bloedigen slag van Rezonville houdt het leger van Bazaine geene stellingen meer buiten Metz bezet. Het heeft zich binnen de vestingwerken moeten terug trekken, en alle wegen en spoorbanen, welke van die vesting uitgaan, zijn in de macht der Duitschers. De stand der bei.de strijdmachten is dus de volgende: De grootste helft van Bazaine's leger, bestaande uit het 2de corps (Frossard), het derde (Decaen), het vierde (de l'Ad- mirault), een deel van het zesde (Canrobert) de garde onder Bourbaki, zijn met de bezetting van Metz in die vesting ingesloten. Deze Fransche troepen zijn omsin geld door het eerste en tweede- Duitsche leger, die waarschijnlijk spoedig tot de belegering zullen overgaan. De rest der Fransche strijdmacht, het eerste corps (Mac- Mahon), het vijfde (de Failly), en het zevende (Douay) trekken naar Chalons en Parjjs terug, om daar met het leger dat uit reserve-bataljons, de mobile garde en de vrijwilligers wordt gevormd tot twee nieuwe korpsen, zich te vereenigen. Met die vijf korpsen zal dus de kroonprins te doen hebben, welke ongetwijfeld na den slag van Rezonville zjjn en marsch heeft voortgezet. De Beijeren en Wurtumbergers zijn bezig met de belegering van Straatsburg. Omtrent Je Turko's schrijft Julius von "WickeJe „Wij hebben zoowat 5 a 600 van deze kerels gevangen ge nomen en nog meer gedood, en men heeft hiprdoor een goede gelegenheid om alle mogelijke dievengezigtendie Afrika en hpt 0>v*!pïï voortbrengen, onmïddelijk van Dabij te beschouwen. Ik bin volstrek! gren vriend van de naiiiui'gcschicdkundige beschouwing van Karl Vogt, en verheug mij dat de bijbel ons eene andere afstamming van het meoschelijke geslacht dan van de open leert; maar inderdaad onder deze gevangen Tur ko's heb ik herhaaldelijk mannen aangetroffen, die zeer zeker meer gelijkenis hebben met een orang-oetang dan met een mensch. Wat dc negerstam maar leelijks kan voortbrengen is hier in wezenlijke pracht-exemplnren vertegenwoordigd. Anderen weder hebben klassieke, schoone hoofden, onberispelijk van vorm, en slechf9 de van wildheid fonkelende en in hunne kas sen wild ronddraaijende, donkere oogen geven hun iels zeer onaangenaams. Velen dezer gevangen Turko's herinneren aan panthers achter de traliën van hun kooi. Overigens zijn er vele bij die geene Afrikanen zijn, maar Malthesers, Sicilianen en Egyptenaren. Kortom, wat men aan de oevers van do MiddelandscheZce maar voor gespuis heeft kunnen vinden en gelijk men weet, is daar een groote keurbende van kerels, die het men9chelgk geslacht juist niet tot bijzondere eer verstrekken, heeft mijnheer Louis Napoleon de vriendelijkheid gehad lot ons te zenden. „Zoo heer, zoo knecht" zegt het spreekwoord niet ten onregte. Velen hunner zijn ook nu nog overmoedig en wild. en verschillende werden door het escorte reeds neder- gehonwen ter zake van verzet en zelfs van poging tot sluip moord. Anderen zijn kruipend onderdanig; het meerendeel is echter volkomeu onverschillig of toonen zelfs in hunne gevan genschap nog apenmanier. Meoig gevangen Franschman ziet met verachting neder op zijne kameraden, en al9 men tot een ou den sergeant zegt: „VoilA vos camarades," dan antwoordt hij: „Non, non monsieur ce sont non pas nos camarades." De Beijeren en Westphalen zeggen: „Dat zijn geene eerlijke sol daten, maar roovers en bandieten en het is een schande voor den spitsboef Napoleon, dat hij zulk volk tegen ons laat vech ten; het moet hem toch wel aan behoorlijke soldaten ontbreken." Bij Wörth heeft men lijken op het slagveld gevonden, waarvan de oogen waren uitgestoken of de tongeu uitgesnedenen 15 Beijersche jagers, die door Turko's omsingeld werden en zich moesten overgeven, zijn door hen met hunne dolkmessen de keel afgesneden. De Beijeren zijn woedend en willen dan ook van geen pardon meer wetenterwijl onze Noord-Duitsche sol daten in hunne goedmoedigheid dit nog doen. Ook onder de Officieren der Turko's met wie ik herhaal delijk heb gesproken, zijn wilde en onverschrokken, maar weinig beschaafde menschen. De eene was een Korsikaanvan den andere werd zelfs door Fransche officieren verleid, dat hij wegens moord tot 10 jaren galeistraf was veroordeeld, maar thans van den Keizer na eene gevangenisstraf van eeu jaar gratie had gekre gen, omdat hij als een woest soldaat bekend 9lond en dus tegen Je Pruissen goede diensteu kon doen. Ook de kommandant van een bataljou Turko's is in onze handen gevallen. Het schijnt, dat men de drie regemenfen met opzet in de eerste linie heeft gesteld, opdat zij door hunne wildheid aan onze soldaten ontsteltenis zouden inboezemen en ze tot wijken bren gen. Doch ook hierin, gelijk in al lesheeft Napoleon zich zeer vergist, want juist de Turko's hebben met rcgl de woede van al onze soldaten zoo opgewekt, dat zij met dubbele opgewon denheid vooruit stormen." Tijdingen uit Berlijn melden dat men bezig is om spoorwegen aan te leggen rond Metz, ten einde de lijn van Metz naar Parijs te kunnen gebruiken vóór dat Metz zal ingenomen zijn. Twee zonen van graaf von Bismarck zijn in de laatste gevechten gewond. De Duitschers hebben tot hiertoe 40,000 man aan dooden en gewonden verloren. Bont Monsson, 21 Aug. Voortdurend worden hier Fransche krijgsgevangenen binnen gebragt. Gisteren avond kwam hier een transport van 2000 soldaten en 36 officieren. Heden weer een transport, waarbij 54 offi cieren, onder welke de generaal Plombin. Het verlies der Franschen in de gevechten op 14,16 en 18 dezer is alleen aan dooden 12000 a 15000 en met de gevangenen in geen geval minder clan 50,000 man. Bij Gravelotte hebben wij circa 4000 Franschen krijgsge vangen gemaakt. Ainsterdam, 22 Aug. Eenigen tijd geleden vertrok van hier een knaap van 15 jaren naar Duitsch land, om zich bij zijn oom in diens handwerk (draaijer) te bekwamen. Kort na zijn vertrek ontvingen zijne ouders een brief, waarin hun tot hunne groote ontstel tenis gemeld werd, dat hun zoon spoorloos verdwenen was. De oom in Duitschland en de ouders hier stelden alle pogingen in het werk om iets van den knaap te vernemen, maar, bij wien zij zich ook vervoegden niemand kon hun eenige inlichting geven. Eindelijk komt dezer dageo een brief van den 15jarigen draaijer zijne bedroefde betrekkingen uit de verlegenheid redden, en wel een brief gedagteekend uit den onttrek van Metz. Daarin schrijft hij, dat, toen de plaats zijner inwoning bezocht werd door de Brandenburgsche huza ren bij zijn vurig verlangen om eens een oorlogsveld van nabij te bezien, niet kon bedwingen, op zijn pantoffels het regiment heeft gevolgd en dat hij thans bij een ritmeester in dienst was en op diens paarden paste. Hij is thans bij het Pruissische leger bij Metz, waar het hem aan niets ontbreekt. Zierikzee, 23 Aug. De verkiezing voor een lid der prov. Staten van Zeeland, in het hoofdkiesdistrict Zierikzee, tengevolge van het overlijden van den Heer H. A. van IJsselsteijn, is door de Gedeputeerde Staten bepaald op Dingsdag 20 September a. s.en de her stemming zoo die noodig mogt wezen op Dingsdag 4 October daaraanvolgende. Op a. s. Vrijdag zal het 4de Concert op Parklust plaatshebben. Het programma is: 1. Marsch, Krombein. 2. Blóndin PolkaZiehrer. 3. Cavatine uit „Lucretia," Donizetti. 4. II Bacio, Arditi. 5. Lied ohne Worte, Men delssohn. 6. Drinklied uit „Lucretia," Donizetti,. 7. Na- tionaal-Marsch, Böhme. 8. Am Meer, Schubert. 9. Duet uit „Tancred Jiossini. 10. Traume auf dem Ocean Gungl. 11, Cavatine uit „Freischütz," Weber. 12. Pro pheet Quadrille, Strauss. De miliciens der ligting van dit jaar behoorende tot de vier regimenten huzaren het reg. veld- en het regement rijdende artillerij die na hunne inlijving in Mei 11. tot nadere oproeping met verlof zijn gezonden, zullen den 3den October a. s. bij hunne korpsen in activiteit optreden, ten einde gekleed en geoefend te worden. De miliciens van vroegere lichtingen dan 1866, die op grond van art. 146 der militiewet eerst later het paspoort zullen ontvangen voor zooveel zij nog dienst- pliebtig en niet in dc algemeene oproeping begrepen waren, zullen tegen den Isteu September a. s. worden

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1870 | | pagina 1