Donderdag 3 Maart 1870. nen. No. 2742. 26s,e Jnnrg. Besturen en Administratiën. L -4- 000.1 ij- MOO] Ij\ zee. NATIONALE MILITJE. Bekendmaking. M PUBLICATIE. Nationale Militie. 11 gen *4 den BEKENDMAKING. VERGADERING Nieuwstijdingen. Slmtriftau éSiebetLtttb. te onder eau der ooiheid welke ZIER IKZEfiSGHENIEUWSBODE. HOECK 9 le«i van lisohe j A.1N", te Ï376, >oo,—1\ handtee- ■retrokken I )ine eiiover| 70 ceiut. voordracht] onderge- OKT.1 BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zier ik zee Gelet op art. 150 der wet van 19 Augustus 1861 (Staatsblad no. 72) noodigen de lotelingen, die verlangen bij de Zee militie te dienen, uitom zich tot dat einde vóór 1 April c. k. bij hen ter Secretarie dezer gemeente aan te melden. En op dat niemand hiervan onwetendheid voorwende, zal deze worden afgekondigd en in de Zierikzeesche Nieuwsbode geplaatst. Zierikzee, den 1 Maart 1870. De Burgemeester B. C. CAU. De Secretaris J. P. N. ERMERINS. knecht Eerste zitting van den Militieraad. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente Zierikzee Brengen ter kennis van de lotelingeu dezer gemeente, behoorende tot de ligting van het jaar 1870dat de militieraad op Maandag den 21 Maart 1870, des voor- middags te 9 '/2 uur te Middelburg in de Abdij aldaar zitting zal houden, om uitspraak tc doen omtrent de verschenen vrijwilligers voor de militie, en de lotelingeu, die redenen van vrijstelling hebben ingediend, op grond van de bepalingen der wet van den 19den Augustus 1861 (Staatsblad no. 72); alsmede omtrent de lotelingen, die, volgens de artt. 55 en 56 der wet, niet tot de dienst der militie kunnen worden toegelaten, en omtrent alle overige lotelingen; voorts, dat bij art. 54 dier wet is bepaald, dat geene vrij stelling, aangevraagd wegens ziekelijke gesteldheid of gebreken of wegens gemis aan lengte, wordt verleend, wanneer de betrokken loteling niet voor den militieraad is verschenen zjjnde dit evenwel niet toepasselijk op den loteling, die wegens ziekte of gebreken buiten 9taat is voor den militieraad te verschijnen, daar deze, volgens art. 89 der wet, geneeskundig zal kunnen worden onder zocht op de plaats, waar hij zich bevindt; en dat de lotelingen die om boven gemelde redenen vrijstelling van de dienst der militie verlangen, en zij, die zich als vrijwilligers voor de militie hebben aan geboden mitsdien worden aangemaandom op den bepaalden tijd voor den militieraad te verschijnen en zich niet te verlaten op het ontvangen van een op roepingsbiljet, daar het niet ontvangen van dit biljet niet ontheft van de verpligting tot het verschijnen voor jdien raad. Zierikzee, den 1 Maart 1870. Burgemeester en Wethouders voornoemd, B. C. CAU, De Secretaris, J. P. N. ERMERINS. HITS franco. een ongehuwd, IERLAND, A. van 1» ttcrzri TOND r Snelpee TC IV OCHTMÜ ERSTOi j P. asschen XMEl ii ie zonden. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zierikzee irengen ter kennis van belanghebbenden dat Z. E. de Minister van Finantiën ingevolge Koninklijke inagti- ring heeft vastgesteld de ST^Öste Staats-Loterijdie >estaan zal uit 20,000 loten10,000 prijzen 13 premiën verdeeld in vijf klassen waarvan collecte wordt geopend op Maandag den 7den en esloten op Zaterdag den 19 dezer maand terwjjl de rekkingenals gewoonlijk plaats zullen hebben te Gravenhage te weten de eerste klasse op den 4den, 5den, 6den en 7 April (Ie tweede klasse op den 19den 20sten 21sten April; de derde klasse op den 2den, Bden, 4den en 5 Mei; vierde klasse op den 16, 17, 18 en 19den Mei; en: de vijfde klasse op den 30sten en 31 sten Mei, 1 7,8,9. 10 14, 15 16, 17 2122 23 en 24 unijterwijl de laatste ÏOO nummers op Zaterdag en 25 dier maand zullen getrokken worden Voortsdat de prijzen der loten en de wijze waarop uitgifte en trekking der loten zullen geschieden ezelfde zijn als van voorgaande loterijen en dat de >ten en gedeelten daarvan alleen in koop verkrijgbaar Zierikzee, den 2 Maart 1870. De Burgemeester f B. C.' CAU. De Secretaris J. P. N. ERMERINS. «in clou Gomoeuternad teZiorikzee, GEHOUDEN DEN 23 FEBRUARIJ 1870. {Niet officieel.) Vervolg en slot van het vorig No mm er. Heropend zijnde, komt io behandeliug het ecrsle punt van voorstel van B. en W. De Heer Mr. van Dongen zegt dat de posterijen eene rijlcs- 'Iclling zijndat het Rijk voor een kantoor moet zorgen en dienst wel zal vorrigten al 9taat de gemeente geen geld af °r een kantoor. De gemeente kan z. i. evenmin een gebouw Qr een postkantoor danrstcllenals het dit zou kunnen doen lr belastingkantoren of voor een geregtsgeboaw, Hij maakt bezwaar om eene som van 12.000 uittegeven en herin- hoe eerst onlangs een bedrag van ƒ26.000 is betaald voor de hoogere burgerschool. Zoo voortgaande zou men tc veel kapitaal in gebouwen beleggen. Hij zal daarom tegen het voorstel stemmen. De Heer Goemans is het cen9 met den vorigen spreker. De posterijen zijn eene rijkszaak, waarmede dc gemeente niet te maken heeft. De gemeente heeft zich eerst kort geleden van verschillende gebouwen ontdaan en zal zij nu weer andere aan- koopen? Deze zaak is niet gelijk aan die tot aankoop van een gebouw voor telegraafkantoor; daarvoor moest de gemeente medewerking vcrleencn om in het telegraafnet opgenomen te kunnen worden. De Heer Koole is voor het voorstel, als de gemeente niet te veel geld ten offer moet brengen. Hij zag gaarne dat een vast postkantoor gevestigd wa9 in het midden der gemeente, een kantoor dat de gelegenheid aanbiedt om het publiek dat het bezoekt, zoodanig ie ontvangen dat het geen gevaar loopt, zijne gezondheid te beoadeelen. De lieer vun der Grijp zegt dat het belang der ingezetenen wel bij het postkantoor betrokken is, maar dat hij toch de gelden der gemeente niet durft gebruiken voor de vestiging van een vast kantoor. Hij kent als lid der Commissie voor de fabricage de eischen die sommige rijksambtenaren doen en welke steeds ten nadeel e dor gemeentekas zijn. De Heer Mr. Moolenburgh i9 het eens met de HH. Mr. van Dongen en Goemans en zul daarom tegen het voorstel stem men. Een postkantoor i9 zeer zeker eene rijkszaak, maar ook het belang der ingezetenen is betrokken bij een vast kantoor. Hij is er daarom voor dut de gemeente iets doet om dat te verkrijgen en stelt voor dat zij eene subsidie zal geven aan het Rijk, opdat dit een vast kantoor voor zijne rekening make. De gemeente weet dan wat het te betalen heeft en is met de uitgaaf danrvnn van de zaak af. De Heer Mr. Fokker is voor het voorstel. Een postkantoor is eene rijkszaak, zoowel al9 de justitie cn de belasting, en het Rijk moet voor een kantoor zorgen; het voorstel strekt echter niet om aan het Rijk èfcn gebouw te geven, mftar om het de daarstelling van een va9t postkantoor gemakkelijk te maken. Dc gemeente geeft daartoe een zeker kapitaal uit voor een gebouw, dat haar eigendom blijft en het Rijk betaalt daarvoor een huurprijs, die volgens het 2de gedeelte van het voorstel zoo groot is dat dc gemeente geen schade lijdt. Hebben de medeleden aanmerking op den voorgestelden huurprijs, dan moet dit besproken worden bij de behandeling van het 2de gedeelte van het voorstel. Het Rijk kan niet overal kantoren daarstcllendit zou door de kosten van opzigt enz. te veel kosten; het roept daarom de tusschenkomst der gemeenten in, die gemakkelijker de gebouwen kunnen beheeren dan het Rijk, en die groot belang hebben bij een geschikt kantoor, omdat de ingezetenen daarmede telkens in aanraking moeten komen. Als deze gemeente nu geen medewerking verleent dan gelooft spreker wel niet, dat het Rijk zich het postkantoor alhier niet j zal aantrekken, manr wel dat dit lang zal duren en dat de Minister eerst die gemeenten zal helpen, die hunne medewer king willen verieencn. Spreker acht het voorstel ook meer in het belang der gemeente dan het verleenen van subsidie; zoo de Raad deze toeslaat dan i*9 het bedrag daarvan zeker verloren en volgens het voorstel i9 er geen verlies. De lieer Mr. van Dongen vraagt den heer Mr. Fokker hoe het kapitaal zal terugkomen, dat besteed is voor kosten van aankoop en inrigting. Spreker ziet er bepaald nadeel in voor de gemeente als het voorstel wordt, aangenomen. De Voorzitter zegt dat de gemeente dan nog hel gebouw heeft. Als het Rijk na afloop van den eersten huurtermijn het kantoor niet wil inhuren, dan heeft het nog niet alle waarde verloren. De spreker wil de gemeentekas niet bezwaren, maar mag ook het belang der ingezetenen niet voorbijzien; deze hebben veel meer belang bij een postkantoor, dan bij een geregtsgrbouw of een belastingkantoor, die veel minder bezocht worden dan het postkantoor, dat bijna op alle uren van den dag, ja zelfs 's avonds laat, geopend is. Hij wil daarom gaarne medewerken om een vast kantoor op een doelmatiger stand tc verkrijgen en herinnert hoe eenige jaren geleden klagten zijn gerezen, toen het kantoor gevestigd was op het einde der Oude Haven. Dergelijke klagten.kunnen zich herhalen, als de directeur eene woning betrok, die minder goed gelegen was. Het voorstel strekt niet om dadelijk een gebouw te koopen, maar alleen ingeval er zich eene geschikte gelegenheid voordoet. Wat den huurprijs betreft, die liet Rijk zou moeten betalen, daarover kan eci-3t gesproken worden bij het 2de gedeelte van het voorstel. De Heer Mr. Moens ziet in het postknntoor eene rijkszaak. Ter wille van de finantiën der gemeente acht hij het bezwarend om haar voor een gebonw te doen zorgen. Als het Rijk wil bonwen, dan zou hij liever eene subsidie willen geven. Jhr. de Jonge is het eens met de vorige sprekers, dat het postkantoor eene rijkszaak is. Mij wil het oordeel van het Hodger Bestuur of het op de voorwaarden, zooals die in het voorstel zijn opgenomen, eene overeenkomst wil aangaan, niet vooruitloopen. Hij merkt op dat dc gemeente geen geldelijk offer brengt, als het voorstel wordt aangenomen, maar het Rijk vergemakkelijkt in de daarstelling van een vast kantoor, dat in het belang der ingezetenen is. ,De magt van den Staat om dc gemeente al dan niet ter wille te zijn, zou voor spreker geen motief zijn om het voorstel aan tc nemen maar veeleer om het te verwerpen. De Heer Mr. Fokker wil hetgeen hij gezegd heeft van de magt van den staat in verband beschouwd hebben met het geen hij heeft doen voorafgnan. Het Rijk kan niet overal te gelijk kantoren stichten cn zal zeer zeker die gemeenten eerst helpen, die willen medewerken. Al zijn de andere motieven van den spreker voldoende tot ondersteuning van het voorstel, ook dit motief acht hij van belang. De beraadslagingen zijn daarop gesloten en het late gedeelte van het voorstel wordt in stemming gebragt. De stemmen hebben gestaakt en dc verdere behandeling is daarom aange houden tot de volgepde vergadering. Vóór stemden de HH. Fokker, Mulock Houwer, Labrijn, Koole, de Jonge cn de Voorzitter, tegen de HH. van der Grijp, LandsknegtGoe mans van DongenMoolenburgh en Moens. De Voorzitter deelt mede dat het besluit tot, heffing van begrafenisregten is gewijzigd en stelt voor dit ter inzage te leggen van de loden om in eene volgende vergadering behan deld te worden. Aldus besloten. De vergadering i9 daarna gesloten. Op Dingsdag 21 Jan. 11. is te Louisville de ter dood veroordeelde Kriel opgehangen. Dit is op zich zelf niets byzonders, doch hetgeen volgde is bijna ongelooflijk. Na de ter dood brenging raakte generaal Whittaker, die de strafoefening bijwoonde, het lijk aan en meende nog eenige flauwe kloppingen in de aderen te bemerken. Hij deelde dit, behalve aan verschillende andere per sonen, ook aan de geneesheeren me^ef welke evenwel formeel verklaarden dat de gevonriisdo persoon overleden washet incident ha'd- geefi'e verdere gevolgen en de ter aarde bestelling had plaats. Des avonds hield evenwel een rijtuig stil voorde poort van het kerkhof; twee mannen stapten er uit, namen Kriel uit zijne kist, legden hem op eene matras in het rijtuig en reden heen. Het waren studenten in de geneeskundediekennis ge kregen hebbende van het vermoeden van den generaal, besloten hadden eene proef te nemen. Te buis gekomen zijnde, deden zij den veroordeelde zijn lijklaken af, legden hem op eene tafel en spuiten eenige droppels bloed van een ander persoon in zijne aderen; daarna werd het ligchaam ouderworpen aan de werking eener galva nische batterij. Na ongeveer een kwartier uurs werd de bloedsomloop voelbaar en Kriel opende de oogen. Op de tot hem gerigte vragen kon hij evenwel geen antwoord gevendoch bewees door gebaren dat hij hen verstond. Toen goot men hem prikkelende middelen in de keel, het ligchaam werd duchtig gewreven, weldra rigtte hij zich overeind en vroeg„Wat hebt gij gedaan Leef ik nog." De verwondering en vreugde der studenten laat zich niet beschrijven. Kriel herkreeg zijne krachten, en drukte den wensch uit om ten spoedigste naar elders te vertrekken. Dienzelfden nacht vertrok bjj dan ook met een zijner redders naar Indië, om elders een ander leven aan te vangen. Van den aartsbisschop van Mechelendie in het Concilie van den 14 February den titel van primaat ont vangen heeft en van wien men verwacht dat hij met den kardinaalshoed uit Rome zal terugkeerenia dezer dagen door den heer Deschamps getuigd, dat hij be stemd schijnt, om de opvolger van Pius IX te worden. Rotterdam, 27 Febr. Gisteren middag had alhier in de Breedstraat een ongeluk plaats. Een zevenjarige knaap, bezig zijnde in een pakhuis aan een geladen hand wagen te wippen, had het ongeluk te vallen, terwijl de wagen uit zijn balans geraakte, met het ongelukkig gevolg, dat de knaap een der boomen in den hals kreeg, die hem het nekbeen verbrijzelde, zoodat hij eenige oogen- blikken daarna, aangezien niemand den toestand van den knaap gezien had, levenloos van onder den wagen is weggehaald. Grocde, 23 Febr. Heden vóór 25 jaren begon de heer H. J. Janssen predikant bij de Hervormde gemeente alhier zijn dienstwerk in de naburige gemeente van Kadzandvan waar hijna aldaar ruim zes jaar werkzaam te zijn geweest naar hier beroepen werd. Vele waren de blijken van hoogachting en toegenegen huid, die de jubilaris bij die gelegenheid mocht ont vangen. Onder meer werd hem des avonds eene serenade gebracht door het alhier bestaande muziekgezelschap: „Eendracht maakt macht." Des Zondags daaraanvol gende in de namiddag-godsdienstoefening vierde ZEw. openlijk gedachtenis van de vervulling van zyn 25jarigen evangeliedienst door voor een buitengemeen talrijke schare te prediken naar aanleiding van I Petr. 1 vs. 25. Toen de nazang geëindigd was, werd hem door een zestigtal gemeenteleden toegezongen het 1ste en 9de vers van Gez. 273 uit den vervolgbundel der Evangelische Gezangenterwijl daarna door de gansche schare staande aangeheven werd het 3de vers van den 134sten Psalm. Aan den avond van dien dag werd den jubilaris ander maal een serenade gebracht. 55uiclla.ilcl 27 Febr. Gisteren avond hadden wij het genoegen den lieer Vis/eer aL improvisation* voor een talrijk publiek te zien 'optreden. Hij gaf blijken van groote vaardig heid in de kunst van improviseren en toonde niet alleen de taal volkomen meester te zijn, maar ook ieder wetenschap pelijk punt waardiglijk te behandelen. Genoemde heer i9 verzocht ten tweeden male hier op te treden, waaraan, zoo wij hopen door ZEd. zal voldaan worden. Ingez Goes, 28 Febr. In den morgen van 21 dezer werd alhier het overlijden bekend gemaakt van eeneden vorigen nacht overledene jonge dame, behoorende tot een der eerste familiën alhier, bij welke zich naar het schijnt tot heden nog zoovele kenteekenen van schijndood voor doen, dat de geneesheer bezwaar heeft om de begrafenis toe te staan. De belangstelling in den afloop van dit ongewoon verschijnsel is algemeen. Zierikzee, 1 Maart. In de vergadering van het Departement Zierikzee der Maatschappij van Nijverheid op gisteren avondhad de voortzetting plaats der dis cussie omtrent het nut eener broodfabriek te dezer plaatse. Breedvoerig werden zoowel de bezwaren als de voor- deelen aan de oprigting van zoodanige zaak verbonden, behandeld. Het werd erkend, dat daar waar de prijs van het brood niet in goede verhouding staat tot dien van het graande daarstelling eener broodfabriek in het publiek belang wenschelijk is. Hot bestuur verklaarde bij het stellen der bekende vragen geenzins de bedoeling te hebben gehad om de oprigting eener broodfabriek voor te stellen het moet dit natuurlijk geheel overlaten aan de particuliere industrie. Slechts meende het naar aanleiding der klachten over den hoogen prijs van het brood in vergelijking van die in andere Zeeuwsche steden, de aandacht op zoodanige inrigting te moeten vestigen. Wy gelooven dat dit doel volkomen bereikt is, al thans by velen vertoonde zich genoegzame belangstelling om de verwachting te billijken, dat, wanneer de prij zen van het brood duurzame reden tot ontevredenheid geven mogten we spoedig een broodfabriek zullen zien verrijzen. De heer W. K. J. Spoor, leeraar aan de hoogere burgerschool alhier, zal populaire voorlezingen over de chemie houden in het locaal dier school, bestemd voor de lessen in de chemie, hetwelk door het dugelijksch bestuur hem daartoe is afgestaan. Z. M. heeft bepaald dat de ligting der militie van het jaar 1870 bedraagt 11.000 man, waarvan 600 voor den dienst ter zee te bestemmen. Door de provincie Zeeland zal moeten geleverd worden 529 man. Te Deventer is eene paardeuslagterjj op groote schaal geopend. De paarden worden vóór de slag ting door een deskundige onderzocht. Men schrijft uit Vli99ingcn, naar aanleiding der Rotler- dnmsche concurrentie bij 't plau om de directe stoomvaart Vlissingen-Norfork te bevorderen »Mcn heeft zeker rijk wel eens bestempeld met den naam van zieken man. Nu zoude men Rotterdam met het oog op hare gebrekkige waterwegen opperbest kunnen vergelijken bij eene zieke vrouw, die zich gedurig hoos mankt over de goede zorgen, die men nan andere lijderessen besteedt., en die om alleen al het levensgenot te bezitten er gedurig op uit is oin zich meester te mnken van de geneesmiddelen voor anderen bestemd, ten einde die tegelijk met de hare opteslikken. In de N. R. Ct. wordt geklaagd over gemis aan waarborgen voor vryheid en eer, als inen let op sommige feitendie als maatstaf voor die waarborgen kunnen dienen. De preventive inhechtenishouding van den Amsterdaraschen opzigter gedurende 15 maanden nu eens daarlatende, zegt de schrijver, dat hij te Montfoort een meisje heeft gezien, dat vier en een halfjaar oud door een Zeeuwsche regtbank tot 5 jaar gevangenisstraf was veroordeeld. Verbaast en verontrust zoo iets niet? Onlangs vond hij op weg in een herberg een veldwachter, die een armen duivel naar de „Schans" moest vervoeren. De man was verre van zijn woonplaats ziek geworden; hij had al zijn geldje verdokterd en wilde naar zijne betrekkingen in Zeeland terugkeeren, maar bezat niets meer. Een schipper bood hem overtogt, mits bij mede werkte en iets betaaldehij had geen geldvroeg daarom toen, werd gevat en wegens „bedelarij" ver oordeeld. Wordt bij zulke gevallen van landlooperij dan door den regter geen notitie genomen van de om standighedendie tot de zaak aanleiding gavenvraagt de schrijver. Uit Oldenbrook wordt gemeld Bij een geacht ingezeten dezer gemeente had jl. Zondagavond het volgende voorval plaats. Bij het avondeten proefde de vrouw des huizesdat de blij op haar bord een bijzonder onaangenamen en bitteren smaak hadzoo ergdat zij zoowel als alle huis- genooten die volstrekt oneetbaar vonden terwjjl die op de borden der huisgenooten hoewel uit denzelfden pot afkomstig, niets byzonders aan zich had en zonder hinder genuttigd werd. Het voor de vrouw bestemde bord bry werd alstoen den hond voorgezet, die onge veer een half uur na het eten daarvan dood werd gevonden. Hoewel men tegen niemand eenig vermoeden heeft, is om het vreemde en onverklaarbare dezer zaak, ook om de treurige gevolgen die zy had kunnen hebben de justitie hiervan in kennis gesteld. In de bedjjkte Schermer heoracht de longziekte, vooral onder het vee dat door de tongblaar is aange tast geweest, op onrustbarende wijze. Het vleeach zelfs van de dieren die bij de eerste ontdekking worden afgemaakt, wordt zeer schadelijk voor de gezondheid geacht, zoodat een koe, die in gezonden toestand ƒ200 en meer waarde had, op dat oogenblik niet meer dan ƒ30 tot 50 kan opbrengen. Als eene curioziteit deelen wij het volgende vers mede, naar een oud drukwerk gekopieerd. Het beschrijft den winter van 1667, die volgens het gedicht, tot in de maand April heeft voortgeduurd: In January Zestienhondert-zeven-en-zestig Doen Vroor 't en het Sneeuwde zeer heftig. Styf zes weeken stond de Vaart geheel stil. Drie weeken Voer men weêr geheel na wil. Het voornaamste dat hier wordt genoteerd, Is, dat 'er zoo veel Ys kwam in de Meert NOTA. Den 16 Maart begon 't weêr hart te vricsen; Den 17 moesten de Visschers de winst verliesen; Den 18 liep veel Volk voor de Laag op 't Y; Den 19 passeerde' men van d'een tot d' ander zy Den 20 bood Weer en Wind nog weinig zoen Den 21 leek of Weer en Wind anders wou doen Den 22 was de Wind weêr feller aan 't Vriezen: Den 23 begon 'tYs door de zon hart te verliezen; Den 24 al Vriezende verloor het Ys zyn lcragt Den 25 kwaamen 'er veel over 'tY met voordragt, Den 26 liepen 'er nog drie van Stee over'tY, Namiddag zeilden de Schuiten de stad voorby; Den 27 heeft d'Oosten Wind 't Ys op Rarapus k^og gezet Den 29 was 't Vaaren daar over nog wel belet Den 30 kwamen eenige daar over varen en loopen meê; Den 1 April liepen eenige Personen nog op Zuiderzee; Den 2 dito is in 't Val een Schip door 'tYs vast gehegt Dit is genoteerd van M. T. de Lootsen haar knegt. Om Gods groote Wonder en Kragt Te doen helpen houden in gedacht. Het Journal de Bordeaux verhaalt een treffende gebeurtenis. Een oude blinde op zijn stok steunende liep langzaam langs 'het trottoir van de straat St. Sor- nin. Een poedel, aan een dun touwtje vastgemaakt, bestuurde oplettend zijn weg, een wakend oog op zijn meester houdende. Een jongen van twaalf jaareen goed gesmeerde boterham in de eene hand en eene groote kleermakers8chaar in de andere houdende, sneed in 't voorbijgaan het touw los dat het dier vasthield en het zijn boterham vóórhoudende beproefde hij het van zijn pligt af te brengen door den geur van dit buitengewone ontbijt. De arme hond sloeg een begee- rigen blik op de spijzen die hem werden aangeboden, maar de beproeving duurde slechts een oogenblik; want de bravo slimme geleider keerde naar zyn meester terug en tegen hem aanloopend zocht hij hem te doen be grijpen dat hy het touwtje weer vast moest maken. GemciigrBe berigfton. Victor Hugo is benoemd tot Voorzitter van het Euro- peesch Congres te Brussel. B-^ngryke zaken znllem

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Nieuwsbode | 1870 | | pagina 1