Exclusieve kwaliteit is toekomst aardappelsector SE V-brochure over part time-boeren 3% v CA -C LAND- EN TUINBOUWBLAD VOOR ZEELAND EN NOORD-BRABANT Landbouwschap wil uitzondering voor Zeeuwse bloemdijken VEEL HANDEN MAKEN UCHT WERK r^SEBJBLI07^ wté> 1993 1843 y61 D/scusssie over toekomst nog niet afgerond Brief aan minister: hhb Deze week Pag. 3 Overleg over juridische procedure doorberekenen waterschapslasten. Pag. 4 Erfpacht als financieringsbron. Pag. 5 Van het KNLC. Pag. 6 Fruitteelt had moeilijk jaar. Schap wil teeltregeling voor aardappelen. Pag. 7 Opbouw ZMO halverwege. "Den Zeeuwschen Landbouw". Pag. 8 Akkerbouw moet sterke kanten uitbuiten. Pag. 9 Reportage Belgische melkveehouders. Pag. 10 WPN-keuring Vrouwenpolder. Pag. 11 Tuinbouwklanken. Pag. 12 en 13 Vrouw en jongeren. Gevolgen voor bedrijf en gezin in kaart gebracht z m-kra VRIJDAG 16 JULI 1993 81e JAARGANG No. 4177 De Afdeling Akkerbouw van het KNLC vindt dat de Nederlandse aard appelsector aan de kwaliteit van haar produkten moet werken. Dat is een eerste conclusie uit de discus sie over de toekomst van de Neder landse consumptie- en pootaardappelsectoren. De Afdeling wil nog nader bezien wat precies de positie van Nederland is ten opzich te van de concurrentie. Daarbij moeten ook de (on)mogelijkheden van een beperking van het areaal aardappelen in de EG verder worden uitgediept. De consumptie-aardappelsector kende vorig jaar een slecht seizoen. Ziektes en lage prijzen zorgden voor lage inkomsten. Dit had zijn weerslag ook bij de pootaardappel- sector. Na enkele jaren van groei viel de export van pootgoed ver terug. Eén en ander was reden om een dis cussie te voeren over de positie van de Nederlandse consumptie- en pootaardappelsectoren. De discus sie spitste zich toe op het verhogen van de kwaliteit van de Nederlandse aardappelen en de mogelijkheden van een beperking van het aardap pelareaal in de EG. Als gevolg van de hervormingen van het EG-landbouwbeleid schakelen steeds meer (buitenlandse) akker bouwers over op de aardappelteelt. Op voorhand lijkt het daarom niet mogelijk een regeling te treffen over de beperking van het aardappel areaal. De Afdeling Akkerbouw van het KNLC wil desondanks een ver dere discussie over een areaalbeper king in de EG niet uit de weg gaan. De Afdeling is van mening dat Ne derland sterk staat wat de kwaliteit van de aardappelen betreft. Maar het is de vraag of dat zo blijft. Milieukeurmerk Een extensieve teelt alleen is uiter aard niet genoeg voor een kwalita tief goed eindprodukt. "In Nederland hebben we kennis en goede voorzieningen. De teelt is slechts een onderdeel van het pro ces van produktie naar consumptie. Het vermarkten van de aardappelen is ook heel belangrijk", weet de Af deling. Op dat terrein heeft Neder land een voorsprong. Omdat die voorsprong af kan nemen, verdient kwaliteit alle aandacht. Er mag verwacht worden dat de buitenlandse concurrentie in staat is de kwaliteit van haar aardappelen te verbeteren. Daarom moeten de Ne derlandse consumptie- en pootaard appelsectoren ook blijven werken aan de kwaliteit. Door in te spelen op specifieke wensen van bepaalde afnemers, versterkt Nederland haar positie op deelmarkten. "Dus niet richten op een bulkproduktie met kwaliteit voor een lage prijs, maar op exclusieve kwaliteit", aldus de Afdeling. Eén milieukeurmerk op consumptie aardappelen bijvoorbeeld kan vol gens de Afdeling meerwaarde ge ven. "Een keurmerk dat aangeeft dat de aardappel in de keten van te ler naar consument milieuvriendelijk is geproduceerd, versterkt de con currentiepositie van die aardappel. Als teler sta je bovendien sterker ten opzichte van de handelshuizen", meent de Afdeling. Ze onderkent het probleem dat het keurmerk ook meteen de Nederlandse aardappe len zonder keurmerk 'veroordeelt'. De verwerkende industrie haalt haar aardappelen overal vandaan, daar voor zal een keurmerk voorlopig nog niet geschikt zijn, verwacht de Af deling. Maar in de versmarkt, aard appelen voor directe consumptie, zou een keurmerk al sneller de intre de kunnen doen. De Afdeling wil met de aardappelsector zelf het ini tiatief nemen om een keurmerk op te zetten. Geert Pinxterhuis. Het Landbouwschap heeft minister Bukman gevraagd de zogenoemde Zeeuwse bloemdijken niet tot voor verzuring gevoelige gebieden aan te wijzen. Door deze maatregel zou een groot deel van de veehouderijen in Zuidwest-Nederland zich niet meer verder kunnen ontwikkelen en zou de ruimte voor nieuwvestigin- gen te beperkt worden. Het ministerie van Landbouw, Na tuurbeheer en Visserij wil deze voor de natuur waardevolle dijken ver gaand beschermen door aangren zende landbouwbedrijven strenge normen op te leggen voor wat be treft de ammoniakuitstoot. De Zeeuwse landbouworganisaties hebben al laten weten dit niet te ac cepteren en hebben daarom hun medewerking aan de uitwerking van het Natuurbeleidsplan in deze pro vincie opgeschort. Het Landbouw schap stelt nu voor om de dijken onder het zogeheten relatienotabe- leid te brengen waarmee zowel de landbouw als de natuurbescher ming gediend is. De georganiseerde landbouw in Zeeland verzet zich heftig tegen de aanwijzing, die inhoudt dat de eco logische richtlijn van toepassing wordt op aangrenzende agrarische bedrijven. Dit legt beperkingen op aan bestaande bedrijfsvoering en maakt uitbreiding bijna onmogelijk. De dïrekteur Landbouw, Natuurbe heer en Openluchtrecreatie in Zee land, ir. A. van Weelderen, is belast met de aanwijzing. Hij heeft inmid dels al twee keer overleg gevoerd met de georganiseerde landbouw en de milieubeweging. De aanwij zing is voorlopig uitgesteld. De bloemdijken, die voor aanwijzing in aanmerking zouden komen, liggen op Zuid-Beveland, Tholen, Schou wen en in Oost-Zeeuws-Vlaanderen. Piet Francke uit Koudekerke oogst zijn drie ha vlas nog op de traditionele manier, dat wil zeg gen het geplukte vlas aan scho ven binden, deze in stücken zetten en na een dag of veertien op schelven, die weer een week later met een schelvendrager naar de schuur worden gereden. "Het is wel bewerkelijk, maar met zijn allen ook altijd erg gezel lig", zegt mevrouw Francke. "Bo vendien vinden enkele gasten van onze mini-camping het leuk - om tegen een kleine vergoeding - een handje toe te steken, en veel handen maken licht werk. Ook andere toeristen weten deze oogstmethode te waarderen, want er worden altijd veel foto's gemaakt, vooral a/s het vlas op schelven staat". Het vlas blijft tot in december/januari in de schuur bij Francke, dan haalt de Belgi sche afnemer het op. Het vlas is op 13 juli geplukt, zo'n dag of tien eerder dan normaal. Part time-boeren komt steeds meer voor. Reden voor de Sociaal Econo mische Voorlichtingsdienst van de ZLM om een brochure te maken over dit onderwerp. In de brochure wordt beschreven welke gevolgen het uitoefenen van een part time agrarisch bedrijf heeft voor de be drijfsvoering en de persoonlijke om standigheden. Hierbij is uitgegaan van de situatie dat een full time- bedrijf overgaat in een part time- bedrijf. Volgens de landbouwtelling 1991 zijn er in Nederland ruim 28.000 part time-boeren. Het zijn in meer derheid boeren onder de 60 jaar met een bedrijfsomvang tussen de 30 en 188 sbe's. Ruim drie kwart van de part time-boeren is van huis uit geen boer, maar doet er agrari sche nevenaktiviteiten bij. Van de vrouwen werkt 74% mee op het bedrijf. Dat is ongeveer evenveel als op het full time-bedrijf. Part time- boeren maken lange dagen. Gemid deld werken ze 62 uur in de week. In de SEV-brochure komt scherp naar voren waar men bij overscha keling naar een part time-bedrijf op moet letten. Achtereenvolgens ko men de volgende onderwerpen aan de orde: verzekeringen (zowel de particuliere als de sociale verzeke ringen), fiscale aspecten (o.a. aftrek posten, bedrijfsoverdracht/beëindi- ging), zaken met betrekking tot ruimtelijke ordening en milieu (in veel bestemmingsplannen is geen rekening gehouden met het feit dat de opvolger wel eens een part timer kan zijn) en pacht. Subsidies Een apart hoofdstuk is gewijd aan subsidiemogelijkheden en andere belangrijke regelingen in geval men een part time-bedrijf heeft of gaat voeren. Part time-boeren komen niet altijd in aanmerking voor subsidies en andere faciliteiten. In de brochure zijn de belangrijkste regelingen op genomen, waarvoor de part timer in aanmerking komt alsmede de rege lingen waarbij de hoofdberoeps- voorwaarde geldt. Tenslotte is een paragraaf gewijd aan financiering. De 23 pagina's tellende brochure is te verkrijgen door overmaking van f 10,- op girorekening 17.25.03 of bankrekening 32.05.03.275 ten na me van de ZLM onder vermelding: brochure part time-boeren.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1993 | | pagina 1