Geld en goed
Regelgeving nieuwe diersoorten (I)
Scriptie over Zeeuws
Boerenbrood bekroond
ZLM
December, nog iets te regelen?
Beheersplan De Mortelen
kan in werking treden
Sociaal
onomisc
Voorlichting
4
Weet u al dat (waarschijnlijk) met
ingang van 1 januari 1992 de nieu
we mestregelgeving voor nieuwe
diersoorten van kracht wordt? De
nieuwe regels hebben met name
betrekking op de introduktie en regi
stratie van nieuwe diersoorten, bin
nen de mestboekhouding, zoals
schapen, geiten, vossen, nertsen,
eenden en konijnen.
Voor de fosfaatregistratie van nieu
we diersoorten moeten aparte
registratie-formulieren ingevuld wor
den. Deze formulieren worden begin
december aan de agrariërs toege
zonden en moeten voor 1 februari
1992 ingevuld en ondertekend naar
Bureau Heffingen te Assen gezon
den worden. Deze registratie
verplichting geldt voor alle veehou
derijbedrijven, dus ook voor bedrij
ven die al in voorgaande jaren
referentiehoeveelheden opgegeven
hebben.
'Oude' diersoorten hoeven niet op
nieuw geregistreerd te worden (de
gegevens zijn al bekend). De 'nieu
we' (nu te registreren) hoeveelheid
P205-produktie wordt tezamen met
de 'oude' P205-produktie de totale
nieuwe referentie-hoeveelheid.
Een studieprojekt over het Zeeuws
Boerenbrood heeft de tweede prijs
gewonnen in de Agrarische Scrip
tiewedstrijd van de ABN AMRO. De
bekroonde scriptie is geschreven
door de heer M.L. Blijerveld en me
vrouw S. Speelman van de Land
bouwuniversiteit in Wageningen.
Hun verslag onder de titel "Onder
zoek naar invulling ideeën Stichting
Zeeuws Boerenbrood" gaat over
een marktonderzoek naar de afzet
mogelijkheden van brood, dat ge
bakken is van milieuvriendelijk
geteelde tarwe. In de scriptie wordt
wetenschappelijke diepgang ge-
kombineerd met praktische toepas
baarheid, aldus de jury onder
voorzitterschap van prof.dr.ir. P.C.
van den Noort, hoogleraar Algeme
ne Agrarische Ekonomie in Wage
ningen.
De eerste prijs, een geldbedrag van
f 5.000,—, werd gewonnen door
mevr. J. Reinders en mevr. G. Jal-
ving van het Prof. Van Hall-instituut
te Groningen met de scriptie "Mo
gelijkheden van SPF-
varkenshouderij in Noord-
Nederland". De derde prijs wasvoor
de heer M. Lambregtse van de
Christelijke Agrarische Hogeschool
in Dronten voor zijn werkstuk
"Agrarisch Natuurbeheer".
De wisseltrofee van de scholen
wedstrijd viel ten deel aan de Agra
rische Hogeschool Friesland te
Leeuwarden. Van deze school kreeg
de jury zeven scripties van hoog ni
veau over diverse onderwerpen.
De prijzen werden uitgereikt door
dr.ir. H. Beltman, direkteur Land
bouwonderwijs van het Ministerie
van LNV.
Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant hebben het Beheersplan De
Mortelen vastgesteld. Op basis van
het beheersplan kunnen grondge
bruikers in dit gebied vanaf 1 januari
1992 beheersovereenkomsten slui
ten met het Bureau Beheer Land
bouwgronden van het ministerie
van Landbouw en Visserij. De be
heersovereenkomsten zijn erop ge
richt het grondgebruik meer af te
stemmen op de doeleinden van
natuur- en landschapsbeheer, zoals
het behoud, het herstel en de ont
wikkeling van de natuurweten
schappelijke en landschappelijke
kwaliteiten.
Het Beheersplan De Mortelen heeft
betrekking op gebieden in de ge
meente Oirschot en voor een klein
deel op gebieden in de gemeenten
Boxtel en Best. Het gaat om een to
tale oppervlakte cultuurgrond van
Er zijn 2 soorten formulieren in
omloop:
1. registratie-formulier dierlijke
meststoffen 1991 (125+)
2. registratie-formulier dierlijke
meststoffen 1991 (125-)
Het registratie-formulier 125+ is
bedoeld voor mestproducenten met
een gemiddelde referentiehoeveel
heid van meer dan 125 kg P205 per
hectare. Het registratie-formulier
125- is van toepassing voor mest
producenten:
- zonder referentie-hoeveelheid, of
- met een gemiddelde referentie
hoeveelheid van minder dan 125
kg P205 per hectare
In de begroting voor 1992 heeft de
minister voor Landbouw, Natuurbe
heer en Visserij maatregelen aange
kondigd ter verscherping van het
mestbeleid. Deze fosfaatregistratie
voor nieuwe diersoorten staat ech
ter geheel los van de verdere uitwer
king en uitvoering van deze
maatregelen.
Op beide formulieren (125+ en
125-) dienen 6 telstaten voor de 6
diverse diercategorieën ingevuld te
worden.
Telstaat schapen
In het algemeen geldt, dat de hou
der van de dieren de dieren telt. On
der het houden van schapen wordt
ook verstaan de uitscharing van
schapen en het tijdelijk onderbren
gen van schapen elders (bijv. bewei
ding). Het aantal schapen dat
opgegeven wordt is het aantal ge
telde schapen, het gaat dus niet om
de stal- of hokcapaciteit. Bij een
controle op het bedrijf moet de be
zetting van de diersoort aangetoond
kunnen worden, aan de hand van
bewijsstukken en/of de admi
nistratie.
De teldata voor de schapen zijn: 31
december 1991 en een andere da
tum naar keuze in mei/juni 1991. De
teldata mogen dus niet per diercate-
gorie verschillen. Het gemiddelde
van die twee teldata moet met de
fosfaatproduktienorm vermenigvul
digd worden.
Telstaat geiten/vossen/nertsen en
eenden/konijnen
Omdat deze diercategorieën in de
regel niet zoveel voorkomen heb ik
gemeend de uitleg van de telstaten
achterwege te laten. De gegevens
zijn bij de SEV echter wel bekend!
Registratie-formulier 125-
Voor agrariërs met een gemiddelde
referentie-hoeveelheid per hectare
van 125 kg P205 of minder (die al
bij Bureau Heffingen met een
referentie-hoeveelheid zijn gere
gistreerd) geldt het volgende.
Deze agrariërs kunnen uit 2 moge
lijkheden kiezen:
- het opnieuw registreren, op een
nieuwe teldatum, van alle 'oude'
diersoorten, of
het niet opnieuw registreren van
alle 'oude' diersoorten (zodat de
reeds eerder geregistreerde
referentie-hoeveelheden van
kracht blijven).
In de meeste gevallen zal een agra
riër alleen kiezen voor een her
nieuwde registratie van de 'oude'
diersoorten, als dit leidt tot een ho
gere referentie-hoeveelheid.
Agrariërs die nog geen geregistreer
de referentie-hoeveelheid hebben bij
Bureau Heffingen, moeten op de
formulieren ook altijd de 'oude' dier
soorten opgeven.
Agrariërs die nog geen geregistreer
de referentie-hoeveelheid hebben bij
Bureau Heffingen, moeten op de
formulieren ook altijd de 'oude' dier
soorten opgeven.
'Oude' diersoorten kunnen overi
gens alleen geregistreerd worden
als er ook dieren van de nieuwe
diersoorten op het bedrijf gehouden
worden.
Registreren van de 'oude' dier
soorten
Indien er een overzicht ontvangen is
met daarop de 'oude' referentie
hoeveelheid, dan hoeven de telsta
ten alleen ingevuld te worden als dit
tot een hogere referentie
hoeveelheid leidt. Voor de 'oude'
diersoorten kan nooit een referentie
hoeveelheid worden geregistreerd
die hoger is dan 125 kg P205 per
ha.
Als er geen overzicht is ontvangen
met de 'oude' referentie-hoeveelheid
dan moeten de 'oude' diersoorten
geteld worden. Als de P205 pro-
duktie op de nieuwe teldatum hoger
is dan 125 kg P205 per hectare dan
registreert Bureau Heffingen een
referentie-hoeveelheid voor de
'oude' diersoorten die overeenkomt
met 125 kgxP205 per hectare.
Voor de teldatum van de 'oude' dier
soorten kan gekozen worden voor:
- alleen 31 december 1991 voor
alle 'oude' diersoorten;
- één datum naar keuze voor alle
'oude' diersoorten waarbij ook
de kolom voor 31 december'
1991 ingevuld moet worden.
Voor de telstaten van de 'oude' dier
soorten (rundvee, kalkoenen, kip
pen, varkens) gelden de regels die
de vorige jaren ook reeds golden.
In het volgende artikel zal ingegaan
worden op de gevolgen voor de
mestboekhouding en het omwisse
lingsverbod.
M.J. Meijers
De prijswinnaars van de ABN AMRO Scriptiewedstrijd met links de
studenten Blijerveld en Speelman, die met hun scriptie over het
Zeeuws Boerenbrood de tweede prijs in de wacht sleepten. Achter
de studenten dr.ir. H. Beltman, direkteur Landbouwonderwijs, en
prof.dr.ir. RC. van den Noort, voorzitter van de jury.
410 ha die als reservaatsgebied is
aangewezen.
In reservaatsgebieden wordt ernaar
gestreefd om de betreffende grond
te verwerven ten behoeve van een
terreinbeherende natuutbescher-
mingsorganisatie. In de periode
voorafgaande aan deze verwerving
kunnen ondernemers op basis van
vrijwilligheid een beheersovereen
komst sluiten. Zij kunnen daarvoor
een vergoeding ontvangen.
De ondernemer kan zelf een pakket
beheersverplichtingen kiezen om in
een beheersovereenkomst op te ne
men. Er zijn een aantal beheerspak-
ketten, die in zwaarte variëren en
die op een deel van het bedrijf wor
den toegepast. De beheersvergoe
dingen lopen uiteen, afhankelijk van
de zwaarte van het pakket van
f 180,— tot f 1.340,— per ha.
Daarnaast kan een aanpassingsver
goeding worden verstrekt.
Zo naar het einde van het jaar toe
gaande ontstaat de behoefte nog
een aantal zaken op een rij te zetten
of af te werken. Zeker is het dat een
aantal dingen beslist nog in het
oude jaar dienen te worden gedaan.
Met name in de relatie met onze fi
nanciën is het nuttig na te gaan of
een aantal uitgaven nog in dit jaar
gedaan moeten worden. Daarbij
doelen wij niet zozeer op kosten
binnen de ondernemerssfeer waar
van de uitvoering al wel heeft plaats
gevonden, maar de betaling nog
niet. Deze kosten worden op grond
van de ondernemingsregel wel tot
dit jaar gerekend ook al vindt de be
taling eerst plaats in het nieuwe
jaar.
Waar met name aandacht voor
wordt gevraagd zijn de uitgaven die
in feite in de privésfeer liggen, maar
wel als aftrekbare kosten in minde
ring op het inkomen mogen worden
gebracht. Denk hierbij aan giften
aan kerken en liefdadigheidsinstel
lingen. Maak ook aan de bekende
koopsompolissen. Zoals het er nu
naar uitziet zou het dit jaar wel eens
de laatste keer kunnen zijn dat tot
een bedrag van f 17.459,— op
grond van de oude regeling de lij
frentekoopsom kan worden afge
trokken. De nieuwe wetgeving als
gevolg van de 'Brede Herwaarde
ring' geeft ook de mogelijkheid tot
het opbouwen van een oudedags
voorziening middels lijfrenten, maar
het basisbedrag is veel lager n.l.
f 5.000,—. Wel kan meer worden
afgetrokken indien met berekenin
gen wordt aangetoond dat er sprake
is van een onvoldoende pensioe
nopbouw. Doch daarover een ande
re keer meer indien de nieuwe wet
is ingevoerd.
Koopsompolis
Dit jaar zult u middels de adverten
ties en aanschrijvingen van assura
deuren nog worden uitgenodigd een
koopsompolis te sluiten tot het
maximum bedrag van f 17.459,—.
Alvorens dit echter te doen is het
raadzaam bij uzelf na te gaan of het
nuttig en wenselijk is om een derge
lijke post te sluiten. Daarbij moet u
zich de vraag stellen of u dit bedrag
op dit moment kunt missen, of u te
zijner tijd wel echt behoefte hebt
aan de beschikbaar komende lijfren
te naast de andere middelen die u
mogelijk ook hebt. Ook dient u zich
te overtuigen of de aftrek door beta
ling van de koopsom wel tot be
lastingbesparing zal leiden. Te vaak
komt het nog voor dat de aftrek
door de onzekerheid van het inko
men van het lopende jaar niet vol
doende fiscale besparing oplevert.
Hoe groot bijvoorbeeld de onderne
merswinst dit jaar zal worden is
soms een moeilijk in te schatten
post, zeker indien u zoals in de ak
kerbouw nog met voorraden onver
kochte produkten zit.
Voorraad
In fiscale zin mag, indien u dit
systeem hanteert, de voorraad op
balansdatum op kostprijs worden
gewaardeerd, waardoor de meerop
brengst eerst in het volgende jaar
tot uitdrukking komt. Anderzijds is
het mogelijk dat daardoor juist ook
een meeropbrengst van het voor
gaand jaar in dit voorjaar is gereali
seerd waarmee het jaar in gunstige
zin wordt beïnvloed. Het zijn met
name deze factoren die het u lastig
maken om een goede raming van
het jaarresultaat te maken. Dan
heeft uw collega die een gebroken
boekjaar hanteert het eenvoudiger.
Zijn jaarwinst uit het boekjaar
1990/1991, zijnde het oogstjaar
1990, zal wel bekend zijn. De taxa
tie van het totaal inkomen is daar
mee eenvoudiger geworden.
Blijft het advies: alvorens een koop
sompolis te sluiten goed bij uzelf en
uw accountant te rade gaan of het
in uw situatie dit jaar nuttig is een
zodanige polis te nemen. Alleen het
hanteren van de term belasting
besparing is onvoldoende argument
om f 17.459,— uit te geven.
B. Veerbeek