uit de
praktijk
We zien wel waar het schip strandt
Vroeger was alles ook niet beter
Werkzaamheden vorderen goed
ruilverkaveling goed ontvangen
RONDDE
Groenbemesting
Beraden op de toekomst
Het weer blijft dit jaar meewerken.
Na de regen (in totaal zo'n kleine
100 mm) hebben we in Walcheren
een week achter de rug, waarbij het
werk goed is gevorderd. Voor de ak
kerbouw bestaat dit nog uit bieten
rooien (veelal loonwerk), ploegen en
tarwe zaaien. Het veldwerk zal vroeg
klaar zijn. Het ploegen gaat beter
dan voor de regen- en vraagt weinig
trekkracht. Het tarwe zaaien gaat
nog steeds door. De omstandighe
den zijn nog goed. De oppervlakte
wintertarwe zal niet veel afwijken
van andere jaren en we praten dan in
ons gebied over zo'n 2600 ha.
Toch vraag je je tijdens het zaaien
wel eens af waar je nu bezig bent als
een zo groot percentage van ons ak
ker bouwareaal wordt ingezaaid met
een gewas, waarvan we vooraf al we
ten dat de opbrengst ervan weinig
aan ons arbeidsinkomen bij zal
dragen.
De nieuwste zesrijige bietenrooier
van het bunkertype - in ons gebied is
weer groter en technisch ingenieuzer
dan zijn voorganger. Meer elektro
nica, grotere bunker en nog betere
reiniging. Tijdens het rooien van de
laatste bieten deze week met deze
machine herinnerde ik me dat in het
natte najaar van 1960 op hetzelfde
perceel bieten stonden. Toen nog
rooien en laden in handwerk met ei
gen vervoer naar Middelburg met
soms lange wachttijden op de loska-
de. Wat is er in 30 jaar veel veran
derd en is arbeid bijna volledig ver
vangen door kapitaal. Vroeger was
ook niet alles beter!
De bietenrooiers maken nu lange da
gen met een grote dagcapaciteit.
Werd er in het begin van de campag
ne niet meer gerooid dan kon wor
den afgevoerd. Met november op de
kalender probeert een ieder toch zo
veel mogelijk de bieten gerooid te
krijgen. We zullen er nog lang voor
moeten zorgen voordat de laatste
bieten richting fabriek zijn afge
voerd maar liever aan de hoop dan
in de grond. Groeien doen ze niet
meer en C-suiker hebben de meeste
telers toch al genoeg. Het is te hopen
dat (nacht)vorst voorlopig achterwe
ge blijft.
In tegenstelling tot de verwachtingen
aan het begin van het verkoopsei
zoen trekken de prijzen van aardap
pels en uien de laatste tijd aan. Ho
pelijk is dit niet tijdelijk. Wellicht
dat een droog jaar dan toch nog
meevalt. Het onderste regeltje van
deze twee produkten zal van de prijs
moeten komen. De kg-opbrengst
van beide gewassen was in ons ge
bied maar matig.
Het melkvee is nu 's nachts in de stal
en loopt, afhankelijk van de om
standigheden, overdag nog buiten.
Het is in het grasland nog niet nat en
er zit nog wat groei in het gras en bij
open weer kan het jongvee nog een
poos buiten blijven. In de op-
brengstprijs van melk, vlees en nu
ka's zit nog geen verbetering en dat
scheelt toch zo'n 1000 gulden per
melkkoe t.o.v. vorig jaar. De prijs
van het varkensvlees zit momenteel
ook nog ver onder de kostprijs.
Na veel mislukte vergaderingen is er
binnen de EEG toch nog over
eenstemming bereikt over een ver
mindering van de landbouwsubsi
dies met 30% om daarmee een eendui-
dend Europees standpunt in de GATT-
daarmee een eensluidend Europees
standpunt in de GATT-
onderhandelingen in te nemen.
Australië en Amerika hebben al ge
zegd dat dit te weinig is. Wat de uit-
8
komst van dit overleg zal worden is
niet te voorspellen. Er valt ook geen
zinnig woord te zeggen over wat de
gevolgen voor onze Nederlandse
land- en tuinbouw zullen zijn. Dit
zal per sector verschillen en ook des
kundigen spreken hierover elkaar te
gen. Akkerbouw en melkveehoude
rij lijken het kind van de rekening te
worden. Het onbekende maakt in ie
der geval wel onbemind.
Toch komt het mij voor dat de in
vulling van het huidige meerjaren
plan gewasbescherming wel eens er
ger kon zijn dan de uitkomst van de
GATT-besprekingen
Nadat we thans op THOLEN en ST.
PHILIPSLAND een week met
werkbaar weer achter de rug hebben
is er weer heel wat arbeid op de ak
kers verzet. Het bietenrooien kwam
weer op gang, daarnaast zijn er ook
nogal wat ha's knolselderij gerooid.
De laatste dagen is er tevens veel
wintervoor ploegwerk verricht.
De opbrengsten van de bieten blijft
meevallen gelukkig draaien de fa
brieken optimaal en komen royaal
boven de ingeschatte capaciteit uit,
anders zouden de bieten zelfs dit
jaar niet meer alle verwerkt kunnen
worden. Hopelijk houden ze deze
dagverwerkingscapaciteit tot het
eind vol, want er zou toch wel een
gevaarlijke situatie kunnen ontstaan
voor de laatste bieten bij een onver
hoopte vorstinval. De laatste jaren is
dat natuurlijk goed afgelopen, maar
dat kan dit jaar best eens anders uit
pakken.
Wij gaan ons nu afvragen of het ge
voerde beleid om het bewaren van de
laatste bieten alleen over te laten aan
de laatste leveranciers wel helemaal
juist is. Met z'n allen telen we dit
jaar heel veel bieten en als gevolg
daarvan draaien de fabrieken ruim
een week later af. Zou het dan niet
juister zijn dat we met z'n allen nu
wat bieten tot het eind toe bewaren.
Wellicht kunnen de rooicombinaties
en de agrarische buitendienst van de
fabrieken daar eens over denken en
praten!
De opbrengsten van de knollen is
nogal wisselend hebben we begrepen
en dat schijnt hier en daar ook zo te
De veldwerkzaamheden hier in
OOST ZUID-BEVELAND zijn al
ver gevorderd. De meeste suikerbie
ten zijn gerooid en ook het winter-
voorploegen loopt op z'n eind. Al
hoewel de meeste bieten al wel ge
rooid zijn, zal het nog lang duren
voordat ze allemaal weg zijn als je
hoort dat de fabrieken pas zo om en
nabij de kerst klaar zullen zijn.
Ook het zaaien van de wintertarwe is
zo goed als gebeurd. Na de regen
van de afgelopen weken is goed te
zien dat de vroeg gezaaide tarwe het
minst last heeft van wateroverlast,
omdat toen onder goede omstandig
heden gewerkt kon worden. Dit in
tegenstelling tot de later gezaaide
percelen waar toch zo hier en daar
wel wat water op het land staat. Dui
delijk is ook te zien dat er toch niets
gaat boven ploegen of spitten in
plaats van cultivateren voor het zaai
en van wintertarwe, i.v.m. water
berging.
Sinds enkele weken doen ook de ja
gers weer hun ronde door het veld.
Men zal dit jaar zeker niet met lege
handen thuis hoeven komen want er
is overal veel wild te zien. Alhoewel
de konijnenstand aardig schijnt uit
te dunnen door mixomatose. Tij
dens het ploegen heb ik zelf ook al
verschillende slachtoffers van die
konijnen ziekte gezien.
zijn met de witlofwortels. Ook de
oogst daarvan is nog in volle gang.
In de afgelopen weken zijn er voor
ons gebied belangrijke zaken aan de
orde geweest, waarbij we dan in de
eerste plaats denken aan de in
spraakbijeenkomst over de admi
nistratieve ruilverkaveling in St. An-
naland. Over het algemeen kon men
zich goed vinden in het voorgestelde
voorontwerpplan.
De meeste opmerkingen over het
plan werden gemaakt over het creë
ren en versterken van de natuur- en
landschapsfunctie. De boeren in de
naaste omgeving zijn vooral bedacht
voor de negatieve randeffecten van
deze natuurversterkende elementen.
Te denken valt daarbij aan schaduw
werking, vogeloverlast en onkruid
vegetatie. De vraag werd dan ook te
recht gesteld wie straks aansprake
lijk is voor deze negatieve invloeden.
Een sluitend antwoord werd niet ge
geven, wel zou de ruilverkavelings
commissie dit meenemen, evenals
het hernieuwde verzoek van de
dorpsgemeenschap om toch een
'bos' in te planten dicht bij het dorp.
Ook hier kwam weer de rotganzen-
problematiek aan de orde. De agra
rische bevolking wil pas aan binnen-
dijkse opvang meewerken als er eerst
buitendijks aanvaardbare oplossin
gen voorhanden zijn. Van natuur-
en milieuzijde draait men dit plaatje
om en zo dreigt een patstelling te
ontstaan, waarvoor wij weinig goede
woorden over hebben. Er zal water
bij de wijn moeten, maar dan in ie
der geval in beider wijn!
Het belangrijkste nieuws voor de
landbouw de afgelopen weken was
natuurlijk het bereikte accoord over
de verlaging van de landbouwsubsi
dies. Als straks de GATT onderhan
delingen slagen zal het er mijns in
ziens op neer komen dat de produk-
tie daar gaat plaatsvinden, waar men
met het minst nauw neemt met de
milieuregels. De produktie vindt dus
plaats in gebieden waar roofbouw,
monocultures e.d. toegestaan wor
den. Voor de Europese landbouw is
de verlaging van de subsidies natuur-
Nog wat bieten en wat kleine pro
dukten als knolselderij en dan is de
oogst '90 weer van het land. Ook in
WEST-ZUID-BEVELAND zijn na
de regen van eind oktober plaatselijk
toch zo'n 100 mm, de werkzaamhe
den weer hervat.
Dankzij de droge zomer is de grond
weer snel gedroogd en het rooien
kon dan ook weer vlug beginnen.
Was de voorraad bieten die gereed
lag voor de fabriek flink geslonken,
thans na een week werkbaar weer
liggen overal weer volop bieten aan
de hoop. Met een campagne die
duurt tot ongeveer het nieuwe jaar
zal een periode met vorst niet gele
gen komen en de nodige problemen
geven. In onze streek zijn de op
brengsten van de bieten over het al
gemeen hoog tot zeer hoog. Daar
waar deze zomer echter de buien he
lemaal verstek hebben laten gaan en
de grond wat droogtegevoelig is ko
men ook zeer slechte opbrengsten
voor.
Hetzelfde kan gezegd worden van
het fruit. Leek het er dit voorjaar op
dat de nachtvorst veel schade zou
veroorzaken, dit is op de meeste
plaatsen erg meegevallen. Er is ech-
lijk funest. Vooral de wat grotere al
ternatieven voor de graanteelt zoals
peulvruchten, vlas, luzerne en gras
zaad zullen flinke klappen oplopen,
zodat we wel weer gedwongen wor
den richting graanteelt.
Onder veel praktiserende boeren
leeft op dit ogenblik door de aange
kondigde milieumaatregelen en nu
weer de EG-voorstellen een stem
ming van: 'We zien wel waar het
schip strandt'. Een slechte zaak als
er zo'n stemming heerst, maar wel
de realiteit.
ter een klein percentage waar de
oogst sterk is achtergebleven. Deze
telers kunnen niet of onvoldoende
profiteren van de goede appelprijs
en de zeer goede prijs die voor de pe
ren wordt betaald.
Wat de prijs betreft deze is na de
oogst ook voor aardappelen en uien
aangetrokken. Voor wat de aardap
pelen betreft is de opbrengst in
West-Zuid-Beveland erg wisselend,
ook mede afhankelijk van de
neerslag, maar over het algemeen
toch behoorlijk onder het gemiddel
de van de laatste jaren. Aangezien
velen een aantal tonnen hebben ge-
kontrakteerd zal het gedeelte dat vrij
verhandelbaar is niet al te groot zijn.
Inmiddels komen de eerste uitnodi
gingen voor vergaderingen weer bin
nen en start dit vergader- en kursus-
circuit binnenkort. Als we eens in
ventariseren wat ons in de eerstvol
gende jaren aan maatregelen te
wachten staat, dan zien we dat deze
de komende tijden zowel financieel
als mentaal diep zullen ingrijpen in
de bedrijfsvoering. Kortom, al
wordt het weer wat rustiger op onze
bedrijven, er blijft nog volop te doen
om in de toekomst boer te blijven.
Vrijdag 16 november 1990
De opbrengsten van de bieten blijven meevallen. De fabrieken draaien
optimaal en komen royaal boven de ingeschatte capaciteit uit. Als dat
niet zo was zou de campagne zelfs tot in het nieuwe jaar gaan duren.
De wintertarwe groeide aanvan
kelijk de afgelopen zomer goed,
maar gezien de latere droogte
heeft menig tarweras toch nog
een behoorlijke achterstand op
gelopen. Konsumptieaardappe-
len en bieten konden later ruim
schoots profiteren van het vocht
dat in september en oktober ge
vallen is.
Bladrammenas is een niet of wei
nig knoldragende vorm van ram
menas bestemd voor groenbe
mesting. Het gewas heeft een
snelle beginontwikkeling en
komt bij vroege zaai in de stop
pel vlug in bloei. Het wordt dan
lang en de stengel kan houtig
worden. Een laat bloeiend ras of
een laat gezaaid gewas komt bij
stoppelzaai meestal niet meer in
bloei, maar geeft nog wel een
goede grondbedekking. Een der
gelijk gewas blijft vrij kort waar
door het gemakkelijker kan wor
den ondergeploegd. Hierdoor en
door de snelle beginontwikkeling
is bladrammenas ook bij late zaai
een goede groenbemester. Het
kan tot eind augustus worden
gezaaid.
De droge stofopbrengst kan
vooral bij een ruime stikstofbe
mesting hoog zijn. Het droge
stofgehalte is iets lager dan dat
van bladkool; de groene massa is
aanzienlijk hoger, bladrammen
as is weinig vatbaar voor knol
voet, tamelijk gevoelig voor
vorst. Zowel stengels als blade
ren zijn behaard; de smakelijk
heid is matig.
Gele mosterd groeit snel, heeft
een vlotte beginontwikkeling en
is hierdoor een goede groenbe
mester. Ten opzichte van blad
rammenas heeft gele mosterd
het voordeel dat het nog later ge
zaaid kan worden, tot in septem
ber terwijl ook dan nog een be
hoorlijke grondbedekking wordt
verkregen. Het gewas komt vlug
in bloei. De kans op opslag is niet
groot, mede omdat het gewas ta
melijk vorstgevoelig is. Het is
weinig smakelijk en sterk vatbaar
voor knolvoet. Gele mosterd is
een waardeplant voor bietecyste-
aaltjes. De laatste jaren zijn er
echter rassen gekweekt met re
sistentie tegen bietecysteaaltjes.
In het algemeen heeft de teelt van
een dergelijk ras na 1 augustus
ongeveer hetzelfde effekt op de
besmettingsgraad van de grond
als het braak laten liggen van de
grond.
Kruisbloemigen zoals bladram
menas en gele mosterd zijn
waardplanten voor het witte bie-
tecysteaaltje. Door de teelt van
waardplanten kan de aaltjespo
pulatie toenemen, terwijl bij de
teelt van onvatbare gewassen of
bij het braak laten liggen van de
grond de aaltjespopulatie ver
mindert (uitzieken). Bij de gele
bietecysteaaltjes kan de uitzie
king per jaar belangrijk groter
zijn dan bij het witte bietecyste-
aaltje. Soms kan ook een snellere
uitzieking bereikt worden door
de teelt van resistente bladram
menas of gele mosterdrassen die
de aaltjes wel lokken, maar
waarbij niet of nauwelijks ver-
mèerdering optreedt. In labora
toriumproeven blijken bij deze
rassen op de wortels van de
meeste planten weinig cysten te
worden gevormd.