Schenking en bejaarden
verzorgingstehuizen
Vijf nieuwe eilandjes in
Krammer-V olkerak
Bedrijfsgezondheidszorg
in agrarische sector
over geld
en goed
Kavelruil voordelig in tijd en geld
Praktijkschool neemt nieuw gebouw in gebruik
m
De ligging en grootte van de kavels is
voor het agrarisch bedrijf van groot
belang. Eén grote huiskavel zal voor
menigeen ideaal zijn. De kosten
kunnen worden teruggebracht uit
oogpunt van besparing aan rij-
kosten, kontrole op vee of zelfs een
betere kavelstruktuur.
Naast de bekende "grote" ruilver
kaveling die mede ten doel heeft een
betere verkaveling te verkrijgen,
biedt de 'ruilverkaveling bij overeen
komst' voor veel landbouwers een
goede oplossing. Ruilverkaveling bij
overeenkomst, doorgaans kavelruil
genoemd, is in vergelijking met de
grote ruilverkaveling kleinschaliger.
Dit uit zich in het ruilen van kleinere
oppervlakten, maar ook in een veel
kortere termijn tussen aanvraag en
einde verkaveling. Dit laatste komt
mede door de korte procedure die,
gezien het aantal schijven dat moet
worden doorlopen, in principe kan
worden gevolgd.
Hoe gaat kavelruil in zijn
werk?
Er moet door minimaal drie grond
eigenaren grond worden inge
bracht. Naast landbouwers kunnen
dit ook instanties zijn, zoals natuur
beschermingsorganisaties, Bureau
Beheer Landbouwgronden etc. Er is
geen minimum- of een maximum
grens aangebracht met betrekking
tot het aantal ha's. Niet elke grond
eigenaar hoeft na de verdeling weer
grond terug te krijgen, hij kan ook
genoegen nemen met de waarde die
de grond vertegenwoordigt, zodat
hij die waarde in geld uit laat keren.
Het grote voordeel is dat de kosten,
zoals van het landmeten, notaris-
kosten, registratierecht, opmaken
Ouderen die niet meer in staat zijn
om zichzelf te verzorgen kunnen op
genomen worden in een bejaarden-
of verzorgingstehuis. De verzorging
in een dergelijk tehuis is een kostba
re aangelegenheid welke (o.a. afhan
kelijk van de intensiteit van de ver
zorging) soms meer dan 3.000,
per maand kost. In principe komt
dit bedrag ten laste van de verzor
gende. Vaak zal het voorkomen dat
de verzorgende dit niet kan betalen
uit zijn of haar inkomen en vermo
gen. In dat geval zal een beroep ge
daan kunnen worden op de Algeme
ne Bijstandswet die een aanvulling
geeft op de verzorgingskosten.
Voor ouderen die wel in staat zijn
om de verzorgingskosten te betalen
moeten in principe hun hele inko
men en vermogen daarvoor aanwen
den. Alleen over een klein deel van
hun vermogen mogen zij zelfstandig
blijven beschikken. Voor sommige
ouderen is dit aanleiding om in het
zicht van het bejaarden- of verzor
gingstehuis zich te ontdoen van al
lerlei vermogensbestanddelen (zoals
een eigen huis of contanten) door dit
bijvoorbeeld aan hun kinderen te
schenken. Bij opname in een
bejaarden- of verzorgingstehuis
wordt dan een beroep gedaan op de
algemene bijstandswet. De wetgever
heeft dat voorzien door invoering
van artikel 16 letter G van de Wet op
de bejaardenoorden. Dit artikel
opent de mogelijkheid om dit verhaal te
zoeken bij diegene(n) aan wie de
bijstandsgerechtigde een schenking
heeft gedaan.
Het begrip schenking
Onder het begrip schenking valt
iedere bevoordeling uit vrijgevig
heid. Het gaat dus om die handelin
gen waarbij het vermogen van de
bijstandsgerechtigde wordt vermin
derd ten gunste van een ander met de
bedoeling van vrijgevigheid. Onder
schenking wordt dus niet alleen ver
staan het weggeven van geld of goe
deren maar ook de verkoop van bij
voorbeeld een huis tegen een te lage
prijs, of het verwerpen van een nala
tenschap.
Wanneer is terugvordering
mogelijk?
Terugvordering is slechts mogelijk
over het bedrag van de schenking
minus het hierover door de begiftig
de betaalde schenkingsrecht. Om te
Vrijdag 16 november 1990
bepalen of er een terugvordering
mogelijk is, bedient de wetgever zich
van een vage norm: er is verhaal mo
gelijk tenzij aannemelijk is dat ten
tijde van de schenking de schenker
redelijkerwijze niet kon voorzien dat
hij daardoor een kleiner gedeelte van
de kosten van verblijf zou kunnen
voldoen, dan wanneer hij de schen
king niet had gedaan. In de wet staat
verder aangegeven dat alleen kan
worden verhaald in het geval de
schenking heeft plaatsgevonden op
een tijdstip dat de noodzaak voor
opname in een bejaardenoord kon
worden voorzien.
Om te beoordelen of een schenking
in aanmerking komt voor verhaal
worden alle schenkingen gedaan in
een bepaald kalenderjaar be
schouwd te zijn gedaan op 1 januari
van dat jaar. Nu wordt op 1 januari
van het jaar van de schenking twee
jaar teruggekeken. Is er in die twee
jaar een positief advies voor opna
men in een bejaarden- of verzor
gingstehuis afgegeven dan is verhaal
in principe mogelijk.
Voorbeeld: Er wordt een schenking
gedaan op 27 december 1989. Er is
een positief advies voor opname in
een bejaarden- of verzorgingstehuis
afgegeven op 10 januari 1987. Deze
schenking kan in principe in aan
merking komen voor verhaal. De
schenking van 27 december 1989
wordt geacht te zijn gedaan op 1 ja
nuari 1989. Nu wordt twee kalender
jaren terug gekeken, dus tot 1 janua
ri 1987. Daar er op 10 januari 1987
een positief advies is afgegeven ligt
deze datum binnen de twee kalen
derjaren.
Volgens een oude zegswijze komt
ouderdom met gebreken. Aangeno
men moet worden dat op oudere
leeftijd kostbare voorzieningen no
dig kunnen zijn. Wordt met de mo
gelijke dure toekomstige voorzienin
gen onvoldoende rekening gehouden
dan is verhaal in principe mogelijk.
Conclusie
Indien u ooit in de situatie komt dat
u een aanmerkelijk bedrag schenkt
of ontvangt is het raadzaam te besef
fen in welke positie de schenker zich
bevindt. Deskundig advies is in deze
aan te bevelen. Indien u in goed ver
trouwen schenkt of ontvangt kunt u
voor onprettige verrassingen komen
te staan.
ACCOUNTANTSUNIE ZLM b.v.
Bergen op Zoom
Mr. Th.H.J. Kosman
begroting e.d. door het Rijk worden
vergoed, mits uiteraard de goedkeu
ring aan het plan wordt verleend.
Deze goedkeuring wordt verleend als
na de kavelruil een verbetering is op
getreden in de verkaveling van de be
drijven.
Naast deze bijdrage zijn er ook sub
sidiemogelijkheden aanwezig in het
geval dat er aanpassingswerken
moeten plaatsvinden. De bijdrage
bestaat uit 50% van maximaal
800,per ha. Is de gehele kavel
ruil 30 ha dan zou men dus maxi
maal 12.000,subsidie kunnen
krijgen. Deze subsidie kan zelfs op 1
ha worden bestemd. Let wel: subsi
die kan alleen worden verkregen
voor aanpassingswerken. Voorbeel
den daarvan zijn het dempen en/of
graven van sloten, het aanleggen
en/of verwijderen van een dam, ega
liseren en in sommige (uitzonde-
rings-) gevallen draineren, etc. Als
richtlijn voor deze subsidie geldt dat
eventuele verschillen tussen inbreng
en toedeling vergeleken moeten wor
den en dan met name de externe pro-
duktiefaktoren. Uiteraard zal aan de
hand van het bestemmingsplan moe
ten worden bekeken of de aanpas
singswerken mogelijk zijn, of dat
daarvoor een aanlegvergunning ver
eist is.
Aanvullende beplanting
Een bijdrage voor aanvullende be
planting kan ook worden verkregen
bij een kavelruil die groter is dan 50
ha. De bijdrage wordt voor 100%
door het Rijk vergoed en bedraagt
maximaal 125,per ha.
De procedure
Indien u belangstelling hebt dan
kunt u zich tot de SEV of bij het
Consulentschap voor Landbouw
wenden voor informatie. Hebt u uw
plan rondgezet dan kunt u de aan
vraag indienen bij de Direkteur
LNO. Het plan moet voorzien zijn
van tekeningen oude en nieuwe si
tuatie, eventuele verrekeningen etc.
Uiteraard zal een taxatie aan de uit
eindelijke verrekeningen ten grond
slag moeten liggen. De aanvraag met
het bijbehorende plan moet vrijwel
definitief zijn, de naam van de nota
ris die de akte zal passeren moet al
bij de aanvraag worden aangegeven.
De formulieren zijn bij het Consu
lentschap voor de Landbouw te ver
krijgen en bij deze instantie kunt u
ook vragen aan welke vereisten de
aanvraag moet voldoen.
De aanvraag wordt behandeld in de
Kommissie Kavelruil die uit de dien
sten Consulentschap voor de Land
bouw, Kador, Landinrichtingsdienst
en eventueel BBL (alleen als partij)
bestaat. Wordt het plan in orde be
vonden dan wordt de aanvraag naar
de Direktie Landinrichting verzon
den die haar definitieve goedkeuring
moet verlenen. Tussen aanvraag en
passering van de akten ligt een ter
mijn van ongeveer zes maanden. Dit
is in vergelijking met een ruilverka
veling erg kort. Er is een maximum
tijd aan verbonden van drie jaar.
Betreft het een kavelruil in een land-
inrichtingsprojekt (in voorberei
ding of uitvoering) dan zal de land
inrichtingskommissie haar instem
ming moeten geven aan de kavelruil.
Dit om de bijdrage te kunnen ver
krijgen.
A.F. van Rozen
Schets van de vijf eilandjes die in het Krammer- Volkerak voor de kust van
Goeree-Overflakkee in aanleg zijn.
In het Krammer-Volkerak werkt
Rijkswaterstaat momenteel aan de
aanleg van vijf eilandjes van totaal
30 ha. De eilandjes komen in ondiep
water bij de Krammersche Slikken te
liggen en gaan hier een groot moe
rasgebied vormen, waar flora en
fauna zich kunnen ontwikkelen. De
eilandjes bieden extra bescherming
tegen afkalving van de drooggeval
len slikken.
Het Krammer-Volkerak is na de af
sluiting in april 1987 sterk veran
derd. Zout water werd zoet en het
getij verdween. Veel plante- en dier
soorten uit het zoute milieu verdwe
nen voorgoed en hun plaats werd in
genomen door andere, die in het
nieuwe milieu wel gedijen. De aanleg
van de eilandjes helpt de natuur een
handje in de richting van een even
wichtig klimaat voor plant en dier.
De vijf eilandjes komen als een ar
chipel in het water langs de zuidkant
van Goeree-Overflakkee te liggen.
Ze worden aangelegd met zand uit
de directe omgeving. Tussen de ei
landen wordt een geulenpatroon ge
graven. Via deze geulen kunnen de
vissen naar de diepere delen van het
meer zwemmen. Tussen de water
planten, die vooral in de rustige de
len massaal zullen groeien, ontstaan
voor vissen uitstekende paaige-
bieden.
De eilanden zullen de eerste jaren
nog kaal zijn. In de loop van de ja
ren verandert dat en gaan biezen,
riet en wilgen bezit nemen van het
terrein. Na het maken van de eilan
den is rust in het gebied een belang
rijke voorwaarde voor het vestigen
van bijzondere vogelsoorten, zoals
de lepelaar en de visarend. Tussen de
waterplanten zal een aparte leefwe
reld ontstaan met een veelsoortige
visstand. Hierin is voor de snoek een
belangrijke plaats toegedacht. Deze
vissoort levert een belangrijke bij
drage aan het tegengaan van onge
wenste hoge aantallen brasem. Hier
door wordt een vertroebeling van
het water voorkomen en zullen wa
tervlooien eventueel algenontwikke-
lingen beter in toom houden. Deze
manier van natuurbeïnvloeding
noemt men Actief Biologisch
Beheer.
Het project wordt gezamenlijk gefi
nancierd door RijJ^swatersstaat Zee
land en het consulentschap Natuur,
Milieu en Faunabeheer.
Er komt bedrijfsgezondheidszorg
voor de agrarische sector. Het
bestuur van het Landbouwschap
heeft hierover een principe-besluit
genomen. De bedrijfsgezondheids
zorg zal zich richten op verbetering
van de werkomstandigheden van alle
werkenden'in de agrarische sector,
zowel werknemers als ondernemers,
samen zo'n 260.000 personen.
Centraal in de taak voor de op te
richten bedrijfsgezondheidszorg
staat een preventief beleid om ar
beidsongeschiktheid te voorkomen.
Bij de uitvoering van het beleid ligt
de eindverantwoordelijkheid bij de
•Stichting Gezondheidszorg Agrari
sche Sectoren (Stigas). De opzet is
daar waar mogelijk samen te werken
met de Agrarische Sociale Fondsen
(ASF) en bestaande bedrijfsgezond
heidsdiensten.
Het bestuur van het Landbouw
schap erkende dat een besluit om be
drijfsgezondheidszorg op te richten
voor de agrarische sector ook een fi
nanciële verantwoordelijkheid in
houdt. Diverse bestuursleden lieten
weten dat de financiering van de be
drijfsgezondheidszorg een gezamen
lijke verantwoordelijkheid is van het
Landbouwschap, het ASF en de
overheid.
De land- en tuinbouw scoort naar
verhouding hoog als het gaat om het
aantal arbeidsongeschikten, ruim
31.000 geheel of gedeeltelijk arbeids
ongeschikten. Bij de opzet van de
bedrijfsgezondheidszorg voor de
agrarische sector wordt uitgegaan
van een budget van 1,2 miljoen gul
den in 1991. Dit bedrag loopt op tot
ongeveer 4,5 miljoen gulden voor
1994 en volgende jaren. Daarmee
maakt de agrarische sector een be
scheiden begin in vergelijking met
andere sectoren.
Op 23 november a.s. zal de Land-
bouwpraktijkschool te Schoondijke
op feestelijke wijze een nieuw ge
bouw in gebruik nemen. In dit ge
bouw heropent het Infocentrum
voor de Automatisering in de Ak
kerbouw haar deuren. Tevens zijn
hier de nieuwe kursusruimtes van de
Praktijkschool gevestigd. Alle ver
nieuwde demonstraties, instructies
en kursussen in automatisering zul
len hier centraal verzorgd gaan
worden.
De laatste jaren is het aantal aanvra
gen naar kursussen rondom automa
tisering aan de Praktijkschool toege
nomen. De school biedt dan ook een
steeds breder scala van automatise-
ringskursussen aan. Hiervoor zocht
men uitbreidingsruimte. Ook het In
focentrum had behoefte aan een
grotere expositieruimte, door het
groeiende aantal exposanten. Door
de sluiting van de Rijks Middelbare
Agrarische School in juli van dit
jaar, kon aan deze behoeften wor
den voldaan.
In het nieuwe gebouw zijn o.a. de
nieuwe kursussen bewaartechniek en
videotexsystemen gevestigd; tevens
worden er de kursussen manage
mentsystemen en werktuigelectroni-
ca verzorgd. Het Infocentrum is met
zeven exposanten uitgebreid. De
nieuwe bedrijven begeven zich met
name op het gebied van boekhoud-
programma's, telebankieren, trek
kercomputers en bewaarcomputers.
Op 23 november 's middags zullen
enkele sprekers de opening inluiden.
De heer Tacken zal het gebouw ver
volgens symbolisch 'openbreken'.
3