Opbrengsten van de meeste
akkerbouwgewassen gestegen
Granen lager, aardappelen en suikerbieten hoger
Hof Monster
Oplossing van de boerderijen
prijsvraag van 12 oktober jl. De
ze prijsvraagfoto is van de boer
derij "t Hof Monster' aan de
Kaaiweg no. 16 te Borssele, be
woond door mevrouw J.C.
Quist-Rouw en haar zoon Mar
den. "t Hof Monster' is ge
noemd naar het dorpje Monster,
dat hier voor de St. Felixvloed
heeft gelegen. De namen
'Monsterweg' en Monsterhoek
zijn hieraan ook ontleend. De
steen boven de voordeur van de
woning vermeld: "t Hof
Monster' 1861. Maar de gebou
wen zijn omstreeks 1780 gesticht
en het jaartal 1861 heeft vermoe
delijk betrekking op een verbou
wing van de woning in 1861. De
schuur is ten tijde van de afschei
ding in de jaren 1834 tot 1840
ook nog in gebruik geweest als
kerkgebouw. Maar na ongeveer
1840 hebben deze 'kerkgangers'
alles verkocht en zijn toen ver
trokken naar Amerika.
De houten schuur en de woning
zijn in de lengterichting aan el
kaar gebouwd. De woning heeft
ramen met 20 kleine ruitjes per
raam, zoals dat in woningen uit
die tijd veel voorkomt. De
schuur heeft aan de achterkant
(mestputkant) een rieten dak,
maar aan de voorkant is voor de
oorlog het riet vervangen door
golfplaten. Deze boerderij is van
af 1889 bewoond door een lid
van de familie Quist en zoon
Martien behoort tot de 5e gene
ratie Quist die op deze hoeve
woont en werkt.
Aan de Kaaiweg staat tussen de
twee toegangen tot deze boerde
rij de molen van Borssele. Er zijn
al veel vragen gesteld, maar nog
niet beantwoord, waarom deze
molen hier zo kort bij deze boer-
Prijsvraagfoto
derij is gebouwd. Mevrouw Quist
en de Boerderijenstichting Zee
land willen graag weten waarom
de molen op die plaats is ge
bouwd en zij wachten eventuele
berichten hierover gaarne af. Na
loting is F. Dominicus, Hooge-
weg 15, 4424 EB Wemeldinge
prijswinnaar geworden.
Prijsvraagfoto
Deze foto is genomen in Zuid-
Beveland van een mooie oude be
kende boerderij. Oplossingen
voor 1 december 1990 inzenden
naar Redactie ZLM-blad, Post
bus 2116, 4460 MC Goes.
Van het merendeel van de akkerbouwgewassen ligt de opbrengst per
ha in 1990 hoger dan in het vorige jaar. De totale produktie van gra
nen (excl. triticale) komt ruim 1 lager uit dan in 1989, doordat van
een iets geringere oppervlakte (- 4,5%) werd geoogst. Van de peul
vruchten en de handelsgewassen is alleen bij bruine bonen, koolzaad
en karwijzaad sprake van een lagere opbrengst per ha dan vorig jaar.
Bij de aardappelen en de suikerbieten wordt een toename van de tota
le opbrengst geraamd van respectievelijk 3% en 12%.
Dit blijkt uit de uitkomsten van de definitieve oogstraming akker
bouwgewassen van het Centraal Bureau voor de Statistiek, waarvoor
de gegevens werden verzameld door de regionale oogstramingscom-
missies.
De opbrengsten van zomergerst waren 13 procent hoger dan vorig jaar, maar
door het geslonken areaal kwam de totale opbrengst 19procent lager uit dan
in 1989. Op de foto: de heer H. Begheijn uit Absdale dorste op 25 juli zijn
gerst.
Granen
Van de granen vallen de opbrengsten
per ha van wintergerst en van rogge
lager uit dan vorig jaar (resp. - 13%
en - 16%). Als gevolg van een veel
grotere geoogste oppervlakte ligt de
totale opbrengst van deze gewassen
in 1990 toch boven het niveau van
vorig jaar (resp. 11% en 8%).
Met zomertarwe, zomergerst en ha
ver is het omgekeerde het geval: ho
gere opbrengsten per ha (resp.
3%, 13% en 15%), maar door
een veel kleinere geoogste opper
vlakte komt de totale opbrengst
respectievelijk 36%, 19% en 50% la
ger uit dan in 1989. De opbrengst
per ha van wintertarwe ligt op het
zelfde niveau als in 1989; de hogere
totale opbrengst 5%) is dan ook
uitsluitend het gevolg van een toene
ming van het geoogste areaal. Voor
het eerst is ook een aparte raming
voor triticale opgenomen. Van de
geoogste oppervlakte van ruim 2300
ha blijkt de opbrengst rond 4800
kg/ha te liggen.
Peulvruchten
Voor de peulvruchten - met uitzon-
14
dering van bruine bonen (- 42%) -
blijkt de opbrengst per ha dit jaar
duidelijk hoger te liggen dan vorig
jaar. In vergelijking met het vijfjarig
gemiddelde liggen de opbrengsten
van groene erwten en van kapucij
ners en grauwe erwten meer dan
20% hoger; van veldbonen ligt de
opbrengst per ha iets boven dit ge
middelde, terwijl die van bruine bo
nen hier ver onder blijft (- 32%). Al
leen van kapucijners en grauwe erw
ten ligt de totale opbrengst hoger
dan in 1989 15%). De veel klei
nere totale opbrengst van groene
erwten (- 21%) en van veldbonen (-
49%) vloeit voort uit een sterke af
neming van het areaal (resp. - 28%
en - 53%). De geoogste oppervlakte
van de bruine bonen daarentegen is
met ongeveer 24% toegenomen. De
totale opbrengst ervan blijft evenwel
zo'n 29% lager dan in 1989 als ge
volg van de lage ha-opbrengst.
Handelsgewassen
De totale produktie van koolzaad
blijkt, ondanks een 17% lagere op
brengst per ha, 11% hoger uit te ko
men dan in 1989. Dit is het resultaat
van een circa 34% grotere geoogste
oppervlakte. De lage totale op
brengst van zowel karwijzaad als
blauwmaanzaad is voornamelijk het
gevolg van ongeveer een halvering
van het areaal ten opzichte van vorig
jaar. Bij vlas is sprake van zowel een
groter areaal (bijna 7%) als van
een hogere opbrengst per ha
18%) waardoor de totale opbrengst
ruim een kwart hoger uitkomt dan in
1989.
Knol-, bol- en wortelgewassen
In vergelijking met de aardappel
oogst van 1989 wordt de totale op
brengst van aardappelen dit jaar cir
ca 3% hoger geraamd. De totale ge
oogste oppervlakte aardappelen is
met ruim 10.000 ha toegenomen
6,2%), terwijl de opbrengst per ha
gemiddeld zo'n 3% lager ligt dan in
1989 (en - 5% ten opzichte van het
vijfjarig gemiddelde).
De opbrengsten per ha van de
consumptie-aardappelen (incl. poot-
aardappelen) blijken op kleigrond
zo'n 6% lager te liggen dan het vijf
jarig gemiddelde, terwijl die op
zand- en veengrond op ongeveer het
zelfde niveau van het vijfjarig ge
middelde uitkomen. Het areaal fa
brieksaardappelen is met ruim 4%
toegenomen; de totale opbrengst er
van ligt echter circa 4% onder dat
van vorig jaar als gevolg van een la
gere opbrengst per ha (38.000
kg/ha; - 8%).
De opbrengst per ha van de suiker
bieten (69.000 kg/ha) ligt dit jaar
ongeveer 11 hoger dan vorig jaar
en zelfs circa 27% boven het gemid
delde van de afgelopen vijf jaar. Met
een areaal dat met 1% is toegeno
men, komt de totale opbrengst sui
kerbieten ongeveer 12% hoger te lig
gen dan in 1989. Ten opzichte van
1989 blijkt de opbrengst bij de zaai-
uien per ha (incl. circa 8,5% uitval)
10% hoger uit te komen. Samen met
een grotere geoogste oppervlakte
8,4%) leidt dit tot een totale op
brengst zaai-uien die 19% hoger ligt
dan in het vorige jaar.
Snijmais
Het areaal snijmais is dit jaar bijna
2% groter dan vorig jaar. De op
brengst per ha (in kg droge stof) valt
met 11.500 ha (- 14%) nogal te
gen, waardoor de totale opbrengst
zo'n 12% achterblijft bij vorig jaar.
Stro
Uit de definitieve oogstraming blijkt
dat de opbrengsten per ha van stro
over het algemeen hoger liggen dan
vorig jaar, uitgezonderd die van stro
van wintergerst en van rogge. Door
dat dit jaar van nauwelijks de helft
van de geoogste oppervlakte graan
gewassen het stro is geoogst (vorig
jaar nog van ruim 73% van die op
pervlakte) blijkt de totale stro
opbrengst in 1990 ruim 33% lager te
zijn dan in 1989.
Vrijdag 16 november 1990