De pacht liberaliseren?
Bieten over de Westerschelde
ZLM wil soepele regels
voor seizoensarbeid
vanuit de Z.L.M. gezien
Struktuurnota
Historische vergissing
zuidelijke landbouw maatschappij
Dit jaar voor het eerst gaan de suikerbieten uit Zeeuws-Vlaanderen de Westerschelde over. Grote problemen met het ver
voer naar de suikerfabriek zijn er tot nu toe niet geweest. De wachttijden blijken gelukkig niet extra op te lopen, maar
zijn overigens al lang genoeg. De klachten daarover - öök uit de agrarische sektor - nemen toe. Er moet hoognodig iets
worden gedaan aan de capaciteit van de veerdiensten. Op de foto: aankomst van bietentransporten op de veerhaven in
Kruiningen (foto: Anton Dingemanse).
Ongeveer eenderde deel van de bij boeren en tuinders in ge
bruik zijnde cultuurgrond in Nederland wordt middels het in
stituut 'pacht' gefinancierd. Voor een aanzienlijk deel van de
land- en tuinbouwsector betekent dat een continue, veilige
en verhoudingsgewijs goedkope kapitaalsinjectie van hon
derdduizenden guldens per bedrijf. Indien het in ons land bin
nen strenge, wettelijke kaders geregelde en functionerende
fenomeen pacht zou wegvallen, zou dat een financiële ramp
ten gevolge hebben voor met hame de sterk grond gebonden
agrarische ondernemingen.
Momenteel wordt zowel vanuit de overheid (Structuurnota
Landbouw) als vanuit het bedrijfsleven zelf (Landbouw
schap) de noodzaak van fundamentele pachtwetwijzigingen
aan de orde gesteld. De argumenten die daartoe aangedra
gen worden zijn tweeledig: (a) ten gevolge van een vermin
derde belangstelling van beleggers (verpachters-)zijde is er
de laatste jaren een trendmatige terugloop van het pacht-
areaal te constateren; (b) de huidige 'grondhonger' (bedrijfs-
oppervlaktevergroting) vereist een hogere grondmobiliteit:
en een grotere flexibiliteit van het grondgebruik.
Wat het eerste betreft kunnen we vaststellen dat het voor
het in stand houden van het pachtfinancieringsinstituut in
derdaad een slechte zaak is, dat verpachters op basis van
netto-rendementensvergelijkingen uitwijken naar alternatie
ve beleggingsmogelijkheden. We moeten echter ook vast
stellen dat dat voornamelijk geldt voor particuliere beleggers
en niet (dan wel in veel mindere mate) voor institutionele be
leggers. De particuliere beleggers namelijk komen keihard in
aanvaring met het Nederlandse fiscale regime in de vorm van
te "betalen vermogensbelasting en successierechten. Het
brutopachtrendement wordt daardoor onevenredig zwaar af
geroomd.
Vanuit de ZLM pleiten we daarom onophoudelijk voor fiscale
faciliteiten in de particuliere grondbeleggingssfeer. In combi
natie met een dergelijke belastingverlichting (let wel: pas
dan) willen wij, terwille van het aantrekkelijker maken van
het pachtrendement, ook en mede een verhoging van de
pachtnormen accepteren. Dat lijkt ons een meer directe, logi
sche en doelmatige benadering van het gesignaleerde pro
bleem dan de 'oplossingen' die men in Den Haag denkt voor
handen te hebben. Die oplossingen namelijk leiden ons in
ziens onafwendbaar naar een fundamentele ondergraving
van het huidige pachtstelsel en daarmee naar het wegvallen
van dat zo belangrijke financieringsinstituut.
Ook de argumenten voor noodzakelijke hogere grondmobili
teit en grotere flexibiliteit van het grondgebruik spreken ons
niet zodanig aan dat daarom en daartoe met name het
continuatierecht-principe in de pachtwetgeving op losse
schroeven gesteld moet worden. Wij beoordelen daarom het
middel als veel erger dan de kwaal. Het is immers - op z'n
zachtst gezegd - nog maar de vraag of in verband met de hui
dige problematiek in met name de grondgebonden akker- en
tuinbouw, sterk eenzijdig gekozen moet en kan worden voor
de oplossingsrichting van bedrijfsoppervlaktevergroting.
Ons inziens zal veel meer gekozen moeten (en ook kunnen)
worden voor arbeids- en kwaliteitsintensivering binnen de
bestaande bedrijfsoppervlakte.
In de Structuurnota Landbouw stelt de regering de volgende
pachtwetswijzigingen voor:
(1) Een gefaseerde verhoging van de pachtprijzen tot 2%
netto-rendement, gerekend over de vrije grondprijs.
(2) Het scheppen van de mogelijkheid voor het pachten van
los land, kleiner dan drie ha, met een vrije pachtprijs en zon
der continuatierecht.
En (3) het invoeren van de mogelijkheid van 'eenmalige
pacht' (6 of 12 jaar) met eveneens een vrije pachtprijs en
zonder continuatierecht, voorkeursrecht en in-de-plaats-
stelling.
Ons commentaar daarop is. als volgt samen te vatten:
ad. 1 Een (substantiële) pachtprijsverhoging is slechts aan
vaardbaar in combinatie met vermindering van de fiscale
druk voor de particuliere beleggers. De relatie met de vrije
grond waarde wijzen wij af omdat per regio en per sector het
toevals- en willekeurseffect te groot zal zijn. De pachtnor
men dienen gerelateerd te blijven aan kwaliteit en opbren
gend vermogen van de grond.
ad. 2 De mogelijkheid van losland-pacht (zonder continuatie
recht enz.) als algemeen geldende mogelijkheid, wordt door
ons mordicus afgewezen. Zo ook door het Landbouwschap.
Van daaruit - en daar zijn we het wèl mee eens - wordt als
alternatief voorgesteld om binnen de huidige Pachtwet de
mogelijkheid te scheppen om 'verhuur van land' te legalise-
De ZLM gaat de problemen rond de seizoensarbeid in de
land- en tuinbouw op landelijk niveau aan de orde stel
len. Aanleiding is een uitgebreide politiecontrole, die
maandag jl. in de omgeving van Hulst plaatsvond. Op
drie bedrijven maakte de politie proces-verbaal op, om
dat daar buitenlanders zonder de vereiste papieren aan
het werk waren. In totaal werden acht bedrijven gekon-
troleerd. Ook op Zuid-Beveland werden enkele controles
uitgevoerd. Een en ander gebeurt in overleg met de In
spectie Arbeidsverhoudingen van het Ministerie van So
ciale Zaken en Werkgelegenheid.
De ZLM meent dat er alle reden is de kwestie van de ar
beidsvoorziening in de land- en tuinbouw in landelijk
verband op de agenda te zetten. Met name de fruitbedrij-
ven hebben in deze oogstperiode grote problemen om de
oogst binnen te halen. Er zijn te weinig tijdelijke arbeids
krachten beschikbaar. De fiscale en premiewetgeving in
Nederland maakt het weinig aantrekkelijk om tijdelijk
werk te verrichten. Ook de bollenteelt ondervindt grote
moeilijkheden hiervan.
De ZLM meent dat voor seizoensarbeid aparte fiscale re
gels moeten gaan gelden en verwacht van de overheid op
dit punt een soepeler houding. Het initiatief van de ZLM
om dit op landelijk niveau te bepleiten moet uiteraard
niet worden gezien als een aanmoediging om illegale wer
kers in dienst te nemen. De nu geldende regels dienen in
acht te worden genomen.
Noodsprong
De voorzitter van de tuinbouwcommissie van de ZLM,
de heer C. Hamelink, noemt het in dienst nemen van ille
gale werkkrachten door fruitbedrijven een noodsprong,
waarmee de betrokken bedrijven zich grote risico's op de
hals halen. Hij betreurt het dat mensen die willen helpen
bij het plukken worden belemmerd door de regelgeving.
Een oplossing hiervoor is niet alleen in het belang van de
bedrijven, die om tijdelijke krachten zitten te springen,
maar ook van de werkzoekers, zoals asielzoekers, die
zich regelmatig in de boomgaarden melden. 'Als we de
fruitteelt willen uitbreiden - en dat is een goede zaak -
zullen er toch voldoende mensen moeten zijn om de
oogst binnen te halen. En dat is nu niet het geval', aldus
de heer Hamelink.
ren. Eén en ander onder de noemer van 'teeltpacht', gericht
op éénjarige teelten van specifieke gewassen die rouleren in
het bouwplan. En één en ander zodanig dat middels Grond
kamerregistratie (zonder prijstoetsing) daarmee de bestaan
de problemen van pacht-vastlegging en onderverpachting uit
de weg geruimd worden.
ad. 3 Wat dit punt betreft kunnen we kort zijn. Vanuit de
ZLM begrijpen we niet dat een meerderheid van onze
collega-bestuurders in Landbouwschaps - zowel als in KNLC-
verband, niet begrijpen of niet willen begrijpen, wat wij be
grijpen. Namelijk dat de keuze van dit middel veel ergere ge
volgen zal blijken te hebben dan de kwaal van de lage grond-
mobiliteit.
Op termijn zal een dergelijke fundamentele doorbreking van
het tot nu toe geldende Nederlandse pachtprincipe (en dat is
een hoge mate van continuïteitszekerheid) onafwendbaar tot
gevolg hebben, dat pachters weer op 19e eeuwse wijze ie
dere 6 of 12 jaar met de pet in de hand tegen elkaar op zullen
moeten bieden om boer te kunnen blijven.
Een rechtstreeks gevolg zal ook zijn dat de verpachte waarde
van de grond drastisch zal stijgen. Dat houdt in dat ook de
eigenaars-gebruikers geconfronteerd zullen worden met aan
zienlijk hogere fiscale grondlasten. Slechts de overheid zelf
zal als grootste verpachter in ons land de lachende derde zijn,
omdat middels de voorgenomen liberalisering een snellere
verzilvering van de vrije grondwaarde gerealiseerd kan
worden.
Gelukkig (maar dat is vooralsnog een schrale troost) heeft
het KNLC wel unaniem de mening van de ZLM overgeno
men, dat bij een onverhoopte invoering van het fenomeen
eenmalige-pacht in ieder geval wèl officiële prijstoetsing op
basis van de normale normen plaats zal moeten vinden.
Er resten ons nog enkele maanden om vanuit de ZLM alsnog
het uiterste te betrachten om binnen het KNLC en Land
bouwschap een zodanige wending in de meningsvorming te
bewerkstelligen, dat vanuit het landbouwbedrijfsleven één
front gevormd kan worden om de overheid te weerhouden
van besluitvorming die achteraf door dat bedrijfsleven vrijwel
zeker als een 'historische vergissing' gekenmerkt zal
worden.
Van der Maas
VRIJDAG 5 OKTOBER 1990
I 78e JAARGANG NO. 4040
land- en
tuinbouwblad