Aardappelen binnen, wat nu? OLY Granenareaal Nederland ruim 16.500 ha kleiner dan in 1989 Forse toename wortelgewicht Doodspuiten van konsumptie-aardappelen Demonstratie mest uitrijden en inwerken op bouwland Het bewaren van aardappelen vraagt veel zorgvuldigheid. Als de aardappelen zijn gerooid en het bewaarseizoen is begonnen, komt de bewaarperiode. Tijdens de bewaring moet krimp zoveel moge lijk beperkt worden en de kwaliteit zo goed mogelijk blijven. Hiertoe moet u op een aantal, achtereenvol gende, punten letten. M Drogen, wel of niet? Gezonde winddroge aardappelen met daartussen normaal vochtige grond hoeven niet apart gedroogd te worden. In dit geval geeft drogen al leen extra gewichtsverlies. Partijen met natte, of rotte aardappelen (b.v. als gevolg van Phytophthora, natrot etc.) of met veel natte grond moeten wel drogen. Een partij droogt altijd als u er lucht inblaast die kouder is dan het pro dukt. Probeer de aardappelen echter niet teveel in temperatuur te laten dalen. Ten eerste wordt zo'n partij te koud voor een goede wondhe- lingsperiode maar daarnaast wordt het steeds moeilijker om met koude re buitenlucht te drogen. Als een partij veel en langdurig gedroogd De voorlopige uitkomsten van de landbouwtelling van dit jaar geven aan dat het graan-areaal ten opzich te van 1989 met 16.544 ha is gedaald tot 187.900 ha. Daarbij is het areaal wintertarwe uitgebreid van 130.738 ha tot 131.800 ha en het areaal zo- mertarwe van 8894 ha tot 5400 ha gedaald. Opmerkelijk is de daling van het are aal zomergerst van 42.393 ha tot 29.100 ha, terwijl het areaal winter- gerst steeg van 7806 ha tot 9800 ha. Het rogge-areaal steeg van 6826 ha tot 8500 ha, en dat van haver daalde van 7787 ha tot 3300 ha. De gemid delde ha-opbrengst van wintertarwe daalde met 100 kg tot 7600 kg en dat van zomertarwe steeg met 100 kg tot 60Ö0 kg. Een daling van de ha- opbrengst aan wintergerst met 900 kg tot 5400 kg, ging vergezeld met een toename met 600 kg tot 5400 kg Uit de resultaten van de derde be monstering in het kader van het groeiverloop onderzoek suikerbie ten, uitgevoerd op maandag 3 sep tember, blijkt dat de groei van het bietengewas in de periode 20 augus tus - 3 september is gekenmerkt door landelijk een zeer forse toeneming van het wortelgewicht (ruim 12 ton per ha). Het suikergehalte daarente gen is met 0,6% gedaald tot 14,5% en ligt daarmee op het nivo van het 10-jarig gemiddelde en 0,1% lager dan het gehalte op 6 augustus van dit jaar. Een en ander hangt samen met de hergroei van het gewas zoals zich dat thans manifesteert als gevolg van de, moet worden kunt u de inblaaslucht op de koudste momenten ('s nachts, lager dan 10°C) opwarmen tot de produkttemperatuur. De aardappe len drogen dan wel maar koelen niet verder af. De kachelkapaciteit moet u afstemmen op de ventilatiekapaci- teit en de temperatuur van de in blaaslucht. Bij een dergelijke bere kening kan de D.L.V. u helpen. Als de partij het toelaat kunt u natuur lijk ook tijdens de te koude uren stoppen met drogen. Overdag moet u erop letten dat de inblaaslucht niet warmer is dan het produkt. In de meeste gevallen kon- denseert de warme buitenlucht dan op de koudere aardappelen. Deze worden dan natter inplaats van dro ger. Stop met ventileren als de partij dit toelaat of ga over op intern venti leren. Met intern ventileren droogt u niet maar voorkomt u broei. Beperk bewaarverlies door goede wondheling Direkt na het binnen brengen van de aardappelen, of direkt na het dro gen, begint u met de wondhelingspe- riode. Een goede wondheling is een vereiste om bewaarverliezen te be perken. In deze tijd vormt zich een nieuwe schil op de beschadigde plaatsen van de aardappel. Vocht kan dan minder makkelijk uit de aardappelen onttrokken worden en van de zomergerst. De ha-opbrengst aan rogge daalde met 700 kg tot 4300 kg en die van haver steeg met 800 kg tot 4900 kg. Handelsgewassen Bij de handelsgewassen was er van een daling van het areaal karwijzaad sprake van 646 ha tot 300 ha en van blauwmaanzaad van 75 ha tot 260 ha. Daarentegen steeg het areaal kool-/raapzaad van 6275 ha tot 7400 ha, wat gepaard ging met een daling van de ha-opbrengst van 3650 kg tot 2900 kg. De ha-opbrengst van kar wijzaad daalde met 250 kg tot 1500 kg, terwijl de ha-opbrengst van blauwmaanzaad zich handhaafde op 1550 kg. Snijmais Het areaal snijmais daalde van 202.708 ha tot 198.300 ha. overigens sterk variërende, hoeveel heden neerslag na 13 augustus. De vele zonneschijn heeft de daling van het suikergehalte niet kunnen voor komen. Het thans overwegend jeug dige, groene en gezonde bladappa raat is zeker nog tot een behoorlijke verdere produktie in staat. De verde re ontwikkeling c.q. toeneming van het suikergehalte zal sterk worden bepaald door het weer in september en oktober. Verwachtingen hierover zijn daarom op het ogenblik zeer speculatief. De resultaten van de derde be monstering zijn weergegeven in het volgende overzicht: Suikergewicht kg/ha 11.500 11.770 11.710 12.450 11.750 10.550 7.910 8.520 9.890 9.130 8.970 10.290 9.2(H) 7.370 bewaarziekten krijgen minder kans om zich te ontwikkelen. De wondhe ling verloopt het beste bij een tempe ratuur van 12-16°C en duurt 10 tot 14 dagen. De relatieve vochtigheid moet hoog zijn, ongeveer 95%. Ven tileer daarom weinig. Ventileren is alleen nodig om de temperatuur op peil te houden (max. 20°C) en de lucht te verversen. Tijdens de wondheling moet u er opletten dat er boven in de partij aardappelen geen 'zweetlaag' (con dens) voorkomt. Hierin gaan aard appelen makkelijk rotten. Ventile ren met iets koudere buitenlucht gaat dit tegen. In de praktijk blijkt dat per dag een kwartier tot een half uur ventileren met buitenlucht opti male omstandigheden schept voor de wondheling. Voor partijen waar in rot voorkomt kunt u de tempera tuur beter lager houden (ongeveer 12°C). Vaak moet u dergelijke par tijen ook meer ventileren. Inkoelen Na de wondheling koelt u de aardap pelen in tot de gewenste bewaartem- peratuur. Voor friet-aardappelen is dit 6-7°C. Door te koelen met lucht die minimaal 2°C kouder is dan het produkt beperkt u de draaiuren en daarmee het gewichtsverlies. Lucjit kouder dan 4-5°C is te koud. De bakkwaliteit van de aardappelen loopt bij deze lage temperaturen gevaar. Indien de aardappelen vroeg in het seizoen zijn ingeschuurd is het niet wenselijk om deze lager dan de ge Op diverse konsumptie-aardappelen percelen sterven, vanwege het war me droge weer van afgelopen zomer, de planten op natuurlijke wijze af zodat van doodspuiten geen sprake meer is. Op percelen die nog gedeel telijk of in volle groei zijn zal dezer dagen het loof vernietigd moeten worden om alsnog tijdig en onder goede omstandigheden te kunnen rooien. Elk jaar is het een moeilijke beslis sing om een gezond gewas aardappe len dood te spuiten omdat bekend is dat per dag in september de op brengst met 500 kg per ha toeneemt. Degene die het onderste uit de kan wil halen riskeert het risiko van pro blemen zoals nachtvorst en moeilijk rooien bij veel regen met alle gevol gen van dien. Het duurt ongeveer 14-18 dagen na loofvernietiging voordat er gerooid kan worden i.v.m. ontvellingen. Hoe het loof vernietigen Omdat op diverse percelen een aan tal planten algeheel of gedeeltelijk zijn afgestorven kan met de loof- klapper gewerkt worden. De meer vitale percelen zullen doogespoten moeten worden. Mechanische methode Percelen die al voor 50% zijn af gestorven en Waar geen Phytophtho ra in voorkomt kunnen, indien de grond dit toelaat, gedood worden door het loof te klappen. Op de proefboerderij "De Kandelaar" te Op 18 september a.s. vanaf 13.30 uur zal het DLV-team Akkerbouw Westmaas in samenwerking met de Stichting Mestbank De Hollanden een demonstratie geven van verschil lende systemen voor onderwerpen van mest op bouwland. De de monstratie vindt plaats op het be drijf van G.T. Franzen te Dirksland in een schuur en op een perceel gele gen aan de Veerweg te Achthuizen (Goeree Overflakkee). De route er naar toe wordt aangegeven met borden. middelde etmaaltemperatuur te koe len. Begin oktober is dit 8°C. Kiemremming Aardappelen die na half januari worden afgezet moeten met een kiemremmer worden behandeld. Poederen kan alleen op niet- ontvelde, droge aardappelen. Een voordeel van poederen is dat het al tijd op tijd gebeurd. Bij gassen kan het resultaat tegenvallen als u de eer ste keer te laat begint. Direkt na de wondhelingsperiode moet u begin nen met gassen. In een warm groei seizoen, zoals dit jaar, zijn de aard appelen vaak zeer kiemlustig zodat u hier voldoende aandacht aan moet besteden. Koel de aardappelen voor het gassen eerst iets terug zodat u de eerste twee Biddinghuizen is o.a. in een dergelij ke situatie in 1989 een loofvernieti- gingsproef uitgevoerd waarin naast diverse chemische middelen ook het objekt klappen lag. Veertien dagen na aanleg van de proef zijn de objek- ten beoordeeld op ontvellingen. Het bleek dat alle objekten zeer goed wa ren afgehard. De verschillen waren minimaal. Het loofklappen gaf een evengoed resultaat als de chemische loofvernietiging. Doordat het loof voor het rooien geklapt moet wor den is deze methode goedkoper dan doding via chemische weg. Voor kom echter dat bij het klappen aard appelen bloot komen te liggen. Chemische methode Percelen die nog vitaal zijn en perce len waar momenteel Phytophthora- aantasting in voorkomt, moeten doodgespoten worden. Voor het doodspuiten kan diquat, DNOC in olie of Purivel worden gebruikt. Geen Purivel gebruiken in percelen waar Phytophthora in voorkomt. Wanneer de grond vrij droog is kun nen diquat en in mindere mate DNOC in olie naveleindrot of vaat- bundelverkleuring veroorzaken. Bij vochtgebrek neemt de plant na het spuiten het middel op wat kan leiden tot bovengenoemde verschijnselen. Bij toepassing van het middel Puri vel zijn deze beschadigingen, voor zover bekend, nooit voorgekomen. Middelen: s Diquat (o.a. Reglone) Bij middelen op basis van diquat De volgende systemen worden gede monstreerd:' - Mestinjectie d.m.v. mestinjecteur en stoppelinjecteur. - Bovengronds uitrijden van mest en inwerken met schijven-eg, triltand- cultivator, vaste tandcultivator. Tevens zal er een panelen tentoonstelling te zien zijn over demo-project 'emissie-arme aan wending dierlijke mest, het mestbe leid in de akkerbouw, dierlijke mest in het bemestingsplan. dagen niet met buitenlucht hoeft te ventileren. Hiermee voorkomt u ver lies van het middel. Na afloop van het gassen ventileert u intern na, tot de nevel is verdwenen. Tot slot Veel handelingen tijdens het bewa ren gaan op basis van de tempera tuur van zowel het produkt als de buitenlucht. Goede thermometers zijn dan ook een eerste vereiste. In de praktijk blijkt vaak dat steekther- mometers te veel afwijken. Overi gens kan ook elektronische meet- en regelapparatuur afwijken. Overtuig u ervan dat uw installatie goed werkt waardoor teleurstelling wordt voorkomen. B. van der Spek bedrijfsdeskundige DLV Goes worden de beste resultaten verkre gen als er bij felle zon en lage relatie ve luchtvochtigheid wordt gespoten. Meestal dus midden op de dag. Voorwaarde is wel dat het gewas over voldoende vocht beschikt, daar anders naveleindrot of vaatbundel- verkleuring kan optreden. Afhankelijk van de hoeveelheid loof, spuiten met 4a 5 liter Reglone in 700-800 liter water per ha. Spuit niet bij hoge relatieve luchtvochtig heid, zoals lichte regen of zware dauw. DNOC in olie Dit is een vrij giftig produkt. Het beste resultaat wordt bereikt wan neer de bespuiting 's avonds of op de dag bij donker weer wordt uitge voerd. De dosering bedraagt, afhan kelijk van de gewasontwikkeling, 20 a 25 liter per ha in 800 liter water. Ook hier geldt dat de grond vol doende vochtig moet zijn. Metoxuron (Purivel) Meestal duurt het 2 a 3 weken voor dat het loof volledig is afgestorven. Daarom alleen toepassen gelijktijdig met de laatste Phytophthora- bestrijding, op een gewas dat nog niet is aangetast door de aardappel ziekte. De langzame werking van dit middel impliceert dat ca. 1 week eer der moet worden doodgespoten ten opzichte van de andere middelen bij een geplande rooidatum. Dosering 2 a 3 kg per ha. Teelt u tarwe na de aardappelen, voer dan een kerende grondbewerking uit voor het zaaien. Wanneer de tijd tussen spuiten en in zaai van tarwe 6 weken of meer be draagt is dit niet nodig. Droge grond Is de grond droog en heeft het aar dappelgewas iets tekort aan vocht, dan dient het volgende de aandacht i.v.m. kans op naveleindrot of vaat- bundelverkleuring. Spuit met een halve dosering Purivel, gevolgd door een bespuiting na 3 a 4 dagen met een halve dosering diquat of DNOC in olie of spuiten met de normale do sering Purivel. Purivel nooit ver mengd spuiten met diquat of DNOC in olie. DLV Team Akkerbouw "Westmaas" A.C.M. Mulders, gespec. bedrijfsdeskundige gewasbescherming Gebied Wortelgewicht Suikergehalte kg/ha O.'o 1. Zeeland 70.600 16.3 2. W. Drab. klci-Z.l loll. Oil. 78.200 15,1 3. Z. Moll. vast-.N. Holland 78.900 14,8 4. Z. en O. Flevoland 86.600 14,4 5. Noordoost polder 79.6(H) 14.7 6. Noordelijke klei 74.9(H) 14.1 7. Noordelijke zand 57.600 13,7 8. Veenkoloniën 61.400 13,9 9. Kivicrklcigcbicd 73.900 13.4 10. Midden en Zuid zand 65.2(H) 14.1 11. Löss 64.800 13,8 Nederland 1990 70.700 14.5 Nederland 1989 60.8(H) 15,1 Nederland 1980 l/m 1989 50.8(H) 14.5 Dit is liet la.alsie IRS-groeiverloopbcricht over de groei van suikerbieten in 1990. IRS-onderzoek groeiverloop suikerbieten Vrijdag 14 september 1990 19

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1990 | | pagina 19