over geld
en goed
Gaat de Praktijkschool
te Schoondijke fuseren?
ingezonden
De kosten van een schoon milieu
Terinzagelegging
Auvergnepolder
Landinrichting van belang voor Landbouw,
Natuur, Landschap en Rekreatie
Verklaring gasgebruik voor tuinbouw-
doeleinden vóór 1 december 1989 inleveren
Produktschap verscherpt kontrole op veevoer
Huilende hyena
Ir. P.J.E. Mangnus benoemd als Sociaal
Ekonomisch Voorlichter in Zeeuws-Viaanderen
m
In ons huidige tijdsbestel wordt
soms en dan meestal door bui
tenstaanders de vraag gesteld of land
inrichting ten behoeve van de in
richting van landelijke gebieden nog
wel zo noodzakelijk is? Men doelt
dan op overproduktie, op milieupro
blemen bij de huidige produktie, op
het goedkoper kunnen produceren
van sommige gewassen in andere
landen e.d.
Wellicht is het goed te bedenken dat
in het verleden 'de Landbouw' in
Nederland zo een sterke konkurren-
tiepositie heeft kunnen veroveren,
mede door de uitgevoerde ruil- en
herverkavelingen. De kostprijs van
de produkten verminderde sterk
door de verbetering van de eksterne
produktie-omstandigheden, de ver
plaatsing van bedrijven veelal vanuit
de dorpskommen, e.d.
En het mag hier zeker niet onver
meld blijven, de bevolking putte
moed uit de verbeteringen, nam ini
tiatieven. Gebieden die begonnen te
verpauperen kwamen tot nieuw le
ven, beslist niet alleen op agrarisch
gebied, maar ook aan de aanpassing
van het landschap werd de nodige
aandacht besteed, evenals de ont
wikkeling van de tuinbouw in be
paalde gebieden, dus de leefbaarheid
van het platteland.
Landinrichting blijft ook in deze tijd
nodig. Het gebeurt op een andere
wijze dan 10 a 15 jaar geleden. Er is
een beleid dat gericht is op behoud
en herstel van de natuur en op na
tuurontwikkeling en natuurbeheer.
De rekreatieontwikkelingen in be
paalde gebieden kunnen en worden
ingepast, fietspaden, ruiterpaden,
wandelpaden, kamperen bij de boer,
e.d.
Naast de natuur, de rekreatie, is het
ook nodig dat de positie van de
Landbouw wordt versterkt. Voor de
konkurrentie is dit blijvend noodza
kelijk. Daarvoor is in de agrarische
gebieden nodig een goed waterbe-
heersingsplan, een goed wegenstel
sel, een goede verkaveling. Niet al
leen de agrariër heeft daar belang bij
maar ook de toeleverende en verwer
kende bedrijven en heel ons land.
Eén ding dienen we ons wel te reali
seren, een landinrichtingsplan dat 9
jaar voorbereiding en 14 jaar uitvoe
ring vraagt is te lang, bijna een boe
renleven, want als het plan uitge
voerd is leven er andere zaken, ande
re behoeften dan toen men begon.
Een beleid om de plannen niet te veel
in details uit te werken is nodig, me
de met het oog op de snelle verande
ringen die maatschappelijk en land
bouwkundig plaatsvinden en wel
licht in versnelde mate op ons
afkomen.
Het is dan ook een gelukkkige om
standigheid dat Landinrichting met
een administratief karakter mogelijk
is in die gebieden waar de verkave
ling voor de landbouw om de groot
ste verbetering vraagt. Een dergelij
ke verkaveling kan in relatief korte
tijd worden voorbereid en uitge
voerd. Ook de natuur, de rekreatie,
het landschap kan baat hebben bij
het ruilen van gronden.
Het staat dan ook vast dat landin
richting voor de versterking van de
Landbouw, de Natuur, het Land
schap, de Rekreatie noodzakelijk
blijft.
De belangen lopen niet altijd paral
lel, doch wellicht in de toekomst
meer dan in het verleden. Met begrip
voor eikaars belangen komt men er
uit, dit is in de praktijk gebleken. In
de hoop, maar in het volste vertrou
wen dat de maatschappij de politici
van de noodzaak van landinrichting
overtuigd blijven terwille van de
agrariërs en hun gezinnen en de sa
menleving. Financiën ter beschik
king blijven stellen voor een derge
lijk goede zaak is dan ook echt
nodig.
J. Markusse
Ingevolge de Wet op de Omzet
belasting kan aan tuinders die
gas gebruiken voor de verwar
ming ter bevordering van het
groeiproces van tuinbouwpro-
dukten, het lage tarief (thans
6%) in rekening gebracht wor
den. Zij moeten daartoe bij de
Distriktsburohouder een speciaal
formulier aanvragen waarop de
relevante gegevens vermeld kun
nen worden. Deze verklaring kan
ook worden gebruikt door tuin
ders die door middel van een on
dergronds leidingen net geleverde
warmte aanwenden voor het
groeiproces van tuinbouwpro-
dukten. Als tuinbouwprodukten
worden aangemerkt groenten,
fruit en sierteeltprodukten. Het
formulier moet ingevuld en on
dertekend worden toegezonden
naar het gasbedrijf, waarvan u
het gas betrekt.
Wendt U zich in ieder geval vóór
1 december a.s. tot uw DBH.
Het Produktschap voor Veevoeder
gaat de kontrole op de handel in vee
voeders verscherpen. Er komt een
speciale verordening waarin het han-
delen in schadepartijen wordt verbo
den. Bedrijven die grondstoffen
voor veevoeders verhandelen zullen
daarvoor een speciale vergunning
moeten hebben.
Direkte aanleiding voor het ver
scherpen van de kontrole is de ver
giftiging van koeien in het Fries-
Groningse Westerkwartier door met
lood verontreinigd voer.
De verordening is al ter goedkeuring
voorgelegd aan de minister van land
bouw, natuurbeheer en visserij. Een
groot deel van de Nederlandse vee-
voederproduktie staat al onder kon
trole van enkele daarvoor door de
industrie zelf opgerichte organisa
ties. Een aantal handelaren in
grondstoffen en voeders is daar ech
ter niet bij aangesloten.
Het is nog maar enkele jaren geleden
dat Nederland werd opgeschrikt
door de konstatering dat in het nabij
Rotterdam gelegen plaatsje Lekker-
kerk de ondergrond van huizen ern
stig vervuild bleek te zijn. De in aller
ijl bijeen getrommelde deskundigen
vonden verdere bewoning onverant
woord. Een (dure) oplossing werd
gevonden in het verwijderen van de
vervuilde grond en de vervanging
door schone grond.
Sedert de ontdekking in Lekkerkerk
blijkt dat ons landje een ongekende
"bodemrijkdom" bezit. Steeds weer
staan er berichten over bodemver
vuiling in de kranten.
Vaak blijkt dat een dergelijke ver
vuiling reeds eeuwen geleden heeft
plaatsgevonden.
Toch zijn dergelijke vervuilingen re
latief beperkt van omvang. Ernstiger
zijn de gevolgen van het storten van
afval na de Tweede Wereldoorlog.
In deze periode viel een enorme ont
wikkeling te konstateren van de
(petro-)chemische industrie die
steeds nieuwe vindingen deed maar
ook met steeds meer afval kwam te
zitten.
Dit afval moest men kwijt dus er
werd naar een uitweg gezocht. Bij
herhaling werd zo'n uitweg gevon
den in het "volstorten" van sloten
en plassen. Er waren boeren die
daarin een goedkope mogelijkheid
zagen om hun bebouwbare opper
vlakte te vergroten.
Inmiddels is het milieubesef, dat
Vrijdag 17 november 1989
vroeger slechts leefde bij een handje
vol milieu-aktivisten, algemeen goed
geworden. U heeft kunnen konstate
ren dat bij de laatste verkiezingen de
meeste partijen in hun verkie
zingsprogramma's ruime aandacht
schonken aan de milieu
problematiek.
Ook bij de kabinetsformatie is veel
vuldig stilgestaan bij het milieu en de
kosten die een schoon milieu met
zich brengt. Dat het reinigen van
vervuilde grond geld gaat kosten zal
iedereen duidelijk zijn.
De tijd echter dat Zoete Lieve Ger-
ritje, zo die ooit bestaan heeft, de
kosten voor zijn of haar rekening
nam ligt ver achter ons.
Dit betekent dat de kreet "de vervui
ler betaalt" geen loze uitdrukking is.
Dan nu konkreet de landbouw. Bo
venstaand is al stilgestaan bij het op
vullen van sloten e.d. maar ook is
in het verleden wel eens zorgeloos
omgegaan met restanten en verpak
king van bestrijdingsmiddelen.
Bij de aankoop van niet agrarische
gronden wordt thans ruime aan
dacht besteed aan de kans op een
mogelijke vervuiling. Vervuiling kan
een drukkende werking hebben op
de waarde van de grond. Geadvi
seerd wordt voor uzelf eens na te
gaan of uw grond schoon is, dus vrij
van vervuiling, en er ook bij aan
koop van grond op te letten.
D. Duinkerke AA
Accountantsunie ZLM
Middelburg
Wie het ZLM-blad van vorige week
gelezen heeft zou gemakkelijk kun
nen denken dat de praktijkscholen te
Horst en Schoondijke op korte ter
mijn samen verder zullen gaan. Deze
gedachte geeft de feitelijke situatie
van dit moment niet geheel juist
weer. Om misverstanden te voorko
men wordt hier verteld hoe de vork
in de steel zit.
In het landbouwonderwijs zijn vol
op ontwikkelingen waar te nemen.
In het Hoger Agrarisch Onderwijs is
het aantal scholen ingekrompen van
11 naar 6. Er zijn nu nog ongeveer
45 Middelbare en 130 Lagere Agrari
sche Scholen. Het is de bedoeling
dat er in ons land binnen afzienbare
tijd zo'n 20 AOC's zullen voortko
men uit deze scholen. Niet alleen in
het landbouwonderwijs is het nodige
aan de hand, maar ook bij bijvoor
beeld de voorlichting zal er op korte
termijn het nodige veranderen.
Tenslotte kan ook het landbouwbe
drijfsleven de nodige dynamiek niet
ontzegd worden.
Daar waar momenteel veranderin
gen optreden is er vaak ook sprake
van schaalvergroting. Dat heeft een
reden. Grote instituten worden ver
ondersteld efficiënt te kunnen wer
ken en omdat er verantwoord met
het beschikbare budget omgegaan
moet worden is het op zich geen
slechte zaak om na te denken over de
optimale grootte van de praktijk
scholen.
De overheid heeft aan de praktijk*
scholen gevraagd om na te denken
over de toekomstige taak en positie
in het licht van het hierbovenvermel-
de. Het uitgangspunt hierbij is dat
de huidige lokaties voor landbouw-
praktijkonderwijs gewoon zullen
blijven bestaan. Dat is nodig in ver
band met de grote vraag naar aan
vullend en specialistisch onderwijs,
dat op de praktijkscholen gegeven
wordt. Wel zou er samengewerkt
kunnen worden tussen de verschil
lende praktijkscholen. Op die ma
nier wordt aangesloten bij de ont
wikkelingen in het overig landbouw
onderwijs en kan er wellicht effi
ciënter gewerkt worden.
Voor de praktijkscholen betekent dit
dat er allereerst een principiële keuze
gemaakt moet worden tussen twee
sporen. Er kan samengewerkt wor
den tussen praktijkscholen, die zich
bezig houden met de zelfde tak, een
sektorale samenwerking. Het is ook
mogelijk om de samenwerking te
zoeken tussen scholen, die in het
zelfde gebied werkzaam zijn. Een
geografische samenwerking dus.
Op dit moment wordt er overal vol
op nagedacht over wat het beste is.
Vanzelfsprekend vallen de bestuur
ders hierbij terug op hun achterban
en daar horen de landbouworganisa
ties bij.
Als er overlegd wordt over hoe er
verder gegaan moet worden, dan
kan dat het beste door konkreet te
zijn en de dingen bij hun naam te
noemen. Het is in dit verband lo
gisch dat er nagedacht wordt over
samenwerking tussen de praktijk
scholen te Horst en Schoondijke. De
school te Horst houdt zich immers
bezig met de veehouderij en de
school te Schoondijke met de akker
bouw en de techniek. Dat vult elkaar
goed aan en daar zou de landbouw
in met name Zuid Nederland van
kunnen profiteren. Er zijn echter
meerdere mogelijkheden. Bovendien
moeten alle betrokkenen in staat
gesteld worden om hun zienswijze
bekend te maken.
Het overleg is momenteel volop aan
de gang en niet alleen in Zuid-
Nederland. Besluiten zijn er nog niet
genomen. Het is nog niet duidelijk
wanneer er knopen doorgehakt zul
len worden. Wel is duidelijk dat een
samenwerking tussen de scholen te
Horst en Schoondijke één van de
mogelijkheden is, die nader bekeken
moet worden.
De tijd zal echter nog moeten leren
wanneer en hoe de besluitvorming
zal uitvallen.
J. Bearda,
direkteur
praktijkschool Schoondijke
In een vergadering 'Rondgang langs
de kring' in Oost Zuid-Beveland was
ik erg gelukkig met de mededeling
van de algemeen voorzitter Van der
Maas dat de top van het Landbouw
schap op één lijn zat voor wat be
treft de moeilijkheden in de akker
bouw. Toen echter de veehouderij
vertegenwoordiger uit het kring-
bestuur even later vertelde dat hij
niet van plan was om over enkele ja
ren net zo als de akkerbouwers als
een 'huilende hyeana op de hoek van
de straat te gaan staan' heb ik mij
afgevraagd zit de basis van de ZLM
al op één lijn?
K. Dees,
Biezelinge
N.B.: een hyena is een aasetend
roofdier in de nacht zoekend naar
voedsel. Waarschijnlijk een graf-
schenner. Het huilen is een luguber,
lachtend geluid. Ook kinderen wor
den wel aangevallen, (uit: Winkler
Prins).
P.J.E. Mangnus
bestemmings
plannen
Middelburg
Met ingang van 10 november ligt ge
durende een maand ter inzage ter ge-
meentesekretarie, de eerste herzie
ning van het bestemmingsplan Sint
Laurens. Naast een nieuwbouwloka-
tie is tevens de agrarische bestem
ming van een gedeelte van het gebied
enigszins aangepast. Gedurende bo
vengenoemde termijn kan een ieder
Met ingang van 1 december 1989 is
ir. P.J.E. (Peter) Mangnus benoemd
als SEV-er bij de ZLM voor het ge
bied Zeeuws-Viaanderen. Na in 1984
te zijn afgestudeerd in Wageningen
op de Landbouw Hogeschool heeft
de heer Mangnus 1 jaar gewerkt op
een accountantsburo. Momenteel is
hij werkzaam bij de Gewestelijke
Raad van het Landbouwschap voor
Drente. De heer Mangnus is 30 jaar
en heeft 4 kinderen.
Wij vertrouwen mede omdat de heer
Mangnus is geboren in Zeeuws-
Viaanderen dat hij zich snel zal heb
ben ingewerkt en spoedig het ver
trouwen van de agrariërs en hun ge
zinnen zal weten te verkrijgen, zodat
hij optimaal kan funktioneren.
Het adres van de heer Mangnus is
Van Swietenstraat 14, 4535 BG Ter-
neuzen, tel. 01150-97332.
J. Markusse
tegen het ontwerp schriftelijk bij de
gemeenteraad bezwaren kenbaar
maken. Het bezwaarschrift dient te
worden gestuurd aan: Gemeente
Middelburg, Postbus 6000, 4330 LA
Middelburg.
Van 1 november tot en met 30 no
vember liggen in het ontmoeting
scentrum 'De Wittenhorst' te
Halsteren de volgende stukken ter
inzage van de landinrichtingskom
missie Auvergnepolder: de lijst van
rechthebbenden, het proces-verbaal
van de eerste schatting en een regis
ter van de uitkomsten der schattin
gen en de kaarten, waarop de klasse-
grenzen staan aangegeven.
Bevatten de stukken onjuiste infor
matie dan kan dat met behulp van
een bezwaarschrift kenbaar gemaakt
worden. Dit bezwaarschrift dient
dan wel vóór 14 december te worden
ingediend bij het sekretariaat Land
inrichtingskommissie, Postbus 379,
4870 AJ Etten-Leur.