"Special"
ondernemen
in de akkerbouw
zegge en schrijve
De volgende week zal bij het
landbouwblad een "special" worden
gevoegd waarin op uitvoerige wijze
aandacht zal worden geschonken
aan het aspekt ondernemen in de
akkerbouw. Het zal duidelijk zijn
dat dit gezamenlijk initiatief van de
Sociaal Ekonomische
Voorlichtingsdienst en de redaktie
van het ZLM-blad vooral is
ingegeven door de problematische si
tuatie in de akkerbouwsektor. Een
aantal auteurs zal vanuit een
verschillende invalshoek een visie
geven op ondernemen: Wat is
ondernemen, waarom ondernemen
en hoe te ondernemen? (Red.)
zuidelijke landbouw maatschappij
Gevolgen
Tenslotte
Ruim 60 merendeels jonge fruittelers uit het Zuidwesten van ons land hebben gehoor gege
ven aan de oproep van het Zeeuws Agrarisch Jongeren Konta/ct (ZAJK) om maandag 13
november jl. in de kantine van de Veiling CVZ te Kapelle een drietal lezingen aan te horen
over het ekonomisch ondernemerschap in de fruitteelt. Twee medewerkers van Rabobank
Nederland gaven respektievelijk een visie op de toekomst van de fruitteeltsektor en op de
mogelijkheden van kredietverlening terwijl de heer J. Markusse, hoofd SEV van de ZLM
een inleiding hield over het ondernemerschap in de sektor. Hij wees met name op het belang
van de kursus Training Ondernemers Vaardigheden.
M
VRIJDAG 17 NOVEMBER 1989
77e JAARGANG NO. 3997
land- en
tuinbouwblad
Met het gordijn open
De recente gebeurtenissen rondom het IJzeren Gordijn
zullen ongetwijfeld geboekstaafd worden als een histo
risch feit van de eerste orde - vergelijkbaar met bijvoor
beeld de Franse revolutie. Ik denk dat weinigen tot voor
zeer kort zelfs maar hebben durven dromen dat het IJ
zeren Gordijn überhaupt zou worden opengetrokken en
zeker niet op de wijze waarop dat nu is gebeurd.
Vooral de slechting van De Muur dwars door Berlijn
heeft op mij grote indruk gemaakt, te meer omdat ik er
zelf enkele malen bij gestaan heb. Uit een telefonisch
verslag van een goede vriendin uit West-Berlijn begreep
ik dat hier echt geschiedenis gemaakt werd. Ik was er
graag bij geweest.
De gebeurtenissen in Oost-Europa zijn overigens niet
alleen voor de betrokken Oosteuropese landen revoluti
onair. Ook in het westen zullen wij ons wereldbeeld
waarschijnlijk drastisch moeten bijstellen. Overal in de
wereld worden de ontwikkelingen in Oost-Europa op
de voet gevolgd.
Frankrijk heeft inmiddels het initiatief genomen voor
topberaad in EG-verband over deze totaal nieuwe situa
tie. Niemand weet eigenlijk nog goed wat we er mee
aan moeten en wat de gevolgen zijn voor Europa en de
wereld.
Ook in agrarische kringen wordt al druk gespeculeerd
over de consequenties. Enerzijds komt er een nieuwe
afzetmarkt bij, maar anderzijds is er ook een kans op
extra produktie. Daar komt bij dat we te maken hebben
met landen die in alle opzichten failliet zijn en dus over
geen enkele koopkracht beschikken.
Maar nu reeds blijkt de bereidheid bij een groot aantal
westerse landen aanwezig om grote bedragen in de
Oostbloklanden te investeren. Ook de beurzen reage
ren in eerste instantie positief op de gebeurtenissen in
met name de DDR. Zeker op termijn moet er daarom
rekening mee worden gehouden dat de betrokken lan
den zich zullen aandienen als handelspartner.
Voor de Westerse land- en tuinbouw liggen er dan ze
ker kansen voor bijvoorbeeld de levering van zaai- en
pootgoed, want de voedselproduktie zal vrijwel zeker
de hoogste prioriteit krijgen. Vanwege de structurele
tekorten moeten we dan vooral denken aan bulkpro-
duktie. Voor ons is dat een reden te meer om ons hier
te concentreren op kwaliteit en specialiteit. Ook door
de jongste besprekingen over de wereldhandel (GATT)
wordt die conclusie nog eens onderstreept nu Amerika
opnieuw pleit voor algehele afschaffing van alle land
bouwsubsidies. In hoeverre deze visie door de gebeur
tenissen in Oost-Europa zal (moeten) worden bijgesteld
moet nu overigens worden afgewacht.
Maar ook het marktgerichte landbouwbeleid in de EG
zelf laat ons (in Nederland) geen ruimte voor bulkpro-
duktie. Onze kosten van met name grond en arbeid zijn
daarvoor veel te hoog in vergelijking met andere (EG-
)landen en zeker die uit Oost-Europa.
Daar komt nog bij dat het EG-structuurbeleid meer en
meer gericht wordt op de Zuidelijke EG landen. In 1993
is er een verdubbeling van de structuurfondsen voor
zien, dat wil zeggen van 20 tot 40 miljard gulden per
jaar. De bulk daarvan zal naar het zuiden gaan. Deze
"deal" met Brussel zal de concurrentiepositie van de
Zuidelijke EG staten potentieel sterk verbeteren. Of de
ze landen dat ook waar zullen weten te maken zal nog
moeten blijken en is vooral een kwestie van mentaliteit.
Maar een gewaarschuwde boer of tuinder moet
minstens voor twee tellen!
Al met al staan er voor de wereld, Europa en Nederland
mogelijk heel wat veranderingen te wachten. Hoe dat
allemaal zal gaan uitpakken is niet te voorspellen. Vast
staat wel dat de voedselvoorziening een cruciale rol zal
blijven spelen. Wat dat betreft is er niets nieuws onder
de zon.
Oggel