Betere mineralenbenutting door melkvee
en de gevolgen voor het inkomen
Problemen in de varkenshouderij noodzaken
tot het voeren van een offensief beleid
Commissie Veehouderij KNLC wil geen verlaging interventieprijzen
De intensieve veehouderij in Nederland wordt gekonfronteerd met
een strenge milieuwetgeving. De omvang van de veestapel is aan ban
den gelegd en bedrijven moeten aanzienlijke investeringen doen voor
de afzet van mest en het terugdringen van ammoniakemissie. De af
zet van varkens- als zowel de pluimveehouderijprodukten ondervindt
steeds meer problemen. Verzadigde markten dwingen de producen
ten tot marktgerichte produktie en aanpassing van de produktiesyste-
men. Verder moet met de wensen van de konsument uitdrukkelijk re
kening worden gehouden. De nieuwe situatie die na 1992 zal ontstaap
vraagt om bezinning van de huidige situatie en een tijdige bijstelling
van het te voeren beleid.
Deze problemen waren voor de Ver
eniging van Varkenshouders NCB
en de kring Brabant van de NOP
aanleiding om een visie te ontwikke
len over hetgeen de varkens- en
pluimveehouders te doen staat. Im
mers zoveel mogelijk varkens- en
pluimveehouders dienen een
perspektiefvolle toekomst geboden
te worden. De voorzitter van de Ver
eniging van Varkenshouders de heer
W. van Hoof, besprak de nota Toe
komst Intensieve Veehouderij, op
donderdag 2 november j.l. in De
Caisson te Kapelle met de Zeeuwse
varkenshouders.
In de betreffende nota zijn wegen
aangegeven, welke moeten leiden
naar een blijvend perspektiefvolle
intensieve veehouderij. Dat te voe
ren beleid zal zich koncentreren op
een vijftal zaken:
- De omvang van de varkens- en
pluimveestapel;
- Europa 1992;
- Vrij ondernemerschap;
- Marktgericht produceren en
- Bescherming van het milieu.
De mestproblematiek
Zeer centraal in de nota staan de
problemen rond de mestproduktie
en de ammoniakemissie. Daarvoor
moeten oplossingen gevonden wor
den. Zo moet de mestafzet in 1994
beheersbaar zijn en de ammoniake
missie in de varkens- en pluimvee
houderij met 70% ten opzichte van
1980 zijn gereduceerd, wil uitbrei
ding van de varkens- en pluimveesta
pel in Nederland weer bespreekbaar
zijn.
Om dat waar te maken moet er in de
nabije toekomst het nodige gebeu
ren. Zo moet de huidige mestwetge
ving aangepast worden. Daarin wor
den nu zaken zoals het gebruik van
fosfaatarm voer, de export van
mest, verbetering van de mestkwali-
teit, lagere mineralenproduktie, on
voldoende beloond.
De huidige forfaitaire fosfaatnor
men moeten worden vervangen. Ba
sis moet worden een mineralenba-
lans per bedrijf.
Een goede aanzet hiertoe kan zijn de
invoering van het systeem Mars (Mi
neralen Aanvoer Registratie
Systeem) per 1-1-1990.
In verband met de kosten van trans
port en opslag van mest dienen
hoogwaardige mestsoorten zoals
pluimvee- en varkensdrijfmest op
geslagen te worden in aanwendings-
gebieden zoals West-Brabant en
Zeeland. Het aanscherpen van het
uitrijverbod maakt vergroting van
de opslagkapaciteit noodzakelijk.
Ook de overheid heeft een taak om
financiële ruimte voor mestopslag te
scheppen.
Het aanleveren van mest voor ver
werking of voor afzet naar de akker
bouw moet overigens voor hetzelfde
tarief kunnen plaatshebben. Blijkt
een en ander niet mogelijk te zijn,
dan moet rekening worden gehou
den met volumebeperkende maat
regelen.
Bedrijfsontwikkeling
De huidige milieuwetgeving staat de
ontwikkeling van sterke gezinsbe
drijven (2 a 3 VAK) in de weg. Uit
breidingsinvesteringen in de var
kenshouderij zijn om die reden niet
mogelijk. De heer Van Hoof wees er
op dat produktiekapaciteit welke in
Nederland wegvalt door allerhande
wetgeving, door andere Europese
landen snel en adequaat wordt opge-
Op 2 november j.l. was er in De Caisson te Kapelle een bijeenkomst van
Zeeuwse varkenshouders, waar de nota Toekomst Intensieve Veehouderij
werd besproken.
vuld. "In veel Europese landen is de
milieuwetgeving soepeler. Deze ont
wikkeling is een ernstige aantasting
van onze konkurrentiepositie".
Ruimtelijke ontwikkeling
In tegenstelling tot konklusies van
de Kommissie Van der Stee is de
Vereniging van Varkenshouders van
mening dat de huidige koncentraties
van intensieve veehouderij in be
paalde gebieden, zoals Oost-
Brabant, in stand gehouden moeten
worden. Daarbij wordt er voor de
Vereniging van uitgegaan, dat de mi
lieuproblemen, maar ook de proble
men rond de gezondheid van de die
ren, daadwerkelijk opgelost zullen
worden.
De provincie Zeeland heeft geen cen-
trumfunktie voor de intensieve vee
houderij. De ontwikkelingsmoge
lijkheden van de varkenshouderij in
Zeeland lijken op basis van dit rap
port dan ook beperkt.
Wel wees voorzitter D. Hannewijk
op de aanwijsbare voordelen van de
varkenshouderij in akkerbouwgebie
den met name daar waar het de min
der knellende milieuwetgeving
betreft.
C. Rops
Door o.m. aanpassingen in de voeding zou de benutting van mineralen kun
nen worden verbeterd.
Door een werkgroep bestaande uit
medewerkers van enkele regionale
Consulentschappen voor de Rund
veehouderij en enkel Consulent
schappen in Algemene Dienst
(C.A.D.'s) is een studie verricht
naar de mineralenbenutting in de
melk veevoeding enerzijds en de in
vloeden daarvan op het arbeidsinko
men anderzijds. Doel is de veehou
ders hierover inzicht te geven en mo
gelijkheden aan te dragen ten aan
zien van milieu-vriendelijker metho
den van melkvee houden met be
houd van, of zo gering mogelijk ver
lies aan arbeidsinkomen.
In november of december worden
alle melkveehouders uitgenodigd
voor groepsbijeenkomsten om ken
nis te nemen van de resultaten uit de
ze studie.
Het Konsulentschap voor de Rund
veehouderij in Noord-Brabant orga
niseert in samenwerking met de krin
gen van het Zeeuws Rundvee Syndi-
kaat voorlichtingsbijeenkomsten
over minder en beter mineralenge-
bruik in de veevoeding en het
graslandgebruik.
Walcheren: vrijdag 17 november
1989 om 19.45 uur in Amicitia te
Aagtekerke.
Tholen: maandag 20 november 1989
om 19.30 uur in café De Tolrust te
Poortvliet.
Zeeuws-Vlaanderen: dinsdag 21 no
vember 1989 om 19.30 uur in café
De Landbouw te Biervliet.
Schouwen-Duiveland en Goeree-
Overflakkee: woensdag 22 novem
ber 1989 om 20.00 uur in het Huis
van Nassau te Zierikzee.
Noord- en Zuid-Beveland: maandag
27 november 1989 om 19.45 uur in
De Stenge te Heinkenszand.
De melkveehouders krijgen een per
soonlijke uitnodiging.
Mineralen-bewuster melkvee
houden
Van verschillende zijden wordt ge
suggereerd, dat de benutting van mi
neralen zou kunnen worden verbe
terd. Door aanpassingen in de voe
ding en graslandgebruikssystemen
zou de verbetering op korte termijn
kunnen worden gerealiseerd. Dit al
les zonder of slechts met een gering
verlies van arbeidsinkomen. Op zich
een zeer interessante vraagstelling
voor de melkveehouderij, nu de re
gelgeving ten aanzien van milieu-
aspekten wordt aangescherpt.
De veehouderijcommissie van het
KNLC wijst een verlaging van de in
terventieprijzen af als mogelijke fi
nanciering van de quotumverkla
ring. Dit was een van de conclusies
tijdens de oktobervergadering,
waarop het EG-zuivelbeleid uitge
breid besproken werd.
De zogenaamde 1% quotumverrui
ming, die de Europese Commissie
voorstelt, moet ten goede komen
aan alle veehouders. De veehoude
rijcommissie van het KNLC houdt
vast aan dit standpunt ondanks de
verschillen van mening die hierover
zijn in het Landbouwschap. De
commissie vindt een verlaging van
de interventieprijs als middel om de
quotumverruiming te financieren
onjuist. Geen verhoging van de ver
goeding voor de vermindering van
de geschorste quota is dan nog beter.
De EG-regeling voor de toewijzing
van melk aan Slom-boeren houdt
geen rekening met een zoon of doch-
In de studie is getracht zoveel moge
lijk aansluiting bij de praktische si
tuaties op de melkveehouderijbedrij
ven in de verschillende regio's te
vinden.
Wat is er zoal bekeken?
ter die het bedrijf na afloop van de
Slom-overeenkomst heeft overgeno
men of wil overnemen. Dit is te
leurstellend. De Slommers krijgen
waarschijnlijk 480.000 ton melk toe
gewezen. Na de definitieve toewij
zing van het quotum is dat quotum
vrij overdraagbaar. Dit wekt hier en
daar verwondering.
De veehouderijcommissie vindt dat
het geruisloos doorschuiven van
quotum bij bedrijfsopvolging, waar
bij de grond in pacht wordt overge
dragen, mogelijk moet zijn. Blijven
de druk op de politiek is gewenst.
Schapen
De EG-besluitvorming over de
schapenmarkt-premie zal waar
schijnlijk leiden tot een daling van
de ooipremie. De commissie vindt de
afspraken met Nieuw-Zeeland over
de import van schapevlees erg te
leurstellend. Door de nieuwe markt
ordening is een betere classifica-
1. Er is aandacht besteed aan het
stikstof-overschot en de
NH3-emissie.
2. Allereerst zijn de huidige prak
tijksituaties bekeken.
3. Vervolgens zijn de effekten van
verschillende methoden van melkvee
houden nagegaan. Daarbij zijn de
volgende uitgangssituaties gekozen:
aankoop van ruwvoer: 400 kg
N/ha grasland;
zelfvoorzienend qua ruwvoer: 400
kg N/ha grasland;
zelfvoorzienend qua ruwvoer: 300
kg N/ha grasland.
Vanuit hiervoor genoemde uitgangs
situaties is vervolgens gekeken naar
de invloed van:
Beweidingsmethoden: onbeperkt
en beperkt weiden.
De snijmaisvoeding:
- snijmais in de stalperiode;
- snijmais in de weideperiode;
- snijmais in stal- en weideperiode.
Snijmais aankopen of zelf telen.
4. Daarnaast zijn andere mogelijk
heden in de bedrijfsvoering doorge
rekend, nl.:
1. Gebruik van aangepast kracht
voer in de weideperiode (verlaagd
vre-gehalte)
2. Krachtvoer boven of beneden de
norm voeren.
3. Grasland vervangen door voeder
bieten
tie/prijsnotering noodzakelijk. Per
1 januari zal op vrijwillige basis
gestart worden met een classificatie
systeem.
Kunnen de edelpelsdieren niet on
dergebracht worden bij een commis
sie van de Afdeling Pluimveehoude
rij van het Landbouwschap. Deze
suggestie deed de commissie naar
aanleiding van het verzoek van de
Nederlandse vereniging van Fokkers
van Edelpelsdieren om deze sector
onder de werking van het Land
bouwschap te brengen. Op het ge
bied van voorlichting en onderzoek
is er al een binding met de pluimvee
sector.
Registratie
In het voorjaar 1990 zal er een proef
starten met het nieuwe identificatie
en registratiesysteem (I en R-
regeling). De veehouderij commissie
vraagt zich af of dat haalbaar is. Een
van de problemen is een uniforme
4. Hogere melkproduktie per koe
Al deze maatregelen zijn beoordeeld
in bedrijfsverband, bij de huidige
normen en prijzen. De mineralensi-
tuatie is bekeken door de opname
aan mineralen (N, P en K) uit het
opgenomen voer te vergelijken met
de behoefte van de veestapel. Dit is
gesplitst in weide- en stalperiode.
De resultaten
De resultaten van de studie geven
voor de diverse methoden van melk-
veehouden onder praktijkomstan
digheden, een goed inzicht in de ef
fekten op:
het verlagen van het stikstof over
schot en de NH3-emissie.
het arbeidsinkomen.
Door de brede opzet van de studie,
waarbij rekening is gehouden met
regionale verschillen in de bedrijfs
voering, zullen de meeste veehou
ders hun eigen situatie kunnen her
kennen.
Een bezoek aan een bijeenkomst is
zinvol omdat daardoor meer inzicht
in de eigen situatie verkregen kan
worden op een gebied waarover veel
gesproken wordt maar waar nog veel
vraagtekens leven.
Konsulentschap voor de Rundvee
houderij in Noord-Brabant en
Zeeland
regeling voor dieren die het proefge
bied verlaten.
Het overhevelen van de uitvoering
van de stamboekregistratie van
vleesvee naar het NRS is positief.
Het vergt wel een aanpassing van het
RIS. Moet het Landbouwschap de
ontwikkelingskosten betalen of zijn
er mogelijkheden voor een bijdrage
vanuit het PVV?
Kaasdag "Zuid-Nederland"
Op woensdag 22 november a.s.
wordt voor de negende maal de kaas-
keuring voor boerenkaas en geite
kaas gehouden in café "Den Horst",
St. Josephstraat 1 te Haghorst (ge
meente Diessen). Wanneer u wilt
deelnemen aan de keuring, of de
keuring wilt bijwonen, laat dit dan
z.s.m. weten aan het Consulentschap
voor de Rundveehouderij, t.a.v. R.
Westerbeek, Postbus 1158, 5004 ED
Tilburg. De aanvang van de kaasdag
is 10.00 uur.
Vrijdag 10 november 1989
15