Konsentratie fluoride
in Zeeland gedaald
Suatiesluisjes
rond Veerse Meer
"Scharrelslachtkuikens"
prijswinnaar van AMRO
Agrarische Scriptiewedstrijd
Voorstel voor aanwijzing
Deurnese Peelgebieden
Nijpels wenst openbaarmaking bij
overschrijding drinkwaternormen
De natuurbeschermingsraad ziet gunstige perspektieven
voor natuurontwikkeling in het Krammer-Volkerak
Braks tijdens kongres Gewasbescherming
en Spuittechniek:
'Toelatingsbeleid zorgvuldig aanpassen'
Landbouwschap tot overheid:
Bespaar niet op waterkeringen
Het beleid van de overheid zal er in
de toekomst op gericht zijn de huidi
ge inzet van chemische bestrij
dingsmiddelen te reduceren. Dat is
strekking van het Meerjarenplan Ge
wasbescherming, dat op korte ter
mijn zal verschijnen. Minister
G.J.M. Braks van Landbouw en
Visserij liet dit afgelopen woensdag
weten tijdens een kongres over Ge
wasbescherming en Spuittechniek in
Lelystad. De minister benadrukte
echter dat het toelatingsbeleid zorg
vuldig aangepast dient te worden.
De voornaamste doelstelling uit het
Meerjarenplan zal zijn om in de ko
mende jaren van de 20.000 ton werk
zame stof, die nu op jaarbasis wordt
gebruikt, te halveren. 'Dit zal voor
een belangrijk deel worden bereikt
door een reduktie van het gebruik
Na de afsluiting is het Krammer-
Volkerak door minister Braks aan
gewezen als beschermd- en staatsna-
tuurmonument. Sindsdien wordt er
gewerkt aan een plan voor het be
heer van het gebied, de zogenaamde
beheersvisie. Over het konsept van
deze beheersvisie heeft de Natuurbe
schermingsraad op verzoek van mi
nister Braks een advies uitgebracht.
Zo is de raad van mening dat de
perspektieven voor de natuur op de
drooggevallen gronden zeer gunstig
zijn. Hier dient 'spontane ontwikke
ling' zoveel mogelijk te worden na-
van grondontsmettingsmiddelen',
aldus Braks.
De minister plaatste bij het toekom
stige beleid wel enige kanttekenin
gen. 'Systematische verbetering van
de kwaliteit van het bestrijdingsmid
delenpakket door aangepaste toela
tingseisen dient snel maar zorgvuldig
te gebeuren. Een te eenzijdig aksent
op het toelatingsbeleid zou nadelig
kunnen zijn. Want haal je een mid
del te snel weg terwijl hieraan be
hoefte blijft bij gebrek aan alterna
tieven, dan zullen ondernemers
vluchten in andere, minder gewenste
bestrijdingsmiddelen en -methoden'.
Braks ontving tijdens het kongres
het eerste eksemplaar van het boekje
'Zuinig spuiten', dat door R.A.C.
Marcelis van het Centrum voor
Landbouw en Milieu werd geschre
ven in opdracht van het ministerie
gestreefd, met als doel de ontwikke
ling van een groot samenhangend ri
vierbegeleidend ecosysteem.
De raad spreekt echter zijn bezorgd
heid uit over de kwaliteit van het op
pervlaktewater, zowel nu als in de
nabije toekomst. De doorvoer van
verontreinigd water uit het Hollands
Diep, de drukke scheepvaart en de
lozing van polderwater in West-
Brabant staan volgens de raad een
gunstige ontwikkeling van de natte
gebiedsdelen in de weg. Door aktief
biologisch beheer kan weliswaar een
van VROM. Het boek dient als
handleiding voor akkerbouwers en
loonwerkers bij het gebruik van
bestri jdingsm iddelen
Minister G.J.M. Braks
aanzienlijke verbetering van de wa
terkwaliteit (in het bijzonder het nu
triëntengehalte) worden bereikt,
maar de overige verontreinigings
bronnen blijven een bedreiging vor
men voor het ecosysteem. Daarom is
de raad voorstander van verdergaan
de maatregelen voor oeverbescher
ming voor de drooggevallen gronden
dan in de konsept-beheersvisie wor
den voorgesteld.
De Natuurbeschermingsraad vindt
dat uit oogpunt van natuurontwik
keling voor alle drooggevallen gron
den zoveel mogelijk een zelfde type
beheer zou moeten worden gevoerd.
Daardoor wordt de eenheid binnen
het gebied als geheel versterkt. In de
beheersvisie wordt echter gekozen
voor verschillende typen beheer voor
enkele deelgebieden, zoals voor de
Slikken van de Heen-west en voor de
Dintelse Gorzen. De raad is van me
ning dat op deze punten de beheers
visie aangepast zou moeten worden.
Op 2 november zijn door prof. dr.
ir. P.C. van den Noort, tijdens de
AMRO Agrarische Studiedag in de
"Reehorst" in Ede, de prijzen uitge
reikt van de Agrarische Scriptie-
wedstrijd die deze bank had georga
niseerd. Thema van de wedstrijd
was: "Toekomst van de landbouw;
het antwoord is aan de jeugd".
De eerste prijs (een geldprijs van
5000,is gewonnen door een in
dividuele inzender: de heer G. Fran
ken van de Agrarische Hogeschool
uit Dronten met zijn scriptie "Schar-
relslachtkuikens".
Het is een omvangrijke scriptie
waarin de mogelijkheden voor
scharrelslachtkuikens worden aan
gegeven. Het is een studie in op
dracht van een mengvoederfabri
kant (de Heus Barneveld) die op dui
delijke wijze de mogelijkheden van
dit produkt aangeeft. Er is voor de
scriptie ook konsumentenonderzoek
verricht dat daarmee een kompleet
beeld geeft van deze vorm van land
bouw. Het is een goed uitgewerkt,
origineel werkstuk. Mede op basis
van het onderzoek lijken er moge
lijkheden om de produktie van
scharrelslachtkuikens in Nederland
op te zetten.
De tweede prijs is gewonnen door
twee studenten van het Prof. van
Hall Instituut uit Groningen. De ti
tel van de scriptie is "Oesterzwam
men, een uitdaging". Het is een
kompleet werkstuk bestaande uit
een beschrijving van de teelt, een
verslag van een proef waaruit is
voortgekomen hoe de opbrengst per
teelt kan worden vergroot, een sal
doberekening en een onderzoek on
der konsumenten.
Een groep van vier studenten won met
hun scriptie "Melkveebedrijf en Mi
lieu" de derde prijs. De studenten zijn
verbonden aan de Agrarische Hoge
school Friesland uit Leeuwarden.
Vorig jaar is de konsentratie aan flu
oride in de buitenlucht in Zeeland
licht gedaald ten opzichte van 1987.
Dit blijkt uit de door de afdeling mi
lieu van provinciale waterstaat ver
richte metingen.
Op zeven plaatsen in de provincie -
rond het Sloegebied en in de omge
ving van Sas van Gent - staat hier
voor meetapparatuur opgesteld. De
door het rijk gehanteerde voorlopige
grenswaarden voor de konsentratie
aan fluoriden zijn in 1988 niet over
schreden. Deze grenswaarden zijn
Nijpels (milieubeheer) heeft, in over
leg met de VEWIN, gedragsregels op
gesteld om eventuele overschrijdingen
van de drinkwaternorm openbaar te
maken. In een brief aan de voorzitter
van de Tweede Kamer heeft de minis
ter dit bekend gemaakt.
Als een waterleidingbedrijf een norm-
overschrijding konsta teert, dient
hij dit terstond bekend te maken bij
de Regionale Inspektie voor de Mi
lieuhygiëne. Vaak wordt daarna een
verifikatie verricht. Als de over
schrijding dan wordt bevestigd, zal
De Rijksoverheid mag niet besparen
op het onderhoud en het beheer van
waterkeringen. De plannen van het
ministerie van verkeer en waterstaat
om zijn bijdrage te halveren, zouden
betekenen dat de waterschappen
meer geld op tafel moeten leggen
voor versterking van dijken. Dat is
onrechtvaardig tegenover boeren en
tuinders die een groot deel van de
waterschapslasten opbrengen. Dit
De groep heeft onderzoek verricht
naar de milieubelasting van een
bestaand melkveehouderijbedrijf.
Op basis daarvan zijn voorstellen ge
daan hoe deze belasting verminderd
kan worden, zodat ook in de toe
komst aan milieubepalingen kan
worden voldaan. Er is daarbij op
een originele wijze gewerkt, waarbij
ook de financiële gevolgen met een
computerprogramma zijn doorgere
kend. Het originele werkstuk kan
dienen als voorbeeld voor andere be
drijven.
Aandacht milieu
Opvallend is dat in de scripties, die
over het algemeen van een behoor-
opgesteld ter bescherming van plan
ten en vee. De hoogste konsentratie
gemiddeld over een dag is gemeten
in Nieuwdorp.
Als er op dagen hoge konsentraties
fluoriden zijn gemeten, is dat duide
lijk terug te voeren op in de buurt
gelegen bedrijven die fluor uitstoten.
In het Sloegebied zijn dat Hoechst
en Pechiney, in Zeeuws-Vlaanderen
worden de meetpunten beïnvloed
door Zuid-Chemie en de ten zuiden
van Zelzate gelegen bedrijven Ugine-
Kuhlman en Sidmar.
tot openbaarmaking worden overge
gaan. Belangrijk is dan dat naast de
feitelijke informatie over de over
schrijding ook inzicht wordt gegeven
over de gezondheidsaspekten en de
maatregelen die genomen gaan
worden.
Indien er geen akuut gevaar is voor
de volksgezondheid en er geen aan
leiding is om de Kamer direkt te in
formeren over normoverschrijding,
zal de Kamer in ieder geval wel wor
den geïnformeerd in het kader van
de algemene landelijke jaarlijkse
rapportage over de drink waterkwali
teit in Nederland.
schrijft het Landbouwschap aan de
Tweede Kamer.
Volgens het Landbouwschap is het
voorkomen van overstromingen in
het belang van alle Nederlanders en
niet alleen van hen die water
schapslasten betalen. Die mogen niet
het deel van de lasten dragen dat in
feite van de algemene middelen moet
afgaan, aldus het schap.
lijk niveau zijn, veel aandacht is be
steed aan het milieu. Een groot aan
tal scripties behandelt produktieme-
thodes die positieve effekten kunnen
hebben op de milieubelasting. Daar
naast zijn er scripties ingezonden die
alternatieve produktiemogelijkhe-
den aangeven en met name gericht
zijn op de akkerbouw.
De scripties over de akkerbouw gaan
onder andere over loofvernietiging
in de aardappelteelt, bio-ethanol,
olifantsgras, erucazuurrijke gewas
sen, onderzoek naar de mogelijkhe
den van plantaardige oliën in de
smeermiddelenindustrie, en horizon
tale samenwerking in de akkerbouw.
In totaal zijn 18 scripties inge
zonden.
Het waterschap Noord- en Zuid-
Beveland overweegt een defini
tieve afsluiting tot stand te bren
gen van de zogenoemde sua
tiesluisjes (sluisjes in een afwate
ringskanaal) rond het Veerse
Meer. In welke vorm dit moet ge
schieden is momenteel nog on
derwerp van studie.
Na de afsluiting van het Veerse
Meer in het begin van de jaren
'60 is een aantal suatiesluisjes op
Noord- en Zuid-Beveland buiten
werking gesteld of gesloopt, om
dat zij door het wegvallen van
het tij niet meer konden funktio-
provisorisch dichtgezet. Omdat
toen nog gedacht werd aan een
zoete Oosterschelde en Veerse
meer, zouden zij namelijk later
als inlaatmiddelen kunnen wor
den gebruikt. Aangezien deze
mogelijkheid thans is komen te
vervallen, overweegt het water
schap een definitieve afsluiting
tot stand te brengen. In welke
vorm dit moet geschieden is
thans nog onderwerp van studie.
Het een en ander hangt nauw sa
men met de deugdelijkheid van
de konstruktie en de mate waarin
het objekt een negatieve invloed
heeft op het funktioneren van de
neren. De afwateringsfunktie
werd overgenomen door nieuwe
gemalen.
Een vijftal sluisjes is echter mo
menteel nog in funktie en afhan
kelijk van de uiteindelijke be
leidsbeslissing voor wat betreft
het peil-regime op het Veerse
Meer zullen deze wellicht (indien
voor hoge winterpeilen wordt ge
kozen) ook buiten werking wor
den gesteld.
De reeds in de jaren '60 verlaten
sluisjes (8 stuks) zijn destijds
Veersemeerdijk als waterkering.
In dit kader is het heel goed mo
gelijk, dat een aantal sluisjes zo
danig buiten werking worden
gesteld, dat zij als kuituur-
historisch bouwwerk behouden
blijven.
De kosten voor een volledige ver
wijdering van een sluis worden
voor het waterschap geraamd op
125.000,per sluis. Naar ver
wachting zullen deze kosten in
het kader van de Deltawet volle
dig worden gesubsidieerd.
Minister Braks (landbouw, natuur
beheer en visserij) stelt voor om de
Deurnese Peelgebieden aan te wijzen
in het kader van de Overeenkomst
inzake watergebieden van Interna
tionale betekenis (de zgn. Wetland
conventie) en tevens in het kader van
de Europese Richtlijn inzake het Be
houd van de Vogelstand (de EG-
Vogelrichtlijn). De Deurnese Peelge
bieden vormen een belangrijk wet
land en de vogelkundige waarden
van het gebied zijn groot.
Groote Peel
Minister Braks heeft tevens besloten
de aanwijzing van de Groote Peel op
basis van de Natuurbeschermings
wet opnieuw in overweging te ne
men. De bewindsman acht het niet
gewenst reeds op 14 november a.s.
een definitief besluit te nemen over
de aanwijzing. Op deze datum kan
volgens de bewindsman geen defini
tieve duidelijkheid gegeven worden
over de gevolgen van drainage en be
regening in de omringende land
bouwgebieden op de Groote Peel.
De bewindsman heeft dit 6 novem
ber jl. meegedeeld aan de Vaste
Commissie voor Landbouw van de
Tweede Kamer.
14
Vrijdag 10 november 1989