Pro forma vertoning
765
vanuit de Z.L.M. gezien
Minister Braks ziet af van
differentiatie pachtnormen
Bijlage 'bedrijf en milieu'
zuidelijke landbouw maatschappij
Marges
Landbouwschap
Zin en onzin
M
land- en
tuinbouwblad
VRIJDAG 20 OKTOBER 1989
77e JAARGANG NO. 3993
Deze en vorige week organiseerde het CA T Goes samen met veiling ZHZ te Barendrecht
drie exkursies naar percelen met groene asperges. Dit voorjaar is dit gewas in het Zuid
westen voor het eerst aangeplantin totaal ongeveer twee ha. Om het interessant te doen
zijn is ca. 150 ha nodigaldus Paulien Keijzer van het CAT Goes. Afgelopen dinsdag was
er een exkursie bij de familie Van Nes te Axel(zie foto), waar iets minder dan een kwart
ha groene asperges staat. De belangstelling viel wat tegen (negen bezoekersvertelt me
vrouw Van Nes. Ze benadrukt dat de tijd nog moet leren of de teelt van groene asperges
(financieel) aantrekkelijk is: Op dit moment kun je daar nog niets van zeggen, pas in 1991
kunnen we voor het eerst een (kleine) oogst verwachten".
Het debat in de Tweede Kamer vorige week donder
dag tussen de landbouwcommissie en de demissionai
re minister Braks heeft niets opgeleverd. Het was een
"pro forma" vertoning! Omdat het "voor de vorm" zo
hoorde. Er lag immers sinds afgelopen voorjaar nog
steeds de motie Blauw, waarin compensatie voor de
graanprijsdaling 1989 gevraagd werd, die beantwoord
moest worden. Door kamerleden en minister werd het
huiswerk formeel afgeraffeld en werd een verplicht to
neelspel opgevoerd. Feitelijk was het een beschamen
de vertoning.
Beschamend in die zin, dat, waar de minister zijn oude
bekende anti-akkerbouw standpunten herhaalde en
zich opzichtig verschool achter "dit mag niet van Brus
sel en dat mag niet van Brussel", het met name de par
lementariërs waren, die het in de tweede ronde en in
het debat volledig lieten afweten. Klaarblijkelijk wilde
men zich, in het opportunistische eigen belang en frac
tie belang van het aan de orde zijnde CDA/PvdA regeer
akkoord en de komende kabinetsformatie, niet bran
den aan zo iets "ondergeschikts" als de akkerbouw.
We zijn het daarom dan ook eens met de conclusie van
de commissie-voorzitter (Blauw), dat hetzelfde akker-
bouwdebat deze herfst nog een keer opnieuw gevoerd
zal moeten worden met de nieuwe minister van land
bouw, dus met de nieuwe regering. En dan niet alleen
naar aanleiding van de graanprijsdaling dit jaar, maar
Minister Braks ziet vooralsnog af van differentiatie naar
grondgebruik bij de vaststelling van de pachtnormen. De
bewindsman zal de uitgebrachte adviezen van het Land
bouwschap en van de Commissie van Advies voor het
Grond- en pachtprijspeH volgen.
De bewindsman heeft dit 13 oktober jl. in zijn voorstel
voor de wijziging van het Pachtnormenbesluit meege
deeld aan de Voorzitter van de Vaste Commissie voor
Landbouw van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De herziening van de pachtnormen sluit nauw aan bij de
stijging van de eigenaarslasten in de afgelopen drie ja
ren. Voor los land (ongebouwd) laten de eigenaarslasten
in deze periode zelfs een stijging zien van 5,1%. Voor de
bedrijfsgebouwen van akkerbouwbedrijven bedraagt de
ze stijging 5,3% en voor de bedrijfsgebouwen van
veeteelt- en gemengde bedrijven 6,6%.
De minister stelt voor de pachtnormen voor los land (on
gebouwd) te verhogen met 5%, al naar gelang de kwali
teitsklasse en onder handhaving van de bestaande bedra
gen voor toeslagen en aftrekken. De verhoging van de
pachtnormen voor de bedrijfsgebouwen van akkerbouw
bedrijven en van veeteelt- en gemengde bedrijven be
draagt respektievelijk 5% en 6,5%.
Voorts zal de pachtprijs met 40,00 verhoogd worden,
indien de grond door (onder-)bemaling op kosten van de
verpachter is verbeterd.
De toeslag voor klein fruit en siergewassen zal worden
gehandhaafd op 60%. De bedrijfsuitkomsten in deze
sektoren geven geen aanleiding daarvan af te wijken. De
teelten hebben immers een aanzienlijk hogere toegevoeg
de waarde per hektare dan de teelt van akkerbouwge
wassen.
De bewindsman ziet geen aanleiding de verkave
lingstoeslag voor zeekleigronden te verlagen. In vergelij
king met andere gebieden levert de betere verkaveling
van deze gronden daar aanzienlijke arbeidsbesparingen
op.
In het hart van deze krant treft u een uitneem barebijla
ge met als thema bedrijf en milieu Wilt u deze bijlage
bewaren en meenemen naar de diskussieavond over dit
onderwerp, die uw afdeling organiseert.
breder en dieper met betrekking tot de totale akker-
bouwproblematiek. Niet dat we daar bij voorbaat won
deren van kunnen verwachten, maar wel zodanig, dat
dan in ieder geval de onderste stenen boven moeten
komen.
Onderste stenen met name aangaande de vraag of er
al dan niet werkelijke politieke wil is om de concurren
tiepositie van de Nederlandse akkerbouw structureel
te ondersteunen. We hebben absoluut geen behoefte
meer aan een verdere voortzetting van het politieke
schimmenspel dat momenteel opgevoerd wordt.
Het is inderdaad een feit, dat de EG wet- en regelge
ving, zowel als de veranderende spelregels binnen on
ze nationale samenleving, grenzen aangeven van wat
qua politieke besluitvorming wel of niet mogelijk is.
Binnen de marges van die grenzen echter moet het ons
inziens met doelgerichte wil, creativiteit en inventivi
teit van onze volksvertegenwoordigers wel degelijk
mogelijk zijn om werkbare - en voor de sector praktisch
en structureel soulaasbiedende nationale steunmaatre
gelen te creëren. In de EG-lidstaten rondom ons weet
men in ieder geval wel hoe dat kan en moet. Men doet
het daar dan ook! Frankrijk bijvoorbeeld kent goed
werkende en doelmatige investeringssteun- en inko
menssteunregelingen waar honderden miljoenen per
jaar extra aan gespendeerd worden.
Het Landbouwschap heeft in de komende weken en
maanden meer dan ooit de taak alles in het werk te
stellen om de maximaal mogelijke politieke krachten te
mobiliseren, ten einde één en ander in Nederland ook
meer mogelijk te maken. In dat verband vinden wij het
zeer betreurenswaardig dat tot nu toe de door een spe
ciale werkgroep van het Landbouwschap gepresen
teerde "Akkerbouwsectorvisie" nog niet definitief on
derschreven is door het Landbouwschapsbestuur. Wij
blijven van mening dat dit stuk integraal en onveran
derd als officieel Landbouwschapsstuk bij de politiek
(niet bij de minister) op tafel gelegd moet worden. Het
kamerlid dat zich tijdens het debat vorige week fijntjes
afvroeg wat nu eigenlijk de status van dat stuk was
deed dat ons inziens dan ook volledig terecht.
Ook de status van het zogenoemde rapport Van der
Stee ("Om schone zakelijkheid") zal binnen de kortste
keren door het Landbouwschap beoordeeld en vast
gesteld moeten worden. Daartoe zal het nodig zijn om
wens van werkelijkheid te scheiden en evenzo om de
zin en de onzin in het rapport te onderkennen. Het
complete rapport Van der Stee zondermeer "zwa
luwstaarten" met de Structuurnota Landbouw van
de overheid, zoals de heer Braks al terloops voorstelde,
kan en mag in ieder geval niet. Dat zou onder andere
de "sectorvisie Akkerbouw" veel te veel ontkrachten.
Tenslotte, over zin of onzin gesproken: het advies van
een te goeder naam en faam bekend staand
organisatie- en adviesbureau, dat aangeeft dat biolo
gisch dynamische landbouw de oplosing voor de totale
Nederlandse land- en tuinbouw zal inhouden, kwalifi
ceren wij als ronduit onzinnig. Ook hier dienen we ex
tra alert op onze zaken te blijven letten. Het zou niet
de eerste keer zijn dat politici met onzinnige ideeën
gaan lopen.
van der Maas