Druk
met
de pluk
Gelijk hebben
vanuit de Z.L.M. gezien
Landbouwschap tot
informateur:
Belang van landbouw moet in
nieuw kabinet zwaar wegen
zuidelijke landbouw maatschappij
Genegeerd
Teleurstellend
Doorgaan I
Doorgaan II
Het grote belang van de land- en tuinbouw moet zwaar
wegen in het beleid van het nieuwe kabinet. De agrari
sche sector draagt netto een kleine 17 miljard gulden bij
aan de betalingsbalans en houdt honderdduizenden men
sen aan het werk. Dit rechtvaardigt een eigen minister
voor de landbouw. Ook moet het kabinet ervoor zorgen
dat de land- en tuinbouw zich met zo min mogelijk pro
blemen kan aanpassen aan milieu-eisen.
Dit schrijft het Landbouwschap aan informateur Lub
bers met het oog op de voorbereiding van een nieuw ka
binet. Dit moet volgens het Landbouwschap investerin
gen stimuleren in technieken waarmee de problemen met
mest, verzuring en gewasbescherming kunnen worden
opgelost. Het gaat om mestopslag, mestverwerking, be
ter veevoer en milieuvriendelijke methoden voor de
bestrijding van planteziekten.
Maar ook is het hard nodig dat milieuvervuiling wordt
aangepakt waarvan de land- en tuinbouw het slachtoffer
is. De industrie moet de uitstoot van gevaarlijke stoffen
verminderen. In de omgeving van industriële centra zou
landbouw anders onmogelijk worden. Boeren en tuin
ders zouden niet meer voor de kwaliteit van hun produk-
ten kunnen instaan. Waar er toch problemen ontstaan
moet de landbouw de schade lergoed krijgen.
Meer geld
Het Landbouwschap vraagt in zijn brief aan de informa
teur meer geld voor het agrarisch onderwijs, landbouw
kundig onderzoek, landinrichting en het verbeteren van
de werkomstandigheden in de land- en tuinbouw. Ook
op fiscaal gebied valt een en ander te verbeteren: de
kleinschaligheidstoeslag moet worden omgezet in een in
vesteringsaftrek. Ondernemers moeten buiten de be
lasting om meer geld kunnen reserveren voor investerin
gen. Ook moet hun vermogen dat zij in hun bedrijf heb
ben geïnvesteerd, vrijgesteld worden van vermogensbe
lasting. In het beleid is meer aandacht nodig voor de po
sitie van vrouwen in de land- en tuinbouw.
Verder pleit het schap voor een inkomenstoeslag voor de
akkerbouw. Er moeten betere regelingen komen voor be
drijfsbeëindiging en voor braaklegging en bebossing van
grond. Prikkels zijn onontbeerlijk voor gebruik van
landbouwprodukten als grondstof in de industrie.
VRIJDAG 22 SEPTEMBER 1989
77e JAARGANG NO. 3989
land- en
tuinbouwblad
De fruittelers zijn nu druk met de
pluk. De pluk van Conference loopt
al op zijn eind, terwijl de Doyenné
nog volop geplukt wordt, zoals op
de foto door maatschap Hoogstrate
te Kloetinge. Adri Hoogstrate -op de
ladder- vertelt dat de buitengewone
vruchtmaat de opbrengsten uiteinde
lijk nog doen meevallen. Door vorst-
schade tot ca. 1 'A meter hoogte leek
de opbrengst aanvankelijk tegen te
vallen, met name in de Conference
maar ook in de Doyenné. Behalve
peren worden er momenteel ook vol
op appels geplukt, zoals Elstar en
Cox.
Hoogstrate heeft dit jaar niet hoeven
te spuiten tegen spint, roestmijt en
bladvlo. Door de keuze van de mid
delen heeft hij getracht de natuurlij
ke vijanden te sparen. Ook heeft hij
bewust nagelaten om het wind
scherm tegen luizen te spuiten, om
dat van daaruit vaak roofwantsen en
roof mij ten de boomgaard intrek
ken. Door te spuiten zouden deze te
gelijk met de luizen bestreden wor
den. "Er hebben wel bladvlooien in
de boomgaard gezeten", vertelt
Hoogstrate, "maar ze zijn uit zich
zelf verdwenen".
Zoals te verwachten was van een demissionair kabinet, zijn
op Prinsjesdag geen nieuwe Haagse beleidsplannen gepre
senteerd. (In de Troonrede heette dat "sober"). Ook de me
morie van toelichting van de landbouwbegroting voor 1990
is in feite slechts een weergave van lopende zaken en reeds
gepland beleid. Onder de lopende zaken en plannen horen
overigens (en klaarblijkelijk) wel degelijk de voornemens
thuis, zoals aangegeven in het "Nationaal Milieubeleidsplan"
het "Natuurbeleidsplan" en de "Struktuurnota Landbouw".
Die voornemens zijn zeker niet in het archief opgeborgen. In
tegendeel zelfs, ze nemen in de toelichting van het Departe
ment van Landbouw (niet in de begroting een prominente
plaats in en worden nog eens extra geaccentueerd. "Uiter
aard in het besef" schrijft de heer Braks "dat het nieuwe ka
binet en parlément er nog wijzigingen in aan kunnen bren
gen"
Dat laatste hopen wij niet alleen: we zullen ons er vanuit de
ZLM ook sterk voor blijven maken. De huidige "visie" van de
nationale overheid maakt de spankracht en de ekonomische
mogelijkheden van de agrarische sektor ons inziens namelijk
veel te ondergeschikt aan en te afhankelijk van milieu- en
marktdoelstellingen. Milieu en markt zijn tot dogma's gewor
den, die qua haalbaarheid, betaalbaarheid en tijdsdoelstelling
te ver doorschieten. De land- en tuinbouw - en dat geldt voor
alle sektoren - wordt, tengevolge van de tot nu toe geformu
leerde Nederlandse milieu-eisen voor het blok gezet en voor
grotendeels onmogelijke opgaven gesteld. De akkerbouw-
sektor wordt daarenboven nog eens gekonfronteerd met een
meedogenloze EG-prijsverlagingspolitiek, waarbij Den Haag
maar al te graag aan de Brusselse leiband loopt, onder het
motto "marktgericht moet".
We moeten vaststellen, dat de bezuinigingstrend van de laat
ste jaren in de landbouwbegroting voortgezet wordt. Er is
dan ook geen sprake van verruiming van de uitgaven; niet
ten behoeve van de geëiste milieu-aanpassingen en evenmin
ter ondersteuning van de sterk verslechterende concurrentie
positie van de akkerbouw. Alhoewel één en ander in de lijn
der aktuele verwachting lag (het gaat immers om plannen
van het "oude" kabinet) ontkomen we toch ook nu weer
niet aan gevoelens van frustratie. Zeker als we daarbij in aan
merking nemen de optimistische toonzetting in de Troonrede
over de groeiende ekonomische welvaart en als we daarbij
eveneens betrekken de mééruitgaven in de miljardennota
voor andere sektoren en groeperingen in ons land. Dan rest
ons in feite maar één realistische konklusie: bij de huidige po
litieke keuzes ter verdeling van de financiële koek wordt de
land- en tuinbouw (relatief en absoluut) genegeerd. Er is ech
ter op 6 september een nieuw parlement verkozen en er zal
één dezer weken of maanden een nieuwe regering aantre
den. We herhalen daarom onze al meerdere malen gemaakte
opmerking dat middels ons landelijk organisatieverband juist
nu (tijdens de kabinetsformatie) luid en duidelijk een recht
vaardiger en rechtmatiger deel van de overheidsaandacht
geëist zal moeten worden.
Het is in dat kader dan ook teleurstellend om momenteel vast
te moeten stellen dat in de recente reakties van het Land
bouwschap, verwoord in resp. een commentaar op de struk
tuurnota en een brief aan de kabinetsformateur, niet scher
per instelling genomen wordt tegen een aantal onmogelijke
milieu-eisen en tegen het welhaast volledig negeren van de
akkerbouwproblematiek. Wat dat laatste betreft is het daar
enboven zelfs schrijnend om deze week kennis te moeten
nemen van uitlatingen door het Landbouwschaps dagelijks
bestuurslid de heer J. Mares. Hij neemt daarin (na het eerst
openbaar onderschreven te hebben) afstand van de politieke
wensenlijst in de onlangs door een speciale werkgroep ge
presenteerde sektorvisie akkerbouw. Welke opportunisti
sche belangen liggen aan deze doorbreking van de solidariteit
ten grondslag, zo vragen we ons in gemoede af!
Gelijk hebben betekent nog niet automatisch gelijk krijgen.
Daarom zullen we vanuit de ZLM gestaag en eens te meer
doorgaan met ons beroep op solidariteit in de landelijke be
langenbehartiging. We zullen ook doorgaan met trachten te
bewerkstelligen dat vanuit die solidariteit gerechtvaardigde
wensen duidelijk en onverkort (en niet bij voorbaat ongenu
anceerd en afgezwakt) rechtstreeks bij de politiek op tafel
gelegd worden. Zodanig dat die politiek ook gehouden is om
duidelijke antwoorden te geven. En zodanig dat "gelijk heb
ben" hopelijk ook meer "gelijk krijgen" zal gaan betekenen.
"Niet versagen en doorgaan met de landbouwpolitieke be
langenbehartiging", blijft dus ons motto. "Doorgaan" ook,
en zo mogelijk in versterkte mate, op de eigen bedrijven en
in eigen verantwoordelijkheid.. Ondernemen en aanpassen,
individueel en gezamenlijk. Ook dat blijft ons motto. Zonder
voldoende politieke ondersteuning en voorwaardenschep
pend beleid zal dat moeilijk zijn. Zich als ondernemer volledig
afhankelijk stellen van die politiek is echter onverstandig. Het
gaat er momenteel wat op lijken dat de Europese droge zo
mer de meeste akkerbouwers in ons werkgebied dit jaar wat
extra adem zal kunnen geven in de vorm van hogere prijzen
voor o.a. aardappelen. Als we nog geen politiek gelijk krij
gen, dan hebben we misschien wat meer ekonomisch geluk.
Gebruik die mogelijke extra adem, dat eventuele geluk voor
aanpassing van uw bedrijf, voor versterking van uw onder
neming.
v.d. Maas