Zeeuwse schapenhouders op
excursie naar Frankrijk
"Kijk eens verder dan je eigen
erf..." Met deze gedachte in het
achterhoofd organiseerden de
Zeeuwse Vereniging Schapen
houders en de vereniging "Het
Zeeuwse Melkschaap" een ex
cursie naar Frankrijk. Frankrijk
is een bekende klank in de oren
van schapenhouders. De meeste
lammeren worden naar dit land
geëxporteerd en het prijsniveau
van het lamsvlees in ons land
wordt toch nogal sterk bepaald
door de verkoopprijzen op de
Franse markt. Daarnaast is het
bekend dat er nogal wat schape
kaas geproduceerd wordt, van
daar dat de Zeeuwse melk-
schaaphouders dat wel eens on
der de loep wilden nemen. In
Frankrijk is een bezoek gebracht
aan twee schapenbedrijven in de
regio Montmorillion, (tussen de
steden Poitiers en Limoges), en
aan het grootste schapen-KI sta
tion. Daarnaast is de tweejaar
lijkse beurs "SIMOC" bekeken.
Bezoek aan de
schapenbedrijven
De morgen van de tweede excursie
siedag werd besteed aan het be
zoeken van twee schapenbedrij
ven. Het eerste bedrijf van de
heer Yves d'Aubignes, is een
voor die regio modern akker
bouwbedrijf met 600 schapen.
Dit bedrijf heeft de koppel in 2
groepen verdeeld, om zo een
gespreid aflamseizoen te verkrij
gen. Ook de huisvesting is afge
stemd op een gespreid aflamsei
zoen. De schapenstapel bestaat
uit het ras "Vendeien". Het is 'n
schaap dat vrij lang is, redelijk
bespierd en een volwassen ge
wicht heeft van 90 kg. De worp
grootte ligt op dit bedrijf rond de
1,5 lam/ooi.
De bezetting is op dit bedrijf 10
ooien/ha. Dat is voor de regio
zeer intensief. Zo'n intensieve
bezetting is mogelijk geworden
omdat de heer d'Aubignes de
laatste jaren veel aandacht heeft
besteed aan grondverbetering,
m.n. is er nogal veel gedraineerd.
Behalve dat hierdoor meer gras-
groei werd verkregen en een ho
ger bezetting/ha mogelijk werd,
kwamen er ook meer mogelijkhe
den om graan te gaan telen op
percelen waar dat voorheen niet
kon. De schapen lopen in een
weide bestaand uit Italiaans raai
en klaver. Om de twee jaar wordt
het weiland gescheurd i.v.m. het
bouwplan.
Afzet
De lammeren worden het gehele
jaar door afgezet. Het zijn
hoofdzakelijk kruisling lamme
ren. De rammen die als slacht
lamvaderdier worden gebruikt
zijn van hel ras "Sud d'Est" of
Charolais.
De afzet gebeurt koöperatief. De
uitbetaling vindt plaats op basis
van de Europ klassifikatie. Het
geslacht gewicht ligt rond de
16-19 kg. Zwaardere karkassen
zijn niet gewenst.
K.l. veel toegepast
Het tweede schapenbedrijf dat
bezocht werd was een bedrijf met
200 ha akkerbouw, 70 Limousin
zoogkoeien en 480 schapen. Het
verschil van dit bedrijf met het
eerste was dat zoveel mogelijk
schapen via KI drachtig werden.
Daarnaast was het een bedrijf
met een traditionele bezetting
van 7 ooien/ha.
In deze streek wordt veel K.I.
toegepast, met name in de maan
den mei en juni. Men vindt het
gemakkelijker om met KI te wer
ken dan in diverse koppels met
rammen. Daarbij komt dat KI
niet al te duur is. Tevens gebruikt
men het vanwege het feit dat de
schapen toch gesponst moeten
worden om een spreiding in de
aflamperiode te krijgen, en om
bij een gedeelte van de schapen
een kortere tussenlamtijd te krij
gen (i.p.v. 360 dagen naar 250
dagen).
De kosten voor de schapenhou
Angora geit opvallend aanwezig op Simoc.
der liggen rorid de
10,00/schaap. Wanneer men
de zaak goed georganiseerd heeft
kan men met 2 man 60 schapen
per uur insemineren.
Men is in het algemeen tevreden
met de bevruchtingsresultaten.
Een drachtigheidspercentage van
70-75% werd op dit bedrijf ge
haald. Hierbij moet wel vermeld
worden dat 5 uur na het insemi
neren een aantal rammen tot de
ooien werden toegelaten. Daar
door kan men er vanuit gaan dat
er een aantal ooien door natuur
lijke dekking drachtig worden,
wat dus het resultaat beïnvloed.
De ooien die niet drachtig zijn
worden gedekt door een "Charo
lais" of "Sud d'Est" ram.
Huidige stemmingsbeeld
De stemming bij de schapenhou
ders is wat somber. Hiervoor zijn
twee redenen aan te wijzen. Ten
eerste de droogte van de afgelo
pen maanden. Sinds september
heeft het in de streek rond Mont
morillion en zuidelijker weinig
geregend. Het gevolg hiervan is
dat de grasgroei minder is ge
weest, waardoor er veel minder
lammeren op tijd afgezet konden
worden. De meeste bedrijven
streven er naar om 40-60% van
de lammeren voor juli af te zet
ten. Op dit moment lag het tus
sen de 20-30%. De lammeren lie
pen nu op weiden met slecht dor
gras en lagen veel onder de strui
ken en bomen tegen de zon. De
groei was er uit.
Het gevolg hiervan is dat deze
lammeren pas in het najaar
slachtrijp worden en dan op de
markt komen.
Ten tweede is er de hevige kon-
kurrentie van de Engelse markt.
Ondanks het feit dat de schapen
houders de afzet vanaf bedrijf
tot slachthuis goed georganiseerd
hebben (in koöperatief verband)
heeft men daarna weinig greep
op de afzet aan de konsument via
de supermarkten en/of grossier.
En dit is iets wat de Engelsen
blijkbaar beter lukt. Ondanks
het feit dat de konsumptie van
lamsvlees in Frankrijk toeneemt,
moet de Franse schapenhoüder
steeds meer markt afstaan. Hier
door komen de opbrengstprijzen
onder druk te staan en kunnen ze
er niet meer tegen op. Het gevolg
hiervan is dat de belangstelling
van de schapenhouderij afneemt.
Men zoekt naar alternatieven.
Enerzijds in de melkgeitenhoude-
rij en anderzijds breidt men uit in
de zoogkoeienhouderij.
Schapen K.l. Station te
Verneuil sur Vienne
Zoals ons op de praktijk bedrij
ven al verteld was, wordt in
Frankrijk veel aandacht besteed
aan K.l. Men heeft hiermee al
een langere tijd ervaring. Dit in
tegenstelling tot ons land waar
K.I. pas de laatste jaren aan
dacht heeft. In ieder geval een re
den om het grootste schapen KI
station van Frankrijk te bezoe
ken. Op het K.I. station staan 10
schapenrassen.
Een van de 10 is de Texelaar.
Men heeft de Franse Texelaar en
de Nederlandse Texelaar. Het
laatste type Texelaar wordt ge
kenmerkt door de kortere bouw
en zwaardere kop. Verder uiter
aard de Charolais, Sud d'Est,
Vendeinen, Romanov, Suffolk
etc.
Jaarlijks worden er op dit station
500.000 doses sperma gewonnen.
Slechts 25.000 doses worden in
de regio Limoges gebruikt, het
overige in de omringende regio's.
Omdat men het sperma niet in
vriest, wordt het na het winnen
snel verwerkt en met vliegtuig en
trein verzonden naar waar het
besteld is. De grootste afname
van KI is in de periode mei/juni.
Veel schapen worden dan buiten
het natuurlijke bronstseizoen
met behulp van sponzen in
bronst gebracht en geïnsemi-
neerd. Hierdoor bereikt men een
gespreide aflamperiode.
De meeste rammen die ingezet
worden zijn slachtlamvaderdie-
ren. De rammen worden vooraf
getest op groeieigenschappen.
Via een nakomelingen onderzoek
worden de rammen geselekteerd.
De nakomelingen worden gewo
gen en beoordeeld op een leeftijd
van 10 en van 70 dagen oud. Met
name de jeugdgroei vindt men
belangrijk. Wanneer men KI ge
bruikt voor moederlijnen kijkt
men naar vruchtbaarheid, groei
en de gevoeligheid om buiten het
traditionele seizoen in bronst te
raken. Op die manier probeert
men om van de huidige rassen de
bronstperiode te verlengen.
Doordat het Kl-gebeuren voor
plus minus 50% gesubsidieerd
wordt, en daardoor goedkoop
wordt voor de schapenhouder,
wordt er veel gebruik van
gemaakt.
Het bezoek aan SIMOC
SIMOC is een schapen- en gei
tententoonstelling die eens in de
twee jaar gehouden wordt te
Montmorillion. Organisator van
deze tentoonstelling is de Allian
ce Pastorale. De Alliance Pasto
rale is een soort belangenvereni
ging van schapen- en geitenhou
ders. Behalve het behartigen van
belangen geeft men ook service
aan de leden door het leveren van
allerlei schapenartikelen tegen
scherpe prijzen, maar ook tech
nische en ekonomische begelei
ding van bedrijven. Daarnaast
verleent de Chambre d'Agricul-
ture zijn medewerking.
Deze "Kamer van landbouw"
geeft technische en ekonomische
voorlichting en wordt betaald
door het Ministerie van Land
bouw en via heffingen op de di
verse produkten. Voor kleinere
zaken kan men gratis terecht bij
de Chambre d'Agriculture. Wil
men begeleiding op een bepaald
terrein dan moet de schapenhou
der hiervoor betalen.
Dit jaar was SIMOC groter van
opzet. Zo was er bijvoorbeeld
een komplete kermis, een paar-
denconcours en een huishoud
beurs bij. Door deze bombasti
sche aanpak ging wel het speci
fieke karakter van een schapen
en geitententoonstelling verloren.
Angorageit
Opvallend op deze beurs was de
grote aandacht voor de Angora
geit. Deze geit die gehouden
wordt voor zijn wol, werd door
diverse instanties aangeprezen als
het alternatief voor de schapen
houderij. Dit omdat de wolprijs
kan oplopen tot 150 frank per ki
logram wol. Per scheer heeft men
zo'n 5 tot 7 kg wol en men kan de
dieren 2 X per jaar scheren. Aan
koop van een Angorageit is ook
niet goedkoop. Een lam van een
halfjaar oud kost toch al gauw
omgerekend 2.000,per stuk.
Vindt men de Angorageit te
groot dan kan men ook nog kie
zen voor een angorakonijn. Klei
ner van omvang, minder wol per
scheer, maar men kan er heel wat
houden in een niet al te grote
stal.
Behalve aandacht voor de Ango-
rageit was er veel aandacht voor
wolverwerking. Spinnen, verven
van wol en het ambachtelijk ver
werken van dit produkt kreeg
veel aandacht.
Embryotransplantatie
Een ander opvallend item was
embryotransplantatie (E.T.).
E.T. wordt nogal toegepast om
een embryo van een Angorageit
te implanteren bij een alpine geit.
Of om bepaald goed fokkende
schapen te spoelen en over te zet
ten op minder goede ooien. Wat
hiervan nu exakt de kosten voor
de schapenhouder waren, was
moeilijk te achterhalen.
Schapenrassen
Ook in Frankrijk heeft men nog
al wat schapenrassen. In een gro
te tent werden veel rassen ge
toond. Naast de lokale rassen
Charolaiseen veel gebruikt slachtlamvaderdier.
was er nogal aandacht voor goe
de vaderslachtlamdieren, zoals
de Charolais en Sud d'Est. Ook
kwam INRA met een ras wat een
goede vruchtbaarheid moest heb
ben met goede moedereigen
schappen en uiteraard een goede
jeugdgroei.
Ruwvoer
Op het gebied van het verstrek
ken van ruwvoer kan men mer
ken dat er in Frankrijk veel ge
bruik gemaakt wordt van de
"grote balen pers". Voerruiven
waarin zulke ronde pakken pas
sen waren er in diverse soorten.
Als nieuw werd een pers getoond
die na het persen van de voor-
droogkuil of hooi elk pak
"luchtdicht" afleverde in
plastic. Dit om de kwaliteit te
verbeteren.
Managementprogramma
Op het gebied van schapenhou
derij zijn er nog niet veel mana
gementprogramma's voor een
personal computer in de handel.
Op deze beurs werd alleen door
Chambre d'Agriculture een
nieuw management programma
getoond.
Dit programma moet een ouder
systeem gaan vervangen omdat
die te weinig ingang vond bij de
schapenhouder. Het nieuwe
systeem gaat er in tegenstelling
tot het oude, vanuit om te wer
ken met deelprogramma's. Bij
voorbeeld: het op een rij zetten
van ooien met de beste vrucht
baarheid gekombineerd met goe
de groeieigenschappen en een
korte tussenlamtijd. Het oude
programma werkte alleen voor
het totale bedrijfsgebeuren. Men
moest allerlei gegevens hebben,
wilde men een aantal kengetallen
kunnen produceren. Dat lukt in
de praktijk niet. Ook de Franse
schapenhouder schrijft soms niet
al te veel op. Via dit deelpro
gramma systeem wil men nu toch
een aantal kengetallen produce
ren, en hoe meer de schapenhou
der registreert hoe meer kengetal
len hij krijgt.
Welke indruk houdt men
over van deze
tentoonstelling?
De tentoonstelling gaf een goed
beeld van de schapenhouderij zo
als die in Frankrijk plaats vindt.
Op zich werd er niet veel nieuws
getoond waar we in Nederland zo
mee weg kunnen. Als gemis kan
men noemen dat er van de vele
rassen die er waren geen karkas
sen getoond werden, en dat er
geen aandacht besteed werd aan
lamsvleesbereiding. Het was zelfs
zo dat op de vele aanwezige bar
becuen alleen maar rund- en/of
varkensvlees te verkrijgen was.
Een duidelijke dissonant.
De kaasprodukten met name die
van de geiten werden goed gepre
senteerd en de variatiek in soor
ten was groot. Tegen een geringe
vergoeding kon men diverse
soorten kaas proeven.
Tot slot
Het is toch goed geweest om hier
eens rond te kijken. In zijn ge
heel hebben we kennis gemaakt
met de Franse schapenhouderij.
Een belangrijke konklusie die we
wel kunnen trekken is, dat wan
neer we een goede afzet van
lamsvlees in Frankrijk willen be
houden, we een goede afzetstruk-
tuur moeten hebben. Ook dat
men in Frankrijk geen zware
lammeren wenst. Met deze we
tenschap is het goed om met el
kaar aktief te blijven en te bezien
hoe de afzet verbeterd kan wor
den. De Engelse konkurrentie-
kracht is verschrikkelijk groot.
Zodanig zelfs dat de Franse scha
penhouder hieraan dreigt ten on
der te gaan in hun eigen land.
Dat moet voor ons voldoende
zijn om dat produkt te gaan leve
ren zoals de konsument dat
wenst en niet wat we uit historie
produceren.
M. Westhuis
12
Vrijdag 1 september 1989