Droge zomer goed voor bodemstruktuur Graanopbrengsten vallen tegen Gebrek aan zoet water De boer blijft het landschap stofferen Minder tarwe dan verwacht Over de opbrengst van de wintertar we zijn net als elders ook in WEST BRABANT-ZUID veel verschillende geluiden te horen maar bijna altijd is het 6-7 of 8 ton per ha. Er tussenin zit schijnbaar niets. Nog steeds is het veel boeren eigen hun eigen zak te beliegen. Volgens de loonwerkers is vrijwel overal de opbrengst tegenge vallen en varieert ze van 5.000 tot bijna 7.000 kg per ha. Geen enkel ras springt er in opbrengst echt uit. Bij zomergerst zijn opbrengsten be haald die bij graszaad thuishoren; minder dan 2.000 kg p/ha! Nu het Italiaans en Engels raaigras overal af is kan van deze teelt gezegd worden dat ze echt tegenvalt. Op brengsten die weer lager liggen dan vorig jaar. Het areaal zal volgend jaar niet groot meer zijn omdat de zaadfirma's drastisch gaan inper ken. Als enig alternatief zal graan overschieten. Tuinbouwgewassen als o.a. sperziebonen hebben dit jaar de akkerbouwers op een enkeling na, al handenvol geld gekost. Sommigen die deze teelt al een paar jaar gedaan hebben haken af omdat de zekerheid ontbreekt. Wat ondanks de minder rooskleurige voorspellingen nog meevalt zijn de rijpe erwten. Gemid deld wordt er tegen de 5.000 kg ge dorst. Bij de aardappelen worden de verschillen tussen de goede en min der goede percelen steeds beter zit- baar. Waar door de droogte de on derste bladeren al gingen verkleuren kwam de regen te laat. Voor de aardappelen die wat beter bestand waren tegen de droogte kwam de neerslag juist op tijd. Deze percelen staan zonder meer goed en beloven opbrengsten te geven van meer dan 50 ton. Dit blijkt uit proefrooiingen die aantoonden dat begin augustus al een aantal monsters boven de 40 ton zaten. Aardappelen die geplant zijn op gronden waar dit voorjaar een groenbemester is ondergeploegd staan beduidend beter. Ook percelen waar nooit aardappelen gestaan heb ben springen eruit. In Midden- en Oost-Brabant zijn op zulke percelen, waar beregend is, nu al opbrengsten behaald van meer dan 50 ton. Over het algemeen kan gesteld worden dat de stand van de aardappelen op de zandgronden schommelt tussen ma tig en zeer goed. Een eventuele ver vuiling door vuilverbrandingsovens houdt in West-Brabant een aantal land- en tuinbouwers bezig. In Roo sendaal staat een vuilverbrandigs- oven die al ruim 10 jaar vrijwel dage lijks een rookpluim laat zien. Of schoon voorlopige onderzoeken aantonen dat het met de vervuiling wel mee zal vallen is niet iedereen hier gerust op. In vergelijking met onderzoeken in Amsterdam en Rijn mond is men tot de konklusie geko men dat Roosendaal bijna geen schade kan hebben veroorzaakt. De meningen in deze lopen nog uiteen zodat het nog wel even kan duren voordat er een definitief oordeel komt. Afdeling van standsorganisaties waarvan leden gronden hebben lig gen nabij de verbrandingsoven heb ben in ieder geval tijdig bij over heidsinstanties aan de bel getrokken. Als er voor de landbouw straks eventueel negatieve maatregelen ge nomen moeten worden is het belang rijk om bij de besprekingen aanwe zig te zijn. Op NOORD-BEVELAND is al bij na weer de helft van de te velde staande gewassen geoogst. We heb ben hier een scala van verschillende produkten. Het graszaad is allemaal geoogst, de opbrengsten waren zeer verschil lend, de bruto-opbrengst was bijna overal lager als vorig jaar. Het vlas is ook van het zaad ontdaan, de zaad opbrengst was goed, het stro over het algemeen tekort. De plantuien liggen bijna allemaal gerooid, hier van valt de opbrengst tegen. Zij die voor de regen van vorig weekeinde hebben gerooid hebben bovendien veel last van kluiten. De gerst is ook allemaal al door de kombine en ook de droge erwten zijn voor het groot ste deel van het veld weg. De konser- venerwten afgelopen week ook ge- dorsen. Men is nu volop bezig met de tarweoogst, deze is niet uitzon derlijk hoog zoals in Flevoland, maar toch redelijk goed. Bij ons is de pagode tarwe 12 dagen eerder als vorig jaar gekombined en de op brengst was 300 kilo minder per hek- tare dan vorig jaar, maar 500 kilo meer dan in 1987. De hakselaar zie je veel werken, zowel voor de gras- zaadhooi als ook voor het gerste- en tarwestro. Volop wordt er weer slachtkuiken- mest gestrooid, soms op grote af stand te ruiken. Ook is men begonnen met het rooien van het pootgoed. Dit verloopt ook nog niet vlekkeloos vanwege de klui ten, ik had gedacht dat deze na de dertig millimeter van vorige week wel uiteen zouden vallen op de rooi- mat, dit valt echter tegen. De konsumptie-aardappelen. Het is niet allemaal meer Bintje wat er in ons gebied wordt geteeld. Ook vrij veel Rode Pipo's en nog enige ande re rassen. In zo'n droog jaar kun je de rasverschillen ten aanzien van droogte er weer goed uithalen. Zit er bij de Bintjes zeker op de zwaardere gronden veel doorgroei en vorming van poppen en kwarren, van de an dere konsumptie-rassen heb ik die klachten nog niet gehoord. Wat hiervan de opbrengst zal worden is nog onbekend, zeker is dat de regen voor sommige lichtere aandrogende percelen te laat is gekomen, deze sterven nu een natuurlijke dood. Verder wordt hier zolangzamerhand wat meer fruit ingeplant, hier en daar zie je een jonge boomgaard ver schijnen, voor een optimale groei hebben deze bomen echter veel goed zoet water nodig. Laatst hoorde ik een kredietadviseur van een bank vertellen dat de ver schillende produkten op onze akkers de kracht van het Zuidwesten is. Door de grote verscheidenheid aan gewassen is de risiko-spreiding groot, wat betreft weerrisiko alsook het prijsrisiko. Laten we hopen dat de man gelijk heeft. In een zomer als deze blijkt weer overduidelijk het ge brek aan zoet water, ik bedoel nog niet eens direkt het beregenen van de produkten, maar meer het vol zetten van de sloten rondom je kavel. Als je daartoe de mogelijkheid hebt, hoeft je grondwaterpeil nooit bene den een meter onder het maaiveld te komen. Het voordeel hiervan is een stevig wortelend produkt. Een gewas wat in tijden van droogte toch vol doende water uit de bodem kan ha- Op WALCHEREN is reeds een deel wintertarwe in juli gedorst vooral langs de kust waar de regenval afge lopen zomer minimaal is geweest. De laatste dagen van juli is er nog zo'n 15-30 mm neerslag gevallen maar vrij vlug kon er weer gekombi ned worden, terwijl de andere ge wassen er duidelijk van zijn opge knapt na het bloot staan aan de hoge temperaturen. De graszaadoogst is geborgen. De late Engels raaigrassen vormen het sluitstuk en ook zijn die veelal droog gedorst, mede ook dat de grond on der 't zwad zo droog was. Toch zal het graanoogstseizoen da nig uitlopen omdat de laatgezaaide gerst met tweewassigheid van doen heeft. De oogstverwachting hiervan is niet hoog. In vergelijking met vlas onder dezelfde omstandigheden, zouden deze percelen nog wat meer perspektief bieden. De eerste proef rooiingen van bieten en aardappelen zullen ook een wisselend beeld ge ven, het is toch al moeilijk om een gemiddeld perceel uit te zoeken maar dit jaar zal door het grote ver schil in stand en wortel- en knolont wikkeling zeker moeilijk te beoorde len zijn. Voor de struktuur kan een droge zomer heilzaam werken en dat heeft de grond wel nodig. Volgens kenners helpt het beter dan vorst in de winter. De krimpscheuren op de zware grond brengen tot op grote diepte lucht en ruimte voor wateraf voer en -berging. De grasgroenbe- mesters komen maar fijntjes van on der 't graan maar het is nog vroeg. Regen zal hiervoor noodzakelijk zijn, wat ook geldt voor inzaai van andere groenbemesters. Ondanks alle moeilijkheden en inko mensachteruitgang in de akkerbouw is het belangrijk om de produktie- faktor grond in goede konditie te houden middels organische stof- voorziening bekalking, drainage en andere kuituurmaatregelen, de kost gaat nog altijd voor de baat uit. De grondprijs in ons gebied is stabiel op een behoorlijk nivo in vergelijk met andere gebieden met een ten dens naar enige stijging. Grootscha lige rekreatie-objekten zoals die in de toekomst voorspeld en bedacht wor den zullen ook hun invloed laten gel den, het gaat er steeds meer op lijken dat als het maar groot is, er planolo gisch veel in te schikken valt terwijl kleinschalige ontwikkelingen nauw lettend en kritisch bekeken en beoor deeld worden en toch brengen juist deze ruimte aan in de inkomensvor ming van de agrarische onderne mers. Het platteland wordt door de boeren goed onderhouden, hetgeen door het grote aantal vakantiegan gers in ons gebied zeer gewaardeerd wordt. Een goede vorm van public relations voor de landbouw is het or- len. Uw praktijkschrijver kent stre ken in de Noordoostpolder waar dit met sukses ieder droog jaar weer wordt toegepast. Daar is men blij met zo'n droge zomer, de op brengsten zijn optimaal en de prij zen zijn meestal ook hoger dan het gemiddelde. In onderhandelingen en toekomstvi sies worden de Veenkoloniën en het Groninger Oldambt nogal eens als uitzondringen aangemerkt in de Ne derlandse akkerbouwgebieden, de problemen zijn daar ongetwijfeld momenteel het grootst. Toch denk ik weieens dat deze gebieden waar men wel over zoet water beschikt het in de toekomst minder moeilijk zul len hebben als het Zuidwesten. De grove groenteteelt en bollenteelt kan daar met sukses bedreven worden. Zonder zoet water is het behelpen. We zullen ons hier echter bij neer moeten leggen voor Noord-Beveland zal zoet water nooit een haalbare kaart worden. Onze produkten zul len we hier op moeten afstemmen of als je wel in de grove groenteteelt wil, het risiko van een mislukt pro dukt door droogte moeten aksepte- ren. De problemen die men dit jaar heeft gehad om de fijnzadige gewas sen zoals peen en witlof en die ge wassen staan er nu goed voor. ganiseren van fietstochten door de kampeerboeren. Dat veel dingen weer in de tijd terug komen blijkt uit de publikatie van 't plan Damman railroute van de NS, op Walcheren zou dit tevens een onderdeel moeten zijn van een kusttramlijn route. In de eerste helft van deze eeuw is er ook een tramlijn geweest vanuit Middelburg en Vlissingen via Kou- dekerke langs de kustplaatsen naar Domburg. Deze lijn gaf naast ont sluiting mede-ontwikkeling aan de landbouw door vervoer van produk ten o.a. suikerbieten en aan de re- kreatie. Op 't eind van dejjertiger jaren is de lijn door de opkomst van ander ge motoriseerd verkeer en vervoer gesloten. De trambaan is met de herverkave- lingswerken in de vijftiger jaren ge ëgaliseerd. De 'tramhuizen' goed her kenbaar aan hun gelijke bouwtrant zijn de laatste getuigen van weleer. Wellicht dat door de huidige proble men met het gemotoriseerd verkeer er ooit weer een tramlijn door het Walcherse landschap z'al lopen. In de laatste week van juli is in WEST ZUID-BEVELAND de graan oogst begonnen. Een toch wel erg vroege start. Dit is mogelijk een ge volg van een klimatologisch minder gemakkelijk najaar 1988 gevolgd door een winter zonder vorst waarna april kouder was dan de winter maanden. Dit groeiseizoen wordt dan besloten door een zomer waar van we (tot begin augustus) alleen maar konden dromen. De hoge temperaturen die daarbij opgetreden zijn hebben toch wel bij gedragen aan een versnelde afrij ping. De opbrengsten die genoemd worden zijn, het groeiseizoen in aan merking genomen, niet echt slecht te noemen. Toch zal de agrariër, die als akkerbouwer de kost moet verdie nen, het beleg op de boterham niet uit de graansektor halen. De op brengsten per ha zullen in vele geval len niet kostendekkend zijn, hetgeen weer een stimulans zou kunnen zijn om aan de braakregeling deel te ne men. Hoewel de stroprijzen laag zijn zien we dat er toch veel geperst wordt. Ook van peulvruchten en plantuien zullen de saldi over het al gemeen niet hoog zijn. Mogelijk dat het gewas aardappelen een positieve bijdrage kan leveren aan het inko men. Volgens CBS-cijfers is de tota le oppervlakte iets groter dan in 1988. Aan de kleuren in de polders is te zien dat het jaar ouder wordt. Het lichte groen is veranderd in geel en bruin. Toch zal over een paar weken het lichte groen weer zichtbaar zijn. Het vroege oogsttijdstip geeft de boer nl. volop gelegenheid om na het strooien van schuimaarde en organi sche meststoffen een groenbemester in te zaaien. Of de gemaakte kosten hiervan terug betaald zullen worden zal pas volgend jaar bekend zijn. De boer blijft het landschap stoffe ren, zodat velen daarvan kunnen ge nieten. Hoewel West Zuid-Beveland een bijzonder mooi stukje Neder land is, zien we hier nog geen massa toerisme. Wat meer toerisme zou misschien meer opbrengen dan het telen van een graangewas. De tarweoogst was vroeg aan de gang en als u dit landbouwblad in de brievenbus krijgt, dan is de genoemde oogst weer aan de kant. Even hebben we tussen de gerst- en tarweoogst een paar da gen 15 mm regen gehad en dat aktiveerde de rijping van het graan. Door de felle droogte ont stond er een noodrijpheid, zodat de tarwe binnen een paar dagen overrijp was en de maaidorsers volop konden draaien. De tarwe- aren moeten met de top van de aar naar beneden wijzen en dan pas wordt het stro bros, de kor rels zeer hard en dan zitten zij heel los in het kaf. Begin juli hebben we de op brengst van de tarwe geschat op 8-8 Zi ton per ha. Door de droog te hebben we de schatting van de tarwe behoorlijk naar beneden moeten bijstellen. Thans lijkt het er op, dat we met opbrengsten van 6 '/2 - 7 Vi ton tarwe per ha ge noegen zullen moeten nemen. Waar is de tijd gebleven, dat we met opbrengsten van tegen de tien ton tarwe per ha zaten. Voordien konden we qua op brengsten met andere gewesten niet wedijveren. Dankzij de tar- westudieklub zijn in ons gebied de tarweopbrengsten met spron gen vooruit gegaan en dat zal weer moeten gaan gebeuren. In de bieten zitten we weer met een behoorlijke infektie van de vergelingsziekte. Met alles wat maar mogelijk is, trachten we dit virus in te dammen, maar het is nu al weer het tweede jaar achter elkaaar, dat we het vergelings- ziektevirus niet meer de baas kunnen. Het IRS is ons in deze een grote steun en toeverlaat en zal dat wel blijven ook. In de oogst van de vroege aardappel- en pootgoedteelt is al heel wat werk verzet. Wat ons opvalt is, dat het transport op onze bedrijven als maar groter wordt. Ook de loonwerker komt met grotere machines voor de oogst van.de granen, de aardap pelen en de bieten, maar hij ver zorgt ook steeds meer het tran sport van genoemde gewassen met nog weer groter en moderner materiaal. Meer en meer zien we de loonwerker en de boer samen werken met het groot materiaal. Die koers uitgaan zal op den duur allen ten goede komen. Het zijn vooral de jonge boeren die deze stap het eerst durven ne men. In de grove tuinbouw wordt onze jeugd meer en meer onderwezen. De liefde voor dat vak en voor de bloementeelt neemt daardoor toe. Ongetwij feld gaat deze ontwikkeling door en dat kunnen we alleen maar toejuichen. Hoe de jonge Zeeuw se boer in de toekomst de kost kan verdienen hangt van vele faktoren af en daar kan hij zelf veel van aan af en toe doen. Jl. Maandagmorgen begon het lekker te regenen en de lucht werd alsmaar dikker en beloofde een behoorlijke neerslag. Ook de weerberichten waren navenant. Het regenmaatglas kwam echter niet verder dan 2 mm en dat is te weinig voor de huidige hakvruch- ten. Regenwater is het beste me dicijn voor de groei der gewas sen. Vanouds is de maand augus tus de natste maand van het jaar en dus hebben we nog volop re gen op korte termijn te ver wachten. 4 Vrijdag 11 augustus 1989

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1989 | | pagina 4