Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst De Oort-gevolgen beginnen over geld en goed Kartering aardappelpercelen in kader van besluit bestrijding aardappelmoeheid Biologische landbouw heeft speerpuntfunktie Minimumprijs voor brood Verwijderingsstruktuur afgewerkte olie beter Voorzitter Landbouwschap: Dit jaar milieuplan in Noord-Brabant Naleving distelverordening laat te wensen over m Siene had met veel belangstelling de diskussie tussen een groep van tien jongelui aangehoord. Bij toerbeurt was er een bezoek aan een bedrijf dat werd afgesloten met een diskussie in de huiska mer van het bezochte bedrijf. Het was deze keer de beurt aan Willem en Siene en het ging over 'de toekomst van de landbouw en vooral over wat men daar als jongeren zelf aan kan doen'. De konklusies waren van die avond: - Bekijk of het bedrijf dat je kunt overnemen een inkomen oplevert voor jou en je gezin, ook in de naaste toekomst. - Probeer, als dat niet zo is, een plan op te stellen om het rendabel te maken. - Neem een bedrijf waarop geen in komen is te behalen niet over. - Probeer naast je theoretische en praktische scholing je kennis in studieklub-verband te verbeteren of bij te houden, op technisch maar ook op bedrijfsekonomisch gebied. - Benut de kursussen die na het af studeren aan de school worden gegeven. - Werk samen bij de afzet van de ge teelde produkten. Alleen ben je niets, samen kun je veel. - Maak de weg van producent naar konsument zo kort mogelijk met zo weinig mogelijk tussenhandel. - Indien, om wat voor reden ook, andere teelten nodig zijn om je inko men te behouden of te verbeteren, en je vindt er afzet voor, pak het aan! - Druk de kosten op je bedrijf door samenwerking met kollega's t.a.v. machines en werktuigen. - Maak gebruik van objektieve en onpartijdige voorlichting. Besef dat de konsument steeds kwaliteitsbe wuster wordt. Speel daarop in! - Realiseer je dat de landbouw wat het milieu betreft zeker belast wordt door aktiviteiten die van buiten de landbouw komen maar besef ook dat de landbouw voor zijn eigen bestaan door moet gaan op de in geslagen weg tot verbetering van het milieu. - Leer om te gaan met de kapacitei- ten die je individueel hebt. Ontwik kel de sterke punten. - Besef dat je niet verder kunt sprin gen dan je stok lang is. Luister goed naar de signalen die op je afkomen uit de samenleving. Speel daarop in. Laat je niet in de put praten, bekijk je eigen situatie, want zonder geloof in je eigen bedrijf en je eigen kun nen, wordt het moeilijk. Toen Willem met de sproeikar thuis kwam, want het was die avond windstil, zei Siene: 'Ik heb vanavond genoten. Er zijn 10, hopelijk, jonge toekomstige ondernemers bij ons ge weest. Ik heb de diskussie aange hoord vanuit de keuken. Voor de manier waarop ze de zaken zien en aan willen pakken, heb ik respekt'. 'Was er dan iets nieuws?', vroeg Willem. 'Nou, wat de mentaliteit be treft wel. Het gezegde: Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst, is nog steeds van kracht.' Daarom: steun ze waar mogelijk, maar laat ze het zelf uitvoeren! J. Markusse Ter voorkoming van aardappelmoe heid geldt in Nederland een verplich te vruchtwisseling van aardappelen. Op deze verplichte vruchtwisseling wordt kontrole uitgeoefend. Daar toe worden de aardappelpercelen in kaart gebracht i.e. gekarteerd. In Zeeland gebeurt dit door perso nen die tijdelijk in dienst zijn van het Landbouwschap. Met een zoge naamde slagpasser worden de perce len opgemeten (uitgaande van vaste punten) en ingetekend op kaarten met een kadastrale ondergrond. Op grond van het Besluit Bestrijding Aardappelmoeheid hebben deze per sonen als onbezoldigd ambtenaar van de Algemene Inspektiedienst het recht de percelen te betreden voor het verrichten van de nodige meet- werkzaamheden, alsmede voor de rasbenaming. De karteerders kun nen zich desgevraagd legitimeren. Het kan dus in het groeiseizoen voorkomen dat u met deze werk zaamheden gekonfronteerd wordt. Het zal u duidelijk zijn dat het on doenlijk is in alle gevallen vooraf aan de grondgebruiker toestemming te vragen het land te mogen betre- De herziening van de belastingwet geving als gevolg van de Oort- voorstellen begint op 1 juli a.s. defi nitief. Vanaf deze datum zal een aantal kosten liggende in de gemeng de kostensfeer niet meer danwel be perkt aftrekbaar zijn. De overige veranderingen beginnen eerst op 1 januari a.s. De kosten die vanaf 1 juli a.s. niet of beperkt aftrekbaar zijn, zijn de vol gende: relatiegeschenken, vaartui gen voor representatieve doeleinden, voedsel-drank en genotmiddelen, kantinevoorzieningen, kleding, met uitzondering van werkkleding, re presentatiekosten en als laatste on derdeel kongressen, seminars, sym posia, ekskursies en studiereizen. Voorwaar een hele opsomming. Waarbij direkt de opmerking mag worden gemaakt dat vele van dezer kosten niet of nauwelijks op of rond de boerderij zullen voorkomen. Dat ter geruststelling. Maar anderzijds moeten wij ook bekennen dat een aantal uitgaven welke door het land- Vrijdag 23 juni 1989 bouwbedrijf wordt gedaan niet di rekt zijn thuis te brengen. Wat dacht u van de post marktbe zoek. Zijn dit uitgaven voor voedsel, drank en genotmiddelen of horen deze meer als representatiekosten aangemerkt te worden? Als u het weet mag u het zeggen, waarbij di rekt de opmerking gemaakt kan worden dat het in feite er ook niet veel toe doet omdat heide kategoriën toch voor 75% aftrekbaar zijn. Of valt in deze post ook kenmerken van relatiegeschenken te herkennen. In dien dit zo is dan moet bekeken wor den of het geschenk meer of minder dan ƒ50,kost. Boven de ƒ50,is niets meer aftrekbaar, daar beneden is het voor 75% aftrekbaar. Over vereenvoudiging gesproken. Van de hierboven opgesomde rij gemengde kosten zijn, met uitzondering van de relatiegeschenken boven de ƒ50, en de vaartuigen voor representatie ve doeleinden welke in het geheel niet meer aftrekbaar zijn, alle uitga ven voor 75% aftrekbaar. Dit betekent dat boekhoudkundig vanaf 1 juli een ekstra splitsing moet worden aangebracht in de zakelijke kosten. Op basis daarvan kan dan achteraf bij het doen van de fiskale aangifte een korrektie worden aan gebracht ter zake van het niet meer aftrekbaar gedeelte. Vermeldens waard is ook nog dat het onder scheid tussen relatiegeschenk en smeergeld ook niet al te duidelijk is, waarbij smeergeld wel voor de vólle 100% aftrekbaar blijft. Het onder scheid tussen kantinekosten en voed sel/drank zal in de praktijk niet al te veel problemen geven omdat deze uitgaven vallen onder de aftrekregel van 75%. Het doet er dus niet toe of de drank gekocht en verstrekt tij dens de oogstperiode genuttigd is door eigen personeel danwel mensen van de loonwerker. Wel moet erop worden gelet dat bij zakelijke hotel overnachtingen de nota moet wor den gesplitst in de kosten van logies (geheel aftrekbaar) en ontbijt (is voedsel dus 75% aftrekbaar). Alleen bij vliegreizen is de minister van oor deel dat de kosten van voedsel en drank in de totale reissom van on dergeschikte betekenis zijn en daar door niet behoeven te worden uit gesplitst. Vereenvoudiging? Geachte lezer, ik weet niet hoe u dit soort wetgeving ervaart, maar ik heb er niet veel bewondering voor als het onder de paraplu van de belastingver eenvoudiging wordt meegenomen. Het principe van de vervuiler betaalt gaat hier zeker niet op omdat de ekstra kosten van administratieve splitsing wel op de schouders van de belastingbetaler worden afge wenteld. B. Veerbeek De biologische landbouw heeft een speerpuntfunktie bij het ont wikkelen van andere landbouw methoden dan de tot nu toe gangbare. Er moet dan ook een ruime plaats zijn voor vormen van landbouw die minder afhan kelijk zijn van grond- en hulpstoffen. Dit zei voorzitter Gerard Doornbos van het Land bouwschap dinsdag 20 juni tij dens een persbijeenkomst in Nieuwspoort in Den Haag. Bij die gelegenheid kreeg de voorzit ter van het Landbouwschap een exemplaar aangeboden van het rapport Biologische landbouw ver vooruit. Doornbos liet weten dat binnen de belangenbehartiging de als al ternatieve vormen van landbouw aangemerkte produktiemethoden niet achtergesteld mogen worden ten opzichte van de nu nog meer toegepaste systemen. De voorzit ter van het Landbouwschap wees erop dat bij het verder ontwikke len van een afzetmarkt voor de biologische landbouwprodukten een kommerciële aanpak "nodig is. De Staatssekretaris van Ekonomi- sche Zaken heeft in het najaar 1988 overleg met de Kamer gevoerd over het prijsbeleid. Voor brood werd besloten de effektiviteit.van de mini mumprijs als beschermingsmaatre gel te verminderen. De minimumprijs werd altijd vast gesteld op het niveau van de kosten. De Staatssekretaris en de voorzitter van het Produktschap voor Granen, Zaden en Peulvruchten hebben na der overleg gehad over de uitvoering van het prijsbeleid. De voorzitter van het produktschap heeft in het kader van dit prijsbeleid de minimumprijs per 3 juli 1989 vastgesteld op 1,77 voor een heel brood. Dit betekent een verlaging met 0,07. Daar de feitelijke kosten inmiddels zijn gestegen zal de konsu ment voor ander brood dan het mi nimumprijsbrood prijsstijgingen kunnen zien. den. Wel mag van de karteerders worden verwacht dat bij noodzake lijk geachte betreding van het woon erf, u van één en ander op de hoog te gesteld wordt. Klachten Mocht u onverhoopt toch klachten hebben over het betreden van uw land, dan zal de karteerder u desge vraagd graag te woord staan. Voor nadere inlichtingen terzake van deze karteringswerkzaamheden kunt u ook terecht bij de Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouw schap, telefoon 01100-12220. Minister Nijpels (Milieubeheer) heeft in een brief aan de Tweede Ka mer geschreven dat langs twee ver schillende wegen het verwijderings systeem van afgewerkte olie wordt verbeterd. Enerzijds wordt nog gestudeerd op de mogelijkheid om één centraal bewerkingsbedrijf voor afgewerkte olie te realiseren en an derzijds komt er vanaf 1 juli aan staande een verbeterde inza- melstruktuur. Nederland wordt in zes regio's ver deeld, waarbij iedere vergunning houder één plichtgebied en één aan grenzend rechtgebied toegewezen krijgt. Een plichtgebied is het gebied waar de vergunninghouder verplicht is de afgewerkte olie in te zamelen. Onder het rechtgebied wordt verstaan dat een vergunninghouder na overleg ook in het rechtgebied, mede uit het oogpunt van efficiënt inzamelen kan werken. Tussen de vergunninghou ders kunnen hierover afspraken ge maakt worden. Het ligt in de bedoeling om de afge werkte olie centraal te gaan bewer ken. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan een notitie met be trekking tot de realisatie van een centraal bewerkingsbedrijf voor af gewerkte olie, afvalolie en (even tueel) gehalogeneerde koolwa terstoffen. Zelfverversers Een knelpunt wat nog resteert be treft de - overigens zeer beperkte - hoeveelheid afgewerkte olie die na het uitvoeren van 'zelfver ver sing' door partikulieren illegaal wordt ge loosd. De minister is voornemens om dit probleem nog in 1989 ter hand te nemen. Gedacht wordt aan het beperken dan wel stellen van voorwaarden aan de 'losse' verkoop van smeerolie. Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant verwachten dat tegen het eind van dit jaar het Provinciaal Mi lieuplan (PMP) gereed zal zijn. In dat plan wordt een beschrijving ge geven van de huidige milieuproble men in hun onderlinge samenhang en van het huidige milieubeleid. GS streven met hun plan naar een duurzame ontwikkeling van het mi lieubeleid in de provincie, hetgeen volgens het kollege alleen mogelijk is als alle betrokken organisaties ge lijkgestemd zijn in hun denken en handelen. Daarom zal er in de PMP een visie worden ontwikkeld voor de middellange termijn (10 jaar) en een taakstelling voor de kortere termijn (vier jaar). Uitgangspunten voor het provinciale milieuplan zijn het Nationaal Milieu Beleidsplan en de nota 'Zorgen voor Morgen'. GS hebben al laten weten dat het provinciale plan in bepaalde opzichten verder zal gaan dan het nationale plan. Op grond van de Distelverordening Zeeland is de gebruiker (of bij ge brek van dien, de eigenaar) van gronden, verplicht deze te zuiveren van akkerdistels en akkermelkdistels voordat deze in bloei komen. Voor een aantal natuurgebieden geldt een ontheffing van deze verplichting. De naleving van deze verordening laat veel te wensen over. Teneinde te bereiken dat het aantal bloeiende en pluizende distels wordt beperkt adviseert de Gewestelijke Raad van het Landbouwschap voor Zeeland klachten terzake te melden bij de Algemene Inspektie Dienst van het Ministerie van Landbouw en Visserij te Eindhoven (tel. 040-513703). Het behoeft geen betoog dat ook van de gebruikers van landbouw gronden wordt verwacht dat zij voorkomen dat op hun gronden dis tels tot bloei komen. Ook dit is een kwestie van bedrijfshygiëne.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1989 | | pagina 3