De maand april op het zuidwestelijk akkerbouwbedrijf VKRVOLG PAG. 13 Na een seizoen van vergaderin gen, bijeenkomsten en ongekend zachte winter, zijn de voorjaars werkzaamheden weer begonnen. Welk gewas u ook teelt, het komt er op aan dit goed4e doen. Tij dens de droge periode eind janu ari/februari is er reeds heel wat gebeurd. De meeste plantuien zijn wel gepoot. Ook de zomer- tarwe en een deel van de zomer- gerst is toen gezaaid. Deze vroeg gezaaide gewassen vertonen nu een goede opkomst en het lijkt een goede start voor deze gewas sen. Er is toen ook reeds heel wat kunstmest gstrooid met name ka li 60. De stikstofbemesting moet op veel percelen nog gestrooid worden en het lijkt er wel op dat dit nu kort voor het zaaien zal plaatsvinden. U kunt zich ook weer opgeven voor 'Epipré'. Het geautomatiseerde ad viessysteem voor winter- en zomer- tarwe van het CAD-agv. Aan de hand van eigen waarnemingen krijgt u direkt telefonisch advies met be trekking tot ziektebestrijding, toe passing van CCC en de derde stikstofgift. De kosten voor deelna me bedragen ƒ75,per bedrijf voor één of meerdere percelen. U kunt zich aanmelden door het insturen van een kaart, bij uw bedrijfsvoor- lichter of telefonisch, nummer 03200 - 22714. Ook VITAK gaat dit jaar voor het eerst in het Zuidwesten draaien. Het geeft aktuele akker- bouwinformatie op uw PC-scherm, opgave voor deelname hieraan bij het info-centrum te Schoondijke, tel. 01173 - 1551. Het telefoonband je met aktuele akkerbouwinformatie is ook weer in de lucht onder hetzelf de nummer als voorgaande jaren 01806-14166. Wenken bij het spuiten Naast de keuze van het middel, de hoeveelheid en het tijdstip van spui ten, is het belangrijk de juiste hoe veelheid water te verspuiten met de juiste druppelgrootte. In de Hand leiding 1989 kunt u hierover infor matie vinden. Ook in Aktualiteiten nummer 36 Onkruidbestrijding door 'Kennen en Kiezen' van 1987 en Ak tualiteiten nummer 38 'Bestrijding van ziekten en plagen door Kennen en Kiezen', dat pas gereed gekomen is, kunt u uitgebreide informatie vin den over hoeveelheden en de wer king van middelen. Ieder jaar wordt er weer schade aan gericht aan diverse gewassen door overwaaien van bestrijdingsmidde len. Let daarom op wind en drift om schade in aangrenzende percelen te voorkomen, o.a. chloor IPC op graszaad, groeistoffen op witlof en boomgaarden en Ramrod op tulpen. Zeker bij toepassing van lage dose ringen op een vroeg tijdstip is het ge wenst dat de spuitmachine in orde is en geen grote verschillen zijn in de vloeistofafgifte per spuitdop. Kon- troleer de spuitmachine op goede werking of laat dit doen. Onkruidbestrijding over de ploegsnede Het mechanisch bestrijden van on kruiden gaat gepaard met een inten sieve bewerking van de grond. Dit kan ten koste gaan van het zaai- of pootgoed. Een betere oplossing is dan ook de chemische bestrijding van de onkruiden. Naast de midde len Gramoxone, Reglone, Actor en Finale kunnen hiervoor met name op grotere onkruiden Roundup, Vi king en Sting gebruikt worden. Al een paar dagen na het spuiten kan met de grondbewerking worden be gonnen. Voor late gewassen, zoals bruine bonen en knolselderij, kan te gen goed ontwikkelde wortelonkrui den of aardappelopslag Roundup gebruikt worden. Pas de dosering aan naar onkruidsoort en gebruik niet meer dan 100 liter water per liter Roundup. Als het onkruid niet over het hele perceel voorkomt, is een pleksgewijze bestrijding vaak al vol doende. 12 Wintertarwe Indien nog duist moet worden bestreden, kunnen hiervoor isopro- turon bevattende middelen worden gebruikt. Wanneer een bodemherbi cide in het voorjaar wordt gebruikt, is een onderteelt van gras of klaver niet meer mogelijk. Houdt bij de keuze van het middel rekening met moeilijk te bestrijden breedbladige onkruiden. Met Starane 200 zijn de mogelijkheden om kleefkruid te bestrijden sterk verbeterd. Voor een breder werkingsspectrum is het ge wenst andere middelen toe te voe gen. Uitgebreide informatie hierover is te vinden in Handleiding 1989 of in de brochure 'Kennen en Kiezen'. Lees etiket goed, de doseringen kun nen dit jaar verschillend zijn. Ter voorkoming van legering kan CCC worden toegepast. De grootste stevigheid wordt bereikt door de ba sis van de stengel te verkorten en te verdikken. Dit gebeurt bij een vroe ge toepassing van CCC, namelijk wanneer u bij de grootste planten de eerste knoop voelt. Het gewas is dan ongeveer 15 cm lang. Gezien de stand op dit moment zal dit begin april op veel percelen het geval zijn. bruiken. Spuit zodra aantasting wordt gekonstateerd. Wintergerst reageert positief op een deling van de benodigde stikstof. Kort voor het verschijnen van de eerste knoop kan de tweede gift worden gegeven in een hoeveelheid van 30-60 kg per ha. Zomergranen Tegen zaadonkruiden in een jong stadium kan gespoten worden met 5-8 kg DNOC 50% of 4 liter Herbo- gil vloeibaar, als het graan 2-3 blaadjes heeft. Er zijn diverse groeistofkombinaties beschikbaar die een onderteelt van gras toelaten. Vlas Tegen zaadonkruiden kan direkt na het zaaien gespoten worden met Venzar of linuron. Bij onderteelt van klaver of luzerne verdient Ven zar de voorkeur, bij kar wij als on dervrucht linuron. Wordt er gras on- dergezaaid, dan is het gebruik van een bodemherbicide niet mogelijk. Na opkomst is zwaluwtong, her derstasje, witte krodde, kamille en muur te bestrijden met 3 liter Basa- gran per ha. Toepassen vanaf 6 cm gewaslengte, een temperatuur van Tabel 1. Advies pootafstand in de rij in centimeters voor Bintje konsumptie- aardappelen Vooral bij een slechte struktuur van de grond niet te vroeg beginnen met de bewerking rrr - Dit jaar is er weer ekstra kans op besmetting van suikerbieten met het verge- lingsziektevirus. Toepassing van Temik kan hierbij op zijn plaats zijn Hiervoor gelden globaal de volgende richtlijnen: Arminda, Granada, Saiga, Tau rus, Sarno, Urban, Granta en Mina ret 1-1,5 liter/ha; Pagode, Citadel en Miller. Deze rassen nemen een tussenpositie in wat strostevigheid betreft: 1,5-2 li ter/ha in één keer of tweemaal 1 liter/ha. Obelisk, Avir, Kraka, Rektor, Okapi en Tombola tweemaal b.v. 1,5 1 liter/ha met een tussentijd van 10 dagen. Voor voldoende opname van het middel dient de temperatuur minstens 10°C te zijn. Spuit de CCC niet te laat en wacht zeker niet op het moment van een eventuele voetziek- tebestrijding. Bij te lage temperatu ren de dosering met 0,5 1 verhogen. In een aantal gevallen heeft men de eerste vroege stikstofgift gedeeld. Het is belangrijk, zeker bij een dun ne, schrale strand, het tweede deel van de eerste gift zo snel mogelijk te geven na begin april. Bij een schrale stand kan men ook overwegen een kleine tussengift te geven of de twee de gift vervroegd te strooien. Bij een vroege en gulle groei kan de tweede gift- beter wat uitgesteld worden. Vroege meeldauwaantasting onder in het gewas hoeft nu nog niet bestreden te worden. Wintergerst Let bij dit gewas goed op het voor komen van schimmelziekten als meeldauw, dwergroest of blad- (net)vlekkenziekten. Tegen vroege meeldauw is Corbel het beste mid del; tegen blad- en netvlekkenziekte kunt u Tilt 250 EC of Sportak ge meer dan 12°C en veel licht bevorde ren de werking. Ondergezaaide karwij en erg jonge kiemplantjes van klaver verdragen geen Basagran. Basagran kan aan vlas schade geven als kort vooraf gaand parathion is gespoten. Men dient dan minimaal 7 dagen te wach ten met de Basagranbespuiting. Kort na opkomst van het vlas kunnen tripsen en aardvlooien bestreden worden met 1,5 liter parathion per ha. Trips kan ook worden bestreden met 0,3 1 Decis e.a. Erwten Voor de onkruidbestrijding na op komst in erwten is de toelating van DNBP drastisch beperkt. Dit middel is nu alleen nog toegelaten op de zandgronden (minder dan 8% lutum of minder dan 10-12% afslibbaar) en niet meer op kleigronden. Een goede onkruidbestrijding begint aan de basis. Direkt na zaai van de erw ten kan gekozen worden uit Tribinil, Bladex, Simazin, Topogard, Cam- pagard én Afarin. Onderteelt van gras is alleen mogelijk na Bladex als na het spuiten 6 weken wordt ge wacht. Kort vóór opkomst is met na me tegen ontsnappende onkruiden als varkensgras een bespuiting met Herbogil, Finale of Camparol op zijn plaats, nu de mogelijkheden na opkomst belangrijk minder zijn. Na opkomst heeft u op de kleigronden alleen de mogelijkheden van Basa gran of Basagran kombinaties. Hier over volgt nog nader bericht in de landbouwpers. De bladrandkever is ook het afgelo pen jaar weer massaal aanwezig ge weest. Het zijn vooral de larven die de grootste schade veroorzaken door potermaat in mm 28/35 35/45 45/50, 45/55, 50/55 lichtere gronden, zwaardere gronden, tot 35% afslibbaar meer dan 35% afslibbaar 30-35 38 - 43 35 - 40 45 - 50 40 - 45 vreterij aan de stikstofknolletjes. Spuit zodra de eerste bladvraat ge konstateerd wordt met 1,5 1 parathi on 25% of 0,3 1 Decis per ha. Her haal dit zonodig 1 a 2 keer met een tussenruimte van 5-7 dagen. Veldbonen Kort voor opkomst kan in veldbo nen worden gespoten met Campa- gard of Camparol. Het is ook moge lijk om vlak voor opkomst het reeds bovenstaande onkruid af te bran den. Veldbonen verdragen een che mische onkruidbestrijding na op komst minder goed dan erwten. Op een droog en afgehard gewas kan bij een lengte van 5-10 cm van het gewas gespoten worden met 1,5 liter Basa gran. Vooral bij groter onkruid is het veiliger een zgn. onderblad- bespuiting uit te voeren. Evenals bij erwten moeten bladrandkevers op tijd en zonodig meermalen worden bestreden. Zaai- en plantuien Een onkruidbestrijding kort na het zaaien of enige dagen voor opkomst mag bij dit gewas nooit achterwege blijven. Er kan gekozen worden uit: Stomp, propachloor of Alicep. Aan bevolen wordt de breedwerkende kombinatie 2 1 Stomp 5 1 pro pachloor. Op de lichtere gronden be neden 20% afslibbaar kan Stomp schade veroorzaken. Gebruik hier niet meer dan 1 liter per ha. Op lich tere gronden waar meer kamille kan voorkomen doet men er goed aan wat meer propachloor en wat min der Stomp te nemen. Op de zwaar dere gronden is dit juist andersom. Omdat in uien de eerste weken na opkomst weinig mogelijkheden zijn om het onkruid te bestrijden is het gewenst voor opkomst de bo venstaande onkruiden af te branden. Suikerbieten De voorjaarsgrondbewerking mag pas uitgevoerd worden als de grond voldoende droog is. Een goed zaai- bed moet voldoen aan de volgende punten: een goede vlakligging; vol doende verkruimeld en niet te fijn; regelmatig en ondiep losgemaakt; zo weinig mogelijk bereden zijn. Goede werktuigen zullen daarom voorzien moeten zijn van een egalisatiebalk, verkruimelrollen, goed instelbare diepteregeling en een grote werk- breedte. Allerlei ziekten en plagen kunnen uw gewas belagen, doch ge lukkig zijn de meeste te voorkomen door preventieve maatregelen te ne men. Dat begint al bij de keuze van het soort zaad. Verder moet gelet worden op: Verwacht u schade door ritnaalden, spuit dan volvelds met 3,5-5 liter lindaan per ha en werk dit middel di rekt in. Zaait u bieten naast een perceel bie ten van vorig jaar, behandel dan een aangrenzende strook van 30 meter breedte ekstra ter voorkoming van schade door bietekevers. Hiervoor zijn de volgende mogelijkheden: ge bruik van pillenzaad behandeld met furathioncarb of benfuracarb; toe passing van granulaten als Curater of Garvox; grondbehandeling voor het zaaien met 5 liter lindaan 21%. Worden bieten gezaaid op met aal tjes bemestte percelen, dan is het ge bruik van Temik of Vydate in de rij, vooral wanneer laat gezaaid wordt, aan te bevelen. Na deze evenals vorig jaar zeer zach te winter kan er groene perzikblad luis besmet met vergelingsziekte- virus in het vrije veld zijn overwin terd. Toepassing van Temik granu laat bij het zaaien kan in bedreigde gebieden zoals de Zeeuws-Vlaamse grensstreek op zijn plaats zijn, zeker als ook nog bietecysteaaltjes in het geding zijn. Kontroleer tijdens opkomst van de bieten het gewas op vreterij door trips en voer zonodig een bestrijding uit met 1,5 1 parathion of 0,3 1 Decis e.a. Tegen vliegende bietekevers kan na opkomst in de avonduren met minstens 6001 water 1 kg Mesurol of 2 1 Parathion worden ingezet. Bij de onkruidbestrijding is het advies heel wat gewijzigd. Het lage-dosering- systeem op zeer kleine onkruiden wordt nu, gezien de goede resultaten en de lagere kosten, algemeen gead viseerd. Een bodemherbicide na zaai bij de basis blijft in de meeste geval len noodzakelijk in een verlaagde dosering van 2-3 kg (3-4 1) Pyramin of 3-4 kg Goltix-Pyramin is goedko per en is beter op zwaluwtong. Gol- dix heeft de voorkeur bij humusrijke grond, lichte gronden met minder dan 25% afslibbaar en indien veel zwarte nachtschade wordt verwacht. Op zware kleigronden kan 1-2 kg Profam (IPC) worden toegevoegd voor een beter effekt tegen duist en varkensgras. Als er geen kamille voorkomt, late zaai na 20 april en na een voorafgaande grondontsmet- ting, zou toepassing van een bodem herbicide aan de basis achterwege kunnen blijven. Reeds tijdens de opkomst op zeer klein onkruid wordt onafhankelijk van het stadium van de bieten be gonnen met de na-opkomst bespui ting. Hiervoor kan gekozen worden uit de volgende mogelijkheden: 0,5 1 Betanal 0,5 1 Goltix 0,5 1 Tramat 0,5 1 olie in 100-300 1 wa ter; 2 1 Betanal Tandem; 2 kg Goltix 2 1 olie. De eerste genoemde kombinatie heeft de breedste werking. De hoe veelheid water heeft een zeer geringe invloed op het resultaat. Ook met 200 en 300 1 water waren de resulta ten goed en is de windgevoeligheid veel minder. Deze bespuiting dient 1 a 2 keer te worden herhaald steeds op zeer klein onkruid. Worden de onkruiden en ook de bieten groter dan kan de dosering worden opge voerd tot elk 0,7 1 van elk bestand deel van de viervoudige kombinatie of tot 3 1 Betanal Tandem. De latere toepassingen met hogere doseringen van de diverse middelen en kombi naties op grotere onkruiden blijven uiteraard ook mogelijk. Komt tijdens opkomst vreterij van trips voor dan dient eerst de on kruidbestrijding te worden toegepast en kort daarna de parathion en niet andersom in verband met kans op schade aan de bieten. Aardappelen Bij de teelt van konsumptie- aardappelen komt de nadruk steeds meer te liggen op kwaliteit en grove aardappelen. De maksimale op brengst en beste sortering wordt be reikt bij 15-20 stengels per m2. Op de lichtere grond betekent dit 15-17 stengels/m2 en op zwaardere grond 18-20 stengels/m2. Het aantal sten gels kunt u beïnvloeden door o.a. de potermaat en de plantafstand. In ta bel 1 is hiervoor een advies weerge geven voor de teelt van Bintje. Bij het snijden van de grove maten pootgoed (groter dan 45 mm), dat dit voorjaar hier en daar zal plaats vinden, krijgt men ongeveer 30% meer stengels. De pootafstand van deze halve poters dient dan ook ter dege te worden aangepast, voorbeeld van 50 cm voor hele poters naar 33 cm voor gesneden poters om een ge lijk aantal stengels per m2 te behalen. Bij de teelt van pootaardappelen streven we naar 30 stengels per m2. Dit betekent 60.000 planten per ha bij de potermaat 35/45 en een pootafstand in de rij van 23 cm. Toelichting bij tabel 1 Naarmate de grond binnen de twee Vrijdag 31 maart 1989

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1989 | | pagina 12