M
Akkerbouw in aktie
zegge en schrijve
zuidelijke landbouw maatschappij
Prijsbeleid
Milieubeleid
Trekker-estafette naar overleg
Landbouwschap met Minister Braks
Aktie
Boeren naar Landbouwschap
VRIJDAG 24 FEBRUARI 1989
77e JAARGANG NO. 3962
land- en
tuinbouwblad
De eerste voorjaarswerkzaamheden zoals het zaai- en pootklaar maken van het land en het kunstmest
strooien zijn al weer gebeurd. Sommige akkerbouwers waren al vroeg bezig met het toedienen van fosfaat
en kali, zoals op de foto de heer A. Mangnus uit Vogelwaarde. Er is de laatste tijd nogal wat te doen over
een eventuele heffing op kunstmest. Volgens de heer J. Geluk, voorzitter van de akkerbouwcommissie van
de ZLM, past een dergelijke heffing niet in een marktgericht beleid (pag. 6).
Als de voortekenen niet bedriegen zit er voor wat be
treft de akkerbouw aktie in de lucht. Vanuit het hele
land zijn er duidelijke signalen dat de maat voor de ak
kerbouw meer dan vol is. Langzamerhand is er een-
niks-meer-te-verliezen stemming ontstaan en dan is de
stap naar aktie nog maar heel klein. Belangrijke voe
dingsbodems voor deze stemming zijn vooral het kille
Brusselse markt- en prijsbeleid, het afstandelijke natio
nale beleid en de (aangekondigde) versnelde invoering
van vergaande nationale milieumaatregelen. De akker
bouw kan het allemaal niet meer bijbenen: men ziet er
geen gat meer in. Voortdurende waarschuwingen van
uit de organisaties richting overheid dat het allemaal
veel te hard gaat hebben tot nu toe nauwelijks effect
gehad. De akkerbouw wordt niet eens in de gelegen
heid gesteld om zich aan te passen aan de gewijzigde
omstandigheden en inzichten. Dus eigenlijk ligt het
voor de hand dat de praktijk zich gaat beraden op an
dere middelen om gehoor te krijgen.
De akkerbouw heeft de laatste paar jaar in totaal rond
een kwart op de graanprijs moeten inleveren. Daarbij
is het niet gebleven, want door de spilfunctie van gra
nen is het prijsniveau van vrijwel alle akkerbouwpro-
dukten in een neerwaartse spiraal terechtgekomen.
Nog verdere prijsdaling kan de akkerbouw niet hebben.
Algehele opschorting van de eerdere Brusselse beslui
ten met betrekking tot de granen is dan ook het minste
wat er zou moeten gebeuren. Mocht dat in Brussel niet
haalbaar zijn dan moet de Nederlandse overheid de ak
kerbouw anderszins tegemoet komen. Vanuit de geor
ganiseerde landbouw zijn daarvoor al lang concrete
plannen op tafel gelegd. Trefwoorden daarbij zijn: in
vulling van het akkerbouwaktieplan, compenstatie van
BTW-WIR en een brede investeringsregeling. Kortom:
al wat nodig is om de akkerbouw ten minste een eerlij
ke kans te geven.
Voor veel akkerbouwers is het milieubeleid van de re
gering de druppel die de emmer heeft doen overlopen.
In een interview met de CDA-krant spreekt minister
Braks van forse, niet-klassieke maatregelen: middelen
verbieden, heffingen op kunstmest, heffingen op het
gebruik van bestrijdingsmiddelen en het voorschrijven
van vruchtwisselingssystemen. De minister hoopt de
eerste maatregelen begin 1990 te kunnen invoeren.
Wat de financiering betreft ziet de minister drie moge
lijkheden, te weten: uit de bestaande budgetten van
het ministerie (d.w.z. een sigaar uit eigen doos), hef
fingen (alweer een sigaar uit eigen doos) en de algeme
ne middelen (waarvan nog maar de vraag is of dat
lukt). Niettemin gelooft de minister niet dat deze maat
regelen negatief zullen uitwerken voor de betrokken
boeren. Toevallig weet ik dat de betrokken boeren
daar heel anders over denken. Men voelt zich overrom
peld door de wijze waarop een en ander aan de land
bouw wordt getracteerd. Praktisch ziet men ook geen
mogelijkheden om aan een dergelijk dictaat gevolg te
geven - ook al zou men dat willen. Overigens mag er
geen enkel misverstand over bestaan dat de boeren
daadwerkelijk bereid zijn om hun volle medewerking te
geven aan positieve milieumaatregelen. Maar ook hier
geldt weer dat men dan wel - op basis van wederzijdse
afspraken - in de gelegenheid wil worden gesteld om
dat verantwoord te doen. Wat er nu op de landbouw
afkomt is in feite hetzelfde als aankondigen dat over
vijf jaar drie kwart van de auto's van de straat wordt
gehaald en drie kwart van de industrie afgebroken. De
Gezien de ernstige situatie in de akkerbouw, vindt het
KNLC-bestuur het heel begrijpelijk dat er acties ont
staan. Op dit moment wordt gewerkt aan de organisatie
van een trekker-estafette die maandag 27 februari in ver
schillende provincies zal beginnen en woensdag 1 maart
bij het overleg Landbouwschap met minister Braks in
Den Haag zal eindigen.
De acties zijn een ondersteuning van de tot nu toe door
de georganiseerde landbouw ingenomen standpunten.
De Nederlandse akkerbouw verkeert in een crisissituatie.
Met elkaar moet worden geprobeerd dit snel te verande
ren. De bereidheid om dit doel te ondersteunen is breed
aanwezig.
De prijsdaling voor akkerbouwprodukten die volgt als
de voorstellen van de Europese Commissie voor het
markt- en prijsbeleid 1989/90 onverhoopt door gaan,
hebben de afgelopen tijd de grote onrust in de akker-
bouwgezinnen over het reeds jarenlange te lage inkomen
verder doen toenemen. Daarbij kwamen de laatste we
ken nog de voorstellen rond het Meerjarenplan Gewas
bescherming en de Milieucriteria-Nota.
Het Nationaal Milieubeleidsplan werpt reeds zijn scha
duw vooruit. Het idee van Minister Braks van een hef
fing op kunstmest deed helemaal de emmer overlopen.
Niemand kan zich er daarom over verwonderen dat de
akkerbouwers om actie roepen en daartoe overgaan.
Het KNLC-bestuur boog zich afgelopen dinsdag ander
maal over de akkerbouwproblematiek. Het voortbestaan
van vele akkerbouwbedrijven loopt gevaar. Een situatie
waar Minister Braks en de Nederlandse politiek en de
publieke opinie zich kennelijk nog steeds niet van bewust
zijn.
Zeer duidelijk is het KNLC-bestuur het er over eens dat
er, gezien de vaak tot onder nul gedaalde akkerbouwin-
komens, de meevallende budgetruimte bij de EG en de
situatie op de werldmarkt, er geen sprake kan en mag
zijn van op dit moment een daling van de Europese ak
kerbouwprijzen. Minister Braks zal alle kracht moeten
inzetten om een verdere daling te voorkomen. Wordt dit
aiet bereikt, dan zouden nationale compensatie
maatregelen moeten worden genomen.
Ook wat de gewasbeschermingsmiddelen betreft is het
KNLC-standpunt duidelijk. Land- en tuinbouw hechten
grote waarde aan schone grond en lucht en schoon wa
ter. Dit is de basis voor het bestaan. Er is alle bereidheid
om aan een schoon milieu mee te werken, maar het moet
wel op een verstandige en niet-emotionele manier wor
den bereikt.
Het KNLC stelt daarom als eis: geen middel weg zonder
overleg. Een heffing op kunstmest is alleen maar een or
dinaire inkomstenbron voor de overheid. Uit milieu
oogpunt bovendien zeer onverstandig. De doelmatigheid
van dierlijke mest is ruim twintig procent, die van kunst
mest ligt boven de tachtig procent!
landbouw moet kunnen inspelen op de nieuwe inzich
ten. Daarvoor is tijd nodig. Voor het opdoen van kennis
via onderwijs, onderzoek en voorlichting. Daarvoor is
geld nodig en geen sigaren uit eigen doos.
De akkerbouw zit in het nauw en voelt zich in zijn
bestaan bedreigd. Men is echter niet van plan om zich
zonder slag of stoot over te geven. Steeds meer raakt
men er van overtuigd niets meer te verliezen te heb
ben. Als er in zo'n situatie voor aktie wordt gekozen
dan is dat eigenlijk heel begrijpelijk. Het spreekt wel
haast vanzelf dat daarvoor vanuit de ZLM reeds de no
dige initiatieven zijn genomen. Rest nog de uitvoering
(zie elders op deze pagina).
Oggel
Eén onderdeel van de reeds geplande ak-
kerbouwakties is een massaal bezoek aan
de openbare vergadering van het bestuur
van het Landbouwschap op woensdag 1
maart. Deze vergadering wordt gehouden
in het SER-gebouw aan de Bezuidenhout-
seweg 60 te Den Haag. Aanvang: 10.00
uur (aanwezig: 9.30 uur). Er wordt op ge
rekend dat zoveel mogelijk ZLM-leden deze
vergadering zullen bezoeken.