Voorzitter Europese
landbouwraad stelt extra verlaging
melkkwotum voor
nieuws
uit
brussel
verzekeringen zlm
Producenten rundvlees vrezen
einde produktie kwaliteitsrundvlees
KOOPSOMPOLIS
Landbouwschap tot Braks: "Regel schade in
Bestrijdingsmiddelenwet"
Or. Ir. H.P.F. Curfs:
daling aantal
varkenshouders gaat
door
Landbouwschap:
"Ruding te negatief
over bijdrage EG"
(M. van Dijk, Brussel)
De Britse landbouwminister Michael Jopling heeft zijn collega's in de
Europese Landbouwraad dinsdagavond deze week een pakket maat
regelen voorgelegd voor het beperken van de melk- en rundvleespro-
duktie in de Europese Gemeenschap. Raadsvoorzitter Jopling bor
duurt met zijn voorstellen voort op de ideeën die Europees land
bouwcommissaris Frans Andriessen op 13 november openbaar
maakte. De Europese melk- en rundvleesproducenten zullen echter
nog even geduld moeten hebben voordat ze weten waar ze komend
jaar aan toe zijn.
R. Winkel
Nadat Jopling zijn "voorzitterspak
ket" had ingediend, begon hij met
een ondervragingsprocedure om af
te tasten wat de delegaties in de raad
van zijn voorstellen vinden.
Eén van de voornaamste punten uit
het "pakket" van Jopling is dat de
raad erkent dat in de komende twee
melkprijsjaren de melkproduktie
met 9,5 procent moet worden inge
krompen. In het eerste op 1 april
volgend jaar beginnende jaar, moe
ten de bestaande quota met 6 pro
cent worden verlaagd. Dat betekent
een extra verlaging met 4 procent.
Eerder al was immers overeengeko
men, dat volgend jaar de quota met
2 procent zouden worden ingekrom
pen (en in het op 1 april 1988 begin
nende melkprijsjaar nog eens met 1
procent). De quotaverminderingen
moeten volgens Jopling tot stand
komen via ofwel een opkoopregeling
ofwel het verplichten en in alle
lidstaten geldende beperking van de
individuele quota. Een combinatie
van beide maatregelen acht Jopling
ook aanvaardbaar. Voor de quota
verminderingen moet volgens Jop
ling een compensatie gegeven wor
den. Hij wil die stellen op 6 ecu per
100 kg per jaar, ofwel een kleine 15
cent per liter. Die uit het Europese
landbouwfonds te betalen compen
satie zou hooguit zeven jaar achter
een betaald moeten worden en zou
maximaal 3 procent van de nationale
quota van elke lidstaat mogen om
vatten. Betaling van deze compensa
tie zou pas in 1988 plaatsvinden. Mi
nister Braks rekende snel uit dat Ne
derland een compensatie voor
360.000 ton (3 procent van een to
taal van 12 miljoen ton) in dat geval
zo'n 54 miljoen gulden per jaar zou
gaan ontvangen. "Gedurende 7 jaar
zou er dan zo'n 375 miljoen gulden
beschikbaar komen en daar kan je
aardig wat mee doen",aldus Braks.
Op dat compensatie-voorstel werd
overigens dinsdag meteen al heel wat
kritiek geleverd. Vooral de Duitsers,
de Fransen en de Luxemburgers
vonden de voorgestelde vergoeding
veel te gering. De Duitse minister Ig-
naz Kiechle had tijdens eerdere
raadszittingen al meer dan het dub
bele, namelijk zo'n 30 pfennig per li
ter geëist.
Jopling heeft ook voorgesteld om de
superheffing op 100 procent van de
richtprijs te brengen. Samen met het
rechttrekken van wat Braks meestal
"systeemfouten" noemt, zou dat in
het komende melkprijsjaar zorgen
voor nog eens een extra produktie-
daling met een miljoen ton. Op die
manier zou er volgend jaar dan 7
procent in totaal minder melk gepro
duceerd worden.
Om een produktievermindering met
9,5 procent in totaal te bereiken zou
de melkproduktie in het seizoen
1988/89 met nog eens 2,5 procent
moeten dalen. Eerder al is voor dat
melkjaar een vermindering met 1
procent afgesproken. De quota zul
len in dat tweede jaar dus nog eens
met extra 1 Vz procent omlaag
moeten.
Op die totale produktieverlaging
met 9,5 procent in twee jaar tijd
heeft vooral de Franse minister
Frangois Guillaume kritiek geleverd.
De Franse bewindsman heeft er
voortdurend op gewezen dat het
probleem van de overproduktie van
melk vooral ook internationaal be
keken moet worden. Met andere
woorden: de Gemeenschap kan zich
nu wel in gaan spannen om de melk
produktie te verminderen, maar dat
zet weinig zoden aan de dijk als lan
den buiten de Gemeenschap niets
doen of zelfs "in het gat springen"
dat door de zelfbeperking van de EG
zou ontstaan. Minister Braks vindt
die Franse redenering een beetje on
zin. De Gemeenschap is wat de
melkproduktie betreft "de grootste
groeier" geweest en die Gemeen
schap heeft dus volgens de minister
een eerste verantwoordelijkheid om
aan het overschotprobleem wat te
doen. Toch heeft Jopling in zijn
voorstellen niet helemaal voorbij
willen gaan aan de Franse redene
ring. In de nota waarin hij zijn plan
nen uiteenzet, schrijft hij dan ook
dat de Gemeenschap er op toe moet
zien dat in de komende internationa
le handelsbesprekingen (de nieuwe
GATT-ronde) alle aandacht besteed
moet worden aan de Europese quo
taverminderingen. Er zal naar
gestreefd moeten worden dat andere
exportlanden soortgelijke maatrege
len treffen opdat er weer een stabiele
wereldmarkt voor zuivelprodukten
ontstaat. In zijn voorstellen heeft
Jopling ook de ideeën van land
bouwcommissaris Andriessen inzake
het staken van de interventie ver
werkt. Zo heeft hij zijn collega's het
plan voorgelegd om in de winter
maanden, namelijk in de periode
van 1 september tot 28 februari de
interventie van magere melkpoeder
geheel te staken. Wel zou de Com
missie dan maatregelen moeten ne
men om de stabiliteit van de markt
voor dat melkpoeder te handhaven.
Buiten de wintermaanden zou de
EG-commissie het recht moeten krij
gen om, tijdens een experimentele
periode van 1 jaar de interventie van
melkpoeder op te schorten en te ver
vangen door alternatieve markton-
dersteunende maatregelen. Zo'n
zelfde regeling wordt voorgesteld
voor boter. Wat het rundvlees be
treft komt Jopling in zijn nota tot de
conclusie dat het niveau van de
interventie-aankopen "te hoog is en
derhalve fors moet worden ver
laagd". De Britse raadsvoorzitter
volgt vrijwel geheel de voorstellen
die Andriessen al eerder formuleerde
en die er op neer komen dat er voor
taan niet meer dan 85 procent van de
interventieprijs zal worden betaald.
Die 85 procent is een maximum.
Minder dan 85 procent kan dus ook.
Om het inkomen van de producen
ten te ondersteunen wil Jopling ech
ter voor de gehele Gemeenschap een
premiestelsel invoeren. Zo wil hij
een uniforme premie per stuk voor
mannelijke diefen die, eenmalig, of
wel op het bedrijf ofwel bij het
slachten worden uitgerekend.
In het eerste jaar zou die premie zo'n
40 ecu per stuks vee (ongeveer 95
gulden) kunnen zijn. EG-lidstaten
zouden volgens Jopling het recht
moeten krijgen om daar zelf nog
eens de helft van dat bedrag bij te
doen. Om fraude te voorkomen
moeten de dieren gemerkt worden.
In de lidstaten waar de premie bij de
slacht zou worden uitgekeerd moet
bekeken worden of er al niet een pre
mie voor het levende dier is gegeven.
De al bestaande premie voor zoog
koeien moet volgens Jopling blijven.
Maar hij wil deze verhogen tot 80
ecu (ongeveer 188 gulden) per stuk.
De zaak van het tegen een lagere in
terventieprijs innnemen van rund
vlees plus de compensatie daarvoor
in de vorm van premies, is volgens
minister Braks nog zeer omstreden.
De Franse minister Guillaume wil er
niets van weten. "Onder alle om
standigheden moet er geïnterve
nieerd kunnen worden", aldus het
standpunt van de Franse bewinds
man. Guillaume wil trouwens ook
dat als de interventiemogelijkheid
voor magere melkpoeder wegvalt er
een regeling voor particuliere opslag
van dat poeder komt.
De conclusie die Braks dinsdag
avond laat trok was: We zijn er nog
lang niet uit, maar aan de andere
kant is er niemand die gezegd heeft
dat de voorstellen van Jopling geen
basis vormen voor verder overleg.
M. van Dijk
Agrariërs die in de buurt van water
wingebieden bepaalde bestrij
dingsmiddelen niet mogen gebruiken,
moeten recht krijgen op schadever
goeding.
Het Landbouwschap heeft minister
Braks van Landbouw en Visserij in
een brief verzocht de Bestrijdingsmid
delenwet op dit punt aan te passen.
De schade voor boeren en tuinders
ontstaat doordat zij uit milieu
overwegingen moeten overstappen op
een duurder of minder werkzaam
bestrijdingsmiddel. De zaak is nog ern
stiger als voor het middel dat ron
dom het waterwingebied is verboden,
geen alternatief beschikbaar is.
Tot enkele jaren geleden was in een
schaderegeling voorzien in de Provin
ciale Beschermingsverordening. Sinds
1984 bepaalt echter de Bestrij
dingsmiddelenwet de toegelaten stof
fen. Deze wet kent geen
schadevergoedingsbepaling.
Volgens dr. ir. H.P.F. Curfs van de
directie veehouderij en zuivel van het
Ministerie van Landbouw zullen de
komende jaren vooral de kleine var
kenshouders zonder grond stoppen.
De afgelopen tien tot vijtien jaar is
het aantal varkenshouders al met de
helft gedaald tot 36.000, maar dit
jaar was er een stagnatie in die da
ling, waarschijnlijk omdat veel var
kenshouders wilden afwachten of de
meststoffenregeling voor hen mis
schien gunstig was. Maar ook het
komende jaar zal onder invloed van
o.a. de meststoffenwet en de ontwik
keling van concurrende varkenshou
derijen in de zuidelijke buurlanden
het aantal varkenshouders afnemen
met 3 tot 4 procent. Curfs zei een en
ander bij de presentatie van de dis
cussienota "Varkenshouderij
1986-1990" dinsdag 9 december j.l.
in Den Haag.
Vrijdag 12 december 1986
Minder sla onder glas
aangeplant
In september jl. werd op 348 ha. met
de teelt van sla onder glas begonnen.
Dit is 43 ha. minder dan in septem
ber 1985. Per 1 oktober jl. bedroeg
de oppervlakte onder glas waarop
sla werd geteeld 397 ha tegen 423 ha
op dezelfde datum in 1985. Een en
ander blijkt uit het steekproefonder-
zoek "Tuinbouwge.wassen onder
glas" van het Centraal Bureau voor
de Statistiek.
Minister Ruding van Financiën is te
negatief over de geldelijke bijdrage
van Nederland aan de Europese Ge
meenschap. Financiële steun is no
dig voor sociale maatregelen en voor
bepaalde regio's, zodat de eenheid
van de markt blijft bestaan.
Vice-voorzitter Jaap van der Veen
van het Landbouwschap zei dit op
11 december in Den Haag op een
symposium bij het 40-jarig jubileum
van het Centraal Orgaan voor de
Economische Betrekkingen met het
buitenland. Juist Nederland, aldus
Van der Veen, is afhankelijk van de
uitvoer en doorvoer van veel pro-
dukten en dienstverlening aan de an
dere EG-landen. "Van Nederland
mag een constructievere opstelling
worden verwacht".
Volgens Van der Veen wekt de agra
rische export van Nederland behalve
bewondering ook jaloezie op in het
buitenland. "Die jaloezie is gevaar
lijk. Met name nu voor belangrijke
landbouwprodukten grote voorra
den zijn ontstaan, wordt in onze
richting gekeken. In deze sfeer is het
nodig attent te zijn op de kwaliteit
van onze produkten".
vraag advies aan
't is er verstandig verzekeren!
01100-38224
?i
De heer Richard Butler, voorzitter
van COPA, heeft in een ontmoeting
met de heer Michael-Jopling, voor
zitter van de E.G.-Raad verklaard
dat de producenten van rundvlees in
de Gemeenschap ervan overtuigd
zijn dat de voorstellen die de Com
missie heeft ingediend voor de melk
en rundvleessector, deze sectoren en
in het bijzonder de produktie van
kwaliteitsrundvlees, te gronde zullen
richten.
De voorzitter van COPA heeft dui
delijk aangegeven dat de drastische
voorstellen die uitsluitend zijn geba
seerd op budgettaire overwegingen
volkomen aanvaardbaar zijn voor
COPA en COGECA.
De heer Butler heeft de heer Jopling
uitgelegd dat gezien de huidige bij
zondere marktomstandigheden, als
ook met het oog op het stimuleren
van de consumptie en ter vermijding
van een verdere toename van de in
terventievoor raden, de rund
vleesproducenten uit de Gemeen
schap zelf voorstellen om tijdelijk de
interventie- en marktprijzen dichter
bij elkaar te brengen. Als tegenwicht
vragen zij een volledige compensatie
door de tijdelijke introductie van
een slachtpremie voor bepaalde cate
gorieën runderen, stieren en vaarzen
en een aanzienlijke verhoging van de
premie voor zoogkoeien.
De heer Butler hield Jopling voor
dat de situatie voor de sektor zal uit
lopen op een ramp,wanneer de
voorstellen van de Commissie door
de Raad zouden worden aanvaard.
C0PA/C0GECA en Amerikaanse Kamer van Koophandel dringen
aan op vermindering spanning EG VS
Tijdens de 15e ontmoeting tussen
COPA/COGECA en de Ameri
kaanse Kamer van Koophandel inza
ke landbouwaangelegenheden, ge
houden in november 1986 te Lon
den, hebben delegaties van beide zij
den van de Atlantische Oceaan
gesproken over de opzet van een ka
der ten einde spanningen op het ge
bied van de landbouw te ver
minderen.
Teneinde een aantal problemen op te
lossen, de landbouwinkomens te on
dersteunen en de kosten van aanpas
sing die boeren en aanverwante be
drijven zullen moeten dragen, tot
een minimum terug te brengen,
drongen de delegaties er bij hun re
geringen op aan maatregelen te ver
mijden die overproduktie stimuleren
en om programma's te aanvaarden
die passen bij hun specifieke om
standigheden. Deze zouden kunnen
omvatten: het tijdelijk uit produktie
nemen van grond, vervroegde uittre
ding van boeren en een stelsel ter sti
mulering van stopzetting van de pro
duktie, direkte produktie-kontröle,
ontwikkeling van alternatieve land-
bouwprodukties en afzetgebieden,
met inbegrip van non-food aanwen
dingen, toepassing van minder in
tensieve landbouwtechnieken, mi
lieubeschermingsmaatregelen, ont
wikkeling van toeristische en rekrea-
tieve faciliteiten en herbebossing.
Voorts bevelen de delegaties hun re
geringen aan te werken aan vermin
dering van spanningen tussen de VS
en de EG door het juist handelen bij
handelskonflikten met volledig
respekt voor bestaande GATT-
regelingen.