Boer plant onrendabele grond
aan met populieren
Landbouwschap hekelt praktijk
rond verkoop domeingronden
Kerstveiling Zetten
weer
indrukwekkend mooi!
Ook in 1987 overgangsregeling
mest in Noord- Brabant
G.S.: Brabant 2Vi ton voor landbouwonderzoek
Groen Grondig: agrarische informatie voor
geïnteresseerde leek
Enkele tientallen Brabantse boeren hebben bij Staatsbosbeheer afde
ling Noord-Brabant in Tilburg subsidie aangevraagd voor het plan
ten van populieren. Doordat de vraag naar populierenhout al jaren
groter is dan het aanbod, begint het - mede door de bestaande subsi
dieregeling voor "aanleg snelgroeiend bos" - langzamerhand lukra-
tief te worden, om ook op agrarische grond bosbouw te plegen.
Het nieuwe "gat in de markt" voor
de naar aanvullende inkomsten zoe
kende Brabantse boer wordt aange
wakkerd door de Nederlandse
Vereniging van Klompenfabrikanten,
van oudsher een grote afnemer van
populierenhout. Andere industrieën
beginnen echter grote konkurrenten
te worden. De papier-, maar vooral
de emballage- en palletindustrie zijn
zulke grootverbruikers van deze hout
soorten geworden, dat daar de tekor
ten van de laatste jaren op terug te
voeren zijn. De situatie is nu zo, dat
er jaarlijks tienduizenden kubieke me
ters populierenhout moet worden
geïmporteerd.
Dè populierenstreek van Nederland is
van oudsher het hart van Oost-
Brabant geweest. Daar, in klompen
centrum Sint Oedenrode, zetelt ook
de sekretaris van de Vereniging van
Klompenfabrikanten, de heer Jos Ge
vers. Hij vindt een populier te verge
lijken met een meerjarig gewas. "De
omlooptijd is tussen de 15 en 25 jaar.
Met zo'n korte omlooptijd kun je de
agrarische bestemming van een stuk
grond handhaven. Dat is belangrijk,
want een boer die zijn grond tijdelijk
niet nodig heeft, zal er toch moeite
mee hebben om de landbouwbestem-
ming er voorgoed af te halen".
Overigens wordt niet alleen bij de
agrarische wereld aangedrongen op
het planten van populieren. Sinds -
kort geleden - de Tweede Kamer het
Meerjarenplan Bosbouw heeft aange
nomen, wordt ook bij de overheid
enige aandrang in dié richting uitge
oefend. Gemeenten en provincies
zouden meer kunnen doen aan berm
beplanting. Dat is ook van belang
voor het behoud van een karakte
ristieke boom voor het landschap, die
toch langzaam maar zeker in aantal
vermindert.
Voor de boer die niet al zijn grond no
dig heeft ziet Gevers vooral mogelijk
heden in het aanplanten van
onrendabele tipjes grond van enkele
duizenden vierkante meters. Het be
planten met populieren van echt gro
te stukken grond is voor een boer -
zoals de heer Gevers eerlijk toegeeft
- nog lang niet aantrekkelijk. "Daar
voor is landbouwgrond nog veel te
veel waard. Zolang er nog 60 mille per
hektare voor wordt betaald, hoef je
over het planten van bomen niet te
piekeren. De rijkssubsidie bedraagt
op dit moment 3000 gulden per hek
tare en dat valt dus in het niet. Deze
situatie blijft bestaan tot melkquota
niet meer van de ene op de andere
boer kunnen worden overgedragen en
mest niet meer op andermans land
kan worden uitgereden".
Ook het Landbouwschap heeft al la
ten weten niet gelukkig te zijn met het
stimuleren van bosbouw bij de agra
riër, mede omdat er dan landbouw
grond (al dan niet tijdelijk) verloren
gaat. Dat er desondanks alleen uit
Noord-Brabant al enkele tientallen
subsidie-aanvragen liggen, bewijst dat
menig boer toch brood ziet in popu
lierenhout. Wellicht heeft dit te ma
ken met het feit dat de vraag naar dit
produkt het aanbod verre overtreft.
En voor een heleboel andere agrari
sche produkten geldt dit anno 1986 nu
eenmaal niet.
Een zeer geslaagde Kerstveiling Midden Betuwe in Zetten werd afgelopen za
terdagmiddag officieel geopend door de Burgemeester van Valburg de heer
A.J. Massink.
Er werden ook weer bekers uitgereikt en voor de 5e keer viel de wisselbeker
in handen van de heer G.C.M. Peters (secr.) die de beker nu mag behouden.
Dit jaar was er ook een aantal fruitmeisjes. Op bijgaande foto ziet U er
vijf in beeld te midden van het Hollands Fruit.
Foto Ab Westerbeek.
Het Landbouwschap heeft ernstige bezwaren tegen de rigoreuze in
komstenverhoging die de overheid wil realiseren via de extra verkoop
van domeingronden. In vergelijking met de vorige kabinetsperiode wil
de overheid thans ƒ25 miljoen meer innen, in totaal ƒ44 miljoen, via
de privatisering van grond.
De provinciale mestverordening in
Noord-Brabant blijft ook in 1987 het
gehele jaar van kracht. Om naar de
strengere, landelijke mestregelgeving
toe te groeien, wordt de provinciale
verordening volgend jaar wel enigs
zins strenger.
Met dit advies van de kommissies
land- en tuinbouw en milieuhygiëne
kunnen gedeputeerde staten van
Noord-Brabant verder werken. Hier
mee is voor de Brabantse boer wat
meer duidelijkheid ontstaan - er hoeft
volgend jaar niet met twee elkaar
deels overlappende verordeningen te
worden gewerkt - maar hij moet er
wel een prijs voor betalen. De mest-
normering voor varkens- en kippe-
mest wordt aangescherpt van 450
naar 400 kg fosfaat. De norm voor
rundvee- en kalverenmest blijft ge
handhaafd op 250 kg fosfaat.
De meeste woordvoerders lieten - in
de gekombineerde vergadering van de
beide statenkommissies, vorige week
vrijdag in Den Bosch - duidelijk blij
ken dat de uitzonderingspositie voor
hun mestrijke provincie hard nodig is.
Omdat het rijk er niet in slaagt de
nieuwe mestwet vóór 1 april 1987 ge
reed te krijgen, zouden de boeren tot
die datum de gelegenheid hebben om
aanzienlijk meer mest dan normaal
uit te rijden. Dat "gevaar" is gewe
ken als het provinciebestuur het ad
vies van de kommissies overneemt.
Een aantal statenleden pleitte zëlfs op
een nog scherpere norm voor water
wingebieden. Gedeputeerde De Geus
voelt daar wel voor. Ook hij drong
aan op een strengere normering,
vooral omdat de landelijke mestregel
geving op den duur toch de provin
ciale zal verdringen. En bovendien zal
volgend jaar toch ook met de Wet bo
dembescherming rekening moeten
worden gehouden; die treedt in ieder
geval op 1 januari a.s. in werking.
Overigens heeft de overgangsregeling
in Noord-Brabant nog steeds de sta
tus van ambtelijk voorstel, dat door
ambtenaren in Den Haag en Den
Bosch in elkaar is gezet. De ministers
Braks en Nijpels moeten er nog hun
fiat aan geven. Op het Bossche pro
vinciehuis gaat men er gemakshalve
van uit, dat ze dat ook doen.
Volgens het Landbouwschap zet de
ze handelswijze het saneringsbeleid in
de oudere domeingebieden onder
zware druk. Ook vreest het Land
bouwschap dat de uitgifte van nieu
we landbouwgrond in Flevoland niet
langer in de eerste plaats dient om
knelsituaties op het oude land op te
lossen.
Landbouwschap wil dat het tot nu toe
gevoerde beleid, namelijk dat van
pacht vrijkomende grond wordt ge
bruikt voor bedrijfsvergroting van
omliggende kleinere akkerbouw- en
veehouderijbedrijven, wordt voortge
zet. Dit geldt zowel voor de oudere
IJsselmeerpolders als voor het oude
land. Bij een bedrijfsvergroting tot 30
hektare moet de agrarische onderne
mer de keuze hebben uit pacht, erf
pacht of koop, aldus het
Landbouwschap. Bij een bedrijfsop-
pervlakte van meer dan 30 hektare
zou de bedrijfsvergroting via koop ge
realiseerd kunnen worden.
Het Landbouwschap vindt dat de
voor een bedrijfsvergroting in aan
merking komende ondernemers onder
te zware druk worden gezet als zij al
leen de mogelijkheid hebben om de
grond tegen de getaxeerde vrije ver-
keerswaarde te kopen. Alleen als de
bank weigert mee te werken bij de fi
nanciering is overdracht op pachtba-
sis bespreekbaar.
Uitgiftebeleid
De komende zes jaar is de overheid
van plan om slechts een uitgifte van
600 hektare te realiseren in Zuidelijk
Flevoland, dit inklusief de kavels die
in het openbaar worden verkocht om
de ƒ44 miljoen te realiseren. Hierdoor
wordt de bijdrage aan de struktuur-
verbetering van bedrijven op het oude
land opnieuw kleiner. Nu de beslis
sing over nieuwe landbouwgronden in
de Markerwaard opnieuw is uitgesteld
moeten de nog voor uitgifte aanwe
zige gronden maximaal worden benut
voor de verbetering van de verkave
ling van en werkomstandigheden op
de bedrijven op het oude land.
Hel Landbouwschap is er daarom
voorstander van dal er een beperking
komt van de verkoop van grond bui
ten het uitgifteplan om en vindt het
gewenst dat de motie Van Noord vol
ledig wordt uitgevoerd. In deze mo
tie wordt de overheid gevraagd ook
de voor verkoop aan te bieden do
meingronden toe te wijzen aan gega
digden die onder meer een redelijke
bijdrage leveren aan de struktuurver-
betering van de landbouwbedrijven in
hun omgeving.
Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant hebben besloten het In
stituut voor Toegepaste Sociale
Wetenschappen (ITS) in Nijmegen
opdracht te geven een onderzoek
in te stellen naar de ruimtelijke ge
volgen van de heroriëntatie in de
Brabantse landbouw. Aan het on
derzoek is een maximum subsidie
gesteld van ƒ255.000,—.
De produktiebeperkende maatre
gelen op EG-niveau en de over
heidsmaatregelen om het
mestprobleem terug te dringen,
nopen de Brabantse landbouw tot
een heroriëntatie, aldus het colle-
Met ingang van 1 februari 1987 zal
ir. Frits W.A. Vink benoemd wor
den tot consulent voor de rundvee
houderij te Waalre.
Hij volgt daarmee ir. H.J. van der
Locht op. De heer Van der Locht zal
met ingang van 1 januari a.s. be
noemd worden tot consulent voor de
ge van GS. Het ruimtelijk beleid
kan - samen met het ekonomische,
het milieuhygiënische en het land-
inrichtingsbeleid - de voorwaar
den scheppen voor een gezonde
verdere ontwikkeling van de
landbouw.
GS proberen met dit onderzoek
inzicht te krijgen in de feitelijke en
de te verwachten situatie in de ver
schillende regio's van Noord-
Brabant afzonderlijk. Definitieve
resultaten van het onderzoek op
de Nijmeegse universiteit moeten
in de zomer van 1988 beschikbaar
zijn.
varkens- en pluimveehouderij te
Arnhem.
De heer Vink (geboortedatum 14 juli
1954) studeerde in september 1977 af
aan de toenmalige Landbouwhoge
school in Wageningen, richting Zoo
techniek. Hij trad op 15 maart 1977
in dienst bij het Consulentschap in
Algemene Dienst voor de Pluimvee
houderij in Zeist als onderzoekcoör-
dinator, waarna hij met ingang van
1 februari 1980 bij de direktie Vee
houderij en zuivel te 's-Gravenhage
tewerkgesteld werd. Op 1 oktober
1983 werd de heer Vink geplaatst bij
het Consulentschap voor de Rund
veehouderij en de Akkerbouw in
Noord-West Friesland. Ir. Frits
Vink is een zoon van de in Son en
Breugel wonende oud-secretaris van
de ZLM-afdeling Nuenen/Valkens-
waard de heer G. Vink.
Speciaal telefoonnummer voor
veehouders met "mestvragen"
Veehouders die problemen hebben
met de verplichte invulling van het
vragenformulier waarop zij moeten
aangeven hoeveel mest er op hun be
drijf wordt geproduceerd kunnen tus
sen 5 en 30 januari 1987 terecht op
een speciale telefoonlijn.
Het gaat om een zogeheten
06-nummer, waarvan de gespreks
kosten overigens voor rekening van de
bellende melkveehouder komen, zo
heeft het ministerie van landbouw en
visserij vrijdag meegedeeld.
De 06-lijn (het nummer is 06-8991144)
is bezet van acht uur 's ochtends tot
vijf uur 's middags. De veehouder
kan er alleen met algemene vragen te
recht, gaan zij daarmee naar bedrijfs-
voorlichters of
distriktsbureauhouders dan worden
zij doorverwezen naar de speciale te
lefoonlijn. Op vragen over onderde
len van de mestwetgeving die op of na
1 april van kracht worden zullen zij
op dat nummer geen antwoord krij
gen, Daarvoor belegt het ministerie in
februari en maart een groot aantal
voorlichtingsbijeenkomsten in het ge
hele land.
Ir. F.W.A. Vink benoemd tot Consulent voor de
Rundveehouderij te Waalre.
Groen Grondig is de titel van
een nieuw televisieprogramma,
dat op maandag 5 januari 1987
bij de TROS zijn eerste afleve
ring beleeft.
In Groen Grondig worden
agrarische onderwerpen op een
plezierige en voor iedereen toe
gankelijke manier behandeld.
Het wordt een programma vol
tips, konsumenten- en produkt-
informatie. Uitgangspunt daar
bij is, dat de agrarische sektor in
de breedste zin veel interessant
nieuws te bieden heeft en dat da
gelijks miljoenen mensen in die
sektor werkzaam of er indirekt
bij betrokken zijn.
De talloze boeiende ontwikkelin
gen, die voor ons land ook eko-
nomisch van groot belang zijn,
leveren voor de konsument vaak
belangwekkende informatie op
op het gebied van zuivel, vlees,
vis, planten en bloemen, pluim
vee, akkerbouw, groente en
fruit.
Naast het aandragen van infor
matie wil Groen Grondig een
bijdrage leveren aan het slaan
van een brug tussen de boer en de
stadsmens, tussen het platteland
en de randstad. Want bij veel van
de 900.000 mensen, die op één of
andere manier hun dagelijks
brood verdienen in de agrarische
wereld, leeft sterk het gevoel, dat
de rest van Nederland maar wei
nig weet heeft van hun werk.
4
Vrijdag 12 december 1986