In nieuwe Algemene voorwaarden
contractteelt zaaiuien stikstof-
onderzoek verplicht gesteld.
Het optreden van
Rhizomanie in 1986
Knolcyperusbestrijding levert resultaat
op én helpt mensen aan werk
Rektifikatie 'efficiënte
zaaiapparatuur'
Kiemkracht
Stugge aanpak ook komende jaren nodig
Stichting voor landbouw en industrie
Sinds vorige maand zijn er nieuwe Algemene voorwaarden voor de
contractteelt van zaaiuien (AVZ) van kracht. Deze hebben tevens be
trekking op de in- en verkoop uit opslag van zaaiuien. In de nu gel
dende spelregels is opnieuw een stap gezet in de richting van een kwa
liteitsverbetering bij de uienteelt. Zowel aan de kwaliteit van het per
ceel waarop de uien geteeld worden als aan het zaaizaad c.q. de uien
zelf worden strengere eisen gesteld.
ft
Een daarvan is dat bij de contract
teelt op basis van de AVZ een
stikstofonderzoek op het perceel
waar de uienteelt plaatsvindt ver
plicht is. In de teeltvoorwaarden is
vastgelegd dat de bemesting met zui
vere stikstof maximaal 150 kilo mag
zijn. Hierbij geldt bovendien dat de
bodemvoorraad aan stikstof en de
bemesting samen niet boven de 180
kilo per hectare mag komen. Vol
gens Goos Cardol, secretaris van de
commissie voor Consumptie
aardappelen en Uien van het Land
bouwschap, was het alternatief een
opbrengstplafond in de vorm van
een hectarecontract. "Zowel door
de telers als door de handel wordt er
kend dat het opvoeren van de kilo
opbrengsten per hectare nu niet di
rect een positieve invloed heeft op de
kwaliteit van het produkt. Het heeft
geen zin om alleen maar kilo's te te-
Op het bedrijf van de familie A.G.
Haasen in het Brabantse Heusden is
dit jaar opnieuw knolcyperus aange
pakt. Dit gebeurde pleksgewijs met
rugspuiten en onkruidstrijkers. De
schade aan het gewas is op deze ma
nier beperkt. Haasen is meer tevre
den over deze aanpak. "Als een
bestrijdingsploeg komt weet ik zeker
dat het werk gebeurt. Als onderne
mer moet je het tussen de dagelijkse
dingen door doen en dan blijft het te
vaak liggen". Als gevolg van het
werk van de bestrijdingsploeg is het
voor Haasen mogelijk om zelf een
goede controle uit te oefenen op
nieuwe besmettingen. Op het perceel
waar knolcyperus is geconstateerd
staat nu mais. Gewassen waarvan de
ondergrondse delen worden geoogst
mogen niet verbouwd worden. Het
betekent een stevige beperking in het
bouwplan terwijl tegelijkertijd het
rendement van o.a. een beregenings-
sinstallatie binnen de bedrijfsvoe
ring minder wordt.
Resultaat
De percelen in Brabant en Limburg
die vorig jaar zijn meegenomen in
In het vorige week geplaatste artikel
'Wilhelminapolder bedient zich van
zeer efficiënte zaaiapparatuur' zijn
enkele zaken onjuist weergegeven.
De zaaikombinatie is niet, zoals ver
meld, door Vicon ontwikkeld, maar
door Lely Industries NV te
Maasland.
De zaaikombinatie bestaat uit een 6
m brede Lelyterra eg met een gedeel
telijk opgebouwde Accord zaaima-
chine. De Lelyterra is hydraulisch
opklapbaar voor transport.
len, de kwaliteit moet ook aanwezig
zijn". Volgens Cardol laat de grens
van 180 kilo zuivere stikstof nog vol
doende ruimte voor de uientelers
binnen de eigen bedrijfsvoering. De
algemene voorwaarden sluiten het
gebruik van dierlijke mest uit. Het
nog in de kinderschoenen staan van
kwaliteitscriteria voor mest is er aan
leiding voor geweest om dit te doen.
Cardol: "Als er een betrouwbare
methode is wardoor bepaald kan
worden wanneer bij toepassing van
dierlijke mest in elk geval de grens
van 180 kilo zuivere stikstof niet
wordt overschreden kunnen de teelt-
voorwaarden ieder moment worden
aangepast.
Nemen teler en afnemer de beslissing
om op basis van de AVZ met elkaar
in zee te gaan dan accepteren zij bei-
het bestrijdingsplan zijn dit jaar op
nieuw aangepakt. Op deze percelen
is de besmetting met knolcyperus
met 50 tot 60 procent teruggelopen.
Volgens de heer Emonts, coördina
tor van het project in de twee zuide
lijke provincies, komt 95 procent van
de besmetting met knolcyperus voor
op percelen waar nu mais staat.
Daarnaast is een besmetting waarge
nomen op percelen met asperges,
erwten en bonen. Het aantal bedrij
ven dat dit jaar meedraaide in de
knolcyperusbestrijding bedroeg bij
na 180, wat een stijging van 20 pro
cent betekent ten opzichte van vorig
jaar. Opgesplitst naar regio lagen
136 bedrijven in het zuiden van het
land en 40 in Noord-Holland. Het
grotere aantal bedrijven betekent
niet dat de knolcyperusbesmetting is
toegenomen. Integendeel, doordat
de bestrijding op andere bedrijven
resultaat oplevert was het mogelijk
om percelen die vorig jaar niet in het
project opgenomen konden worden
nu wel mee te nemen bij de
bestrijding.
Van de 336 bedrijven die aan het be
gin van het teeltseizoen in Brabant
en Limburg zijn aangeschreven heb
ben er 191 positief gereageerd. Uit
eindelijk zijn hiervan 136 bedrijven
meegenomen in de bestrijding. Het
verschil is ontstaan doordat sommi
ge percelen te zwaar besmet waren.
Dat wil zeggen dat de besmetting ho
ger is dan tien procent van de percee
loppervlakte. De ondernemer dient
in een dergelijke situatie eerst zelf de
handen uit de mouwen te steken.
Een tweede criterium waardoor er
minder bedrijven zijn meegenomen
in het bestrijdingsplan is dat het ge
was zich ook moet lenen voor een
handmatige bestrijding. Dit is niet
het geval bij grassen en granen, mais
uitgezonderd. Om de drie weken
den dat het zaaizaad aan de minimum
eisen van de NAK-G moet vol
doen. Deze hebben betrekking op de
raszuiverheid en de gezondheid van
het uienzaad. Het zaaizaad moet te
vens een behandeling hebben gehad
tegen koprot, een ziekte die aanzien
lijke bewaarverliezen tot gevolg
heft. Belangrijk is dat het zaad een
kiemkracht heeft van minstens 80
procent, voorzien is van een NAK-G
label en dat in het contract het ras en
de zaadvorm omschreven zijn. De
kosten van het eventuele grond-
monsteronderzoek, het zaaizaad,
het zaaien en de verzorging van het
gewas zijn voor rekening van de
teler.
Onder normale omstandigheden,
dat wil zeggen geen overmacht, gaat
het risico van teler op de afnemer
over op het moment van aflevering.
Dit kan franco op het vervoermiddel
op het erf van de teler of op het
dichtst bij het perceel gelegen ver
harde weg. Evenals bij de levering
van suikerbieten is de afnemer ver
plicht voor iedere vracht uien een
ontvangstbewijs aan de teler af te ge
ven. Binnen een week na levering
moet hij de teler schriftelijk het gele
verde gewicht laten weten.
Op percelen waar knolcyperus is ge-
konstateerd mogen geen gewassen
worden verbouwd waarvan de on
dergrondse delen worden geoogst.
Dat betekent wel een behoorlijke be
perking in het bouwplan terwijl tege
lijkertijd het rendement van o.a. een
beregeningsinstallatie binnen de be
drijfsvoering minder wordt.
wordt een perceel waarop knolcype
rus is geconstateerd nagelopen. Aan
deze cyclus wordt vastgehouden om
dat het een wezenlijk onderdeel is
van de bestrijding gedurende het
groeiseizoen. Het rotatieschema van
drie weken is een vaststaand gege
ven, waardoor de totale oppervlakte
(dit jaar 380 hectare in het Zuiden en
87 hectare in Noord-Holland) die
aangepakt kan worden min of meer
vastligt. In Brabant en Limburg was
dit seizoen nog wel plaats geweest
voor een extra bestrijdingsploeg van
vier man.
Ook in 1986 heeft de Rhizomanie
zich weer in alle besmette gebieden
volledig gemanifesteerd, waaruit
blijkt dat deze ziekte geen éénmalig
verschijnsel is dat uitsluitend voor
komt onder voor ons land ekstreme
kondities. De zwaarste aantastingen
komen voor op percelen met een
overmaat aan water. Dat zegt de
heer W. Heijbroek in een artikel in
het oktobernummer van het
'Maandblad Suiker Unie'.
In de meeste besmette percelen is de
verspreiding van de Rhizomanie erg
onregelmatig, aldus Heijbroek,
naast zeer zwaar zieke planten ko
men ook ogenschijnlijk gezonde
planten voor. Na voorzichtig uitgra
ven blijkt dan echter dat deze laatste
wel degelijk ziekteverschijnselen aan
de wortels vertonen. 'Wellicht wordt
deze onregelmatigheid veroorzaakt
door verschillen in het tijdstip waar
op de infektie heeft plaatsgevonden.
Tevens is duidelijk gebleken dat
door een overbemesting de blad-
Marktoverzicht uien
Er zijn duidelijke aanwijzingen dat
het uienseizoen '86/'87 beter zal ver
lopen dan het voorgaande. Niet alleen
in Nederland maar ook in diverse an
dere landen is het aanbod kleiner. Bo
vendien is het weer in ons land
zodanig geweest dat er nu in de
meeste gevallen een goede kwaliteit
Nederlandse uien in de bewaarplaat
sen ligt.
Er zijn tot op heden vrijwel evenveel
Nederlandse uien verhandeld als vo
rig seizoen; het prijspeil was hoger.
Wel is er zoals meestal sprake geweest
van een geleidelijke prijsdaling. Sinds
medio oktober is er echter een einde
gekomen aan die prijsdaling, veel eer
der dan normaal.
De indruk is dat de oogst dit seizoen
in diverse landen kleiner is geweest
Op vrijdag 26 september jl. werd te
Wageningen opgericht de "Interna
tionale Stichting Ontwikkeling Nieu
we Derivaten Agrarische Produkten"
(SONDAP). De Stichting stelt zich
ten doel - o.a. door het doen verrich
ten, steunen en stimuleren van onder
zoek - de ontwikkeling, teelt en
commercialisering van nieuwe land
bouwgewassen en agrarische produk
ten te bevorderen. Zich bewust van
het feit, dat "de landbouw veelal niet
weet wat de industrie wil en de in
dustrie niet wat de landbouw kan",
beoogt SONDAP het raakvlak van
landbouw en industrie, in het belang
van beide te versterken. Zij wil daar
toe "klankbord" en "doorgeefluik"
zijn voor al diegenen, die belangstel
ling hebben voor de ontwikkeling van
nieuwe landbouwgewassen en daaruit
te winnen grondstoffen en produkten.
De Stichting zoekt daartoe de samen
werking met instellingen, bedrijven en
personen, die geïnteresseerd zijn in en
gediend zijn met een versnelde ont-
symptomen worden gemaskeerd,
maar de woekeringen van het wor
telstelsel worden daarmee niet tegen
gegaan. Zo kan het voorkomen dat
een volledig groen gewas een zwaar
aangetast wortelstelsel bezit. De in
druk bestaat, dat dit jaar in de
besmette percelen niet alleen met een
laag suikergehalte maar ook met een
belangrijk lagere wortelopbrengst
rekening moet worden gehouden.
De mate van aantasting is dus zeker
niet geringer geweest dan in voor
gaande jaren, zo stelt Heijbroek.
Tenslotte schetst hij de noodzaak at
tent te blijven.
'Gebaseerd op de gedurende drie ja
ren opgebouwde ervaringen, kan
worden gesteld dat een verdere uit
breiding van Rhizomanie in Neder
land tot de mogelijkheden behoort.
Dit betekent dat onderzoek en voor
lichting hieraan alle zorg en aan
dacht moeten blijven besteden om
verdere uitbreiding in de hand te
houden'.
dan in voorgaande seizoenen. Van
Nederland is bekend dat de bruto-
oogst van zaaiuien circa 10 procent
kleiner geraamd wordt dan vorig jaar.
Dit voornamelijk vanwege een in
krimping van het areaal tot rond
11.000 ha.
Het aanvankelijke optimisme met be
trekking'tot een goede kwaliteit uien,
die de bewaarplaatsen is ingegaan, is
getemperd. De laatste dagen is het
beeld gewijzigd. Bij diverse partijen
is er vermoedelijk een halsschimmel
gekonstateerd, die overgaat in hals-
en koprot. De weersomstandigheden
die voor het binnenhalen van de uien
zo goed waren, bleken ook bevorder
lijk voor de ontwikkeling van ge
noemde ziekte. Van de niet aangetaste
partijen is de kwaliteit echter wel dui
delijk beter dan in het vorige seizoen,
meldt het Produktschap voor Groen
ten en Fruit.
wikkeling van nieuwe agrarische ge
wassen en de daaruit te ontwikkelen
derivaten en produkten. Het
korrespondentie-adres van de Stich
ting is: Stichting SONDAP, Postbus
7015, 3502 KA Utrecht.
Dyfonate 25 EC, tegen smalle
graanvlieg
Ligtermoet herintroduceert het pro
dukt Dyfonate. Dit middel werkt te
gen de smalle graanvlieg.
De made van de graanvlieg veroor
zaakt de-schade.
Een zaaizaadbehandeling met Dyfo
nate gaat de vreterij door de made
tegen. Voer de behandeling zo kort
mogelijk voor het zaaien uit na de
behandeling met een fungicide.
Naast deze behandeling van zaai
zaad is Dyfonate ook toegelaten in
kool, tegen de koolvlieg. Zowel een
volveldsgrondbehandeling op het
plantenbed als een plantvoetbehan-
deling is mogelijk.
In Noord-Brabant, Limburg en Noord-Holland is voor het tweede
achtereenvolgende jaar de knolcyperus met de hand bestreden. Als
onderdeel van een werkgelegenheidsplan konden in het Zuiden 24
mensen aan de slag, terwijl in het Westen vier personen de strijd aan
bonden met het hardnekkige onkruid. De handmatige aanpak van de
knolcyperus geeft aantoonbare resultaten. Voordeel van een tweede
achtereenvolgend jaar waarin bestrijding plaatsvindt is dat er op ba
sis van cijfermateriaal een vergelijking kan worden gemaakt.
8
Vrijdag 31 oktober 1986