Kwaliteitsbehoud bij het rooien van aardappelen Voor afzet vlas (produkten) nog veel research vereist Nu het grootste deel van de verzorgingswerkzaamheden aan onze ge wassen weer achter de rug is, wordt het tijd ons weer te konsentreren op de oogstwerkzaamheden en de voorbereidingen die hiermee sa menhangen. Nog meer dan bij andere gewassen, speelt bij de aardappeloogst de rooibeschadiging een steeds belangrijkere rol. De uitbetaling gebeurt immers in veel gevallen mede op basis van kwaliteit, die in hoge mate bepaald wordt door de aanwezigheid van stootblauw en onderhuidse beschadigingen. Uitwendige beschadiging vormt een eenvoudige invalspoort voor al lerlei bakteriën en schimmels. Met loofklappers moet de grootste massa loof worden verwijderd terwijl in de geulen alles opgeruimd moet worden. Hiervoor is o.a. een voldoende groot lengteverschil van de werkende delen nodig. De werkbreedte moet passen bij die van de pootmachine. Het optreden van beschadiging tij dens het rooien wordt naast de rooi- techniek mede bepaald door de keu ze en het resultaat van de diverse teeltmaatregelen, die beginnen met de hoofdgrondbewerking, vooraf gaand aan de teelt. Momenteel valt er aan deze teelt maatregelen echter niets meer te ver anderen en is het zaak een zo goed mogelijk produkt boven de grond te krijgen. - Optreden beschadiging De mate waarin rooibeschadiging optreedt is afhankelijk van twee aspekten, te weten: - de omstandigheden van weer en grond tijdens het rooien; - de uitrusting en afstelling van trek kers en de rooimachine. Weer en grond Wanneer u moet rooien in droge grond met veel harde kluiten, kan op grote schaal ernstige rooibeschadi ging optreden. Onder deze kondities dient u zeer voorzichtig te rooien. Bodemtemperaturen onder 8°C ge ven aanleiding tot het optreden van stootblauw. Omdat zich dit meestal alleen 's morgens vroeg kan voor doen, is het voldoende in die geval len nog enige uren te wachten met rooien. Machines De afstelling en uitrusting van trak- toren en rooier is, ook indien grond en weerskondities optimaal zijn, sterk bepalend voor het optreden van rooibeschadiging. De praktijk heeft uitgewezen dat beschadiging nauwelijks bepaald wordt door merk en type van de gebruikte rooier. Het loofklappen Veel loof in de rooier geeft aanlei ding tot verstoppingen, rooiverlie- zen en beschadiging van de knollen. Van de andere kant is het natuurlijk zo dat alle loof en onkruid wat U niet op de rooier krijgt, ook niet meer afgescheiden hoeft te worden. Om een goede werking van de loof- rollen te krijgen, moeten de stengel- resten na het loofklappen tenminste 10-15 cm lang zijn. Dit betekent een nauwkeurig afgestelde klapper met een voldoende groot lengteverschil tussen de klepels. In de praktijk betekent dit een nood zakelijk lengteverschil, gelijk aan de gemiddelde hoogte van de aardap pelruggen. Bij veel machines is het verschil te klein geworden ten gevol ge van slijtage! De rooimachines In het algemeen kan gesteld worden dat beschadiging optreedt doordat de aardappelen obstakels tegenko men, terwijl ze in beweging zijn en door klappen van bewegende machi nedelen. De afstellingen van de machines en de rooimethode dienen er dus op ge richt te zijn het optreden van botsin gen en richtingsveranderingen zoveel mogelijk te beperken. Voordat de aardappelen op de rooi er zijn, kan beschadiging reeds plaatsgevonden hebben door niet passende spoorbreedten en/of te brede banden van trekkers en rooier. Houd er rekening mee dat banden die tussen de ruggen door moeten rijden maksimaal 25 cm breed mo gen zijn (in het ideale geval dus 9,5 inch). De opname Naarmate de schijfhouders verder van elkaar staan, wordt er meer grond door de machine opgenomen. Deze kan minder goed zeefbaar zijn. Ook de kans op opname van over tollig loof wordt groter. Tracht daarom te streven naar een afstand tussen de schijven van circa 50 cm en een afstand tussen scharen en schij ven van maksimaal 2,5 cm. De scharen moeten zodanig af gesteld staan dat een vloeiend ver loop ontstaat naar de eerste ketting. Scheiding De beste bescherming voor de aar dappelen op de zeefketting vormt de omringende grond. Het is daarom zo belangrijk dat deze grond niet eerder is uitgezeefd dan aan het einde van de eerste ketting. Om dit te bereiken is het noodzake lijk dat de rijsnelheid en kettingsnel heid goed op elkaar zijn afgestemd. De ketting moet zo langzaam moge lijk draaien, onder behoud van vol doende zeefwerking en voldoende afvoer van de knollen. Langzaam draaien hoeft dén niet di- rekt samen te gaan met een lage ka- paciteit. De vuistregel is nog steeds: kettingsnelheid ongeveer gelijk aan de rijsnelheid. Uit oogpunt van beschadiging dient het gebruik van kloppers of schud- ders tot een minimum beperkt te blijven! Bedenk dat kloppers uitsluitend die nen voor het verwijderen van slecht zeefbare losse grond en niet voor het breken en verwijderen van kluiten De huidige teelt van vezelvlas in West-Europa heeft de laatste decen nia regelmatig bewezen begrensd te worden door de afzetmogelijkheden op een betrekkelijk kleine ve- zelmarkt. Er is een konstante afzet van 30.000 ton lange vezel in de klassieke spin nerij, waarvan de internationale vlaslinnenorganisatie nog een groei verwacht van, mogelijk, een verdub beling in het jaar 2000. De rest van de huidige produktie van lange en korte vezel, ruwweg 70.000 ton, vindt grotendeels afzet naar de kortvezelspinnerij. Groeimogelijkheden in deze tekstiel- aanwendig zijn waarschijnlijk slechts mogelijk in konkurrentie met katoen. Een handikap daarbij is, dat het aanbod van vlasvezel geen standaard kodificering van kwaliteiten (meer) kent. Konstante kwaliteit Ook een aanbod van konstante kwa liteit is bevorderlijk voor de afzet. Om vlas in veel grotere hoeveelhe den dan thans in menggarens te doen verwerken met kunstvezels, is de aanlevering van konstante kwaliteit een eerste vereiste. Het toepassen van nieuwe technologiën in de vezel die groter zijn dan de doorvalope- ningen in de ketting. De kettingspijlen Wanneer de grond is uitgezeefd, is knolbeschadiging snel mogelijk. Het is daarom noodzakelijk om na de eerste ketting tie kans op botsingen tussen de aardappelen en harde ma chinedelen te beperken. Naast het bekleden van de ket tingspijlen op de konventionele ma nier, is dit sinds een aantal jaren ook mogelijk met luchtgevulde materia len. Ondanks de aanzienlijke prijs, lijkt het zeker de moeite waard de aanschaf van deze luchtkussenbekle ding te overwegen wanneer u denkt over nieuwe kettingen of een nieuwe rooier. Een andere steeds terugkerende bron van beschadiging vormen de pen- bereiding zou hier een belangrijke rol kunnen spelen. Een verandering van de marktstruk- tuur lijkt hier geboden. Een termijnmarkt voor vlasvezels op basis van internationaal gekodifi- ceerde standaardkwaliteit, zou aan deze problemen tegemoet kunnen komen. Meer prijsstabiliteit, die hiervan het gevolg zou zijn, zou bo vendien de teelt minder spekulatief maken en daarmee voor de meeste boeren aantrekkelijker. Afzet De afzet van vlas in mengingen met kunstvezels vereist nog veel research en produktontwikkeling. Een tweede afzetrichting voor vlas vezel is die in de non-wovens. In de eerste plaats is hierbij te denken aan papier. In Frankrijk is een konstante ver werking van enkele duizenden hek- taren vlas (naast hennep) in de pa pierindustrie, met name sigaretten papier. In Noord-Amerika, met na me in de noordelijke staten, wordt vlas verwerkt in bankpapier. In de zuidelijke staten, in het Verenigd Koninkrijk en ook in Nederland ont leent het geld zijn slijtvastheid aan de verwerking van katoenvezel. Daar de samenstelling van papier- nenrollen of verdelers. Hiervoor geldt hetzelfde als voor de klopper inrichting: tracht het gebruik zoveel mogelijk te beperken. Let U er te vens op dat ook deze onderdelen goed zijn bekleed. De valhoogte Naast botsingen kunnen ook forse beschadigingen optreden ten gevolge van te grote verliezen. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan de over gang ketting- reinigingsrollen en het omhoog voeren van de aardappelen op de egelband voordat ze terugval len op de afvoerband. In het algemeen kan worden gesteld dat de valhoogte maksimaal 40 cm mag bedragen. Probeer daarom de zwanehals van de wagentransporteur zo ver moge lijk in de wagen te brengen. Dit vergt geld wettelijk is geregeld, zou ver vanging van het percentage katoen door vlasvezel een nieuw perspektief kunnen bieden. Nadere research is gewenst om ver werking van vlas in mengvormen met andere materialen te bestude ren. Interessant in dit verband zijn aktiviteiten in Denemarken, waar wordt gewerkt aan verwerking van vlas ter vervanging van asbest in (dak)bedekkingsplaten. Ook in Duitsland richt het onderzoek zich o.a. op aanwending van vlas in dit soort richtingen, terwijl in Neder land zelf ook bij bepaalde in dustrieën plannen worden ontwik keld voor gebruik van vlasvezel als lagering van vliezen. Lijnzaad De industriële verwerking van lijn zaad in Nederland richt zich op aan wendingen van lijnolie in met name de linoleum- en de verfindustrie. In 1984 ging het om circa 20.000 ton ruwe lijnolie, geheel afkomstig van import. Om de binnenlandse behoefte te dekken zou ofwel 20.000 ha olievlas moeten worden geteeld, uitgaande van circa 2.500 kg/ha lijnzaadop brengst met 38 a 39% winbare olie, ofwel circa 35.000 ha vezelvlas met 1.400 kg/ha lijnzaadopbrengst. Voor een rendabele industriële ver werking is een nader te bepalen aan bod van lijnzaad nodig, terwijl voor al voor een geregelde teelt de konti- nuïteit gewaarborgd dient te zijn. Produktiesteun op grond van de E.G.-marktordening lijkt onont beerlijk. Afname door de industrie is slechts te verwachten tegen prijzen die konkurreren met de wereld marktprijs. Nader overleg is gewenst over de ge wenste marktstruktuur om vraag en uiteraard wel nauwkeurig rijden van de meerijdende wagen. Het gebruik van valbrekers, in welke uitvoering dan ook, kan alleen maar bijdragen aan een goed resultaat. Een kleine valhoogte heeft alleen zin wanneer dit gebeurt in kombinatie met een voldoende lage band snelheid. Streef naar een snelheid van maksi maal 40 m/min. Tenslotte Uit het voorgaande moge duidelijk zijn dat het van belang is wanneer u de kettingsnelheden van uw rooier kent. Alleen dan is optimale afstemming van de rijsnelheid en kettingsnelheid mogelijk. Om de kettingsnelheden van de rooi er te weten te komen is de volgende methode goed bruikbaar: 1. Stel de rijsnelheid van uw trekker vast bij 540 aftakastoeren in de ge bruikelijke landversnellingen. 2. Drijf de rooier aan met 540 toeren en stel het aantal omwentelingen per minuut van de kettingen vast. 3. Meet de lengte van de resp. kettin gen en bereken hieruit de snelheden in meters/minuut. Stel met name de snelheid van de wagentransporteur vast! Herhaal de procedure met andere poelies, ande re tandwielen enz. Na de rooier vormen kippers, stort bak, transporteurs een fikse bron van beschadiging. Nog meer dan op de rooier geldt ook hier het devies: beperk de valhoogte (maks. 40 cm) en beperk de bandsnelheden (maks. 40 m/min). Met voldoende goede wil en inzicht, moet het mogelijk zijn uw inspan ningen gehonoreerd te zien in een betere kwaliteit en dus een betere prijs voor uw produkt. CAT Barendrecht J. Stallen aanbod op elkaar af te stemmen. Nader onderzoek is nodig naar teelt- methoden, gericht op oogstzeker- heid en zaadkwaliteit. Nieuwe perspektieven Nieuw perspektief biedt mogelijk de ontwikkeling van nieuwe rassen. Naar verluidt bevatten nieuwe ras sen in Nieuw-Zeeland een zodanig li- noleenzuurgehalte dat lijnolie voor menselijke konsumptie kan worden gewonnen. Onderzoek hiernaar is gewenst. De aantrekkelijkheid van de teelt van (olie)vlas kan worden vergroot, naarmate het bijprodukt stro renda beler kan worden verwerkt. Het gaat hierbij voornamelijk om de vezel, waarvan veel olievlasrassen nog aan zienlijke percentages (15 tot 20%) bevatten. Bij een stro-opbrengst van 4 a 5.000 kg/ha, gaat het om 600 a 1000 kg vezel per ha. Voltooïng van het research-projekt bij het IBVL, gericht op bovenbe doelde stro-verwerking kan aanwij zingen geven voor oogst- en verwer kingssystemen. Uienbedrijven Mol groep definitief naar Suiker Unie Suiker Unie Holding B.V. te Breda heeft in het kader van haar basisver breding in de industriële verwerking van akkerbouwprodukten op maan dag 1 september 1986 definitieve overeenstemming bereikt inzake de overname van de handelsmaatschap pij Gebr. Mol B.V. en Mol Products B.V. in 's-Gravenpolder. De Mol-groep verhandelt en ver werkt 50.000 ton uien per jaar, dat is 10 procent van de Nederlandse uie- noogst, en bereikt daarmee een om zet van 35 miljoen gulden. Eerder was al aangekondigd dat voor de 150 personeelsleden van de Mol-vestigingen in 's-Gravenpolder, Emmeloord en Swifterbant de over name geen gevolgen zal hebben. De huidige vlassektor in Nederland, mede gezien de investeringsge neigdheid en de afzetperspektieven voor (zaai)lijnzaad en vlasvezel op de traditionele markt is levensvatbaar, mits de investeringsfacili teiten gelijk worden getrokken met die in de konkurrerende landen zoals België en Frankrijk. Voor de kontinuïteit is voortzetting van de vlaspromotie en teelton- derzoek noodzakelijk. Voor uitbreiding van de teelt is uitbreiding van de afzetmogelijkhe den nodig. Dit staat in een nota die in het kader van bouwplanverrui ming gemaakt is door de direktie Akker- en Tuinbouw van het mini sterie van Landbouw. Vrijdag 5 september 1986 11

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1986 | | pagina 11