Grondontsmetting op kleigronden
vereist volle aandacht
afwijken
Steekthermometers kunnen veel
Tabel 1. Grondontsmetting op voorbewerkt land en onder een groenbe-
mester op kleigronden
Grondontsmetting is op veel be
drijven met een nauw bouwplan
een vaste kultuurmaatregel ge
worden. Het ontsmetten van de
grond is noodzakelijk om aaltjes
die schadelijk zijn voor de te te
len gewassen te bestrijden. Elk
jaar worden duizenden hektaren
grond in het najaar ontsmet. Een
(dure) grondontsmetting is een
bedrijfszekere methode als deze
op een verantwoorde wijze wordt
uitgevoerd.
In het Zuidwestelijk zeekleigebied
wordt vrijwel uitsluitend ontsmet ter
bestrijding van het bietecystenaaltje.
Bij de bestrijding van een belangrij
ke besmetting met het bietecyste
naaltje is dichloorpropeen (Shell DD
95, Telone 11) het aangewezen mid
del. Het injekteren door een frees-
schaarinjekteur met aangedreven rol
heeft in de praktijk duidelijk de
voorkeur. Het is noodzakelijk dat
het gemiddelde dodingspercentage
dat bereikt wordt rond 80% ligt.
Het resultaat van een grondontsmet
ting is sterk afhankelijk van de
grondstruktuur en weersomstandig
heden. In dit artikel wordt nader in
gegaan op de voorwaarden die het
slagen van een grondontsmetting
mogelijk maken.
Algemene richtlijnen
Een grondontsmetting komt het
meest tot z'n recht als de bouwvoor
Voor ontsmetting van begroeide percelen, bijvoorbeeld een graanstoppel
met groenbemesting, wordt de frees omhooggedraaid. En de rol moet
worden voorzien van ringen om de steelsporen af te dichten
.tot op 20 cm diepte luchtdroog tot
normaal vochtig is, zonder kluiten
en met een maksimum aan poriën
volume.
De techniek van een grondontsmet
ting berust op het inbrengen van een
vloeistof op 18 a 20 cm diepte in de
bouwvoor en op een goede verdeling
daarvan. Doordat de vloeistof na
het inbrengen vrijwel direkt over
gaat in dampvorm, is een goejle af
dichting van het oppervlak zeer be
langrijk. Een bepaalde graad van
Jaar
Aanvangsbesmet-
voorbewerkt, braak
bemester
aantal
proef
velden
ting - eieren
larven/100 cc
grond
doding
opbrengst
relatief
onbehan
deld =100
cjoding
opbrengst
relatief
onbehan
deld 100
1982
1983
1100-2000
1200-3300
76
92
128
137
85 133
76 129
3
6
vochtigheid is nodig om de boven
laag te kunnen afdichten. Voor de
verdeling van het middel in de grond
is het bijna nooit te droog.
Wel gauw te nat om een goed resul
taat van een grondontsmetting te
krijgen.
In met watergevulde poriën dringt
het gas namelijk niet door. De bo-
demtemperatuur zal hierbij ook
veelal te laag zijn.
Een minimale grondtemperatuur
van 7-10°C is gewenst om een vol
doende omzetting van vloeistof naar
damp te krijgen.
Bedenk hierbij dat laat, nat en koud
veelal samengaan.
Voorbewerking van de grond
Het doel van een voorbewerking is
om de toestand van de grond, en
daardoor de kans op een goed ont
smettingsresultaat te verbeteren. Om
de gewenste toestand te bereiken is
het van groot belang tijdig alle aan
dacht te besteden aan het voorbe
werken van de grond. Hoewel één
recept voor de grondbewerking, gel
dig voor alle omstandigheden, niet is
te geven, geldt bij het kiezen van het
juiste moment van grondbewerking:
niet te diep, niet te nat en niet te
droog.
Algemeen heerst de mening dat na
de oogst direkt ontsmetten de meeste
kans van slagen heeft. De grond is
dan nl. nog vochtig, maar droogt
daarop ook zeer snel uit, met het ri-
siko dat - zelfs op vrij lichte grond -
bij de eerste de beste bewerking klui
ten ontstaan.
Het gewas heeft wel te lijden van de
rol en het gas, maar heeft toch een
redelijke opbrengst. Voor Zuidwest
Nederland is september, mogelijk
nog de eerste helft van oktober, de
meest geschikte tijd om een gron
dontsmetting uit te voeren. Tegen
half oktober is meestal de ontwikke
ling van grasgroenbemesters van
dien aard, dat op de daarvoor
bestemde percelen ook de onder
doorbehandeling kan plaatsvinden.
Een onderdoorontsmetting moet
niet worden uitgesteld tot het groen-
bemestingsgewas geheel volgroeid is,
omdat dan de bodemtemperatuur
veelal niet meer voldoende hoog is
om het gas zijn werk goed te laten
doen.
Tot slot
Om een goed bestrijdingsresultaat te
behalen moet aan de voorbewerking
bijzondere aandacht worden
besteed.
Als kleigronden zo nat zijn dat ze
niet goed te bewerken zijn, laat
staan te verkruimelen, dan is een
goed ontsmettingsresultaat niet
haalbaar. Een goede grondontsmet
ting is namelijk méér dan het injek
teren van voldoende middel op de
juiste diepte. Op zwaardere gronden
met meer dan 50% slib kunnen goe
de bestrijdingsresultaten worden be
haald, maar de kans. op mislukking
neemt toe. Op deze gronden gaat de
voorkeur uit naar een onderdoo
rontsmetting, die mogelijk wat bete
re resultaten kan geven.
CAT-Barendrecht
H. Salomons
Grondontsmetting niet snel rendabel voor hele bedrijf DeiïlOIlStratie aardappelrOOidl in VCrStek
Op dinsdag 2 september a.s. zal in Schoonoord een demonstratie aar-
dappelrooien in verstek worden gehouden.
De demonstratie wordt georganiseerd door de federatie 'Het Land
bouwwerktuig', de overkoepelende organisatie van Verenigingen
voor Bedrijfsvoorlichting in Noord Oost Nederland, het Konsulent-
schap in Algemene Dienst voor Bedrijfsuitrusting in Akker- en Tuin
bouw in Wageningen en het Konsulentschap voor Akker- en Tuin
bouw in Assen.
Grondontsmetting vindt vooral plaats
ter bestrijding van het bietencyste-
aaltje. Het is een zaak die veel geld
kost en daarom moet het goed en ook
verantwoord gebeuren. Indien het
noodzakelijk is de grond te ontsmet
ten is het tevens de vraag of het wen
selijk is de bedrijfsopzet aan te
passen. Ontsmetten moet dan ook in
bedrijfsverband worden gezien.
Opbrengst
Een intensief bouwplan met 1 op 3
teelt van aardappelen en bieten in
Nieuwe gerstrassen in
rassenlijst
De Commissie voor de Samenstelling
van de Rassenlijst voor Landbouwge
wassen deelt mede dat bij wintergerst
voor het eerst in de aangegeven ru
briek van de Beschrijvende Rassenlijst
zijn geplaatst:
N. Dinosa (ME 2619/77)
K: W. von Borries-Eckendorf, Leo-
poldshöhe, Bondsrepubliek
Duitsland.
V: Semundo B.V., Ulrum.
Meerrijig, vrij goed wintervast ras.
6
kombinatie met grondontsmetten
leidt tot geen, of slechts een geringe
verbetering van het totaal saldo in
vergelijking met 1 op 5 of 1 op 6. De
nadelen van een te intensief en één
zijdig bouwplan zijn groot en bieden
geen uitzicht op langere termijn. Per
ceelsontsmetting tegen bietencyste-
aaltje is verantwoord als de besmet
ting zodanig is dat de kosten worden
betaald. Er mag rekening worden ge
houden met een opbrengstverhogend
effekt van vier procent bij aar
dappelen.
3
3.679
4.055
2.275
10.009
3.336
3.440
33%
10.000
.440
Heeft vrij lang, middelmatig tot vrij
stevig stro. Werd weinig door blad-
vlekkenziekte en vrij weinig door net-
vlekkenziekte, dwergroest en
meeldauw aangetast. Rijpt midden-
vroeg. Heeft zeer goede tot hoge op
brengsten gegeven. Heeft een smalle
korrel.
T. Corona
K: Saatzuchtgesellschaft Streng's Er-
ben, Uffenheim, Bondsrepubliek
Duitsland.
V: Fa. Jan M. Chr. van der Schaaf
jr., Amsterdam.
Meerrijig ras. Is middelmatig winter
vast. Het stro is middenlang en mid-
De demonstratie zal plaatsvinden
van 13.30 tot 16.00 uur op het be
drijf van de heer Schutrups, Kibbel-
veen la te Schoonoord.
In de onmiddelijke nabijheid van het
demonstratie-terrein kan worden ge
parkeerd.
Bij de teelt van aardappelen voor di
verse bestemmingen heeft de wijze,
waarop wordt gerooid grote invloed
op" de kwaliteit. Mede daarom stel
len ontwerpers en fabrikanten van
rooimachines alles in het werk om
een machine op de markt te brengen
waarmee een onbeschadigd produkt
kan worden geoogst. Eén aspekt van
deze ontwikkeling is, dat getracht
wordt te voorkomen, dat de knollen,
Op 3 juli j.l. was op het de-
monstratiebedrijf in de Braak
man te Biervliet en op 4 juli op de
proefboerderij 'Rusthoeve' te
Colijnsplaat gelegenheid om
steekthermometers te laten kon-
troleren.
In Biervliet werden 44 thermo
meters van 23 akkerbouwers en
31 thermometers van de handel
en in Colijnsplaat 77 thermome
ters van 32 akkerbouwers en 14
thermometers van de handel ge-
kontroleerd. In totaal dus 166
thermometers. Bij het kontrole-
ren in smeltend ijs 0°C) had
23% van de thermometers geen
afwijking.
delmatig stevig. Werd weinig door
bladvlekkenziekte en vrij weinig door
netvlekkenziekte, dwergroest en meel
dauw aangetast. Rijpt vrij vroeg.
Heeft gemiddeld zeer goede op
brengsten gegeven, doch viel in 1986
door vorstschade wat tegen. De kor
rel is middengroot.
voordat ze worden gerooid, worden
beschadigd door de wielen van de
trekker en de rooimachine.
De technische oplossing voor dit
probleem is gevonden door een ma
chine te bouwen, die de aardappel
rug in verstek achter de trekker op
neemt. Het grote voordeel van dit
systeem is, dat de wielen van trekker
en rooimachine alleen op het reeds
gerooide gedeelte rijden. Een voor
deel van deze konstruktie is boven
dien, dat zowel trekker als rooima
chine met bredere banden kunnen
worden uitgerust. Hierdoor treedt
minder bodemverdichting en inspo-
ring op.
Een aantal fabrikanten van roöima-
Het blijkt dat 26.6% van
de thermometers een. afwijking
tot 1/2°C onder of boven 0°C
had. Een afwijking tot 1/2°C zo
wel naar boven als beneden is
aanvaardbaar, zodat bijna 50%
van de onderzochte thermomê-
Bij het kon troleren van
steekthermometers had 50% een
te grote afwijking
chines is nu met het ontwikkelen van
dit type machines zo ver gevorderd,
dat men het verantwoord acht deze
op een demonstratie in te zetten.
Naast machines die in verstek wer
ken, zal op deze demonstratie ook
het systeem van rooien in twee fasen
worden getoond. Hierbij worden in
de eerste fase de aardappelen ge
rooid en weer op het land afgelegd.
Na een korte tijd van velddroging
worden ze in een tweede werkgang
weer opgenomen en afgevoerd naar
een wagen, die naast de rooimachine
rijdt.
Aangezien deze oogstmethode nog
min of meer in een ontwikkelingsfa
se verkeert, zal het principe hiervan
worden gedemonstreerd door het In
stituut voor Mechanisatie, Arbeid en
Gebouwen (IMAG) uit Wageningen.
Inlichtingen over eventueel uitstel
worden verstrekt door het Konsu
lentschap voor de Akker- en Tuin
bouw in Assen, tel. 05920 - 27911.
Uitwijkdata zijn 3 en 4 september.
ters goed is te noemen. Een af
wijking van meer dan 1°C werd
bij 31.8% van de thermometers
gekonstateerd.
Opvallend was verder dat veel bij
0°C gekorrigeerde thermometers
bij hogere temperaturen weer
veel gingen afwijken. Dit laatste
kan funest zijn bij het drogen
van produkten en bij het opwar
men van aardappelen.
Bij het bewaren van produkten is
het meten weten van tempera
turen van groot belang, steek
thermometers blijken hiervoor
niet betrouwbaar te zijn.
Wel betrouwbaar is goede elek
tronische meetapparatuur.
Een meetkastje met b.v. 4 speer-
voelers en 2 losse voelers kost in-
kl. BTW vanaf ƒ1500,—.
Het is jammer dat in veel be
waarplaatsen goede meetappara
tuur (nog) ontbreekt zodat er tij
dens de (lange) bewaring veel
fout kan gaan.
J.H. van Nieuwenhuizen
Vrijdag 29 augustus 1986
Tabel. Saldi bij verschillende bouwplannen zonder en met grondontsmetten.
(Bij 1 op 3 teelt is de opvolging aardappelen - suikerbieten - tarwe)
Bouwplan
1 op 6
niet ontsmetten
1 op 5
1/2 ontsmetten
1 op 4
1/2 ontsmetten
1 op
ontsme
ha
saldo
ha
saldo
ha
saldo
ha
suiker
bieten
1
3.742
1
3.869
1
3.840 1
C.aar-
dappelen
1
5.005
1
4.830
1
4.485 1
W. tarwe
-2
4.550
2
4.550
1
2.275 1
Graszaad
1
2.250
0,5
1.125
0,5
1.125
Erwten
1
2.350
0,5
1.175
0,5
1.175
Totaal
17.897
15.549
12.900
Per ha:
40 ha:
Ontsmetten:
2.983
119.320
0
3.110
124.400
10%
3.225
129.000
121/2
i:
Netto
kosten
3.000
3.750
Totaal
saldo
119.320
121.400
125.250
i;