Geef voldoende fosfaat en kali
Ja
DE KROON 0P
1 PHYT0PHTH0RA
BESTRIJDING
ÜGTERMOET
Voorkom spuitsporen
VAN BEEK's
LUCHTVAARTBEDRIJF b.v.
Landbouwschap: Geen
gelegenheidswetgeving bij wijziging
Interimwet
I Phytophthora houdt u uit uw aard
appelen door op tijd en in een
i strak schema Liro-Matin te spuiten.
I In kritieke perioden (slechte weers-
A 1 omstandigheden en hoge infektie-
druk) beschermt u konsumptie- en
W fabrieksaardappelen met twee
m I bespuitingen Ridomil Delta.
1 Liro-Matin is verkrijgbaar als spuit-
ÊtÊt^-y poeder, flowable en in Water
5 l Oplosbaar Folie.
KWEEKBEDRIJF
ROPTA-ZPC
Ir. J. TRIP
Kweekbedrijf ROPTA-ZPC
i SIIIEDEDIJ 5AEDED5E SCtlOPE
01196-13293
Ook in de zomer moet er voor het
gras voldoende fosfaat en kali be
schikbaar zijn. Daarom moet de be
mesting met deze voedingsstoffen
genoeg aandacht krijgen. Men kan
hiervoor het beste dierlijke mest ge
bruiken. Om problemen door ver
branding en smaakbederf zoveel
mogelijk te voorkomen verdient het
aanbeveling de benodigde hoeveel
heid mest aan te wenden op kort af
geweid grasland en deze te verdelen
over meerdere sneden.
Voor een goede grasgroei is het van
belang dat er voldoende stikstof
wordt gegeven. Fosfaat en kali zijn
echter ook belangrijk.
Alleen bij een voldoende fosfaat- en
kalivoorziening kan de stikstof opti
maal worden benut. Dit geldt niet al
leen voor de eerste snede, maar ook
voor de latere sneden. Daarom moe
ten we ervoor zorgen, dat het gras
ook in de zomer over voldoende fos
faat en kali kan beschikken. In dit
artikel zal worden aangegeven in
welke gevallen in de zomer met fos
faat en kali moet worden bemest en
op welke wijze dit het beste kan ge
beuren. Hierbij wordt hoofdzakelijk
aandacht geschonken aan dierlijke
mest, omdat deze toch op het bedrijf
aanwezig is, maar het is uiteraard
ook mogelijk om kunstmest te ge
bruiken. Voorts wordt steeds uitge
gaan van een bemestingstoestand
'voldoende' en een juiste bemesting
van de eerste snede'.
Dag en nacht weiden
Wanneer men het systeem van dag
en nacht weiden toepast, komt het
overgrote deel van de hoeveelheid
fosfaat en kali die onttrokken is,
weer op het perceel terug in de mest
van het weidende vee. Daarom hoeft
in deze situatie een tweede of latere
snede die wordt beweid, geen be
mesting met fosfaat en kali meer te
ontvangen.
Als een snede bestemd is voor de
winning van zomerstalvoer of win-
tervoer, wordt er fosfaat en kali van
het perceel afgevoerd. Deze afvoer
moeten we weer aanvullen, omdat er
ook voor de volgende sneden weer
voldoende fosfaat en kali beschik
baar moet zijn.
Wanneer de tweede of een latere sne
de wordt gemaaid, is er per maaisne-
de en per hektare daarom nog 30 kg
fosfaat en 100 kg kali nodig. Dit
komt overeen met 18 m3 runder-
drijfmest of 15 m3 varkens-
drijfmest.
's Nachts opstallen
Op bedrijven waar het vee 's nachts
wordt opgestald komt in de zomer
een aanzienlijke hoeveelheid mest in
de kelder. Dit is in feite een ekstra
afvoer van 30 kg fosfaat en 90 kg ka
li per hektare, die we tijdens de zo
mer moeten aanvullen.
Hiervoor is dan 16 m3 runder- of 14
m3 varkensdrijfmest nodig. Daar
naast wordt er op de percelen, waar
op een maaisnede wordt gewonnen
nog 30 kg fosfaat en 100 kg kali af
gevoerd. Daarom moeten deze per
celen nogmaals mest ontvangen, na
melijk 18 m3 runder- of 15 m3 var
kensdrijfmest.
Verdelen van de mest
Hiervoor is besproken in welke ge
vallen we in de zomer mest moeten
aanwenden op het grasland. In de
praktijk kunnen zich hierbij wat
problemen voordoen. We kunnen
namelijk niet op elk moment mest
uitrijden, omdat we rekening moe
ten houden met onder andere de
kans op verbranding van de zode en
smaakbederf. De kans op verbran
ding is minimaal als we goed ge
mengde mest in niet te grote hoeveel
heden aanwenden. Het probleem
van het smaakbederf kunnen we
voor een groot deel voorkomen door
de mest uit te rijden over kort afge
weid land.
Verder kan dit worden beperkt door
de hoeveelheid mest die we in de zo
mer moeten geven in kleine giften,
gespreid over een aantal sneden, aan
te wenden. We zouden de gift die
nodig is om de onttrekking door een
maaisnede weer aan te vullen, voor
de helft aan het begin van deze snede
kunnen geven en voor de helft na het
maaien. Dit heeft bovendien als
voordeel, dat wanneer de omstan
digheden het nodig zouden maken
dat deze snede wordt beweid, er nog
niet te sterk is overgedoseerd met
kali.
De gift, die wordt geadviseerd in
verband met het 's nachts opstallen
van het vee, zouden we over twee
sneden/kunnen verdelen. Zodoende
zou bij dit systeem een perceel waar
van bij voorbeeld de tweede snede
wordt gemaaid, vier maal een gift
van acht a negen m3 mest ontvan
gen. Bij dergelijke kleine mestgiften
moeten we er wel ekstra goed voor
zorgen, dat de verspreidingsappara-
tuur optimaal is afgesteld, zodat we
een goede verdeling van de mest
krijgen.
ir. P. Henkens
Het Landbouwschap vindt dat er
voor de veehouderij een wetgeving
moet komen die ondernemers bij
hun bedrijfsvoering een richtsnoer
biedt op langere termijn. Voorko
men moet worden dat door middel
van gelegenheidswetgeving opeen
volgende aanpassingen op onderde
len van wetten en regelingen nodig
zijn. Het Landbouwschap heeft dit
geschreven aan minister Braks in een
reaktie op het dinsdag in de Tweede
Kamer ingediende voorstel tot wijzi
ging van de Interimwet.
Het voorstel is gericht op het verder
aan banden leggen van bedrijfsver-
plaatsingen in de intensieve veehou
derij. Ook volgens het Landbouw
schap kunnen transakties de aanpak
van het mestprobleem in de toe
komst bemoeilijken. Maar een der-
LIR0MATIN
RIDOMIL DELTA
Ügtermoet Chemie 8V
«Rtdomii ia een geregistreerd handelsmerk van
CIBA-GEIGY A.G.
Ligtermoet Chemie B.V., Postbus 1048,
4700 BA Roosendaal, Tel. 01650-32912.
gelijke ontwikkeling wordt naar de
mening van het Landbouwschap in
de hand gewerkt doordat de Interim
wet en de komende Meststoffenwet
onvoldoende op elkaar aansluiten.
Bovendien is een intensievere voor
lichting over de meststoffenwet
noodzakelijk.
Duidelijkheid
Het Landbouwschap heeft er in dit
verband bij minister Braks op aan
gedrongen om op korte termijn dui
delijkheid te geven over het aantal
dieren dat pluimveehouders bij het
van kracht worden van de Meststof
fenwet mogen houden. Ook zou de
minister duidelijk moeten aangeven
dat een tijdelijke leegstand van de
stallen in 1986 geen gevolgen heeft
voor het aantal dieren dat straks op
grond van de Meststoffenwet gehou
den mag worden.
Veel pluimveehouders houden hun
stallen vol omdat zij bang zijn ge
kort te worden op het aantal dieren
bij de totstandkoming van de
Meststoffenwet. In deze wet wordt
onder andere de produktie en het ge
bruik van dierlijke meststoffen gere
geld. Juist nu de marktprijzen laag
zijn werkt het vol houden van de
stallen drukkend op de markt. Het is
in de pluimveehouderij gebruikelijk
bij lage prijzen stallen enige tijd leeg
te laten staan om zo de markt te ont
lasten.
De heer
EUIIIIIIIIIIINIIIIIIINIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIimillllllllimiilUZ
algemeen directeur van het
heeft besloten per 1 juli 1986 gebruik te maken van
de mogelijkheid tot vervroegde pensionering.
Graag stellen wij u in de gelegenheid 1 juli a.s. om 5
EE 15.30 uur, tijdens een feestelijke bijeenkomst op
E| ons bedrijf te Metslawier, afscheid te nemen van de
heer en mevrouw TRIP.
De Raad van Beheer.
G. HOFSTRA. voorzitter,
J. D. OOSTERBAAN, vice-voorzitter. SE
Leeuwarden, juni 1986
Ëiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^
i Siersmeedwerk van eenzaam hoge kwaliteit
Nieuwe Kerk|*-ln31-33 4433 A< Sehotc Telefoon (mo_>-14lo
V
Vrijdag 20 juni 1986
9