Hoe werkt de Gekro?
Tsjernobyl: alleen
vergoeding voor spinazie en
schapemelk
De intensieve veehouderij
en de rol van de
ruimtelijke ordening
Radioactief hooi bij
premier
'Grote
mengvoederbedrijven
niet langer
toonaangevend'
SEV bezocht Den Haag
Met ingang van 3 februari 1986 is de
Gekro overgegaan op een andere wij
ze van ophalen van destruktiemateri-
aal. In december 1985 is daarover een
brief naar alle veehouders gegaan, na
dat over de nieuwe werkwijze uitvoe
rig overleg had plaatsgevonden met de
organisaties van veehouders en verte
genwoordigers van de betrokken
ambtelijke diensten (RVV, inspektie
volksgezondheidgezondheidsdienst)
Nu met de nieuwe werkwijze vier
maanden ervaring is opgedaan is de
overleggroep weer bijeengekomen om
met elkaar te bespreken, hoe de erva
ringen zijn, of er klachten zijn en zo
ja welke en hoe de werkwijze verder
kan worden verbeterd. In het desbe
treffende gesprek werd vooral van de
zijde van de landbouworganisaties
naar voren gebracht dat er wel dege
lijk klachten zijn, maar dikwijls vaag
en moeilijk na te trekken. Van de zij
de van de Gekro, en ook van de zijde
van de RVV werd erop gewezen, dat
het aantal .klachten, gezien tegen de
achtergrond van 1500 meldingen per
dag, toch betrekkelijk gering is. De
klachten betreffen vooral
- het te laat ophalen;
- weigering van de chauffeur om (een
eindje) het erf op te rijden;
- onwellevend optreden van de chauf
feurs;- het niet meer direkt van de
chauffeur ontvangen van de bonnen.
Vaten
De klachten betreffen vooral de klei
ne kadavers (biggen, lammeren, gei
ten, kippen e.d., nageboortes) en
komen vooral van veehouders die niet
over een vat beschikken. Afgesproken
is, dat de kleine kadavers zullen wor
den aangeboden in een vat van 60
cm doorsnede, bij voorkeur het vat
van Topi, dat via de Gekro kan wor
den geleverd. Deze vaten worden op
een vaste dag, maar wel na melding,
in principe één maal per week gele
digd. De vaste dag stond in de brief
van december 1985. In de brief stond
ook, dat "wanneer het noodzakelijk
is" het vat een tweede keer kan wor
den geledigd. Over dit "noodzake
lijk" blijkt ook heel wat verschil van
mening te bestaan. De Gekro verstaat
hieronder als het vat weer vol is. De
veehouders zijn meer geneigd te stel
len: als het vat (stank)overlast gaat
opleveren. In ieder geval kan de vee
houder zich veel overlast besparen
door het aanbevolen P3/INCI-zuur te
gebruiken, dat niet uitsluitend te ver
krijgen is bij het in de brief genoem
de adres, maar ook bij tal van andere
zaken (o.m. Weikoop).
Melding
Ook met de wijze van melding schijnt
het niet altijd goed te gaan. Enkele
klachten van de zijde van landbouw
organisaties worden beantwoord
met "er is die dag van die boer geen
melding binnengekomen". Daarmee
is de kous natuurlijk niet af. Geble
ken is dat soms de band vol is en stil
staat. Dat is niet de schuld van de
boer of van de Gekro, maar wel fout.
Voorts zijn niet alle meldingen vol
doende duidelijk. De boer doet er
goed aan een vaste volgorde aan te
houden: naam, adres, woonplaats,
aard van het materiaal, eventueel af
wijkende plaats (veldkavel). Ook is
het erg nuttig (en dat staat niet in de
brief van december 1985) dat de boer
erbij zegt of het gaat over een tweede
keer in dezelfde week het vat ledigen
of dat het een herhaalde melding beT
treft. Vooral dit laatste is belangrijk
in verband met de bonnen!
Bonnen
In de brief staat dat de bonnen niet
meer door de chauffeurs worden af
gegeven maar door de RVV 4x per
jaar naar de gemeentehuizen worden
gestuurd. Aan de gemeenten is b.eti
verzoek gedaan de bonnen aan de vee-
houders te zenden. Als ze dat niet wil
len in ieder geval de mogelijkheid te
scheppen dat de bonnen op het ge
meentehuis worden afgehaald. Er is
nog te weinig ervaring opgedaan om
dit overal vlot te laten verlopen. Van
belang is, dat de RVV bij toezending
een duidelijk begeleidend schrijven
voegt, waarin naar de gemaakte af
spraken en het gedane verzoek wordt
verwezen.
Hoe verder?
Uit het voorgaande blijkt wel, dat het
allemaal nog lang geen 100% is, maar
dat er wederzijds bereidheid is om het
goed, en hopelijk steeds beter te la
ten verlopen. Op 30 oktober komt de
overleggroep opnieuw bij elkaar.
Hebt u klachten, belt u dan naar de
RVV waaronder u ressorteert. Ook
uw organisatie kunt u ervan op de
hoogte stellen. Wij zullen ze wel niet
kunnen oplossen, maar in het voort
gaande overleg is het bepaald van be
lang, dat we ervan op de hoogte zijn.
En zorg, dat uw klacht kompleet is:
op welk tijdstip gemeld, wanneer op
nieuw gemeld, wanneer is het mate
riaal opgehaald. Dan kan er wat aan
worden gedaan. Op sommige mel-
dingspunten worden de bandjes maar
drie dagen bewaard. Daarna is er niets
meer na te gaan.
W. v.d. Willik
Zweedse boeren hebben donder
dag radioactief hooi gestort op de
stoep van het bureau van premie
Ingvar Carlsson in Stockholm.
Een woordvoerster zei dat de ak-
tie van de boeren bedoeld was om
protest te uiten tegen de onvol
doende informatie die de regering
naar hun oordeel geeft over de ge
volgen voor het milieu, het vee en
de gewassen van de ramp met de
kernreaktor in Tsjernobyl.
'De tijd dat grote mengvoederbedrij
ven de toon aangaven is voorbij. De
voorkeur gaat nu uit naar middel
grote bedrijven, die snel en flexibel
in kunnen spelen op de wensen van
de boeren en een goede begeleiding
kunnen geven.'
Dit zei, met een duidelijke verwij
zing naar 'grote broer' CNV in Veg-
hel, direkteur Ad Coppens van Cop-
pens Mengvoeders BV uit Hooge-
loon bij Eindhoven.
Zelf is Coppens ook geen kleintje
meer: de direkteur deed zijn uit
spraak bij de feestelijke levering van
de honderdduizendste ton veevoeder
over het boekjaar 1986 bij de Ves-
semse agrariër H. van Ham. Het
Hoogeloonse bedrijf bestaat dit jaar
zestig jaar en geeft op dit moment
werk aan dertig mensen. Coppens
neemt deel in de Centricogroep, een
samenwerkingsverband van zeven
middelgrote mengvoederbedrijven
in Oost-Brabant.
De groei is ook de oorzaak van dat
Coppens in Eindhoven of Tilburg
een nieuwe fabriek wil gaan bou
wen, met een grotere produktieka-
paciteit. Het bedrijf kan dan ook
naar het buitenland gaan
eksporteren.
In aanmerking voor vestiging komen
het nieuwe industrieterrein Ekkers-
rijt in Veldhoven en het Industrieter
rein Noord in Tilburg.
Vrijdag 6 juni jl. bezochten sociaal-
ekonomische voorlichters en -sters
van de bij het KNLC aangesloten
landbouworganisaties Den Haag voor
een gezamenlijke exkursie. Tijdens
deze bijeenkomst maakten zij onder
andere kennis met de Nederlandse vis
serij. Drs. D.J. Langstraat algemeen-
sekretaris van het Visserijschap te
Rijswijk schetste tijdens een inleiding
in de ochtenduren overeenkomsten
tussen de agrarische en visserij-sektor.
Overeenkomsten (en dan vooral de
problemen) die de SEV-ers bekend in
de oren klonken. In de middag werd
de kennismaking met de visserij
voortgezet door een bezoek aan
vissers- en toeristendorp Schevenin-
gen. Op een praktisch verlaten bou
levard werd aan het eind van de
exkursie een groepsfoto gemaakt. U
ziet, dat de voorlichters zich door de
noord-westen wind met een kracht
van 7 niet omver lieten blazen.
De SEV-ers van de ZLM zijn: staan
de 8e van r. Dries van Rozen, 6e v.r.
Gerrit Stap, 5e v.r. Jan Kikkert en 4e
v.r. Grietje Middelkoop. Gehurkt en
6e v.r. Adri Lindenbergh.
Runderinformatiesysteem
(R.I.S.) van start
Op woensdag 28 mei jl. werd het
Runderhiformatiesysteem R.I.S.
b.v. in het Veeteelthuis van het Ne
derlands Rundvee Syndikaat (NRS)
te Arnhem aan de pers gepre
senteerd.
De gegevens van alle runderen in Ne
derland zijn in het Runderinforma
tiesysteem opgenomen. Volgens de
voorzitter van het NRS en tevens di
rekteur van het R.I.S., de heer Los,
levert het R.I.S. een belangrijke bij
drage aan de kwaliteitsbewaking en
de gezondheidszorg van de neder-
landse rundveestapel.
De heer Dommerholt, manager van
het R.I.S., gaf een toelichting op het
Runderinformatiesysteem. De orga
nisatie van het R.I.S. bestaat uit een
centrale komputer te Arnhem en 60
a 70 lokale balies verspreid over het
land. Momenteel zijn slechts enige
lokale balies in Oost-Brabant en
Limburg direkt op de centrale kom
puter aangesloten.
De Nederlandse regering ziet geen reden om de melkveehouders en
de groentetelers financieel tegemoet te komen voor de gevolgen van
het graasverbod en de omzetdaling van bladgroenten na het ongeluk
met de kernreaktor in Tsjernobyl. Alleen voor de spinazie en de scha
pemelk die op last van de overheid is vernietigd wordt een schadever
goeding betaald. Minister Braks heeft dit woensdag 4 juni het dagelijks
bestuur van het Landbouwschap laten weten.
Het Landbouwschap heeft zeer teleurgesteld op de mededeling van
de minister gereageerd. Voorzitter Marius Varekamp verklaarde dat
het dagelijks bestuur zich nu zal beraden over de verder te nemen stap
pen. Het Landbouwschap blijft bij zijn standpunt dat de extra kosten
van het graasverbod en de gederfde inkomsten in de groentesektor in
redelijkheid niet voor rekening van de individuele ondernemer kun
nen worden gelaten.
De Westduitse regering heeft inmid
dels wel tot een schaderegeling van
DM 200 miljoen voor boeren en tuin
ders besloten. Volgens minister Braks
trekt de Nederlandse regering de grens
bij schade die direkt voortvloeit uit
overheidshandelen. Het verbod om
spinazie en verse schapemelk in de
handel te brengen valt daar wel on
der, de omzetdaling van verse blad
groenten en de bedrijfsekonomisce
schade in de melkveehouderij niet.
Superheffing
Het Landbouwschap heeft er in het
gesprek met minister Braks en staats-
sekretaris Ploeg ook voor gepleit om
de komende jaren een verdere verla
ging van de individuele melkquota te
voorkomen. Dat kan alleen als de ver
plichte reduktie van het landenquo-
tum met 3 procent op een andere
manier wordt ingevuld dan met een
algemene korting. Als meest voor de
hand liggende mogelijkheden ziet het
Landbouwschap het aantrekkelijker
maken van de opkoopregeling(en) en
het instellen van een premie op vrij
willige vermindering van de produk-
tie. Minister Braks is bang dat een
"premie op minder" relatief erg kost
baar uitvalt. Hij verwacht meer van
een "intelligente opkoopregeling".
Volgens de bewindsman is het ook
dan de vraag of een algemene korting
helemaal valt te vermijden. Een sug
gestie van het Landbouwschap om
een nieuweopkoopregeling te baseren
op een marktonderzoek wees hij van
de hand. In het melkprijsjaar
1985/1986 zijn maar weinig veehou
ders onder hun quotum gebleven. Er
is daardoor geen ruimte voor indivi
duele vereveningen. De overgebleven
melk (30.000 ton) zal volledig worden
gebruikt voor bijzondere gevallen.
Het Landbouwschap heeft met minis
ter Braks afgesproken om nu al na te
gaan denken over het zuivelbeleid op
langere termijn. Een van de belang
rijkste punten is wat er in 1989 moet
gebeuren, het jaar waarin de super
heffing volgens de Europese Commis
sie weer kan worden afgeschaft.
Struktuurbeleid
Het Landbouwschap heeft er bij de
minister op aangedrongen om de
sociaal-strukturele voorstellen van de
Europese Commissie ook voor Neder
land uit te werken. Beide partijen zijn
het erover eens dat ze in hun huidige
vorm nog erg veel onduidelijkheden
bevatten, ook ten aanzien van de uit
voerbaarheid en de financiering. Vol
gens het ministerie ligt bij de
voorstellen het accent op produktie-
vermindering, niet op inkomenson
dersteuning. Volgens de minister zal
ook in Nederland het produktieare-
aal moeten verminderen. Het Land
bouwschap acht het van belang dat
alle te nemen maatregelen worden ge
baseerd op vrijwilligheid.
Landbouwschap laat LEI
schade Tsjernobyl berekenen
Het Landbouwschap heeft het
Landbouw Economisch Instituut
(LEI) in Den Haag gevraagd om een
berekening te maken van de schade
die in de Land- en tuinbouw is ont
staan door het ongeluk met de Rus
sische kernreactor in Tsjernobyl.
Het dagelijks bestuur is niet van
plan zich neer te leggen bij het stand
punt van de Nederlandse regering
dat alleen de in opdracht van de
overheid vernietigde spinazie en
schapemelk voor een vergoeding in
aanmerking komen.
Lidstaten EG hebben
overeenstemming over
normen radioaktiviteit
Naar aanleiding van het ongeluk met
de kerncentrale in Tsjernobyl in de
Sovjet-Unie, hebben de lidstaten van
de EG (eindelijk) overeenstemming
bereikt over gemeenschappelijke
normen voor de radioaktiviteit van
voedingsmiddelen. Deze gemeen
schappelijke normen zullen in een
nieuwe verordening worden gepu
bliceerd.
De schriftelijke procedure ter goed
keuring van deze nieuwe verorde
ning is momenteel kennelijk nog niet
afgerond. Indien de verordening
wordt goedgekeurd is de vermoede
lijke ingangsdatum 1 juni 1986.
De normen die dan zullen gelden
zijn:
- 370 becquerel per kilo voor melk en
babyvoeding
- 600 becquerel per kilo voor overige
voedingsmiddelen
De lidstaten zullen kontroleren of de
normen worden gerespekteerd. In
dien de verordening wordt aangeno
men zal deze de verordening vervan
gen die de invoer uit het Oostblok na
de Russische ramp verbood. Dit in
voerverbod liep op 31 mei jl. af.
(PVV)
'De ruimtelijke ordening heeft een belangrijke funktie bij de aanpak
van milieuproblemen die samenhangen met de intensieve veehoude
rij. Op lokaal nivo is er sprake van een ingewikkeld probleem waarbij
het niet eenvoudig zal zijn voor elke situatie het beste pakket oplos
singen toe te passen. Het provinciale en nationale ruimtelijk beleid
zal dan ook voorwaarden moeten scheppen voor een optimaal funk-
tioneren van de lokale ruimtelijke ordening voor de problemen van
de intensieve veehouderij'. Dat zijn twee hoofdkonklusies uit het in
terimrapport 'De rol van de ruimtelijke ordening ten aanzien van de
intensieve veehouderijproblematiek'.
Dit rapport is in opdracht van de nodig om het overheidsbeleid uit te
Rijksplanologische Dienst opgesteld
door drs. W.L.H. Ronken van de
Stichting Milieubeleid en Ecologie te
Nijmegen. In het rapport wordt aan
gegeven, dat milieuproblemen ver
oorzaakt door intensieve veehoude
rij allerlei vormen van ruimtege
bruik in het landelijk gebied beïn
vloeden. Deze beïnvloeding kan zo
ver gaan dat een onomkeerbare aan
tasting plaatsvindt van de potentie
van gebieden om - nog - bepaalde
funkties te vervullen. Problemen
van intensieve veehouderij zijn daar
mee naast een milieuprobleem ook
een ruimtelijke ordeningsprobleem
geworden. Naast milieuhygiënische
en financiële maatregelen zijn ook
ruimtelijke ordeningsmaatregelen
kunnen voeren.
Op gemeentelijk nivo zijn de oplos
singsrichtingen, die de gevolgen van
de intensieve veehouderij voor de
funkties van het landelijk gebied
voorkomen, bestrijden of opheffen,
gedetailleerd uitgewerkt.
Voor het provinciale nivo zijn ver
schillende samenhangende opties be
schreven.
Het rapport geeft de stand van za
ken weer van eind 1985. Op dat mo
ment was de konkrete invulling van
de Wet Bodembescherming en de
Meststoffenwet nog in diskussie.
Ook de nieuwe Wet en het Besluit op
de Ruimtelijke Ordening
(WRO/BRO) waren nog in voorbe
reiding.
6
Vrijdag 13 juni 1986