uit def
praktijk
Eind mei geen aren in de wintertarwe
'De Westhoek is de bruid...'
Wordt de bladrandkever immuun?
Tcoh naar gereguleerde inkrimping
pluimveehouderij?
Spaar de lieveheersbeestjes....
De zeer milde regen die gedurende
het grootste gedeelte van de afgelo
pen zondag voor wat onaangenaam
weer zorgde, was op de THOOLSE
EN FLIPLANDSE akkers zeer wel
kom. Hoewel het nog niet uitgespro
ken droog was, zorgde de 10 mm
neerslag toch voor een stevige ver
kwikking van het nog jonge gewas.
Vooral de bloemzaden hadden hier
aan behoefte, de remmende werking
van de onkruidbestrijdingsmiddelen
wordt wat gemakkelijker overwon
nen met zo'n bintje. Steeds nog
komt men hier toch nog voor verras
singen te staan voor wat de gevoelig
heid van sommige bloemzaadgewas
sen betreft. Was er vorig jaar geen
schade van een bepaald middel, dan
treedt er toch weer plotseling schade
op, zonder dat er een duidelijk aan
wijsbare oorzaak is.
Voor de pas geplante dahlia's en
knolselderij was deze hoeveelheid
vocht ook zeer welkom. Door het
schrale weer kreeg een groot aantal
planten toch wat uitdrogingsver
schijnselen. Hoewel deze planten
niet snel geheel afsterven, lopen ze
toch een flinke achterstand op. Een
periode van wat vochtiger weer be
vordert zeker het aanslaan van deze
planten. Alle knolselderij is nog niet
geplant, omdat de planten vanwege
de late zaai in het voorjaar t.g.v. de
lange vorstperiode nog wat aan de
kleine kant zijn.
De stand van de gewassen is over het
algemeen goed. Bieten, erwten, tuin
en veldbonen werden nog al wat ge
plaagd door vreterij. De direkte
schade is niet zo groot, maar moet er
later nog een onkruidbestrijding
plaatsvinden, dan geeft beschadi
ging door vreterij soms veel schade,
o.a. Ivosit wil nog wel eens wat hef
tig inbranden op die wondjes. Tijdig
de vreterij bestrijden verdient dus de
voorkeur.
In een aantal latere engels raaiperce-
len wordt het wat moeilijk om het
onkruid de baas te worden. Op de
wat traag ontwikkelde percelen lukte
dat soms wel, maar was er aan het
gewas ook duidelijk schade te her
kennen.
Eind mei plegen de aren meestal in
de tarwe te voorschijn te komen, dit
jaar zal het nog wel even duren. Wat
hogere temperatuur zou de achter
stand nog snel kunnen wegwerken.
Terwijl de akkers momenteel steeds
groener worden, plegen dijken, ber
men en sloten momenteel steeds wit
ter te worden van het fluitekruid,
wat voor de één een lust, voor de an
der een doorn in het oog is.
Over deze heggen heen staan ook de
eerste bloemzaden weer in bloei en
die zullen ook deze zomer weer voor
een fleurige aanblik van ons gebied
zorgen. Deze te verwachten fleurige
periode lijkt wat meer tevredenheid
te gaan scheppen dan het te ver
wachten regeerakkoord. Door de
verdergaande bezuinigingen zullen
zeker de zelfstandigen niet worden
ontzien.
Landbouw komt niet voor op de
agenda van de informateur, of gaan
wij daar met z'n allen nog voor
zorgen?
'De bruigom was de lente zon
De Westhoek is de bruid'. Ik zou de
ze woorden van Jan Prins zo willen
schrijven. De WESTHOEK is op z'n
mooist.
Het nog voorzichtige groen van de
rechte aardappelbedden wordt afge
wisseld met volle velden met een
weelderig gewas van tarwe.
De natuur haalt zijn achterstand in.
Toch heeft, de aar van de tarwesten
gel geen kans gezien om in de mei
maand in de tarweplant te komen.
Als we terugkijken naar het lang
doods en dor lijkende gewas dit
voorjaar, is dit ook te begrijpen.
Maar daarover geen zorgen. De
blokken tarwe staan er best voor en
waren dankbaar voor een ekstra
stikstofgift, vandaar hun nu weelde
rig aanzien. De graszaadblokken
vallen mee. Lang hebben we naar de
vele dunne in helemaal kale plekken
gekeken. Maar een enkel grasspriet
je stoelt nu uit tot een flinke bos en
zo zien we dat het groen het wint van
het bruin. Tussen al dat groen in al
z'n frisheid, die alleen het voorjaar
geeft, liggen hier en daar een paar
blokken karwijzaad. Ze staan in vol
le bloei. Als een wit laken helpen ze
mee om het feest dat 'lente' heet te
vervolmaken. Voor een goed gewas
hoort het ook zo, ik bedoel dat wit
laken.
Dan zijn daar de erwten. Ondanks
de koude nachten die er de afgelo
pen weken waren, groeien ze goed
door. De vroege soorten beginnen
aan de knopvorming en zullen al
gauw hun bloempjes laten zien. We
weten tussen bloeien en peulvorming
ligt een korte tijd.
Al bij al liggen onze polders er prach
tig bij. Maar - en dan komt het -
onkruid en ziekten: we zitten in de
verpleegtijd.
Dus is de spuitkar onze eerste
knecht. Wat ook een grote rol speelt
en heeft gespeeld is de wind. En het
heeft wat gewaaid. Dat wil in de
praktijk zeggen: attent zijn, kijken
naar de spuitbomen. Hoe wild wuift
hun bladerenkroon. 's Nachts niet
rustig slapen. Want de wind wil in de
vroege morgenuren wel eens weg
zijn. Geen afspraken maken met
Moeder de Vrouw om op visite te
gaan.
Dat uur dat geschikt is om te spuiten
komt ineens en kan van te voren niet
uitgezocht worden. Bij het jonge
groen van de bieten zit toch wel wat
groen van onkruid en dat heeft aan
dacht nodig wil het niet de boven
toon gaan laten horen.
De aardappelziekte zal ekstra aan
dacht vragen omdat het afgelopen
jaar heeft bewezen dat de ziekte er
nog wel degelijk is. In het pootgoed
zijn de selekteurs al begonnen. Kun
nen ze de luizen nu de baas blijven
dan zijn we een heel eind. De tijd om
in een andere polder dan die van je
zelf te kijken is aangebroken. Ik
raad iedereen aan om je vrouw,
zoon of dochter achter het stuur te
zetten!
De groei begint er op SCHOUWEN-
DUIVELAND nu ook goed in te ko
men. De veehouders hebben hun
eerste gras al weer ingekuild en de
regen van afgelopen zondag heeft di-
rekt voor een hergroei gezorgd. Die
regen was hard nodig ook. Diverse
akkerbouwers hadden opkomstpro
blemen in hun uien, bieten en
bloemzaden. De opkomst is hier en
daar dan ook slecht te noemen.
Door te rollen e.d. is op sommige
plaatsen de korst nog wat verbro
ken. Sommige hadden hiermee goe
de resultaten. Vooral diegene waar
bij de planten nog onder de korst
zaten.
Niet alleen bij de opkomst zijn er
wat problemen. Er zijn namelijk
ook wat percelen gerst in uitgereden
tarweland ingezaaid, die na eerst
goed gegroeid te zijn toch voor een
deel afsterven. De gele banen erin
geven aan dat we met Tribunil scha
de te doen hebben. De overlappin
gen blijken voor de gerst funest te
zijn. Zelfs al is de tribunil 7„maan-
den geleden gespoten.
In erwten en veldbonen weer een an
der probleem: de bladrandkever. Dit
jaar zijn ze er in zo grote getale dat
je je afvraagt of ze niet immuun be
ginnen te worden tegen de bestrij
dingsmiddelen. Er is namelijk al zo
veel voor gespoten, soms al 3 keer
op hetzelfde perceel.
In bieten hier en daar ook wat vrete
rij. Bovendien kunnen we nog meer
verwachten als alle eieren van de bie-
tenvlieg die momenteel op de blade
ren zitten ook uitkomen.
Al met al veel vreterij dus dit jaar.
Iets wat je na de strenge winter mis
schien niet zou verwachten.
Maar goed, de opkomstproblemen,
de vreterij, de spuitschade en de on
kruidbestrijding zijn weer interes
sante onderwerpenj voor de ge
wasstudiegroepen die deze weken
weer volop begonnen zijn. Dus als u
's avonds een stuk of 4, 5 slingeren
de auto's door de polder ziet gaan
dan weet u voor 90% zeker dat het
om een gewasstudiegroep gaat.
Bijna alle percelen op NOORD-
BEVELAND hebben een bewerking
ondergaan, de afgelopen week zijn de
konserven erwten en is de witlof ge
zaaid. De meeste kavels wintertarwe
staan er goed voor en zullen een de
zer dagen in de aar komen. Velen heb
ben deze week nog een extra
stikstofgift gegeven om zodoende het
eiwit nog wat te verhogen. De stand
van de bieten is over het algemeen
goed en veel aardappelen komen
boven.
Wat dat betreft dus geen overmatige
zorgen. Afgelopen week hoorde ik
van verschillende kollega's dat ze hun
aardappelen van oogst 1985 hebben
"weggegeven", de prijzen die ze er
voor kregen lagen dan ook ver bene
den de kostprijs. Zo hier en daar zit
ten er nog wat onverkochte, in de
schuur, de eigenaars wachten nog op
betere prijzen!!!
Brussel wil de tarweprijs verder laten
zakken en op kwaliteit uitbetalen, zo
als de tendens nu is streeft men ernaar
om terug te gaan naar wereldmarkt
niveau, dus gaan we allemaal zoeken
naar graanvervangers om ons inko
men toch op peil te krijgen, zo wor
den er meer eiwitprodukten, bieten,
uien en aardappelen in het bouwplan
opgenomen. Van deze produkten
hebben we echter ook al overschotten.
De andere europese boeren zullen wel
hetzelfde doen, want daar zijn de
arealen graan beduidend groter en dus
ook de inkomensdaling.
Daarom juich ik persoonlijk zeer het
idee van de Z.L.M. toe om een voor
stel te doen over het braken van
grond. Ik weet dat het moreel bij ve
len van U heel moeilijk zal liggen,
want een ondernemer wil nu eenmaal
produceren. Toch is produceren tegen
kostprijs of daar beneden ook niet het
streven van een boer.
Braken houdt in Uw grond een jaar
lang vrij houden van produktie ge
wassen dus alleen een groenbemester
erop telen. Door middel van bijv. een
zesde te braken van het graanareaal
in heel de E.E.G. en hiertegenover te
stellen dat de graanprijzen weer om
hoog gaan, zodat de totale inkomens
som van granen gelijk blijft
voorkomen we een grotere druk op
onze markt van uien en aardappelen.
Bij een europese uitbreiding van de
ze produkten verliest Nederland zeker
zijn exportpositie. Door het braken
zullen de voorraden graan verdwijnen
en ook de kosten van de E.E.G.
dalen.
Velen van ons zeggen geef ons maar
een quotering net als er voor de bie
ten geldt, maar dan blijft wel de uit-
breidingsdrang bestaan voor uien en
aardappelen en niet te vergeten de
grove groenteteelt zodat deze mark
ten geheel verstoord zullen worden.
Ook de legpluimveesektor is zeer ziek.
Ze werkt momenteel met eierprijzen
van ongeveer zeven cent voor eieren
van 60 gram. Een kip legt in een pe
riode van 14 maanden die ze op het
legbedrijf aanwezig is ongeveer 300 ei
eren. De kostprijs per ei bedraagt zo
rond de ƒ0,13. Dit is een kostprijs die
is opgebouwd uit voerkosten, aan
schaf jonge hen, elektriciteit en wa
ter, rente en afschrijving en
onderhoud huisvesting, dus geen ar
beidsinkomen. Het probleem duurt
nu al bijna vier jaar met daartussenin
een periode van een half jaar met goe
de prijzen. De vraag die vele pluim
veehouders stellen is hoe kon dit zo
ontstaan en hoe moeten we verder.
Vele bedrijven gaan de laatste tijd
failliet, dus je denkt, dat zijn dan
weer wat minder kippen, maar de
banken die ook niet weten wat ze er
mee aan moeten verkopen de stallen
plus inventaris voor ongeveer een
kwart van de kostprijs en zodoende
is er geen inkrimping. In andere ge
vallen adviseert de bank om maar
door te gaan en met hen te hopen op
betere prijzen. Van de batterijwet
hadden we ook nogal wat verwachtin
gen: een kip minder per kooi dat
scheelt over Nederland gezien toch al
heel wat, of de interimwet ook min
of meer bedoeld om uitbreiding aan
banden te leggen maar deze wetten ge
ven ook geen effekt.
Een vrije markt, dat hebben we als
pluimveehouders altijd gewild, we
zijn huiverig voor de problemen zo
als ze zich bij o.a. de granen voor
doen. Toch g^an er steeds meer
stemmen op om te komen tot geregu
leerde inkrimping op europees niveau.
C. Geerligs nieuwe voorzitter
Suiker Unie
De voorzitter van de Suiker Unie, de
heer drs. K.C. van Kempen zal in de
jaarvergadering van de Unie op 17 ju
ni a.s. zijn taak overdragen aan de
heer C. Geerligs. De heer Van Kem
pen beëindigt hiermee een agrarische
loopbaan van 35 jaar waarvan de
laatste 17 jaar als voorzitter van Sui
ker Unie.
Een gunstig bericht dat we afge
lopen week ontvangen hebben
had betrekking op de bladluizen
in de bieten. Als gevolg van de
strenge winter komt de groene
perzikluis in het vrije veld niet
meer voor. De bezetting op de
winterwaarden is gering, zodat
de afvluchten en beginontwikke-
ling een rustig verloop hebben.
Mede gezien de late uitzaai en de
geringe bladluisdruk is besloten
de eerste bladluistellingen pas op
3 juni te houden.
Even voor en tijdens het
pinksterweekeinde heeft de aard-
appeltopluis beperkt gevlogen.
De eerste vluchten zwartebonen-
luizen naar de bietepercelen von
den in het pinksterweekeinde
plaats. Op de winterwaarden is er
een behoorlijke bezetting van ge
weest, reden waarom we bij
gunstig weer nog wel vluchten
van betekenis van de zwarte bo-
nenluis kunnen verwachten en
dan voornamelijk naar vroegere
en beter ontwikkelde gewassen.
Bieten en bietenkoppen in het
veld zijn bevroren en vorige
herfst was het percentage verge-
lingsziekte in ons gebied erg laag,
dus zijn er toen weinig onkruiden
geïnfekteerd.
Het lieveheersbeestje is al een
paar weken in grote getale te vin
den geweest op de bermen van
wegen en sloten en heeft zich nu
verplaatst naar de bietepercelen.
Een bewijs dat er in het begin
weinig eten op de bietepercelen te
vinden was en nu lijken de lieve
heersbeestjes min of meer uitge
hongerd. Grote infekties van de
vergelingsziekte zijn dan ook niet
te verwachten. Optimistisch kun
nen we dus onze bietepercelen
betreden, maar daarbij moeten
we niet vergeten heel diep te buk
ken en onze bieteplanten goed af
te zoeken op het voorkomen van
bladluizen.
Spaar de lieveheersbeestjes met
uw spuitkar en wees dankbaar,
dat ze in uw perceel aanwezig
zijn. Nooit weten we wanneer de
luizendruk onverwachts toe
neemt, want moeder natuur heeft
zo zijn eigen grillen, welke zelfs
de beste bieteboer nog kunnen
verrassen. De waarschuwings
dienst is echter immer paraat en
op haar groot gemiddelde aan
tellingen kunnen we gerust ver
trouwen.
Het is pas begin juni en op de
vroeg gezaaide bieten vinden we
al veel eitjes van de bietenvlieg.
De eerste vliegen verschijnen
reeds in de loop van de maand
april, maar kunnen begin mei al
zeer talrijk worden. Na paring
leggen de wijfjes aan de onderzij
de van de bladeren pakketjes van
3 a 10 witte eitjes. Bij het uitko
men dringt de larve in het blad en
maakt een mineergang ons allen
wel bekend. Meestal komen er 2
a 3 generaties per jaar tot ont
wikkeling. Twintig tot dertig jaar
geleden was de bietevlieg alge
meen gevreesd. De laatste 10 jaar
is de bietevlieg vrij zeldzaam ge
worden. Men weet maar nooit,
maar als men nu eitjes vindt, dan
kan men larven en ook schade
daarvan verwachten.
In het midden des lands rijden te
genwoordig H.L.S.-sers rond en
zij bekijken alle gewassen voor
de boer en deponeren hun advie
zen in de brievenbus op 't erf te
gen betaling uiteraard. Wij als
Zeeuwen kunnen dat goedkoper,
maar daar zijn we ook zuinig
voor.
Vorige week zijn er heel wat kou
de nachten geweest. In de nacht
van 29 op 30 mei heeft het hier
zelfs zo hard gevroren, dat de
boontjes te velde niet veel meer
beloven. Een boer kan eigenlijk
nooit van huis in de lente. Dan
dreigt er een vlieg, dan een larve,
dan een kever, dan een luis, dan
een muis en dan een gans. Eigen
lijk waakt een boer dag en nacht.
10
Vrijdag 6 juni 1986