EG-prijsvoorstellen
voor graan onredelijk!
A - c
vanuit de Z.L.M. gezien
zuidelijke landbouw maatschappij
Mestproblematiek
verzekeringen
Consumentenbond oordeelt
gunstig over Verzekeringen
Z.L.M.
VRIJDAG 14 FEBRUARI 1986
74e JAARGANG NO. 3814
land- en
tuinbouwblad
De aanhoudendde vorstperiode zorgt momenteel voor veel ijsvertier. Of er dit jaar weer een Elfstedentocht georganiseerd
wordt zal de komende week pas duidelijk worden. Voor veel boeren is dit een uitgelezen periode om kunstmest te strooien.
Algemene richtlijnen voor de stikstof bemesting in 1986 voor het Zuidwestelijk Kleigebied vindt u óp pagina 19.
Realistisch of onredelijk? Deze vraag hebben wij te stel
len bij de prijsvoorstellen van landbouwkommissaris
Andriessen en ze spitst zich met name toe op de graan-
prijsvoorstellen. Realiteit is het dat het niet verant
woord is tarwe te telen waar geen vraag naar is. Dat
wordt ook duidelijk erkend door de landbouworganisa
ties. Wij zijn bereid mee te denken en te werken om
de graanoverschotten te verminderen: medeverant
woordelijkheid te aanvaarden. Wij hebben al eerder ge
schreven dat Andriessen het idee van een
medeverantwoordelijkheidsheffing heeft opgepakt,
maar hij heeft tegelijkertijd uitzonderingen op deze hef
fing bedacht. Daarmee probeert hij de kritiek die er van
uit verschillende landen op deze
medeverantwoordelijkheidsheffing is uit de weg te
gaan. Uit de nu uitgebrachte voorstellen blijkt dat de
ze konkurrentievervalsende uitzonderingen voor An
driessen nog niet voldoende blijken te zijn.
De heffing op niet-bakwaardige tarwe wordt in de voor
stellen met 5% ekstra belast en bij de interventievoor-
waarden wordt het vochtgehalte teruggebracht op
14%. Voor bepaalde produktiegebieden, waaronder
Nederland, zal dat ingrijpende gevolgen hebben voor
de rentabiliteit van de tarweteelt. Het antwoord op de
vraag realistisch of onredelijk wordt hierdoor helaas
zeer duidelijk: onredelijk!
Onredelijk, doordat bedrijven die zelf graan als veevoer
gebruiken, vrijgesteld worden van deze maatregel maar
wel mede de overschotten veroorzaken. Daartegenover
staat dat de voergranen op konditie 1 7% vocht afge
leverd worden. De ekstra 5% heffing op niet bakwaar-
dige tarwe is eveneens niet in verhouding tot het
eventueel mindere rendement (hangt af van broodsoort
en melange) van deze tarwe voor broodbereiding.
Afgelopen seizoen bleek één meelfabriek bereid 1 cent
per kg premie te betalen voor een partij tarwe die aan
de bakkwaliteit voldeed.
Niet de kwaliteit van de tarwe is het probleem in de
EG, maar de kwantiteit. Andriessen zegt dat de voor
raden de grootste vijand zijn voor de boer. Daar is geen
verschil van mening over. Van deze landbouwkommis
saris mogen wij dan ook reeële voorstellen verwach
ten om de voorraden te verminderen. De nu
voorliggende voorstellen betekenen alleen maar een or
dinaire prijsverlaging die de problemen niet oplossen.
Wel zal deze prijsverlaging verstrekkende gevolgen
hebben voor de bestaanszekerheid in de akkerbouw
en/of gevolgen hebben voor andere sektoren door ver
schuivingen in het bouwplan.
Onrechtvaardig is het ook nu met deze zeer ingrijpen
de maatregelen te komen nu er geen wijzigingen in het
bouwplan meer mogelijk zijn. Wij zullen minister Braks
indringend moeten wijzen op onze zorg over deze on
redelijke voorstellen voor de granen. Wij zijn bereid ons
daarbij realistisch op te stellen. Diskussies over woor
den als 'drastisch' of 'fors' dienen daarbij achterwege
te blijven in een openbare vergadering van het Land
bouwschap. De problemen die op de akkerbouw afko
men zijn ernstig en ingrijpend. Het is van uitermate
groot belang dat het landbouwschap ter zake een dui
delijk standpunt in neemt. De zorg en onrust onder de
akkerbouwers moet zeer serieus genomen worden. De
gang van zaken tijdens de diskussie over de granen vo
rige week in de openbare bestuursvergadering van het
labds. is naar mijn mening niet in het belang van de ak
kerbouw. Gezamelijk zullen wij ons als akkerbouw op
korte termijn dienen te beraden over hoe we ons op
moeten stellen ter ondersteuning van onze belangen
behartiging. In onze bestuurlijke verantwoordelijkheid
zijn wij bereid geweest mee te denken. Het zal duide
lijk zijn dat we ons hard op moeten stellen tegenover
de onredelijke voorstellen zoals die nu zijn gepre
senteerd.
Het bëstuur van het Landbouwschap heeft duidelijk te
kennen gegeven, dat het voorontwerp besluit gebruik
dierlijke mest op korte termijn teveel problemen in de
f. den hollanderlaan 10
tel: 01100-24000
De belangrijkste reden waarom mensen in Zeeland en
Noord-Brabant zich graag bij Verzekeringen Z.L.M. ver
zekeren is vanwege de zéér lage premie. Het aantal op
zeggingen is te verwaarlozen. De reden hiervan is de grote
tevredenheid. Deze manifesteert zich op het moment dat
mensen een beroep op ons moeten doen vanwege een scha
de. De snelheid en de wijze waarop een schade bij Verze
keringen Z.L.M. wordt afgewikkeld heeft van de
Consumentenbond een pluim gekregen. 21 maatschappij
en werden beoordeeld op tevredenheid en snelheid bij het
afwikkelen van schade. Opvallend was dat juist drie goed
koop, regionaal werkende onderlinge verzekeringsmaat
schappijen er als beste uitsprongen. Met name werden
genoemd: D.L.G. (Assen), Sterpolis (Arnhem) en Z.L.M.
te Goes.
Vanzelfsprekend zijn wij met deze positieve beoordeling
erg blij. Maarwij zijn nog niet tevreden. Het kan nog
beter. Zoals u zult weten komt bij een behoorlijke auto
schade een expert de schade opnemen en het schadebe
drag vaststellen. Al vele jaren besteden wij dit werk uit
aan een zeer deskundig expertisebureau. Het uitbesteden
van dit werk betekent dat wij nauwelijks invloed hebben
op de planning van de expertises. U meldt schade bij ons
en u wilt graag direkt weten waar en wanneer de expert
komt kijken. Door het indienstnemen van eigen experts
kunnen wij binnenkort in een groot aantal gevallen wèl
direkt een afspraak met u maken. Snel en slagvaardig han
delen, daar houden wij van!
Ondanks de toegenomen schade in het afgelopen jaar, zul
len wij 1985 toch met een zeer gunstig batig saldo afslui
ten. De groei zat er nog steeds goed in, al was dat voor
de voertuigen iets minder dan we gewend zijn. Ter illustra
tie enkele getallen: Het motorvoertuigenpark nam van
1-2-1985 tot 1-2-1986 toe met 2.103 stuks, dat is 2,1%.
Het aantal brandverzekeringen steeg met 2.571 stuks, het
geen een groei betekent van maar liefst 22,9%. Het ver
zekerd brandbedrag steeg tot ƒ1.173.251.000,—(28,9%).
Zoals u wel zult weten wapenen verzekeraars zich tegen
fraudeurs middels een intelligent signaleringssysteem. Ik
wil daar niet te veel over zeggen maar wel dk. Wanneer
een lid ons bewust onjuist informeert volgt onmiddellijk
royement. Het zich daarna verzekeren bij een andere maat
schappij is dan geen eenvoudige zaak. In ieder geval is
men duurder uit. Gelukkig komt royement bij ons zeer
weinig voor. En ook dat is een pluim op de hoed van
u! (Voor ander OVM-nieuws zie-pag. 4 en 5)
H. Doeleman Hzn.
veehouderijsektor zal veroorzaken. Het gaat daarbij
vooral om de fosfaatnorm in de akkerbouw, de diffe
rentiatie van de overschotheffing en het uitrijverbod.
Duidelijk is dat op korte termijn maatregelen genomen
moeten worden om eksessen te bestrijden. Daarnaast
moet zeer snel meer duidelijkheid komen hoe in de toe
komst mestoverschotten verwerkt kunnen worden. De
adviezen over uitbreiding van de mestopslag moeten
daarop afgestemd worden. Dat is nu niet of onvoldoen
de mogelijk. Meer inzicht moet er komen over de ef-
fekten van het uitrijden van de mest in de winter en
bevroren grond, uitgaande van verantwoorde (norma
le) hoeveelheden. Kritisch moet er gekeken worden of
langlopende kontrakten tussen veehouderij (verede-
lingssektor) en de akkerbouw tot een verantwoorde af
zet gerekend kunnen worden waardoor vrijstellen van
een overschotheffing mogelijk moet zijn.
Voorkomen moet worden dat grote, niet grondgebon
den bedrijven, gunstige kontrakten gaan afsluiten,
waardoor kleinere bedrijven, die individueel minder mo
gelijkheden hebben, ekstra in de problemen komen. De
landelijke mestbank zal daar aandacht aan moeten
besteden. We moeten voorts verhinderen dat regionale
mestbanken eikaars konkurrent worden. Evenzeer
geldt, dat grote bedrijven niet de konkurrent moeten
worden van de mestbanken. Partikulier initiatief is be
langrijk. De mestbanken hebben echter de taak te voor
komen dat kleinere bedrijven daar de dupe van worden.
Doeleman