Winsemius en Braks:
bemestingsniveau op basis fosfaat
Kwaliteit
Service
Aanwending M.C.B.
Compensatiemiddelen
Gewestelijke Raad Noord-Brabant
wijst op landbouwbelang gronden
Krammer/Volkerak
POTTEK//
Kampeerboeren blijven vechten
voor meer eenheden
Normering wordt gefaseerd ingevoerd
ICI verwerft belang in
groot Amerikaans
kweekbedrijf
Mollen
Het lijkt mogelijk voor dierlijke mest een uiteindelijk bemestingsni
veau na te streven, gebaseerd op de fosfaatgift, waarbij zowel aan de
eisen van het landbouwkundige bemestingsbeleid als aan de eisen van
het bodembeschermingsbeleid wordt voldaan.
Dit schrijft minister dr. P. Winsemius (volkshuisvesting, ruimtelijke
ordening en milieubeheer) mede namens zijn collega ir. G. Braks van
landbouw en visserij in een op 7 maart jl. bij de Tweede Kamer inge
diende notitie over de mestproblematiek.
Regelgeving
Getracht zal worden een dergelijk
'bemestingsniveau te bereiken door
middel van een gefaseerde norme
ring, die wordt vastgelegd in een Al
gemene Maatregel van Bestuur op
grond van de Wet bodembescher
ming. De Wet bodembescherming
wordt volgende week in de Tweede
Kamer behandeld. De ministeries
van volkshuisvesting, ruimtelijke or
dening en milieubeheer en land
bouw en visserij bereiden momenteel
al de Algemene Maatregel van Be
stuur Meststoffengebruik voor. Er
zou uiteindelijk niet meer fosfaat in
de vorm van dierlijke mest op het
land moeten worden gebracht, dan
voor de gewenste gewasopbrengst
noodzakelijk is. Als de bodem ruim
voldoende fosfaat bevat, kan de
hoeveelheid uit dierlijke mest gelijk
zijn aan de onttrekking door het ge
was. Hiervan uitgaande hopen zich
geen fosfaten in de bodem op.
Nitraatbelasting
De beide bewindslieden geven de
voorkeur aan fosfaat als basis voor
het stellen van normen voor dierlijke
mest boven stikstof. Afstemming op
de stikstofbehoefte van de gewassen
zou leiden tot een grote overdosering
aan fosfaat en in veel gevallen even
eens tot zeer hoge concentraties ni
traat in het grondwater. Een op fos
faat gebaseerde fasering van de te
stellen normen brengt echter ook
voor de stikstof (nitraat)belasting
van de bodem een aanzienlijke ver
betering met zich mee ten opzichte
van de huidige situatie.
De Algemene Maatregel van Bestuur
Meststoffengebruik zal niet alleen
gaan over de toegestane hoeveelhe
den mest, maar ook aanwijzingen
geven over de wijze waarop en de
omstandigheden waaronder de be
mesting plaatsvindt. Dit leidt even
eens tot een verder beperken van de
nitraatbelasting van het grondwater.
Daarnaast wordt zo een bijdrage ge
leverd aan de vermindering van de
ammoniakuitstoot bij het uitrijden
van dierlijke mest.
Zware metalen
Voor de bodemvruchtbaarheid zal
het op termijn nodig zijn ook het ge
halte aan zware metalen in de mest te
verminderen. Daarvoor is het terug
dringen van de hoeveelheid zware
metalen in veevoeder het meest voor
de hand liggende middel. Uiteraard
geldt dit ook voor andere organische
meststoffen, zoals zuiveringsslib.
Overleg
De aanpak van de mestproblematiek
is in hoofdzaak een gecoördineerde
aktie van de departementen van
landbouw en visserij en volkshuis
vesting, ruimtelijke ordening en mi
lieubeheer. Er is een organisatie- en
overlegstruktuur in het leven geroe
pen, waarin de verschillende deel
problemen worden belicht. Over de
activiteiten zal intensief overleg met
het landbouwbedrijfsleven plaats
vinden.
Verder komt er overleg op verschil
lende niveaus met andere betrokke
nen zoals provinciale overheden en
onderzoekinstellingen.
Bij het realiseren van oplossingen
voor de mestoverschotten hebben de
volgende akties prioriteit:
- Het instellen van een (voorloper
van een) Landelijke Mestbank,
zoals die in de nieuwe Meststof
fenwet is voorzien.
- Het in overleg met deze Lande
lijke Mestbank opstellen van een
plan ter vergroting van afzetmo
gelijkheden voor dierlijke mest in
de akkerbouw en in verband
hiermee:
- het opstellen van een plan ter
vergroting van de opslag- en
transportcapaciteit voor dierlijke
mest.
- het, waar mogelijk, wegnemen
van knelpunten in het ruimtelijke
ordeningsbeleid £n het uitvoe
ringsbeleid ten aanzien van de
Hinderwet voor de voor opslag en
transport benodigde infrastruc
tuur;
- het formuleren van een kwali
teitsbeleid voor dierlijke mest.
- Het intensiveren van overleg met
het betrokken bedrijfsleven over
een brongerichte aanpak van het
mineralenoverschot, met name
met de bedoeling de toevoeging
van koper en fosfaat aan het vee
voeder en de verontreiniging
daarvan met cadmium verder te
rug te dringen.
- Het intensiveren en opstarten van
nieuwe activiteiten voor een ge
coördineerd onderzoekprogram
ma
- Het nagaan van de financiële
consequenties van bovenge
noemde akties en de mogelijkhe
den voor financiering daarvan.
- Het systematisch meer aandacht
schenken aan de mestproblema
tiek door landbouwvoorlichting
en landbouwonderwijs.
ICI heeft in beginsel overeenstem
ming bereikt met de in Iowa geves
tigde Garst Seed Company, één van
de grootste zaadfirma's in Amerika,
over de verwerving van een minder
heidsbelang in dit bedrijf. Garst Seed
Company heeft meer dan 50 jaar er
varing in de handel in landbouwzaden
en heeft een omzet van ongeveer 80
miljoen per jaar.
Ronnie H ampel, Algemeen Direk-
teur van ICI's internationale gewas-
beschermingsmiddelensektor, zei
hierover: "Dit is een belangrijke
ontwikkeling, die ICI in staat stelt
zijn omvangrijke mogelijkheden op
het gebied van bio-wetenschap te
kombineren met de ervaring van
Garst op het gebied van de planten
veredeling".
"Samenwerking met Garst zal naar
onze mening uiteindelijk leiden tot
het ontstaan van nieuwe rassen die
met de huidige technieken niet kun
nen worden verwezenlijkt. Hierdoor
zullen wij een sterke positie krijgen
in de grootste en meest winstgevende
sektor.
Advertentie I.M.
Minister ir. G. Braks (landbouw en
visserij) heeft op 6 maart jl. een brief
aan de Tweede Kamer der Staten-
Generaal gestuurd, waarin de aan
wending van de m.c.b.-compensatie-
middelen wordt medegedeeld zoals
deze in overleg met het Landbouw
schap is bepaald.
Globaal is de aanwending als volgt:
a. Totaal beschikbare bedrag van
1985 t/m 1987 120 min.
af: reservering in afwachting van
Brussel over EG-medefinanciering
20 min. Saldo 100 min.
b. Algemene reserve o.a. ter verster
king infrastructuur combinatieba
nenplan en S.E.V. 10 min.
Saldo 80 min.
Verdeling van het saldo over de pro-
dukttakken op basis van aandeel sev:
voor tuinbouw 27 min.
voor akkerbouw 13 min.
voor dierlijke sectoren f 50 min.
90 min.
c. Van het bedrag ad 50 min. voor
de dierlijke sectoren wordt 20 min.
afgezonderd voor de opkoopregeling
melk, in het bijzonder in relatie met
uitvoering motie van der Linden
De voorzitter van de afdeling Wal
cheren van de Vereniging van Kam-
peerboeren de heer P. Lampert heeft
op de algemene ledenvergadering die
6 maart jl. plaats vond in "ons Huis"
te Meliskerke zijn grote teleurstel
ling uitgesproken over het feit dat in
de onlangs van kracht geworden
kampeerwet onvoldoende rekening is
gehouden met de belangen van de
kampeerboeren. Met name de beper
king van het aantal eenheden per be
drijf tot 5 stuks is volgens de heer
Lampe onverteerbaar.
Dat de standsorganisaties en het
landbouwschap zich opstellen achter
de Kampeerwet - en dus ook achter 5
eenheden - omschreef hij als "onbe
grijpelijk". Ondanks deze teleurstel
lingen riep P. Lampert de leden op
strijdvaardig door te gaan want er
blijven nog mogelijkheden voor
meer dan 5 eenheden per bedrijf. Er
zijn nog 3 4 overgangsjaren en
daarna zal de Kampeerwet worden
herzien. In deze proef periode zal
alles moeten worden gedaan om po-
(kleinere bedrijven opvolgingssitua
tie).
d. Bouwactiviteiten Proefstation
Tuinboüwproefstations 20,0 min.
PAGV (afdeling akkerbouw)
0,5 min.
Varkensproefstation 1,1 min.
e. Bouwactiviteiten regionale onder
zoekcentra tuinbouw
1.308.500,-.
f. Aflossing (hypothecaire) leningen
ROC's
Raming: 18,5 min.
g. Automatisering/informaticasti-
mulering
Het resterende bedrag voor de tuin
bouw 4 min.) en voor de ak
kerbouw ƒ5,5 min.) zal worden
aangewend voor automatisering ver
werking gegevens in relatie Proef
stations, ROC,'s en voor informati-
castimulering en T akorganisaties
(akkerbouw).
h. Reserve van 19,9 min. voor de
dierlijke sectoren
In overleg met het Landbouwschap
zal deze reserve nader worden inge
vuld ten behoeve van de mestpro
blematiek en andere projecten in de
dierlijke sectoren.
litici ervan te overtuigen dat de hui
dige situatie waarin tot 10 en in
piekperiodes tot 15 eenheden per
bedrijf mag worden gegaan - in de
dan herziene wet wordt vastgelegd.
Tijdens de algemene vergadering
kon de Walcherse afdeling van Ve-
kabo z'n 100e lid inschrijven. Het
was het echtpaar C.P. Louws uit
Domburg. Zij ontvingen uit handen
van de voorzitter een grote taart.
Wethouder Wattel van de gemeente
Domburg maakte hierop aansluitend
bekend dat de gemeente Domburg
bezig is met een gehele herziening
van het bestemmingsplan buitenge
bied. Voor wat betreft het kamperen
bij de boer zal leidraad zijn het kon-
tinueren van de huidige situatie dat
wil zeggen het legaliseren van het
verkregen recht om tot maximaal 15
eenheden per bedrijf te gaan. Op
grond van de bestemming "rekreatief
medegebruik" zal moeten worden
voorkomen dat omliggende bedrijven
aan zware hinderwet- en milieuver
plichtingen moeten voldoen.
In de vergadering van de Gewestelijke Raad van het Landbouwschap
voor Noord-Brabant op 27 februari 1985 werd o.m. van gedachten
gewisseld over de droogvallende gronden in het gebied Krammer/Vol
kerak.
De kompartimenteringswerken in het kader van de Oosterscheldewer-
ken hebben tot gevolg dat hier circa 1700 a 1800 ha droog vallen. Een
belangrijk deel van deze gronden zal geschikt zijn voor landbouwkun
dige doeleinden. Door een daartoe ingesteld bestuurlijk overlegorgaan
worden de mogelijkheden voor toekomstige bestemmingen bestudeerd.
Op verzoek van de Gewestelijke Raad na overleg met de Gewestelijke
Raden van Zeeland en Zuid-Holland, heeft het Dagelijks Bestuur van
het Landbouwschap Den Haag bij de Minister van Landbouw en Vis
serij aandacht gevraagd voor een duidelijke inbreng van de land- en
tuinbouwbelangen daarbij.
om deze zaak voor te leggen aan de
in de Gewestelijke Raad samenwer
kende organisaties.
Jaarverslag 1984
Het jaarverslag 1984 van de Gewes
telijke Raad van het Landbouw
schap wordt in de vergadering vast
gesteld. Dit jaarverslag zal op ruime
schaal worden verspreid.
Adviestarieven voor loonwerkzaam-
heden 1985
De Kommissie Landbouwambach-
ten is tot overeenstemming gekomen
over de adviestarieven voor loon-
werkzaamheden 1985. Deze advies
tarieven worden konform het voor
stel vastgesteld.
Beleidsplan landbouw
.Aan de hand van een notitie is uit
voerig van gedachten gewisseld over
de wenselijkheid om te komen tot
een beleidsplan landbouw op pro
vinciaal nivo. Gekonstateerd wordt
dat de landbouw regelmatig gekon-
fronteerd wordt met allerlei claims
en dat het daarom van belang is dat
de provincie naast beleidsplannen op
andere terreinen ook een beleidsplan
landbouw ontwikkelt.
De Gewestelijke Raad heeft besloten
Stuurgroep mestproblematiek
De vergadering heeft van gedachten
gewisseld over het aktieprogramma
"Mestdistributie en -verwerking" en
het advies voor een in te stellen pro
vinciale verordening Mestoverschot
ten, zoals door de Stuurgroep Mest
problematiek is ontwikkeld. Hoewel
het belang van het wegwerken van
de mestoverschotten wordt ingezien,
wordt de bezorgdheid uitgesproken
over de gevolgen die het invoeren
van een dergelijke verordening zal
hebben op de inkomens van de vee
houderijbedrijven.
Meerjarenplan bosbouw
Het Landbouwschap Den Haag
heeft uitvoerig gereageerd op de
plannen van de regering betreffende
het nederlandse bos in de toekomst.
De Gewestelijke Raad acht het niet
nodig om naast deze landelijke
reaktie te reageren op meer voor
Noord-Brabant specifieke zaken.
Tegenwoordig hoor je niet veel
meer spreken over mollen. Of V-
lijkt dat maar zo? Ik zit niet b"rH
vaak met boer en tuinder aan
de toog, dus ik kan me vergis
sen. Mijn vader, vroeger, had er
geen goed woord voor over. Hij
kon ze wel schieten... Of ei
genlijk hij kon dat niet. Het is
wat moeilijk mikken op wat
onder de zoden wroet. Pesten
mollen de boeren nog? Ik zie
maar weinig molshopen in de
wei. Het kan zijn dat ik met
mijn neus kijk. Ik loop per slot
van rekening niet mee te gra
zen in het grasland. Bovendien,
de Zeeuwse klei lijkt me een
moeizame woonomgeving voor
mollen, maar de Brabantse
gronden dan?
Tjonge, wat had mijn goede
vader toch een hekel aan mol
len. Geen mol was veilig voor
hem, en hij ving ze bij de vleet.
Het was mij nooit geheel dui
delijk waarom ze hem zo
kwaad maakten. Mollen, vol
gens mijn informatie, behoor
den tot de "nuttige dieren",
want ze vreten emelten en et-
terlingen en ander knolge-
wasknagend gespuis. A lleen,
tja, ze waren wat slordig met
hun hopen.
De mollenklemmen die mijn
vader gebruikte waren van een
venijnig soort: twee sterk ve
rende stalen "vingers" die met
een vierkant raampje van draad
van elkaar gehouden werden.
Dit werd voorzichtig in een
mollengang geplant. Mijn
vader scheen precies te weten
door welke gang de mol heen
en weer liep, want ze liepen
steevast in de val. Duwde het
stomme dier dit raampje eruit,
dan vatte de klem hem onver
biddelijk bij de neus, en de
stakker kon geen kant meer
uit. Wellicht, zo hoopte ik toen,
stierf de mol van uiterste ver
bazing als hij zo plots in donker
geknepen werd. Ik vond die
opgezwollen en plat geknepen
mollesnuit in die klem toch wel
zielig.
Ik heb me die haat voor zo'n
mooi rustig ondergronds beest
je nooit eigen gemaakt, en ook
nooit begrepen. Heersen er
vandaag nog van die felle anti-
mol sentimenten? Worden er
nu betere molverdelgende
maatregelen getroffen? Vergif?
Dat lijkt me iets vrolijker voor
de mol.
Per slot van rekening is de mol
het enige dier dat met grote le
vensvreugde zijn eigen graf
graaft.
POTTEKIJKER
4
Vrijdag 15 maart 1985
