O.V.M. boekt 100.000ste polis en begint aktie tegen autodiefstal Meer kennis over de vos noodzakelijk Unie van waterschappen stemt in met voorontwerp Waterschapswet Rond 1200 alternatieve landbouw bedrijven in Bondsrepubliek Onderzoek Waiboerhoeve 1983 Agrarische werknemers voelen zich vergeten groep Melding gelegenheidsarbeid Sanering wegenbeheer Landbouwschap bepaalt korting kleine gasverbruikers voor 1984 op 7 cent De Onderlinge Verzekerings Maatschappij van de Zuidelijke Land bouw Maatschappij de OVM gaat als eerste verzekeringmaatschappij diefstal en inbraak van personenaoto's aanpakken. De OVM zal aan alle verzekerden die bij haar een allrisk polis hebben lopen en die de personenauto willen voorzien van een beveiligingsinstallatie 20% bij dragen in de kosten van een dergelijke installatie en in de installering daarvan. Deze bijdrage-aktie gaat deze maand in en duurt tot 1 juli 1985. Daarna zal de bijdrage waarschijnkijk worden gesteld op 10% De aktie werd dinsdag 6 november jl. bekend gemaakt tijdens een feeste lijke bijeenkomst die plaats vond ter gelegenheid van het feit dat de OVM het 100.000 verzekerde voertuig in haar bestand heeft opgenomen. Het betrof de auto van ds. J. de Bie uit Waarde die samen met zijn echtge note het middelpunt was van een korte feesteüjke bijeenkomst. In aanwezigheid van direktie en het voltallig bestuur van de OVM kreeg de heer de Bie een aparte polis waarop hij 1 jaar gratis is verzekerd. Bovendien werd hem een beveili- gings installatie aangeboden voor de pas ingeschreven auto. In een toe spraak wees de voorzitter van de OVM de heer L. van Nieuwenhuy- zen erop dat de regionaal werkende Onderlinge de mijlpaal van de 100.000 polis heeft bereikt nadat ze 34 jaar geleden is opgericht. Hij loofde vooral de direkteur en on- derdirekteur de heren J. de Lange en J. Visscher die zich al vanaf de oprich ting voor de maatschappij hebben in gezet. Direkteur de Lange die begin volgend jaar met pensioen gaat zei verheugd te zijn met deze mijlpaal in de geschiedenis van de OVM en met het feit dat de polis is terecht geko men waar de ZLM is ontstaan en funktioneert nl. midden in de platte landsgemeenschap. Ds. de Bie en zijn echtgenote ontvangen de honderdduizendste polis van direk teur de Lange. De Europese Federatie van Agrari sche Werknemers (E.F.A.) stelt vast dat het quotastelsel (de superheffing) de werknemers in de melkveehou derij- en in de veehouderijbedrijven zwaar heeft getroffen. Het ene deel is met aanzienlijke inkomensachteruit gang gekonfronteerd, terwijl het an dere deel al zijn arbeidsplaats heeft verloren. In sommige E.G.-lidstaten zijn voor kleinere landbouwbedrijven uitzon deringen op het quotasysteem voor zien. Bovendien hebben enkele lid staten ten behoeve van zelfstandige ondernemers kompensatiemaatrege- len getroffen en besloten steun te verlenen bij de herstrukturering van grote bedrijven. Opnieuw zijn de werknemers in de landbouw verge ten. Op het ogenblik signaleren wij in de landbouwpolitiek een tendens, die ons met grote zorg vervult. Landbouwpolitieke besluiten wor den genomen zonder ook maar enigszins te letten op de levens- en arbeidsomstandigheden van de werknemers in deze sektor. De E.F.A. heeft grote kritiek op het feit dat de Raad van Ministers op geen enkele wijze de problemen in relatie heeft willen zien met de so ciale - en vooral de werkgelegen- heidseffekten in de gehele land bouw. E.F.A. is van mening dat deze aspekten in het onderhandelings proces met de werkgevers en de re geringen van de lid-staten een even zo hoge prioriteit dienen te hebben als de maatregelen inzake de toepas sing van de melkquota. Daardoor kan worden voorkomen dat de werknemers in de zuivelsektor wor den toegevoegd aan de al te grote groep van werklozen. In het bestuur van het A.S.F. is nog geen beslissing genomen over de in voering van de nieuwe administra tievoorschriften ten aanzien van ge legenheidsarbeid. Op zo kort moge lijke termijn (in ieder geval vóór 1 januari 1985) zal dit geschieden. Dit betekent, dat de werkgevers de mel ding van gelegenheidsarbeid voorlo pig op dezelfde wijze dienen te blij ven doen als via eerdere publikaties is bekend gemaakt. Dat wil zeggen: Op het bij de A.S.F.-kantoren te verkrijgen meldingsformulier kan vooralsnog volstaan worden met de invulling van vraag 1 Binnen acht dagen zal dit formulier gezonden dienen te worden naar het betreffende regionaal A.S.F.-kan- toor. Onderzoek met betrekking tot de vossenpopulatie in ons land wijst tot nu toe niet op een verhoogde be dreiging van de overige fauna. Ook de beschikbare gegevens over de stand van andere in het wild levende diersoorten geven geen aanleiding het aantal vossen te reguleren. Over de invloed van de vos op de overige Nederlandse fauna bestaan echter verschillende opvattingen. Dit zijn enkele konklusies uit een notitie inzake het vossenbeheer in Nederland, die minister ir. G. Braks (landbouw en visserij) mede namens de staatssekretaris van welzijn, volksgezondheid en kuituur, op 26 oktober jl. aan de Tweede Kamer der Sta ten-Generaal heeft aangeboden. Aanleiding voor het opstellen van de notitie was de door de Tweede Ka mer geuite wens de norm van één vos per 500 ha na te streven. Zij baseerde zich hierbij op een richtlijn van de Wereld Gezondheids Organisatie, opgesteld om verspreiding van rabiës (hondsdolheid) zoveel mogelijk tegen te gaan. Rabiës is een voor Nederland uit heemse ziekte. Gevallen van rabiës komen nu en dan in de grensgebie den voor en zijn dan vermoedelijk afkomstig van kontakten met be smette dieren in België en Duitsland. Het wordt niet waarschijnlijk geacht dat rabiës zich vanuit de grensgebie den naar andere delen van het land 6 zal verspreiden. De bewindslieden vinden het dan ook niet noodzakelijk de norm van de Wereld Gezond heids Organisatie toe te passen. Om de kans op besmetting zo klein mogelijk te houden, verdient het volgens de bewindslieden niettemin" aanbeveling het aantal vossen in grensgebieden lager te houden dan in de rest van het land. Schade De schade die vossen veroorzaken wordt voornamelijk aan pluimvee- houderijbedrijven toegebracht. In incidentele gevallen ondervinden partikulieren overlast door schade aan sierpluimvee. Gezien de verantwoordelijkheid van de jachthouders in het kader van de Jachtwet, de omstandigheid dat het gehele jaar op de vos mag worden gejaagd en het feit dat bedrijven in het algemeen in samenwerking met de jachthouders kans zien de schade zoveel mogelijk te voorkomen, be staat er volgens de bewindslieden geen reden specifieke maatregelen met betrekking tot de schade te treffen. De uitoefening van de jacht op vos sen in ons land is in het algemeen met de Jachtwet in overeenstem ming. Het jachtbeleid behoeft dan ook naar de mening van de bewind slieden geen wijziging. De totstandkoming van de Waterschapswet geniet bij de minister van Verkeer en Waterstaat, mevr. drs. N. Smit-Kroes hoge prioriteit. Dit verklaarde ir. J. van Dixhoorn, directeur-generaal van Rijkswaterstaat op de jaarvergadering van de Unie van Waterschappen op maandag 5 november in Utrecht. De minister was zelf verhinderd op deze verga dering het woord te voeren. Ir. Dixhoorn zegde namens de minister toe dat einde van dit jaar bestuurlijk overleg zal worden gevoerd met het Interprovinciaal Overleg Water en de Unie. Dat overleg zal begin december een aanvang nemen. Waterkeringen Het bedrag op de begroting voor 1985 van 135 miljoen voor de ver sterking van zeeweringen is door een verschuiving binnen de begroting met 30 miljoen verhoogd en dat van de rivierwaterkeringen van 16,5 miljoen met 10 miljoen. Ge bleken is dat het regeerakkoord op het punt van de dijkversterkingen geen richtsnoer was, maar harde leidraad. Prioriteit geniet ook de tot standkoming van een Wet op de Waterkeringen waarin een aantal onderwerpen wordt geregeld die of buiten de wet zijn geregeld, of waar voor aparte wetten bestaan, zoals de Deltawet en de Wet van 1891 tot vaststelling van bepalingen betref fende 's rijks waterstaatwerken. Zowel de deltadijken als de rivier dijken zullen in die regeling betrok ken worden, maar ook kwesties als de organisatie het beheer, de ver houding tot de Wet op de ruimtelijke ordening, de positie van de techni sche adviescommissies voor de wa terkeringen e.d. De minister heeft voorts toegezegd dat in 1985 de Nota Beheer Stormvloedkering na voor overleg binnen en buiten de Rijkswa terstaat om advies naar de Raad van de Waterstaat gezonden zal worden. Muskusratten In 1985 zal een wettelijke regeling in werking kunnen treden met betrek king tot de wijze van aanpak en fi nanciering van het probleem van de muskusratten. De opzet van de wet telijke regeling is dat het Rijk 50% van de kosten zal dragen. Vier pro vincies zullen voor 1984 en 1985 ex tra gelden beschikbaar stellen voor het aantrekken van extra vangers. Het Landbouwschap heeft de tege moetkoming aan tuinders met een gasverbruik van minder dan 30.000 kubieke meter per jaar voor 1984 vastgesteld op 7 cent per kubieke meter. Aanvraagformulieren hiervoor zijn verkrijgbaar bij de gewestelijke raden van het Landbouwschap. Ze moeten uiterlijk 31 augustus 1985 worden ingeleverd. De kortingsregeling is een aanvulling op het gasprijskontrakt voor de glas tuinbouw. Voor de uitvoering hier van stelde de Gasunie voor 1983 en 1984 een bedrag van tweemaal 800.000,- beschikbaar. Ook voor 1985 is een dergelijk bedrag in het vooruitzicht gesteld. De kortingsregeling geldt niet voor de eerste 8.000 kubieke meter aard gas. Vorig jaar, toen de tegemoetko ming 9 cent per kubieke meter be droeg, maakten 903 bedrijven van de regeling gebruik. In totaal was daar mee 960.000,- gemoeid. Het Land bouwschap verwacht dat het aantal aanvragers voor een bijdrage over 1984 iets hoger zal liggen. Nieuwe plaatsvervangend direkteur Natuur, Milieu en Faunabeheer Drs. J.J. de Ruiter is per 1 novem ber 1984 benoemd tot plaatsvervangend direkteur Natuur, Milieu en Faunabeheer van het mi nisterie van landbouw en visserij. De heer de Ruiter, geboren in 1936 vervult thans de funktie van direk teur Landelijke Gebieden en Kwali teitszorg in de provincie Friesland. Van 1982 tot 1983 was de heer de Ruiter Inspekteur Natuurbehoud en Openluchtrekreatie in de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. Drs. J.J. Hooft direkteur landelijke gebieden en kwaliteitszorg in Friesland Binnenkort is de benoeming te ver wachten van drs. J.J. Hooft (42) tot direkteur Landelijke Gebieden en Kwaliteitszorg in de provincie Fries land. In deze funktie volgt hij drs. J.J. de Ruiter op die per 1 november 1984 is benoemd tot plaatsvervan gend direkteur Natuur, Milieu en Faunabeheer. Drs. Hooft studeerde biologie in Leiden en Utrecht. Hij is sinds 1973 verbonden aan het Ministerie van Landbouw en Visserij. Op dit moment is hij werkzaam als hoofd Staatsbosbeheer en konsulent natuurbehoud in de provincie Gro ningen. Eind 1983 waren er in de Bondsrepu bliek Duitsland, rond 1200 land bouwbedrijven die volgens de biolo gisch dynamische principes werken. Dit heeft de staatssekretaris bij het ministerie van Landbouw en Voed selvoorziening, Georg Gallus, geantwoord op een vraag van de FDP-afgevaardigde Hans Paintner. Volgens de uitslag van een in het land gehouden enquête bewerken deze alternatieve bedrijven samen ongeveer 26.000 hektare. Zowel naar aantal landbouwbedrijven als naar het gezamenlijk bebouwde oppervlak vertegenwoordigen zij ongeveer 0,2 procent van de totale landbouw. De ontwikkeling van deze sektor is nauwelijks te voorspellen schrijft Gallus verder, omdat die "zeer sterk van subjektieve faktoren, zowel van de zijde van de verbruiker als van de producent afhankelijk is". In het boekje Waiboerhoeve 1983, dat bij het PR te Lelystad is versche nen, wordt verslag gedaan van een aantal interessante onderzoekingen op het gebied van de rundvee- en schapenhouderij. De publikatie telt 92 bladzijden. Aan de orde komen de volgende onderwerpen, die met foto's en tekeningen zijn verduidelijkt. Lagere grasopname bij melkvee door bijvoedering met snijmais. Bijprodukt van penicillineberei- ding verwerkt in krachtvoer voor melkvee. Uithalen en voeren van kuilvoer met frees-voerwagen. Mechanische krachtvoerdosering in de grupstal. Ruwvoer en krachtvoer tegelijk voor het voerhek. Magnesium voorziening van melkkoeien. Technische en ekonomische re sultaten van een sterk gemecha niseerd melkveebedrijf. Beproeving van reinigingsmidde len voor melkwinningsappara- tuur. Warm water van de melkwarm- tepomp in de huishouding. Ekonomie van zonneboilerinstal laties. Opfok van vleesstieren in een open en een gesloten stal. Betonbeschermingsmiddelen en herstel van vloeren in sleufsilo's. Het scheiden van mengmest in een vast en een vloeibaar deel. Intensieve beweiding van gras land met schapen. Eerste resultaten van Swifter- en Flevolanderschapen. Huisvesting van paarden. Het boekje is verkrijgbaar door 15,— te storten op giro 23 07 421 van het Proefstation PR te Lelystad, met vermelding van: zend mij pu blikatie nr. 28. 9 november 1984

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1984 | | pagina 6