Voorzichtig
Goede spoor
Een zegen
Maatschap
Maximale produktie
"Een geweldige sprong. Maar ge
hoeft in uw leven nooit bang te zijn
om te investeren en te lenen maar ge
moet een bedrijf wel opbouwen in
fases zodat ge niet tot de grenzen
gaat van wat financieel of arbeids-
technisch nog net mogelijk is. Neem
niet te grote risiko's", houdt Juin ons
en zijn zoon Willem, die net binnen
komt, voor. Willem blijkt inmiddels
klaar met het werk en knikt zeer in
stemmend. Hij toont het gelijk van
deze zienswijze aan met een vrij re
cent voorbeeld. "Ik wilde, zo vertelt
Juin jr., de veestapel het vorig jaar
nog één keer flink uitbreiden. Ik
dacht met zo'n 70 tot 80 koeien.
Maar pa stelde zich wat voorzichtig
op toen ik het idee opperde. Met de
wetenschap van de overvoerde zui-
velmarkt in zijn achterhoofd waar
schuwde hij toch vooral voorzichtig
te werk te gaan. Ik heb steeds gezegd,
zo valt zijn vader hem in de rede, dat
het wel mis moést gaan. In besturen
van organisaties en in de pers kreeg
je daar voldoende signalen van door.
Daarom heb ik Willem steeds op het
hart gedrukt voorzichtig te zijn en
onszelf en het bedrijf niet in de pro
blemen te brengen". Willem weer:
"Toen hebben we nog eens uitgere
kend of het dan met 40 koeien kon
maar dat bleek ekonomisch niet
haalbaar en dus hebben we maar
niks gedaan". Achteraf kun je vast
stellen dat dat een verstandig besluit
is geweest want anders zouden ze nu
net als veel kollega's die de laatste
jaren wel investeerden in de proble
men hebben gezeten door de super
heffing.
Het bedrijf van de'Juins wordt uiter
aard ook getroffen door de EG-
maatregel die inperking van de
melkproduktie beoogt. Hun jaarlijk
se melkproduktie moet met ruim
8,5% omlaag en naar hun situatie
Juin sr.: "onrecht..."
vertaald betekent dat een afslanking
van de melkveestapel met ca. 10
koeien. Vooruitlopend op de super
heffing - "we zagen het aankomen" -
was Willem al begonnen met het
opruimen van de slechtst gevende
koeien. Na het van kracht worden
van de quota werd voor de kalveren
geen poedermelk meer gekocht maar
kregen de melkkoeien op aanwas en
de stiertjes volle melk van eigen fa
brikaat. Stap voor stap is zo de over
produce op het bedrijf afgebroken.
Nu zitten ze op het goede spoor en de
"boete" die ze straks moeten betalen
zal beperkt zijn. "Hoewel de pro-
duktiebeperking in de portemonnaie
voelbaar is, valt de schade bij ons
eigenlijk wel mee, zo brengt Juin sr.
naar voren. Tien procent minder
koeien wil bij ons niet zeggen tien
procent minder netto-opbrengst.
Door minder krachtvoer te geven en
door de slechtst gevende koeien weg
te doen hebben we de kosten aardig
weten te drukken. Daardoor zijn we
efficiënter gaan werken. Op grotere
bedrijven is er wat zo'n afgedwongen
bedrijfsaanpassing betreft natuurlijk
wel meer ruimte dan op een klein
bedrijf. Vandaar ook onze zorgen en
inspanningen voor de kategorie van
kleine bedrijven".
Onder het genot van het tweede
kopje koffie ontstaat een diskussie
9 november 1984
tussen vader en zoon. Willem: "Ei
genlijk is het wel goed dat de EG bij
de melkproduktie heeft ingegrepen.
Gij komt uit een generatie die niet
anders weet te doen dan werken.
Maar tegenwoordig produceert men
steeds meer door de inzet van steeds
weer nieuwe technieken en machi
nes. De arbeidsruimte die wij als on
dernemers daardoor kregen werd als
vanzelfsprekend weer opgevuld met
bedrijfsvergroting en uitbreiding van
de veestapel. Zo ging dat maar door
met als gevolg dat er steeds meer
melk kwam. Niet alleen dat maar ei
genlijk had je als veehouder geen
leven ook. Altijd maar werken en
geen vrije tijd. Daar komt nog eens
bij dat steeds meer boerenzoons en
dochters op het bedrijf blijven omdat
ze elders geen werk kunnen vinden.
Ook dat zou- weer tot een grotere
produktie hebben geleid. Met alle
problemen van dien. Het kan nog
wel eens zijn dat de superheffing op
langere termijn een zegen zal blijken
te zijn".
Waarmee hij overigens wel gezegd
wil hebben dat de uitvoering van de
regeling bij veel kleinere bedrijven,
bij de zgn. niet-groeiers en bij andere
kategoriën veehouders zeker tot
onaanvaardbare situaties heeft ge
leid. Wat dat betreft is hij het met
zijn vader eens.
De diskussie wordt onderbroken
door een voor mij onverstaanbare
kreet vanuit de keuken. De veearts is
er, zo wordt me duidelijk. Er zijn wat
problemen met een koe, een flinke
ontsteking die behandeld moet wor
den. Willem exkuseert zich en is me
teen verdwenen. "Kunnen wij, gaat
Juin meteen door, even de draad van
het verhaal weer oppakken. Zoals
gezegd, toen we ons hier vestigden
hebben we een soort strategie
vastgelegd: eerst de melkveehouderij
tot een volwaardige inkomensbron
ontwikkelen en daarna zo mogelijk
de aardappelteelt". Jaren van hard
werken volgden en het gezinsbedrijf
ontwikkelde zich voorspoedig. Ook
mevrouw Juin en de kinderen wer
den bij de opbouw ingeschakeld.
Willem die inmiddels de Lagere
Agrarische School had afgelopen,
werd volledig in het bedrijf opgeno
men. Zus Cocky sprong met name in
drukke periodes in terwijl mevrouw
Juin vooral verantwoordelijk was
voor de verzorging van de kalfjes, het
voeren van de wat grotere kalveren
en het schoonmaken van de stallen
en de melkinrichting. Sinds Willem
volledig opgenomen is in het bedrijf
heeft ze die taken eraan gegeven en
leeft ze zich uit in haar hobby het
onderhouden van de grote sier- en
moestuin rond de woning.
Hun oudste kind Willem was inmid
dels getrouwd en het jonge paar be
trok een nieuwe bungalow precies
aan de andere kant van de bedrijfs
gebouwen. Uit het zicht van de ou
derlijke woning. "Want we hoeven,
zo merkt mevrouw Juin op, niet bij
elkaar op de lip te zitten. Ieder heeft
zijn eigen huishouding nietwaar?"
De in de praktijk gegroeide samen
werking tussen vader en zoon Juin
werd nu ook officieel vastgelegd. Er
werd een maatschap onder firma
opgericht. Beide zijn volwaardige
partners in het bedrijfsekonomisch
en financieel gebeuren.
Willem is eerstverantwoordelijke
voor het veegebeuren. Hij voert de
rundveeadministratie, bepaalt de
stierkeuze en kontroleert de kracht-
voerdosering die plaats vindt via de
komputer. Arbeidsbesparing. Hij
melkt ook. Samen met zijn vader
worden mais en gras in de kuil ge
bracht. Juin jr. doet niet mee aan het
stamboek. "Als je daaraan meedoet
moet je eigenlijk een beetje koeien-
gek zijn en zo erg is dat bij ons niet.
We zijn daar geloof ik te nuchter
voor. Met het door ervaring en ge
voel gekwalificeerd oog van de
meester wordt de opfok van de
melkveestapel door de Juins zelf be
hartigd. "Ter vervanging van de ou
dere dieren die niet meer zo produk-
tief zijn selekteren we zelf de aanwas
uit de kalfjes. Daarbij ga je ook vaak
op je gevoel af. De beste hou je aan.
De stier- en andere kalfjes die onge
schikt worden bevonden om mee te
lopen naar de "produktiekoeien"
worden gemest en later voor de
De familie Juin in de nieuwe aardappelbewaarplaats. Rechts het echtpaar Juin jr. met hun twee kinderen Jeroen (r.) en
Patrick.
slacht verkocht". Ruimte om de
aanwas op te vangen heeft men op
het bedrijf voldoende want de oude
standstal die volledig voorzien is van
een roostervloer biedt daarvoor vol
doende ruimte.
Met de melkproduktie ligt de vee
stapel van vader en zoon Juin iets
boven het gemiddelde. Tot voor kort
bestond het vee geheel uit zgn. dub-
beldoelkoeien; koeien die wat de
aard van het beestje betreft goed zijn
voor de melkproduktie maar die bij
verkoop voor het vlees toch ook nog
een redelijke opbrengst te zien ge
ven. Toch heeft ook Juin jr. het Hol-
steintype, een koe die eigenlijk uit
sluitend gefokt is op de melkpro
duktie, binnengehaald. Hij heeft er
goede resultaten mee. "Wat betreft
de uiers is het een solidere koe, zo
heeft hij vastgesteld, en daarom gaan
we er toch wel mee door. Ons doel is
een maximale hoeveelheid melk te
produceren met zo weinig mogelijk
koeien en kosten. Daar past het
Holsteintype wel in". Meer gedetail
leerde gegevens over vetgehaltes e.d.
geeft hij liever niet.
De huiskavel achter en naast de
boerderij is zo groot dat de dieren
dag en nacht buiten kunnen lopen.
Een lang, half verhard pad naar
achteren met aan weerszijden bomen
maken de weiden goed bereikbaar.
Naast krachtvoer krijgen de koeien
voordroogkuilgras en maïs. Het
zaaien, maaien en inkuilen van het
gras doen ze zelf. Alleen het inzaaien
van de maïs en het hakselen wordt
uitbesteed. Dikwijls moet er tijdens
de oogstperiode van gras, maïs en
aardappelen veel gelijktijdig gebeu
ren en dan spant het er wel eens om.
Daarom ook is de krachtvoerdose-
ring geheel geautomatiseerd. Dat
neemt weer een beetje werk uit han
den en is nog uiterst efficiënt ook
want teveel krachtvoer geven is zin
loos. Aan de benodigde drijfmest is
uiteraard gemakkelijk te komen in
de buurt. De humusarme leemhou-
dende grond die goed te bewerken is
kan deze mest goed gebruiken. Een
regeninstallatie is hier wel nodig en is
dan ook aangebracht voor het gras
land. De maand augustus is die vol-
kontinu in bedrijf geweest.
Eerstverantwoordelijke voor de af
deling aardappelteelt is Juin sr.
Vader Juin houdt bovendien de
boekhouding bij. Hij vindt daarnaast
vaak onvoldoende tijd - maar maakt
die wel - om het verenigings- en ver-
gaderwerk bij te houden. Toen van
de laatste uitbreiding van de veesta
pel werd afgezien besloten vader en
zoon Juin de akkerbouwpoot onder
het bedrijf flink te versterken. Er
werd opdracht gegeven voor de
bouw van een moderne aardappel
bewaarplaats met een inhoud van
600 ton wat goed is voor 600.000 kg
produkt. Deze is dit voorjaar ge
reedgekomen. Juin: "Nu hebben we
de afzet - die al jaren op eigen risiko
plaatsvindt - wat beter in de hand. Is
de prijs slecht dan kunnen we de
aardappelen op voorraad houden tot
de markt wat vriendelijker is ge
stemd. Ieder jaar teelt Juin ongeveer
16 ha Bintjes voor de konsumptie.
Hij huurt daarvoor in de buurt nogal
wat grond en is voor poten, rooien en
bewaren volledig gemechaniseerd.
Over de afzet hoeven ze zich niet zo
druk te maken. Er is van de zijde van
partikulieren en handel voldoende
belangstelling.
Het is inmiddels half één geworden.
Geheel in overeenstemming met de
Brabantse gastvrijheid wordt de gast
aan tafel genood. Aardappelen met
verse spercieboontjes uit eigen tuin.
Tijdens de maaltijd wordt Juin geen
rust gegund. Twee keer telefoon. Nu
hij merkt dat het gesprek toch flink is
uitgelopen en het bedrijf ook nog
moet worden bezichtigd laat hij de
voorzitter van de provinciale super
heffingskommissie weten wat later te
zullen komen. "De vergadering was
nu één keer afgesproken maar ik kan
wel een uurtje later komen". Direkt
na het toetje vraagt Juin me mee
naar de bedrijfsgebouwen. Uiteraard
bekijken we ook de splinternieuwe
aardappelbewaarplaats. Met een ge
baar van trots maar vooral van
dankbaarheid wijst Juin achter de
schuren het veld in. Links en rechts
van die laan geeft hij aan, liggen on
ze weilanden. Hierlangs komen de
koeien naar de melkstal. Mooi die
bomen zo langs de laan hè; met het
vee dat daar zo rustig loopt?" Even
later stapt hij in het nette pak in de
auto naar Tilburg toe. "Rij maar
achter mij aan dan ben je er sneller
want ik ga binnen door". Op de
snelweg verlies ik hem uit het oog.
J. Wierenga
Het bedrijf van de heren Juin met links de bungalow van het echtpaar Juin jr. en geheel rechts die van de ouders. Tussen
beide woningen de bedrijfsgebouwen.
13