Onkruidbestrijding in de stoppel Benut Uw stoppel! Van die percelen waar in de loop van juli/augustus het land vrij komt, kan nadien het land op verschillende wijze worden henut. Soms is reeds een on dervrucht aanwezig of wordt meteen een stoppelgewas ingezaaid. Is er geen stoppelgewas aanwezig dan heeft men de vrije hand om een on kruidbestrijding uit te voeren. Me chanisch dan wel chemisch, óf door beide mogelijkheden te benutten. Een goed beleid als boer werd vroeger niet zelden afgemeten aan de wijze waarop men zijn stoppel eist te be nutten voor braak en onkruidbestrij ding. Deze factor weegt momenteel mogelijk wel minder zwaar maar een feit is dat de één "er veel meer uit haalt" wat zijn stoppel betreft, dan de ander. Daarom: benut de mogelijk heden die hier liggen! Hoe vroeger hoe beter Waar men ook voor kiest, een vroege stoppel biedt de meeste mogelijkhe den. Nu we dit schrijven (20 juli) wijst alles erop dat de graan- en erwteoogst dit jaat niet vroeg zullen zijn. En dit geval staat niet op zich zelf, er is duidelijk een tendens aan wezig dat de tarweoogst opschuift. En waar het gaat om onkruidbestrij ding in de stoppel kan een week vroeger of later het veld ruimen van het gewas, bepalend zijn voor het ef fect. Men kan wat de tarweteelt be treft, de klok maar niet zo terugzet ten maar dat houdt daan ook in dat men er rekening mee zal moeten houden dat de tarwestoppel gewoon minder kansen biedt dan vroeger. Anderzijds beklemtoont dit te meer elke andere vroege stoppel optimaal te benutten voor dit doel. Nog een stap verder is, uit- dit oogpunt, met opzet een vroeg het veld ruimend gewas in het bouwplan op te nemen. De begroeide stoppel Eeil goed de grond bedekkend stop pelgewas betekent op zich al een flinke concurrent voor welk onkruid dan ook. Een niet te kleine N-gift zal bij een grasgroenbemester daartoe nog kunnen bijdragen. Anderzijds: ruim een slecht geslaagde groenbe- mester op: tijdig en radikaal!. An ders is het bijna altijd een bron van vervuiling en dat gaat in volgende jaren U veel geld kosten. Bij een grasgroenbemester heeft men altijd de gelegenheid om een behan deling met groeistoffen uit te voeren. Doe dit vooral niet te laat. En, denk niet te gauw dat dit in Uw geval niet nodig is, bijna altijd loont het de moeite om (melk-)distels, akkermunt of klein hoefblad bijvoorbeeld, te bestrijden. Een N-gift, tijdig en niet te zuinig toegepast kan het groei- stoffeneffect alleen maar ten goede komen. Bij een klaver als ondervrucht dient men eveneens de wortelonkruiden in de gaten te houden. En niet te aar zelen met groeistoffen daar wat aan te doen. Beter de klaver wat afge remd dan het onkruid zijn gang te laten gaan. En bovendien een beetje eerder afsterven zal van weinig in vloed meer zijn op de totale hoe veelheid droge stof die de klaver le vert. Mechanisch of chemisch? Voor een mechanische bestrijding is een lange periode met droog weer noodzakelijk. Direct beginnen nadat het land vrij is en intensief herhalen onder droge omstandigheden is no dig voor een goed resultaat. Hierbij dient door een diepe grondbewer king het land grof weggelegd te wor den, waardoor het uitdrogend effect op de wortelstokken bevorderd wordt. Alleen daar waar het ge gewas vroeg het veld ruimt, zoals bij kool zaad, karwij, graszaad enz. krijgt men hiervoor de kans. De korte periode tussen de graan oogst enerzijds en de periode dat aardappel- en bietenoogst de trek kracht opeisen anderzijds, biedt te weinig speling om het bij de tarwes toppel op een mechanische bewer king te laten aankomen. En stoppel bewerking beschouwen als nat- Vrijdag 3 augustus 1984 weer-werk is helemaal het paard achter de wagen spannen. Bij de huidige bedrijfsstructuur zal een chemische bestrijding als regel meer zekerheid bieden. Maatregelen vooraf Maar zelden is een éénmalige be handeling afdoende om een bepaald onkruidprobleem op te lossen. Maar om toch een optimaal resultaat te benaderen doet men er goed aan tij dig met een aantal (neven-)factoren rekening te houden. Een goede start is heel belangrijk. Zo kunnen wat de graanstoppels betreft, genoemd worden in dit verband: a. tijdig maaien, b. een hoge stoppel, c. stro verwijderen d. stikstof strooien. Al of niet tijdig maaien is meestal afhankelijk van factoren die de boer zelf niet in de hand heeft, maar een bepaald perceel bij voorrang maaien scheelt zo een paar dagen en dat is in augustus al belangrijk genoeg om er rekening mee te houden. Een hoge stoppel betekent dat de Onkruidbestrijding in een vroege stoppel heeft zodoende niet alleen het voordeel dat het onkruid zich beter ontwikkelt - dusa gevoeliger is - en dat men een gunstig tijdstip voor de behandeling kan uitkiezen. Maar het biedt ook de gelegenheid het be strijdingsmiddel in korte tijd zijn werk te laten doen en daarop aan te sluiten met een mechnische bestrij ding - zeg grondbewerking. Want als het middel zijn werk eenmaal heeft gedaan, heeft een intensieve grond bewerking daaraan volgend, vaak een bijzonder goed effect. De klap op de vuurpijl zogezegd! Kweek Dit was tot voor enkele jaren in de gewassen zlef niet te bestrijden. Voor zover dit nu met middelen als Ferni- val en'Fusilade wel mogelijk is blijft dit toch meer een uitschakelen van de concurrentie dan een werkelijk terugdringen. In de stoppel is dit laatste wel mogelijk. Men kan daar bij een keuze maken uit drie metho den: een bestaande kweekvegetatie worden toegepast. Aangezien de werking dooreengenomen min der is dan van glysofaat en hier verder weinig of geen andere voordelen tegenover staan, wordt hier van een verdere bespreking afgezien. b. TCA werkt uitsluitend via de wortels van de kweek. Het spui ten op een bovengrondse bladmassa heeft dus bij TCA geen zin. Voor de toepassing in de stoppel is het dan ook zaak het middel zo intensief mogelijk net de wortels in aanraking te bren gen. Dat houdt in: een grondbewer king uitvoeren zodanig dat zoveel mogelijk wortels boven komen te liggen en dan metéén spuiten. In de praktijk valt het niet mee om op deze wijze alle wortels te ra ken. Een gerichte wijze van wer ken om een maximum aan wor tels boven dé grond te krijgen bij de voorbehandeling, is hier uiter mate belangrijk. Deze methode van grondbewer king direct gevolgd door het aanwezige bladmassa van het on kruid gespaard blijft, en dat hebben we voor voldoende opname van het middel hard nodig. Met name bij de bestrijding van veenwortel (wilde wilgen, roodbeen) staat of valt het effect met de aanwezigheid van vol doende bladoppervlak. Door het stro snel te verwijderen kunnen de onrkuidplanten zich beter ontwikkelen. Dat is belangrijk voor de vorming van een nieuw blad dat straks het middel moet opnemen. Groeistoffen werken nu eenmaal het beste als er "groei" in de plant zit. Nog een stapje verder is direct na het ruimen van de dekvrucht wat extra stikstof te geven en bijvoorbeeld per hectare 100 kg kalksalpeter te strooi en om het (opnieuw) uitlopen en de groei te bevorderen. Op het eerste gezicht misschien een gek idee om je onkruid te gaan bemesten, maar U moet er dan maar van uitgaan, dat U ze een handje helpt om zich (straks) dood te groeien. En na de behandeling?!? Maar niet alleen wat er vooraf ge beurt maar ook de behandeling na de bespuiting is van invloed op het effect. Gun het middel de tijd. Dat wil zeggen geef de groeistoffen maar ook Roundup (waar het gaat om kweek) de gelegenheid om zo ver mogelijk in de plant (vooral in de wortels) door te dringen. Hoe vroeger in het sei zoen, dus hoe meer groei er in de plant zit, hoe korter deze tijd hoeft te zijn. Maar kijk in zo'n geval niet op een weekje. Drie weken moet men altijd wach ten, een maand, is echter beter. En dat geldt dan voor bespuitingen tot half september, wordt het nog later dat men spuit - zeg maar: begin ok tober - dan moet uitgegaan worden van een wachttijd van ongeveer 6* weken. Hoe lang precies, hangt on der anderen af van de vraag of het groeizaam weer is en of de overige omstandigheden een vlotte opname en doorstronjing van het middel be wonderen. a. Geen grondbewerking uitvoeren en spuiten met glyfosaat (Roun dup enz.). b. Wel een grondbewerking uitvoe ren, metéén spuiten met TCA en dit al of niet infrezen. c. Wachten met het spuiten van TCA tot na het op wintervoor ploegen. aMits tijdig uitgevoerd op een vol doende bladmassa is dit dooreen genomen de meest bedrijfszekere methode. Glysofaat heeft het voordeel dat ook andere onkrui den dan kweek worden meege nomen. Ook distels, melkdistels, klein hoefblad en veenwortel worden door dit middel bestre den. Minder goede resultaten met glysofaat zijn vrijwel steeds terug te leiden tot het spuiten op te weinig ontwikkeld kweekgras en op spuiten bij niet-groeizaam weer. Beide gevallen komen het meest voor bij een behandeling op een late stoppel. Opgemerkt moet nog worden dat ook regen, binnen zes uur na de bespuiting, het effect teniet kan doen. Na de bespuiting kan pas weer een grondbewerking plaatshebben als de onkruiden roodachtig tot geelbruin zijn verkleurd. Dat kan 3 weken maar (bij laat spuiten) ook 6 weken zijn. Roundup enz. hebben het voordeel dat men - bijvoorbeeld om tarwe te zaaien - met een wachttijd van 2-4 weken kan volstaan. Maar dat houdt wel in dat -uitgaande van een zaaitijd van tarwe eind oktober/begin november - men aan moet sturen op het spuiten tegen de kweek in de tweede helft van september. Overigens een tijdstip dat ook uit ander oogpunt als het meest ge schikt voor de toepassing van Roundup kan worden aange merkt. Mits aan de voorwaarden van voldoende bladmassa en groeizaam weer - vooral niet te droog - wordt voldaan. Dalapon- en amitrolbevattende middelen moeten eveneens over spuiten van TCA heeft alleen maar zin onder niet te droge om standigheden. Teleurstellende resultaten waren praktisch altijd terug te leiden tot het feit dat het tijdens het spuiten of daarna te droog was. Geen wonder dat ook dat men voor deze behandeling in de stoppel met TCA, naar betere methoden dan rechtstreeks op de wortels spuiten, heeft gezocht. Voor zandgrond heeft men de oplossing gevonden in het infre zen van het middel. Gebleken is dat men niet alleen een betere kweekbestrijding heeft bij infre zen maar dat men zelfs met een iets lagere dosering toe kan (mi nimaal 50 kg/ha). TCA wordt dan gespoten op de niet-bewerkte grond waarna het meteen 8 a 10 cm diep wordt ingefreesd. Een cultivator of eg zijn voor dit in werken niet geschikt. Na het in frezen van TCA kunnen blad kool, tetraploïde rassen van stop pelknollen en bladrammenas me teen worden ingezaaid, c. Op kleigrond vindt men als regel het zo Fijn wegleggen van de grond zoals met de frees gebeurt, te bezwaarlijk. Het spuiten over de wintervoor - na het ploegen tot half november - voldoet hier be ter. Gezien de "berijdbaarheid" niet bepaald een aantrekkelijk karwei. Om aan dit bezwaar te gemoet te komen kan men -alt hans op niet-slempgevoelige kleigrond - het land eerst een (grove) bewerking geven met een cultivator, de grond wordt dan enigszins vlak getrokken, de be rijdbaarheid wordt beter maar het komt ook het resvltaat op de kweek ten goede. Wat de toepas sing van TCA over de wintervoor betreft verdient het aanbeveling het niet op die ene (chemische) behandeling te laten aankomen. Integendeel. Vooral waar het een vroege (bijvoorbeeld erwte-, kar wij-, vlas- of koolzaad-) stoppel betreft, heeft men alle gelegen heid de stoppel vooraf intensief mechanisch te bewerken. Onder droge omstandigheden metéén diep en verder grof bewerken is, wat de kweekbestrijding betreft, een goede zaak. Dus niet óf/óf, maar én/én. Mechanisch en che misch. In de praktijk blijkt dit uitstekend te werken. TCA blijkt niet ongevaarlijk wat de nateelt betreft. Tot minstens 3 maanden na het spuiten loopt men bij zaaien of planten kans op schade. Granen maar vooral mais zijn zeer gevoelig. Waar volgend jaar mais komt dient men voor half november de TCA gespoten te hebben. Klein hoefblad De oorzaak van teleurstellende re sultaten bij het spuiten tegen klein hoefblad op een stoppel moet mees tal gezocht worden in: - te laat spuiten - spuiten op planten waar weinig groei in zit, - spuiten op te kleine planten. Waarschijnlijk geldt bij klein hoef blad nog meer dan bij kweek, dat hoe vroeger het gewas het veld ruimt hoe gr groter de kans is op een goed effect van een bespuiting. Mits het klein hoefblad goed aan de groei is, geeft een behandeling in juli en augustus gegarandeerd meer effect te zien dan spuiten in september. Stel het dus niet onnodig uit! Dat "mits het goed aan de groei is" moet er natuurlijk wel bij en ook moeten na het ruimen van de dek vrucht de hoefbladplanten weer flink wat jonge bladeren hebben gevormd. Niet te droge weersomstandigheden en grond bevorderen de groei en dus ook het effect van de groeistoffen. Als regel worden met glysofaat (Roundup enz.) de beste resultaten bereikt. Dat wil niet zeggen dat men met het veel goedkopere 2, 4-D op klein hoefblad soms niet even ver komt. Het is moeilijk te zeggen waar en wanneer aan één van beide de voorkeur moet worden gegevem. Als er ook kweek voorkomt is het een duidelijke zaak: Roundup. Maar waar kweek géén rol speelt maat2maar bijvoorbeeld wel akker- munt, moerasdoorn of (melk-) distels komt men met 2,4-D waarschijnlijk even ver. Het is aantrekkelijk om bij een goedkoop middel als 2,4-D de hoeveelheid op te voeren, vooral als de omstandigheden, wat groei en weer betreft, wat tegenzitten. Dit heeft géén zin. Integendeel er is wel geconstateerd dat een (te) grote hoe veelheid 2,4-D wel de bovengronds delen sneller deed afsterven maar dat op lange termijn bezien het effect op de wortelstokken tegenviel. En het gaat juist om die ondergrondse delen! Aan een grote hoeveelheid 2,4-D is bovendien het risico verbonden dat men moeilijkheden krijgt in de na- teelt. Zowel bij wintertarwe dat 1 2 maanden na een bespuiting werd gezaaid, als bij bieten gezaaid in het volgende jaar is bij pleksgewijze toe passing, groeiremming geconsta teerd. Tenslotte Voor een goed resultaat dient bij de onkruidbestrijding in de stoppel met een groot aantal factoren rekening te worden gehouden. Tal van neven factoren zijn van invloed op het ef fect dat uiteindelijk bereikt wordt. Zelden is ook één dergelijke behan deling afdoende. De voorgeschiede nis en de situatie na de behandeling spelen een dusdanig grote rol bij het resultaat dat ook als men aan de uit voering 100% zorg besteedt, men moet afwachten of het gewenste ef fect bereikt zal worden. Een bevre digend resultaat - ook op lange ter mijn - wordt alleen bereikt als, over enkele jaren bezien, door de boer in zijn bedrijfsvoering alles wordt ge daan het (wortel-)onkruid de kop in te drukken. Het hele jaar dóór attent te zijn om - waar het maar mogelijk is - het onkruid terug te dringen, is daarbij nodig. Namens konsulentschappen voor de akkerbouw te Barendrecht en Goes P. Verhage.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1984 | | pagina 7