Broers De Jong terug naar ouderlijk bedrijf KNLC-vraagpunt 1983-1984 A Is gevolg van recessie: I "Wij hebben een familiezaakje en dat is het ook altijd al geweest," vertelt veehouder Bartele de Jong uit het Friese Tjalleberd, nabij Heerenveen. Iedereen helpt mee op het bedrijf, waar 56 melkkoeien en een dertigtal schapen worden gehouden. De Jong werd zes jaar geleden aan de meniscus geopereerd, maar heeft nog steeds last van z'n knieën, terwijl hij bovendien hernia en slijtage in zijn wervelkolom heeft. Hij is daardoor volledig arbeidsongeschikt geraakt. "Ze hebben me verteld, dat ik wel geopereerd kan worden, maar dat er geen enkel uitzicht op zodanig herstel is, dat ik weer mee zou kunnen aanpakken". De beide jongste zoons van de familie De Jong volgden een niet-land- bouwgerichte opleiding. Nu werkt jongste zoon Jan (19) in volledige loondienst op het ouderlijk bedrijf, terwijl Roel (23) naast zijn werk bij een aannemer, ook thuis meewerkt. Tenslotte is ook mevrouw Jurrie de Jong niet bang om "achter" bij te springen. Dat bleek zeker in het afgelopen voorjaar toen haar man in het ziekenhuis verbleef en zij heel wat schapen hielp bij de bevalling, iets wat ze voorheen nog nooit had gedaan. Het bedrijf van de familie De Jong ligt in de ruilverkaveling de Veen- polders, waar dit voorjaar het plan van toedeling in behandeling werd genomen. De Jong werd in die ruil verkaveling acht jaar geleden ver plaatst van een kleiner bedrijf vlakbij Heerenveen, waar 35 koeien werden gemolken. Op het nieuwe bedrijf, waar men voor de toekomst kan re kenen op 28 hektare veen op zand in één blok rondom de boerderij, werd de veestapel langzaam-uitgebreid tot de huidige omvang. Via eigenhandig uitgevoerde aanpassingen werd in het bedrijfsgebouw steeds meer ruimte gemaakt voor veestalling. Zo werden vorige winter de hooivakken overkapt en is men van plan deze herfst nog een bijschuur aan te pas sen voor jongveestalling. Niet zonder trots laat De Jong het zojuist bekend geworden bedrijfsge- middelde over het afgelopen jaar zien; ruim 6000 kg melk met 4,33 vet en 3,46 eiwit in 324 dagen. De vee stapel bestaat uitsluitend uit dochters van eigen stieren, hoewel er sinds kort een paar keer gebruik werd ge maakt van de K.I. Dat leverde tot dusver drie vaarskalveren van Gar denia Chief Astronaut op. Het over grote deel van de jongveestapel be staat echter uit dochters van een nog aanwezige Friese roodbonte stier, die De Jong uit één van zijn beste koeien fokte, terwijl er ook nog een jonge zwartbonte zoon uit dezelfde rood bonte stier op het bedrijf staat. De ruwvoerpositie voor het komende stalseizoen is bevredigend, dank zij enkele hektares, die los konden wor den bijgepacht en de kuil, die van het vorige seizoen overbleef. Daags voor ons bezoek werd ook nog drie hek tare ingekuild. den. Roel zit ook bij de toneelvere niging. Hij en Jan hebben grote voorliefde voor de autocross. Beiden hebben een cröss-auto, waar het no dige aan wordt gesleuteld en waar mee ze aan wedstrijden deelnemen. Roel heeft een paard op zijn auto, waaraan iedereen hem herkent. "Daar gaat de boer uit Tjalleberd; hij moet snel, want hij moet straks nog melken", zijn zo de opmerkin gen, die de speakers steevast over hem maken, vertelt Roel. Hij ein digde onlangs nog als tweede, terwijl Jan, die eerst voor lag, over de kop sloeg. "Hij kan een pirouet met zijn auto maken", zegt zijn moeder la chend. Roel en Jan de Jong met hun grote voorliefde; de cross-auto's. Geen werk De situatie op het bedrijf ligt nu heel anders dan een jaar of wat geleden, vooral als gevolg van de ekonomi- sche situatie buiten de landbouw. Daarbij kwam door de arbeidsonge schiktheid van vader De Jong de be drijfsopvolging ineens veel dichter bij. Zowel Roel als Jan volgde een opleiding aan de LTS, aangevuld met technische kursussen. Roel had al tijdens zijn opleiding werk gevon den bij een aannemersbedrijf, waar toen volop werk was. Twee jaar ge- Hobby De schapenstapel is de grote hobby van De Jong senior, die naar zijn zeggen een aardige aanvulling op het inkomen geeft. Zijn wolvee is een kruisingsprodukt tussen Friese melkschapen en een Engels ras. "We hadden vorig jaar twee lammeren gemiddeld, waaronder negen drie lingen," vertelt De Jong. "Ze zijn een beetje laatrijp, maar als de lammeren de tijd krijgen, kunnen ze flink zwaar worden". Het afgelopen voorjaar moest de vróuw des huizes helpen bij het verlossen van de schapen "ik vond het wel wat griezelig; in een schaap voelen hoe de boel ligt, maar het hoort erbij" - terwijl zij ook de boekhouding verzorgt. Verder is mevrouw Jurrie de Jong bestuurslid van de plattelandsvrouwen en lid van de toneelvereniging, waarmee elk jaar een nieuw stuk wordt inge studeerd. Ook Roel en Jan hebben hobby's naast hun dagelijkse werkzaamhe- Jurrie en Bartele de Jong met hun zoons Roel en Jan, die ondanks een opleiding in de technische richting nu waarschijnlijk boer worden. Het zit me niet lekker, maar ik moet nu toekijken, terwijl de jongens het werk doen,aldus De Jong, die arbeidsongeschikt raakt. leden kreeg hij voor het eerst te ma ken met de recessie, die fors toesloeg in de bouwwereld. Hij raakte in die winter vier maanden werkloos, maar kwam in het daarop volgende voor jaar weer aan de slag. In de afgelo pen winter raakte Roel zijn werk op nieuw kwijt, totdat hij twee maanden geleden weer werd aangenomen. De aannemer had weer werk voor een tijdje, vooral dank zij de opleving in de bouw van ligboxenstallen. Zoon Jan rondde twee jaar geleden zijn opleiding af. De werkloosheid in de bouw was op dat moment zo groot, dat hij geen enkele kans zag om aan de slag te komen. Terwijl Roel nog twijfelde tussen een land bouwkundige en een technische op leiding, maakte Jan indertijd een bewuste keuze voor de LTS: "Ik wilde geen boer worden. In die tijd werkte Roel al in de bouw en dat leek mij ook mooi," vertelt hij. Wanneer de werkloosheid niet had toegeslagen, waren Roel en Jan dus waarschijnlijk geen boer geworden? "Nee, Je weet natuurlijk nooit hoe het dan zou zijn gelopen, maar dan was Fedde vast en zeker thuis geko men", aldus De Jong. Fedde is de oudste zoon van de familie De Jong, die na een opleiding aan de Middel bare School voor Levensmiddelen technologie te Bolsward, een baan kreeg bij de coöperatieve zuivel industrie De Volharding te Nijkerk. waar hij intussen is opgeklommen tot produktiechef. "Hij heeft nu een witte jas gekregen," zo illustreert De Jong. "Fedde voelt zich nog steeds zeer betrokken bij het bedrijf en. komt samen met onze schoondochter in de weekends vaak naar Fries land." Het afgelopen voorjaar werd de so- ciaal-ekonomische voorlichting van de Friese Mij. van Landbouw inge schakeld voor advies omtrent de be drijfsopvolging. De situatie op het bedrijf werd doorgenomen met de boekhouder, een sociaal-ekono- misch voorlichter en een voorlichter van het konsulentschap. De hele fa milie was er bij aanwezig. Knopen zijn er toen nog niet doorgehakt, maar de mogelijkheden zijn wel dui delijker geworden. Een ligboxenstal bleek voorlopig niet haalbaar, terwijl het wel mogelijk leek om het bedrijf als tweemanson derneming op te zetten, waarbij dan zoveel mogelijk werk in eigen beheer moet worden gedaan, terwijl er "kien" geboerd zou moeten worden. Toch boer? De beslissing over de toekomstige opzet wordt voorlopig nog een tijdje vooruitgeschoven door de familie De Jong, maar de beide broers lijken het nu wel te zien zitten, als boer op het ouderlijk bedrijf. Roel denkt buiten het bedrijf voor een deel van de tijd nog wel werk te kunnen vinden, dank zij zijn ervaring in de bouw. Hij zou het liefst zelf meteen een ligboxenstal bouwen om het werk beter aan te kunnen. In de huidige opzet is er 's winters vrijwel konstant werk voor twee man, vanwege de arbeidsinten sieve huisvesting van het vee. "Het moet niet zo zijn, dat je altijd moet werken, je moet er wel eens tussenuit kunnen," aldus Roel en Jan denkt er nu anders over dan toen hij voor de LTS koos: "Altijd voor een ander werken is natuurlijk nooit zo mooi als voor jezelf bezig zijn." 12 4 november 1 983

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 12