De maand oktober op het Zuidwestelijk landbouwbedrijf Akkerbouw Meer dan in andere jaren zal oktober een drukke maand zijn voor de akkerbouwer/Immers door het later beginnen van de bietencampagne en door het later doodspuiten van aardappelen, schuift er veel werk op naar deze maand. Ook van de eind mei gezaaide uien zullen veel percelen pas laat geruimd worden. Uit ervaring weten we dat de beste zaaitijd voor wintertarwe in deze maand valt. Daarbij komt dan nog het zaaivoor- en wintervoorploegen. Bij dit alles is gunstig weer dan ook erg welkom. Dit geldt ook voor incidentele, noodzakelijke aktiviteiten als: het leggen van nieuwe drains, bekalking, veelal in de vorm van schuimaarde, aanwenden van dierlijke organische mest, grondontsmetting hoofdzakelijk tegen het bietecysteaaltje. Neem tevens maatregelen om daar, waar nodig, grondonderzoek te laten plaatsvinden op mineralen en aaltjes. Bezuinigingen in deze kosten vaak veel geld. Het is raadzaam belangrijke onderdelen uit dit artikel uit te knippen en te bewaren. Dit gebeurt nog te weinig!! Om bietverlies en tarra tegen te gaan, zal voldoende aandacht dienen te worden besteed aan rooi- en reini- gingsapparatuur. Enkele aanwijzin gen die in dit verband kunnen wor den gegeven zijn: zorg dat de machine in een goede onderhoudstoestand verkeert, pas rijsnelheid aan bij grond en gewas, kop of ontblader niet te diep en gebruik goede nakoppers, laat de lichters niet dieper dan nodig door de grond gaan, zelfzoekende, diepteregelende WINTERTARWE Dit is een belangrijk gewas op hét akkerbouwbedrijf. Voor de rassen- keuze wordt verwezen naar het Ras- senbericht dat reeds eerder in dit blad is verschenen. Wij willen er ook hier op wijzen, dat niet alleen moet worden afgegaan op het ras met de hoogste opbrengst. Andere faktoren, als gevoeligheid voor ziekten, voor schot, korreluitval e.d. dient U bij de keuze te betrekken. Bij die keuze telt ook Uw eigen erva ring met een bepaald ras. In tarwe- studiegroepen kwamen dit jaar ver schillen voor van 4000 kg per ha van hetzelfde ras. Bij een goede tarwe- teelt horen dergelijke grote verschil len niet thuis. Om al teveel risiko te voorkomen, is het aan te bevelen meer dan 1 ras te telen. Arminda en Okapi staan nog steeds wat betreft betrouwbaarheid en opbrengstmogelijkheden aan de top. Overigens moet opgemerkt worden dat Arminda en Okapi wat gele roest betreft een vergelijkbare erfelijke achtergrond hebben. Dit houdt in dat deze rassen aangetast kunnen worden door een zelfde be staand fysio of (in de toekomst) vat baar kunnen blijken voor hetzelfde nieuwe fysio van gele roest. Bij ras- senspreiding is het dus juister om zich niet tot Arminda en Okapi te beper ken. Goedgekeurd zaaizaad is wat duurder doch er is slechts r-uim hon derd kg meeropbrengst nodig om dit goed te maken. Tegenwoordig is ook het duizend- korrelgewicht op de label vermeld. Dit heeft U nodig om de juiste hoé veelheid korrels per m2 te kunnen bepalen. Hoe hoger dit duizendkor- relgewicht - bij Okapi gemiddeld ze ker 10% meer dan bij Arminda - hoe grover het zaaizaad. Naarmate het zaaizaad grover is moet meer zaai zaad worden gebruikt. Daarnaast dienen we in beschou wing te nemen de omstandigheden bij het zaaien, zoals de tijd en wijze van zaaien en de ligging van het zaaibed. Uit ervaring in tarwestudiegroepen en proeven is bekend dat plm. 70- 80% van het zaad een plant levert. Om 500-600 aren per m2 te verkrij gen, moeten we in het voorjaar on geveer 220 planten over hebben (verschilt enigszins per ras). Omdat er gedurende de winter wat planten kunnen verdwijnen, zijn bij zaaien onder redelijk gunstige omstandig heden 300 zaden per m2 gewenst. Zijn de omstandigheden ongunstig (grofkluiterig, te nat, late zaai en bij breedwerpige zaai) dan moet ge streefd worden naar zo'n 350 zaden per m2. We kunnen derhalve de volgende berekening hanteren: a. bij 300 zaden/m2: 3 x het dkg. in kg per ha b. bij 350 zaden/m2: 3,5 x het dkg. in kg per ha Stel Okapi dkg. 52 x 3 156 kg zaaizaad per ha Stel Arminda dkg. 44x3 132 kg zaaizaad per ha (N.B. dkg. duizendkorrelgewicht). Het zaaizaad dient tegen kiem- en bodemschimmels te worden ont smet. Als schade wordt verwacht van de fritvlieg dan kan een aanvullende behandeling plaatsvinden met lin daan. Tegen de smalle graanvlieg 8 dient fonofos (Dyfonate 25 EC) te worden gebruikt. Behandelingen met deze insekticiden kunnen het best kort voor het zaaien worden uitgevoerd. Van overjarig, reeds ontsmet zaaizaad dient vooraf een kiemproef te worden uitgevoerd om te weten hoeveel korrels per m2 meer moeten worden gebruikt. Dan nog blijft meestal 'de beginstand achter ten opzichte van niet-overjarig zaai zaad. Tegen slakkenschade, die soms op treedt na onderploegen van een groenbemester, bij tarwe na tarwe of na luzerne, koolzaad en karwij, kun nen 5 kg Mesurol-slakkenkorrels per ha door het zaaizaad worden ge mengd. Soms is een keer strooien van deze korrels ook na de opkomst nog noodzakelijk. Alle zaden dienen zoveel mogelijk op gelijke diepte, 4-5 cm diep, te worden gezaaid. Dit geeft een ge lijkmatige opkomst met vitale plan ten welke invloeden van bodemher biciden en slecht weer beter kunnen weerstaan. Bij rijenzaai is dit het bes te te verwezenlijken. De zaaibedbe- reiding van wintertarwe verdient daarom alle aandacht. Dit zal, vooral op de zwaardere gronden, niet altijd meevallen. Ploegen geeft een groter waterbergend vermogen dan culti- vateren. Met cultivateren - na bij voorbeeld aardappelen - zijn in het verleden, vooral op slempgevoelige percelen, nogal eens teleurstellende ervaringen opgedaan. Voor de heifstonkruidbestrijding in dit gewas wordt verwezen naar het artikel van ing. L. Zwemer hierover. AARDAPPELEN Dit jaar zullen begin oktober nog lang niet alle percelen aardappe len gerooid zijn omdat met het doodspuiten op een aantal perce len doelbewust is gewacht, wel wetende dat daardoor extra risi- ko's zijn genomen. Door de lagere bodemtemperaturen neemt de kans op "BLAUW" toe. Tracht KNOLBESCHADIGING bij het rooien en transport zoveel mogelijk te voorkomen. Een juiste afstelling van loofklapper, rooier en inbrengapparatuur is noodza kelijk voor behoud van de kwali teit. Als gevolg van "doorwas", laat deze dit jaar toch vaak al te wensen over. "Blauw" komt ook meer voor bij te grote valhoogten, hoge ket tingsnelheden en harde kluiten. Partijen met glazige primaire knollen vragen dit jaar extra aan dacht bij de bewaring omdat het ontstaan van WATERZAKKEN niet uitgesloten moet worden. Over zaken RONDOM DE BE WARING kan verwezen worden naar onlangs reeds verschenen of nog te verschijnen artikelen in dit blad. SUIKERBIETEN De verschijnselen, veroorzaakt door het bietecysteaaltje, waren en zijn nu nog zeer duidelijk in het gewas te herkennen.Diversebietentelerszullen niet langer maatregelen kunnen blij ven uitstellen. Gericht onderzoek op aanwezigheid van aaltjes, zo nodig grondontsmetting of langer wachten met het telen van bieten is meer dan ooit noodzakelijk. Totale Aantal luchthoeveelheid graden (m3) per uur 200 x 150 30.000 x Houdt voldoende grond op de ketting om beschadiging te voorkomen. Het zal lang zijn geleden dat de bie tencampagne zo laat een aanvang heeft genomen. Dit leidt tot een kor tere verwerkings- en rooiperiode van zo'n 2 3 weken, wat althans bij voldoende rooibare dagen voor teler en loonwerker geen problemen hoeft te geven. Om het maximaal financieel rende ment te behalen, dient bij het bepa len van het rooitijdstip zeker de rijp heid van het gewas te worden be trokken. Het spreekt voor zich dat de vroeg gezaaide bieten het eerst voor oogsten in aanmerking komen. In mei gezaaide bieten kunnen daarom Konsulentschap voor de Akkerbouw en de Rundveehouderij te Goes of vers vervoederd. Als ORGANI SCHE STOFVOORZIENING is ondergeploegd bietenblad een welko me aanvulling mits GOED OVER HET LAND VERSPREID. De be mestingswaarde is 275,- per ha. UIEN Er zijn dit jaar meer laatgezaaide (eind mei) dan vroeggezaaide (maart-april) uien. De laatgezaaide uien hebben het weer niet mee ge had. Zoals het er momenteel naar uitziet, zullen veel van deze late uien pas in oktober worden geoogst. De opbrengst is weinig belovend. Een groot deel ervan zal door de teler zelf worden opgeslagen. Het oogsten zonder velddroogperiode, waarbij kort voor het rooien het loof geklapt wordt en de velddroogperiode achterwege blijft, is bij deze percelen het meest aan te bevelen. Men moet dan wel beschikken over voldoende ventilatie- en luchtverhitterkapaci- teit. Direkt na het inschuren moet met het droogproces worden begon nen. De buitenlucht moet dan tot 25 gr.C. worden opgewarmd. De storthoogte mag maximaal 3Vi meter bedragen. Voor de kapaciteit van de ventilator wordt 150 m3 lucht per uur per m3 uien gerekend bij een weerstand van 300 Pa. De kapaciteit van de- lucht- verhitter kan berekend worden vol gens onderstaand voorbeeld. Er is uitgegaan van een partij van 110 ton uien (ca. 200 m3) en een buitentem peratuur van 15 gr.C. Voor het op warmen van 1 m3 lucht is 1,25 kJh (0,3 kcal) per 1 gr.C. nodig. 1 m3 lucht Benodigde 1 gr.C. opwarmen kapaciteit 10 1,25 375.000 kJh (90.000 kcal) lichtsystemen stellen minder ho ge eisen aan de besturing, vermijd "lekken" in rooier en lader, goed gevormde zwaden op vlakke grond laten zich het best laden, kontroleer regelmatig het gerooi de produkt op puntbreuk, de ge rooide oppervlakte op bietverlies Voorkom opeenhoping van bieteloof bij het onderploegen. pas beter na half oktober worden geroojé. Bij een onrijp gewas zijn nog te veel kalium, natrium en on gewenste stikstofverbindingen in de wortel achtergebleven wat tot sui- kerverliezen leidt. Tegen eind oktober mag geen be langrijke gewichts- of gehaltetoena- me meer worden verwacht. We moeten ernaar streven dat eind ok tober zeker die percelen gerooid zijn waaF problemen kunnen worden verwacht, bijvoorbeeld vanwege de zwaarte van de grond of andere minder goede omstandigheden. Rooien onder gunstige omstandig heden geeft de minste verliezen en tarra. Voor elke ton grond wordt 10,— in rekening gebracht. Ook moet bij het rooien zoveel mo gelijk struktuurbederf van de grond worden voorkomen anders zal het volggewas daar in negatieve zin op reageren. en het bladzwad op te dikke kop pen of in geval van ontbladeren de kopdiepte kontroleren nadat de nakoppers zijn gepasseerd. Wanneer bieten lang in de hoop moeten liggen, zullen verliezen op treden. Om deze te beperken dient op het volgende te worden gelet: onrijpe bieten laten zich moeilijk bewaren, dit geldt ook voor te diep gekopte en beschadigde bieten, blad en onkruid zijn haarden van broei, leg de hoop op een ylakke, goed bereikbare en berijdbare plaats, geef de hoop een vorm, die vlot en effektief afdekken tegen vorst mogelijk maakt. Bietenkoppen en -blad zijn nog altijd een prima veevoeder. Dit jaar zal er wellicht meer van worden ingekuild Totale luchthoeveelheid (m3 per uur 200 x 150 30.000 x Aantal graden opwarmen 10 x 1 m3 lucht 1 gr.C. opwarmen 1,25 Benodigde kapaciteit 375.000 kJh (90.000 kcal) De luchtverhitter dient met behulp van een thermostaat, geplaatst in het luchtkanaal échter de ventilator, ge regeld te worden. Dit droogproces duurt 1 a 2 weken en kan worden beëindigd als de uien boven in de partij droog zijn. Hierna moet dan nog 2 a 3 weken doorlopend met koele buitenlucht worden geventi leerd. GRASZAAD Ook na een tijdige bespuiting in september met het juiste middel kan het soms nodig zijn aanvullende maatregelen te nemen. Tegen straat gras. duist, kweek en opslag van gra nen en grassen zal meestal pas vanaf oktober een bespuiting kunnen wor den uitgevoerd. Enerzijds doordat het jonge gras er anders teveel onder lijdt, anderzijds omdat althans bij sommige middelen het middel door de grotere te bestrijden grasachtige planten beter wordt opgenomen. KAMILLE Basagran en Basagran P kunnen la ter in de herfst nog ingezet worden. MUUR Mecoprop, dinoterb of meco- prop/benazolin. DISTELS MCPA (zelfs tot kort voor het in aar komen). STRAATGRAS Kan vanaf half september tot half oktober in veldbeemd, roodzwenk, Italiaans- en Engels raaigras worden gespoten met methabenzthiazuron (o.a. Tribunil). In veldbeemd is be gin oktober ook diuron (AA-Kar- mex) mogelijk. DUIST Tussen half september en half okto ber als bij straatgras. In veldbeemd 30 september 1983

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 8