De keuze van wintertarwerassen
voor oogst 1984
Chandor
KORTE WENKEN
C.A.R. Zevenbergen
nu in prijs
verlaagd
Minder vaak bouw
vergunning nodig
Het gewas wintertarwe nam in het
oogstjaar 1983 een oppervlakte
van 61.000 ha van het Zuid
westelijk akkerbouwareaal in be
slag. De rassen Arminda en Okapi
namen hiervan ongeveer 80^ in.
Daarnaast werden vooral Citadel,
Saiga en Marksman geteeld.
De groei in 1983
Vooral begin oktober 1982 is er
zeer veel regen gevallen, hetgeen
de inzaai van wintertarwe stag
neerde. Er was toen nog weinig
gezaaid. Later in oktober en in
november kon veel tarwe onder
redelijke omstandigheden worden
gezaaid. Er is zelfs in december en
in januari nog wintertarwe ge
zaaid.
De overvloedige neerslag in het
voorjaar heeft de ontwikkeling
van de tarwe minder nadelig beïn
vloed dan in die periode werd ge
dacht. De tarwe is in het algemeen
goed uitgestoeid en er zijn vrij
grote aren gevormd.
Eind mei kwam op veel plaatsen
meeldauw in de tarwe voor welke
zich vrijwel niet verbreid heeft.
Tegen eind juni breidde de bruine
roest, in de daarvoor gevoelige
rassen, sterk uit. Een tijdige be
spuiting tegen deze ziekte heeft
zijn geld goed opgebracht. De ho
ge temperaturen welke vanaf be
gin juli voorkwamen, hebben de
afsterving van het blad bespoe
digd. De korrelopbrengsten lijken
er op de meeste percelen niet veel
van te hebben geleden. Gemiddeld
zijn zeer goede korrelopbrengsten
behaald. De stro-opbrengsten wa
ren eveneens hoog.
Afrijpingsziekten kwamen weinig
voor; bruine roest heeft wel ver
schil in opbrengst tussen de ras
sen veroorzaakt.
Tabel 2. Een.aantal raseigenschappen volgens Rassenlijst 1983
ras
"winter
vast
heid
stro-
lengte
stro-
stevig
heid
resistentie
tegen
geschikt
heid-voor
dekvrucht
gele
roest
2)
bruine
roest
meel
dauw
afrij
pings
ziekten
schot
Arminda
8
5
8
a/7
7
6
65
65
9
Okapi
8
75
65
6/5
5
45
75
5
6
Nautica
75
65
75
8/6
55
6
55
75
7
Citadel
75
55
7
7/7
5
6
6
6
7
Swifta
75
7
'75
8/6
4
4
55
6
8
Saiga
65
5
75
7/6
65
6
65
6
8
Marksman
6
4
a5
7/6
7
7
5
5
6
1) Hoog cijfer: goede wintervastheid. lang stro, stevig stro. grote resistentie,
weinig schotgevoelig en goede dekvrucht.
2) Het eerste cijfer berust op veldwaarnemingen: het tweede geeft de kans op
aantasting door gele roest aan.
Het onderzoek in 1983
In het najaar van 1982 zijn op vijf plaatsen in Zuidwest Nederland proeven
aangeiegd om de korrelopbrengst en de eigenschappen van de rassen te
vergelijken. Per proefis de tarwe op één. twee of drie wijzen geteeld.
De proefvelden lagen op de volgende bedrijven:
bedrijven
teeltsysteem
1)
I
II
III
C. v.d. Spek, Bleiswijk
Proefboerderij "Westmaas"
Proefboerderij "Rusthoeve"
W. Menu, Kloosterzande
Gebr. Brooymans, de Heen
1Teeltsystemen:
1 stikstofbemesting volgens advies; geen ziektebestrijding
II stikstofbemesting volgens advies; wel ziektebestrijding
III stikstofbemesting volgens advies 30 kg N/ha: CCC en ziektebestrijding
Tabel 1. Gemiddelde opbrengsten van de proefvelden in het Zuidwesten in
1983 in verhoudingsgetallen
Is weinig vatbaar voor gele roest,
zeer vatbaar voor meeldauw en
bruine roest. Nogal vatbaar voor af
rijpingsziekten. Is iets gevoelig voor
schot en gevoelig voor sommige bo
demherbiciden.
Vrij goed wintervast
Saiga geeft goede tot zeer goede op
brengsten. Is vrij weinig vatbaar voor
gele roest en bruine roest. Is iets vat
baar voor meeldauw, bruine roest en
afrijpingsziekten. Geschikt als dek
vrucht.
Marksman geeft in het Zuidwesten
zeer goede opbrengsten. Is vrij wei
nig vatbaar voor gelfe roest. Is nogal
vatbaar voor afrijpingsziekten, voor
al voor fusarium. Is nogal gevoelig
voor schot en rijpt laat. Heeft een
matige korrelkwaliteit met een laag
hektolitergewicht.
Donjon heeft goede tot zeer goede
opbrengsten gegeven. Heeft grof
blad. Het stro is vrij lang, middel
matig stevig en weinig veerkrachtig.
Is sterk vatbaar vopr voetziekte.
Werd nogal door meeldauw en iets
door afrijpingsziekten aangetast.
Rijpt laat. Heeft een vrij goede kou-
deresistentie en matige schotresis
tentie. Weinig geschikt als dek
vrucht.
Granada heeft goede tot zeer goede
opbrengsten gegeven. Is in het voor
jaar vrij traag. Heeft vrij kort en ste
vig stro. Werd weinig door gele en
bruine roest aangetast, vrij weinig
door meeldauw en afrijpingsziekten.
rassen
198^
gem. Zuidwesten
1978-1983
teeltsystemen
I 1>
I! 1>
■III 1>
gemiddeld
Arminda
98
98
99
98
101
Okapi
97
100
100
99
102
Nautica
79
93
94
90
96
Citadel
87
98
97
95
102
Swifta
-
-
90
90
96
Saiga
105
100
100
101
102
Marksman
114
108
106
109
105
Donjon
99
99
105
102
KA
O
Granada
109
99
100
102
103
100 „..kg/ha
7560
8820
8350
8270
8210
r r
jf •«>- .**1 .i.v.fc f
13
1) De verhoudingsgetallen van de teeltsystemen I, II en III zijn horizontaal
niet vergelijkbaar
De keuze van het tarweras is van niet geringe betekenis voor de opbrengst
volgend jaar!
Rijpt vroeg. Heeft een middelmatige
kouderesistentie en een vrij goede
schotresistentie. Is een geschikte
dekvrucht.
Sommige bodemherbiciden: me-
toxuron met als merk Dosanex en
chloortoluron met als merken Bra
bant chloortoluron, Dicuran 500
FW, Luxan chloortoluron 500 FC,
Luxan chloortoluron spp en chloor
toluron 50 Flow.
Advies
Naast de veel verbouwde rassen Ar
minda en Okapi komen Citadel,
Saiga en Marksman in aanmerking
voor uitzaai.
Dit geldt eveneens voor het nieuwe
ras Granada.
Bij de keuze adviseren wij ook nu
weer de voor- en nadelen van de
rassen goed af te wegen. Ook al zijn
de meeste ziekten nu goed te bestrij
den, de gevoeligheid van een ras
voor één of meerdere ziekten blijft
een nadeel. Vooral gele roest is door
zijn soms explosieve verspreiding
een gevaarlijke ziekte. Daarom is de
keuze van zelfs meer dan twee rassen
te overwegen.
Dit bericht is opgesteld door:
Konsulentschappen voor de Akker
bouw en de Rundveehouderij in het
Zuidwestelijk kleigebied
Proefstation voor de Akkerbouw en de
Groenteteelt in de Vollegrond te Le
lystad
Rijksinstituut voor het Rassenonder-
zoek van Kuituurgewassen te Wage-
ningen
Proefboerderijen "Rusthoeve" en
"Westmaas"
BESCHRIJVING VAN DE RAS
SEN
Goed wintervast
Arminda geeft goede opbrengsten. Is
weinig vatbaar voor gele roest en vrij
weinig voor bruine roest. Is iets vat
baar voor meeldauw en afrijpings
ziekten. Door stevigheid en geringe
bladrijkdom zeer gesch-ikt als dek
vrucht. Is gevoelig voor sommige
bodemherbiciden.
Okapi geeft op alle gronden goede
tot zeer goede opbrengsten. Is iets
vatbaar voor gele roest en nogal vat
baar voor bruine roest en meeldauw
maar weinig vatbaar voor afrijpings
ziekten. Is nogal gevoelig voor schot.
Nautica blijft in opbrengst achter. Is
weinig vatbaar voor gele roest. Is iets
vatbaar voor meeldauw en afrij
pingsziekten. nogal vatbaar voor
bruine roest. Is zeer gevoelig voor
sommige bodemherbiciden.
Citadel heeft goede tot zeer goede
opbrengsten gegeven. Lijkt iets vat
baar voor gele roest. Werd iets door
meeldauw en afrijpingsziekten aan
getast. Is sterk vatbaar voor bruine
roest. Is iets gevöelig voor schot. Is
een redelijke dekvrucht en is gevoe
lig voor sommige bodemherbiciden.
Swifta geeft vrij goede opbrengsten.
AKKERBOUW
VROEG ZAAIEN VAN WIN
TERT AR WE heeft de belangstel
ling. Op lichte grond, is bij zaai in
de tweede helft van september,
doorgaans een vroeg ontwikkeld
gewas te verwachten, wat bij een
zaaiafstand van 11 tot 12,5 cm in
de rij de kans op verslemping in
het najaar tot een minimum be
perkt.
VROEG ZAAIEN HOEFT niet
dire kt een hogere opbrengst te be
tekenen. De voordelen moeten ge
zocht worden in punten als betere
zaaiomstandigheden en arbeids-
spreiding. Onder gelijkblijvende
omstandigheden, tijdens het zaai
en, wordt het na begin oktober
daarentegen nooit beter. Laat een
goede kans dan ook niet onbenut.
HET IS BEKEND DAT
VROEG GEZAAIDE tarwe ge
voeliger is voor voetziekten en uit-
winteren dan laat gezaaide. Meest
al stoelt een vroeg gewas meer uit
met het gevolg een dichte stand,
veel aren, langer stro en een lagere
korrel/stro verhouding.
ZAAI TARWE NIET TE DIEP!
U loopt met diep zaaien veel meer
risiko 's voor een goede opkomst en
ook de kans op uitwinteren wordt
veel groter. Ondiep zaaien, 2 a 3
cm, geeft een snelle kieming,
krachtige planten met een goede
beworteling, meer weerstand en
herstellingsvermogen.
HET DUIZENDKORRELGE-
WICHT staat niet voor niets op
het labelcertifikaat. Gebruik het
ook! Bij tarwe gaat hetzelfde op
als bij poot goed. Van 35/45 heeft
U meer kilo's nodig dan van
28/35. Welnu, van tarwe met een
duizendkorrelgewicht van 55 heeft
U ook meer zaaizaad nodig dan
van een partij met een duizend
korrelgewicht van 45.
VEEHOUDERIJ
IN DE NAZOMER worden vaak
jonge plantjes aangetast door
kiemschimmels. Door lagere tem
peraturen en toenemende kans op
vochtige omstandigheden met als
gevolg een tragere kieming en
groei valt late zaai vaak tegen. Bij
inzaai van grasland na september
loopt U dit risiko.
DE MELKOPBRENGST LE
VERT ongeveer 80% van het in
komen. Het gebruik van fokstie
ren met een hoog netto melkgeld
(I-net) verhoogt het toekomstig
rendement van de veestapel. Naast
een goede melkproduktie is uier-
en beenkwaliteit belangrijk voor
een lange levensduur.
Voor kleine bouwwerken, zoals dak
kapellen, schuurtjes, bergingen, ga
rages en duivenhokken zal geen
bouwvergunning meer nodig zijn.
Dit is een van de beleidsvoornemens
uit het aktieprogramma Deregule
ring (woning)bouwregelgeving, dat
minister Winsemius en staatssekre-
taris Brokx van Volkshuisvesting,
Ruimtelijke Ordening en Milieube
heer (VROM) vandaag aan de
Tweede Kamer hebben aangeboden.
Het aktieprogramma is een uitvloei
sel van het regeerakkoord, waarin is
opgenomen dat op korte termijn
maatregelen worden genomen om te
kunnen overgaan tot het afschaffen
van overbodige regels en voorschrif
ten in het bouwproces.
Advertentie I.M.
kent geen rassenbeperking.
30 september 1983
7