nieuws uit brussel Importbeperking graanvervangers Landbouw-Comité tegen verlaging boereninkomen Europese kommissie: aanpassing landbouwbeleid onvermijdelijk. jan werts - brussel Aantekeningen van Jan Werts bij de Brusselse voorstellen Landbouwschap betreurt opstelling minister van Landbouw over interventie bakwaardige tarwe Z ui velo verschotten EG-steun voor de bijenteelt Bezuinigingen op het landbouwbeleid, zoals wij die nu voorstellen, zijn om diverse redenen noodzakelijk. Het gaat daarbij zeker niet alleen om budgettaire kriteria, zoals het voortaan laten achterblijven van de landbouwkosten bij de inkomsten van de Europese Gemeenschap. Zonder maatregelen valt het Europees landbouwbeleid binnenkort uiteen. Ons doel is dan ook de landbouwpolitiek te rationaliseren. Niet om hem te re-nationaliseren, waarbij iedere regering weer op eigen houtje aan landbouwpolitiek gaat doen. Dat schrijft de Europese Kommissie in de bij haar bezuinigingsvoorstel len behorende begeleidende over weging. Er is volgens haar geen twij fel meer aan, dat een landbouwbe leid dat al meer dan twintig jaar oud is. vraagt om aanpassingen. Want de omstandigheden waaronder de landbouw nu werkt zijn totaal anders dan die van destijds. In 1960 zorgden in de Europese Gemeenschap meer dan 17 miljoen agrariërs voor de voedselvoorziening. Nu zijn dat er nog geen acht miljoen meer. Tien jaar geleden, in 1970, was het ver enigde Europa nog steeds importeur van diverse voedingsmiddelen. In 1983 is men echter ruimschoots zelf voorzienend geworden. Los van de kosten moet het landbouwbeleid herzien worden, zoals wij trouwens in oktober 1981 al aangekondigd hebben, aldus de Brusselse autori teiten. Zij sommen vervolgens drie redenen op, waarom men in dat kader het stelsel van voor de produ cent gegarandeerde prijzen op de helling wil zetten. Op de eerste plaats moet men meer rekening gaan houden met de ge weldige technische ontwikkeling in de land- en tuinbouw. Dankzij de wetenschappelijke vooruitgang rea liseert de agrarische sektor een voortdurende verhoging van de oog sten en de produktie per dier. Dit resulteert in een voortdurende pro- duktiestijging tegen alsmaar lagere kosten. Onder die omstandigheid moet de land- en tuinbouw ook meer afgestemd worden op wat de markt kan verwerken. In de tweede plaats is het evenwicht op de markten gedurende de voor bije decennia aanzienlijk verscho ven. Er was over. de hele lijn gezien een jaarlijkse toename van de pro duktie met anderhalf tot twee pro cent. Terwijl de konsumptie slechts Jan Werts met een half procent steeg. Gevolg: Overschotten in de belangrijkste sektoren, zoals granen, vlees, melk- produkten, suiker en wijn. Meer en meer is de Europese Gemeenschap afhankelijk geworden van gesubsi dieerde verkoop van haar land- bouwprodukten buiten Europa of levering tegen sterk verlaagde prij zen binnen de Euro-markt. In de zuivelsektor bijvoorbeeld moet tussen de helft en tweederde van de totale EG-boter- en melkpoederpro- duktie aldus met alsmaar hogere steun van de overheid worden afge zet. Die situatie zal nog verergeren. De vraag naar voedingsmiddelen stijgt namelijk steeds langzamer. Op de Wereldmarkt is de koopkracht afhankelijk van herstel van de eko- nomie, dat nog onbekend is. Daarom kan de EG niet meer doorgaan on beperkte garanties te geven. Als de produktie boven een bepaalde drempel uitgaat zal de producent met een lagere opbrengst genoegen moeten gaan nemen. Laatste argumênt voor verandering is dat de landbouw meer geïnte greerd moet worden in de rest van de ekonomie en dan met name ook de voedingsmiddelen-industrie. De land- en tuinbouw leveren immers meer en meer bewerkte (dus meer hoogwaardige) produkten af. Dat proces kan alleen doorgaan wanneer die land- en tuinbouw konkurrerend grondstoffen aanvoert voor de voe dingsmiddelenindustrie. Niet alle bedrijven zijn daartoe fn staat. Daarom zijn specifieke maatregelen nodig ten gunste van de agrarische bevolking in de minder begunstigde streken cn op de kleinere bedrijfjes. Op langere termijn gezien moeten hier overigens strukturele maatrege len genomen worden. Zodat derge lijke hulp dan weer overbodig wordt. Tot zover de analyse van de Europe se Kommissie. Al haar voorstellen worden na de vakantie besproken in speciale vergaderingen van de mi nisterraad. Tegen de gewoonte in is daarbij een hoofdrol weggelegd voor de ministers van Buitenlandse Zaken en Financiën. De Landbouwminis ters doen aan een aantal van die bij eenkomsten mee. Uiteindelijke be sluiten zouden dan genomen moeten worden op 6 december in Athene bij de eerstvolgende EG-topkonferentie van staatshoofden en regeringslei ders. Eerste indruk van de waarnemers in Brussel: Het ziet er allemaal nogal vaag uit. De voorstellen zijn namelijk nauwelijks met cijfermateriaal on derbouwd. Wel is het de bedoeling de landbouwuitgaven volgend jaar met ruim zes miljard (op de veertig miljard) te beperken en in de daarop volgende jaren loopt dat op tot ruw weg acht miljard gulden. Verder viel het op dat zowel Kom missie-voorzitter Thorn als Land- bouwkommissaris Dalsager herhaal delijk zeiden dat hun analyses uit het verleden (afgewezen door de minis ters) wel degelijk juist blijken te zijn geweest. Thorrt verklaarde nog dat hij zich niet kan voorstellen dat de ministerraad ook nu weer nalaat de voorstellen over te nemen. Dalsager zei dat het bestaan van het land bouwbeleid nu op het spel staat. Hij ontkent overigens dat er werkelijk wijzigingen in de Europese land bouwpolitiek komen of dat de uitga ven in een strak keurslijf worden ge drongen. De Europese Landbouwkommissaris deed tenslotte een dringend beroep op de agrarische bevolking van Eu ropa. "Europa heeft een gezonde land- en tuinbouw nodig. Wij mogen de vooruitgang van de voorbije twintig jaar niet stoppen. Aan de an dere kant mag Europa van de boe renbevolking ook begrip vragen. Wij kunnen de landbouw niet isoleren van de krachten die vandaag de hele samenleving bewerken. Daarom vraag ik de boeren: pleeg geen ver zet. Wij zijn namelijk van plan via de voorgestelde maatregelen het beleid te verbeteren en te versterken. Steun ons liever, want anders zal het Euro pees landbouwbeleid niet over leven", aldus besloot Dalsager zijn toelichting. Een zeer moeizaam tot stand geko men kompromisvoorstel van de EG- Kommissie om gedurende de eerste drie maanden van het seizoen 1983/84 drie miljoen ton tarwe te interveniëren op referentieprijsni veau is niet ondersteund door de Nederlandse delegatie in het Be- heerskomité voor granen. In een brief aan de minister van Landbouw heeft het Landbouwschap erop aan gedrongen dit wel te doen. Door de beperking van de export van tarwe in de EG is volgens het Landbouw schap een overheidsinterventie tegen referentieprijsniveau extra noodza kelijk. omdat anders de prijs van tarwe te veel gaat in de richting van de interventieprijs voor voertarwe. Weigering Onder invloed van de bezuinigingen die voor de komende jaren worden' nagestreefd weigerde zowel een deel van de EG-kommissie als de Neder landse minister tot interventie over te gaan. Aangezien ook andere lidsta ten de regeling niet aanstond, heeft het voorstel van de EG-kommissie het met een minieme meerderheid gehaald in het Beheerskomité. Het De Europese Kommissie is van me ning om de garantiedrempel voor de graansektor goed te laten funktione- ren is een effektieve beperking van de invoer van graansubstituten of graanvervangers nodig. Voor tapioka is dit reeds gebeurd. Thans wil de Kommissie de invoer van andere produkte als maisgluten en citruspellets gaan beperken. De Kommissie wil zich daarbij be roepen op de rechten die het GATT biedt. Er zal daartoe onderhandeld moeten worden met betrokken lan den. waaronder vooral met de Vere nigde Staten. Door de voorzitter van de Kommis sie Thorn is verklaard dat de Ge meenschap geen ongelimiteerde im port kan toestaan in welke sektor dan ook, als de producenten in de Ge meenschap gevraagd wordt de pro duktie te beperken en de kosten van de overschotten te betalen. Bezwaren De voorstellen van de Kommissie, die vooralsnog weinig gedetailleerd zijn zullen op grote bezwaren stoten bij de betrokken landen, met name bij de Verenigde Staten, die reeds eerder verklaard hebben dat over de vrije invoer in de Gemeenschap van soja niet valt te onderhandelen. Dan zijn er de toezeggingen, ook van de kant van de EEG in F.A.O.-verband gedaan, om geen nieuwe maatrege len in te stellen die de invoer van plantaardige oliën en vetten zouden kunnen beperken. Ook de in UNCTAD levende opvat tingen houden in dat op grondstof fen uit ontwikkelingslanden geen extra belastingen gelegd dienen te worden, doch dat dergelijke lasten juist dienen te worden verlaagd. Beperking van de vrije import zal Nederland zwaarder treffen dan welk ander E.E.G.-land ook. vdW. Nederlandse standpunt in deze had dus doorslaggevend kunnen zijn. Verwacht wordt dat de EG-kommis sie binnenkort tot publikatie van de interventieregeling zal overgaan. Of de hoeveelheid van drie miljoen ton voldoende zal zijn, moet worden af gewacht. Een meerderheid van het Beheers komité voor granen toonde zich ook voorstander van een bijmengings premie voor tarwe, om de afzet van tarwe naar de voersektor in het lo pende marktjaar te vergroten in plaats van graanvervangers. Het Landbouwschap heeft bezwaren tegen deze inkorporatiepremie die beschikbaar is voor de mengvoeder fabrikanten die moeten aantonen dat zij de gepremieerde hoeveelheid tar we extra hebben verwerkt in verge lijking met de verwerkte hoeveelhe den in een voorafgaande referentie periode. Dit omdat de kans bestaat dat gerst uit het voer wordt wegge drukt. Nog fundamentel.er is het be zwaar dat deze maatregel niet past in de filosofie van het silosysteem. Elke graansoort moet namelijk op basis van de relatieve gebruikswaarde op de markt afzet vinden. Den Haag, 29 juli 1983. Het Ko ninklijk Nederlands Landbouw-Co mité (KNLC) staat afwijzend tegen over voorstellen van de Europese Kommissie om drastisch te bezuini gen op de landbouwuitgaven in de EG. Deze bezuinigingen zullen een forse daling van het boereninkomen tot gevolg hebben. Dat is onverteer baar. zeker in deze tijd, nu de inko mens toch al onder druk staan als gevolg van tegenspoed door het natte voorjaar en de droge zomer. Het Landbouw-Comité vindt het niet juist dat jaarlijks een plafond gesteld zal worden aan de land- bouwuitgavën. Het is een ondermij ning van de toch al geringe inko mensgaranties voor de producenten. Het Landbouw-Comité bepleit een evenwichtig prijsbeleid, gebaseerd op de kostenontwikkeling. Daarin past geen extra heffing als afstraffing van moderne, efficiënt producerende bedrijven, zoals die in Nederland veel voorkomen. Zo zijn de voorstel len voor de zuivelsektor volstrekt onverteerbaar. Een evenwichtig prijsbeleid laat eveneens geen verlaging toe van de graanprijs. Dat raakt niet alleen de positie van de akkerbouwers, maar verstoort ook het evenwicht tussen de verschillende produktierichtin- gen. Het Landbouw-Comité is van me ning dat hier sprake is van korte ter mijn politiek. Het deelt de zorgen omtrent de ontwikkeling van vraag en aanbod, maar bepleit naast een voorzichtig prijsbeleid het bevorde ren van alternatieve produkties zoals eiwitrijke gewassen en hout. Het Landbouw-Comité verzet zich ook tegen de forse afbraak van de monetair kompenserende bedragen, welke meer geleidelijk zou moeten gebeuren. Voor het verkoopseizoen 1983-1984 zijn door de EG de steunmaatregelen voor de bijenteelt vastgesteld. Deze vallen uiteen in twee delen. - Steun voor de bijenhouders: Bijen houders kunnen - evenals vorig sei zoen - in aanmerking komen voor een bijdrage. Op basis van een EG- verordening kan steun worden ver leend voor de aankoop van suiker,1 dan wel voor algemene programma's ter verbetering van de honingpro- duktie, de technologie en de afzet. Ook dit jaar is weer besloten in ons land de steun geheel aan te wenden voor de aankoop van suiker voor bijenvoeding. De steun bedraagt 1 ECU 2,71per korf of kast. Zowel leden als niet-leden van vere nigingen van bijenhouders kunnen een steunaanvraag indienen. De aanvraag moet gebeuren op een for mulier, dat verkrijgbaar is bij één van de volgende erkende organisa ties van bijenhouders: Algemene Nederlandse Imkersvere niging te Wapenveld; Bond van Bij enhouders N.C.B. te Tilburg; Bond van Imkers van de L.L.T.B. te Grubbenvorst; Imkersbond van de A.B.T.B. te Arnhem; Ver. tot Bevor dering van de Bijenteelt te Wage- ningen: Zuid-Limburgse Imkersver eniging te Maastricht. Bijenhouders hebben tot 20 septem ber 1983 de gelegenheid een aan vraag bij één van de organisaties in te dienen. De organisaties dienen hun verzamelopgave uiterlijk 30 septem ber 1983 bij de Stichting tot Uitvoe ring van Landbouwmaatregelen (STULM) te hebben ingediend. De steun wordt vastgesteld op grond van het aantal op regelmatige basis in produktie aan te houden bijen korven of -kasten, waarvoor door bijenhouders opgaven zijn verstrekt aan de erkende organisaties. Een bijenhouder mag per verkoop seizoen slechts éénmaal een aan vraag indienen. - onderzoek naar de varroa-mijt- ziekte: Voor het verkoopseizoen 1982/1983 is een.extra steun toege zegd van 0.07 ECU per in produktie zijnde korf voor onderzoek naar de varroa-mijtziekte en de bestrijding ervan. Deze steun wordt niet uitge keerd aan de verenigingen, maar zal door de Kommissie worden gebruikt voor een door haar vast te stellen onderzoekprogramma. 5 augustus 1983 7

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 7