"Zonder vrouw en kinderen zou ik bessen-, frambozen- en bramenteelt af moeten stoten" Fruitteler M. Bruinooge-Blok te Biezelinge: Teelt rode bessen op retour Risiko's Verscheidenheid Vernieuwingen Neventak Plukken knelpunt Prijsvorming Lonend De teelt van rode bessen is de laatste 15 jaar in ons land wat zo wel het areaal als de totale pro- duktie betreft niet onaanzienlijk teruggelopen. De verwachting is zelfs dat aan deze daling de eerste jaren nog geen einde komt. Daarvoor zijn verschillende oor zaken aan te wijzen: het weer heeft de telers de laatste jaren niet meegezeten, het aantrekken van personeel voor het plukken is steeds moeilijker geworden maar de hoofdzaak moet worden ge zocht in de onbevredigende prij zen. Deze worden in sterke mate veroorzaakt door de import van rode bessen uit de Oostbloklan den. met name Polen, waar de lage lonen onze telers de das om doen. Ook de teelt van andere klein- fruitsoorten als frambozen, aard beien, zwarte bessen en bramen maken soortgelijke, niet al te beste, tijden door zij het dat er af en toe een goed jaar te noteren valt. Een kleine illustratie hoe sterk de teelt van kleinfruit in het zacht- fruit teeltgebied bij uitstek - Zuid-Beveland - is teruggelopen: ca. 15 jaar geleden werd in het hoogseizoen op de veiling Ka- pelle-Biezelinge en omstreken op één dag 60 ton frambozen aange voerd. Nu wordt de totale aan voer over het gehele jaar 1983 geschat op nauwelijks 100 ton. "Als ik geen vaste kern van vrouw en dochters had dan zou ik een punt moeten zetten achter de teelt van zachtfruit. Knelpunt is namelijk het plukken. Ten eerste moet dat vaak in zeer korte tijd gebeuren en ten tweede kom je de laatste jaren moeilijk aan goede plukkers. Zelfs van 't jaar in deze moeilijke ekonomische tijden krijg je ze niet. Het komt er gewoon op neer dat als ik geen gezinsbedrijf had ik na dit seizoen de bessen-, bramen- en frambozenstruiken eruit zou moeten gooien". Fruitteler M. Bruinooge-Blok uit Biezelinge bij Kapelle staat in de felle zon overvolle kistjes met fraai» uitziende rode bessen te laden op zijn wagen die gekoppeld is aan een kleine smalle fruitteelttrekker. Die moeten direkt nog naar de veiling in Kapelle, één van de grootste veilin gen in ons land voor kleinfruit. Zijn groepje plukkers heeft het in de loop van de hete dag af laten weten. Met allerlei smoezen of door gewoon te zeggen liever naar het strand of zwembad te willen zijn ze vertrok ken. Hijzelf, zijn vrouw, twee doch ters en een Engelsman die op liftreis door Europa toevallig langskwam en nu een paar dagen meeplukt, hebben in de drukkende hitte standgehou den. Het is te warm eigenlijk voor een opgewekt praatje of een grap. Zwijgend wordt in hoogzomerse kle ding verder geplukt. Bruinooge gaat er even bij zitten. Voor een praatje blijkt hij best in te zijn. Met een grote zakdoek wist hij zich het zweet van zijn bruinverbrand gezicht en zegt, wijzend op de fraaie oogst, dat zulk weer eigenlijk ideaal is voor het af rijpen van de bessen. Hij oogst dit jaar dan ook mooie dieprode volle trossen in overvloed van het bekende ras Jhr.v. Tets. Want kilo's leveren doet de Jonkheer wel maar het ras heeft volgens hem ook een paar nadelen. Zo rijpt hij in korte tijd af en dat betekent ook plukken in zeer beperkte tijd met alle risiko's voor de prijs die bij een groot aanbod meestal onder sterke druk staat. Ook het weer is een risikofak- tor van betekenis want de v. Tets is een bes die zich bij regen snel vol zuigt en barst en dan is dé kwaliteit meteen weg. Wat dat betreft is hij wel ingenomen met het vaste droge weer. Maar voor de frambozen en bramen is een flinke bui beslist noodzakelijk. "En zo is het altijd wat". "Nu zit ik in de bessen weer met struikverdroging, een verschijnsel dat zich overigens ook bij andere telers voordoet. Het openbaart zich door de verdorring van de struik, eerst de bladeren en daarna ook de bessen. Volgens de tuinbouwvoorlichtings- dienst een gevolg van het feit dat een deel van het wortelgestel van de struiken in het natte voorjaar is ver rot met als gevolg dat het resterende deel nu niet in staat is de plant van voldoende vocht te voorzien. Maar", zegt Bruinooge,we zijn gewend aan dit soort tegenslagen. Zulke risiko's lopen we nu eenmaal. Van 't jaar was het eerst te nat, nu te droog, vorig jaar te nat, dan is het weer te koud. Meestal is het wel wat maar daarover zeuren heeft geen zin, dat hoort er nu eenmaal bij. Met zelfbeklag kom je niet verder". De heer Bruinooge (53 jaar) zit al tientallen jaren in de fruitteelt. Zijn bedrijf is ongeveer 5 ha groot en bestaat uit verschillende kleinere percelen die alle goed bereikbaar zijn én op korte afstand van het be drijfsgebouw liggen. Zijn plantop- stand wordt gekenmerkt door ver scheidenheid naar soort en ras. Zo heeft hij ongeveer 2 ha peren met als belangrijkste ras Conference, daar naast wat Doyenné du Cornice, Beurré Lebrun en enige nederlandse rassen stoofperen. Voorts 2 ha appels met als belangrijkste ras Golden Delicious (ruim 2 Vi ha) en kleinere oppervlaktes Jonagold, Benoni en j James Grieve. Ook heeft hij 20 are pruimen. Rode bessen, frambozen j en bramen nemen samen een kleine hektare in beslag. In het kader van de ruilverkaveling heeft hij tijdelijk nog 1 ha in gebruik. Hierop verbouwt hij suikerbieten. Het werk daarvoor wordt door een loonwerker gedaan. In 't verleden stond men in de drukke tijd van het kleine fruit in eet lange rij bij de veiling op zijn beurt te wachten om te worden gelost, maar de rij wordt steeds korter Bruinooge heeft de na-oorlogse ont wikkelingen in de Zuid-Bevelandse fruitteelt meegemaakt: hoe snel het areaal zachtfruit hier is teruggelopen en het aantal telers is verminderd. De vernieuwingen in de rassen en de el kaar opvolgende veranderingen in de verpakking van het produkt. Niet dat hij het allemaal altijd heeft be grepen en het had niet altijd zijn in stemming maar zoveel zegt hij wel geleerd te hebben dat elke verande ring geen verbetering is geweest. Wat wel verbeterd is, vindt hij, is de kg- opbrengst van de nieuwere rassen. Vroeger plukte men van de oude rassen zo'n 4 a 5 kilo per uur en dat ligt nu ongeveer op het dubbele. Thans staan er weer ca. 10 nieuwe, meest latere, rassen te wachten op "erkenning" en deze zullen het plukseizoen verlengen omdat ze later afrijpen dan Bruinooge's enige ras Jhr. v. Tets. Hoewel hogere kilo grammen hem best wel aanspreken houdt hij het bij dit ras omdat andere rassen niet in zijn werkschema pas sen. Twintig jaar geleden was het op de veiling van Kapelle tijdens de oogst tijd van bessen en andere zachtfruit- soorten nog een drukte van belang. Toen brachten honderden meest kleine telers een partij(tje) bessen naar de klok. Voor velen een bijver dienste maar voor anderen waaron der Bruinooge een niet te missen ne ventak naast zijn appel- en peren teelt. Bovendien goed passend in de arbeidsverdeling op zijn gezinsbe drijf. De welvaart en de slechte prij zen deed veel (kleine) telers afvallen tot de enkele tientallen die er nu nog zijn overgebleven. Op de vraag of dit proces zich de komende jaren nog voort zal zetten is moeilijk een ant woord te geven maar Bruinooge denkt van wel gezien de matige prij zen, de teeltrisiko's en de knelpunten bij het plukken. Misschien zullen er een paar overblijven die de teelt op De familie Bruinooge bezig met het oo een stoel zitten. grote schaal en de pluk waarschijn lijk machinaal zullen doen. Op het bedrijf van Bruinooge is het plukken een knelpunt. Er is te weinig goed personeel beschikbaar. Vroe ger. weet de Biezelingse teler nog goed, was dat beter. "Er werd toen geplukt met een hele ploeg van wel 15 mensen onder leiding van een voorman. Dat ging zeer gediscipli neerd te werk. Kom daar nu es om. Het voor tijdelijk aangetrokken per soneel heeft nu geen respekt meer voor je. Ze komen vaak met veel bravoure maar blijven meestal niet lang. Je kunt er bij de.planning niet meer van op aan. Daarom werken we zelf zoveel en zo lang maar enigszins kan. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat als het weer het toelaat! Maar het terug kunnen vallen op hun dochters heeft de langste tijd ge duurd. Beiden zijn afgestudeerd en zoeken een baan elders. "Dat bete kent voor mij dat ik de 30 are bessen terug moet brengen tot misschien eerst 20 en later misschien nog min der. Ze zullen dan worden vervangen door appels of peren. Daardoor wordt het teeltplan iets minder ar beidsintensief. Ook voor zijn eigen werkzaamheden zal dat een verlich ting zijn want in de pluktijd van de bessen raakt de verpleging van de appel- en pereteelt soms in de knel van de rode bessen. De dochter heeft en wordt een bespuiting tegen bij- voorbeeld perebladvlo wel es te laat uitgevoerd. En de peren- en appelteelt vormen - in deze volgorde - voor Bruinooge toch nog altijd de belangrijkste bron van inkomsten. Toch zou hij het zacht fruit niet graag willen missen. Dit ondanks het feit dat de rode bessen ook dit jaar weer tegenvallen in de geldelijke opbrengst en ze netto be trekkelijk weinig in het laatje bren gen. De prijsvorming is niet meer zoals vroeger. Ten eerste heeft men, aldus Bruinooge, nu konkurrentie vanuit het Oostblok die veel aan de konser- venfabrieken levert waardoor de Nederlandse telers er met de hoge lonen en kosten niet meer aan te pas komen. Verder is door het wegvallen van een groot deel van de kleinhan del de prijsvorming in de veiling- banken ook niet meer wat ze geweest is. En niet te vergeten allerlei kosten die ook steeds hoger worden. Hij wijst er op dat het Centraal Bureau dit jaar voor het eerst voor bessen klasse A eenmalig fust verplicht stelt. Daar komen de kosten voor de doosjes en een sticker met her komstgegevens nog bij: "Vele dub beltjes die de teler maar weer moet betalen" verzucht Bruinooge gela- buitenrij gekozen en kan daardoor op ten. Die kosten zijn soms zo hoog dat de 2e soort die in meermalig fust mag worden geleverd, netto bijna even veel opbrengt". Allemaal vernieu wingen waarbij hij zijn vraagtekens zet. Overigens gaat de bessenteelt dit seizoen wel lonend worden, althans zo zegt Bruinooge voorzichtig. "Ik kom er wel mee uit. Zit je beneden 1.- per kilo dan maakt je verlies en de prijs heeft daar een paar veilda- gen tegenaan gezeten maar in het begin van het seizoen heb ik ook zo'n 3.- gehad en ik ben met Jhr. v. Tets een vroege plukker zodat ik met een redelijke hoeveelheid in de goede prijsnotering ben gevallen. Dat hoop ik ook weer van deze partij" zegt hij wijzend op de nieuwe vracht die in middels door zijn hard meewerkende vrouw - zij staat haar mannetje - is volgezet. De trekker startend merkt hij nog op: "U hebt denk ik wel begrepen, dat een bedrijf als het onze alleen maar be staansrecht heeft als gezinsbedrijf waarin ik, mijn vrouw en dochters vele uren moeten maken voor onze boterham. Maar ik ben er tevreden mee en mijn vrouw ook en dat is toch erg belangrijk nietwaar...." J. Wierenga 5> augustus 1983 13

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 13