De onkruidbestrijding in grasland
ONKRUIDBESTRIJDING SUIKERBIETEN
NORTRON*
AAGRUNOL S,
ONKRUIDEN
Komen er naast muur en ganzevoet ook veel perzikkruid, var
kensgras, viltige duizendknoop, waterpeper, zwaluwtong,
zwarte nachtschade en kleefkruid voor?
STADIUM
Zijn uw bieten in het 2 bladstadium en er is al veel onkruid
gekiemd?
Zijn uw bieten in het 4-6 bladstadium en er is veel onkruid
aanwezig?
KOSTEN
Wenst u een betrouwbaar systeem tegen niet te hoge kosten?
GEBRUIK DAN
DOSERING
2 BLADSTADIUM VAN DE BIETEN:
1V2 I NORTRON® 31/2 I BETANAL® per ha,
zonodig na 14 dagen de bespuiting herhalen.
4-6 BLADSTADIUM VAN DE BIETEN:
21/2 I NORTRON® 5 I BETANAL® per ha.
Goed grasland is de goedkoopste producent van veevoeder. Veranderde
bedrijfsvoering met intensiever gebruik, uitbreiding en vooral intensi
vering van de mechanisatie hebben vaak nadelige gevolgen voor de
graslandkwaliteit. Als gevolg van de zwaardere veebezetting is de be
hoefte aan een hogere produktie per ha sterk toegenomen. Deze hogere
produktie kan alleen maar bereikt en/of gehandhaafd blijven als gras
land goed verzorgd en goed gebruikt wordt. Eén van de voorwaarden
voor goed grasland is een zo laag mogelijke onkruidbezetting. De eerst
aangewezen onkruidbestrijding ligt in de preventieve sfeer. Zo dient
ervoor te worden gezorgd dat de grasmat zo weinig mogelijk wordt
beschadigd. Open plekken in de zode geven de onkruiden de kans zich
te vestigen en te ontwikkelen.
Algemene aspekten bij onkruidbe
strijding
Wanneer er onkruiden voorkomen
zal op tijd de juiste bespuiting uitge
voerd moeten worden. De meeste
tweezaadlobbige onkruiden kunnen
goed bestreden worden met groei-
stofbespuitingen. Deze middelen
moeten met een lage druk en een
grove druppel (minstens 600 1 wa
ter/ha) en bij groeizaam weer ver
spoten worden. Dat wil zeggen een
temperatuur boven de 10 gr.C. en
een luchtvochtigheid boven de 70%.
Voor de meeste onkruiden is een be
spuiting in het voorjaar kort voor de
bloei een goed tijdstip. Ook in de
nazomer is een goede bespuiting
mogelijk mits er voldoende blad ge
vormd is. Bovendien kan de nadruk
in het najaar meer op graslandver
nieuwing liggen. Daar komen we
t.z.t. nog op terug.
Tijdens en gedurende een week na
een bespuiting met een groeistof mag
het gras niet beweid of gemaaid
worden. Dit geldt ook voor een
eventuele pollenbehandeling met
glyfosaat (o.a. Roundup). Indien er
gespoten wordt met een kombinatie
met benazolin (bijv. Asepta Benzan
Een goede kwaliteit weidegras is
belangrijk voor het vee en een goede
melkgift!
en Asepta Mecoben) geldt een ter
mijn van 4 weken.
Met nadruk wordt erop gewezen, dat
tijdens de bloei van de onkruiden
niet moet worden gespoten, omdat
deze do,or bijen kunnen worden be
vlogen. Dit geldt met name voor
paardebloemen.
Middelenkeuze
De middelenkeuze wordt bepaald
door de aanwezige onkruiden.
Muur: Zowel in oud als in jong gras
land kan plaatselijk veel muur voor
komen. Een bespuiting met mecop-
rop (MCPP) is goed mogelijk. De
dosering bedraagt voor jong gras
land: 2-3 1/ha en voor oud grasland
3-4 1/ha. Een behandeling kan het
hele jaar worden uitgevoerd, ook in
de winterperiode, mits de mini
mumtemperatuur niet beneden de 5
gr.C. komt. Voor muurbestrijding in
klaverrijk grasland kan gebruik wor
den gemaakt van benazolin/MCPA
(bijv. Asepta Benzan). Klaver is niet
geheel, ongevoelig, daarom bij voor
keur spuiten als klaver bedekt wordt
door gras en onkruid. De dosering
bedraagt voor jong grasland 4 1/ha,
ouder grasland 5 1/ha en voor een
zware muurbezetting 6 1/ha. Ook
kan in klaverrijke graslanden benta-
zon (Basagran) gebruikt worden (3
1/ha).
Boterbloem: deze is vrij gemakkelijk
te bestrijden met 4 1 MCPA 25%/ha,
kort vóór de bloei. Beweiding door
schapen in het voorjaar geeft ook een
prima boterbloembestrijding.
Paardebloem: Wanneer deze te mas
saal voorkomen, dient kort vóór de
bloei een bespuiting uitgevoerd te
worden met 2Vz 1 2,4-D amine/ha.
Als de paardebloem niet te kort is
afgemaaid, kan later in het seizoen
ook nog met succes een bespuiting
uitgevoerd worden.
Akkerdistel: Wanneer de bloemk
noppen zichtbaar worden is het beste
bestrijdingseffekt te verwachten met
4 1 MCPA 25%/ha. Een herhaling
van de bespuiting in het volgende
jaar is bijna altijd noodzakelijk.
Moeraspaardestaart: goede kuituur
maatregelen, in het bijzonder een
goede ontwatering, geven de beste
bestrijding. De bovengrondse delen
kunnen gemakkelijk vernietigd wor
den met 1 1 MCPA 25%/ha. Spoedig
verschijnen echter weer nieuwe
bovengrondse delen, doordat er een
zeer uitgebreid en diep wortelstelsel
is. I.v.m. de giftigheid van dit on
kruid moet enkele weken voor het
maaien een bespuiting uitgevoerd
worden uitgevoerd worden of één
week voordat het vee wordt inge-
schaard.
Ridderzuring: Tijdens het volgroeid
rozetstadium tot het begin van de
bloei kan een bespuiting uitgevoerd
worden met 6 1 mecoprop
(MCPP)/ha. Vooral het hart van de
planten dient bij een bespuiting goed
te worden geraakt. Meestal zal de
behandeling moeten worden her
haald. Kans op groeiremming bij het
gras. Bij voorkeur de bespuiting
pleksgewijs uitvoeren.
Grote brandnetek de bestrijding kan
vaak pleksgewijs plaatsvinden met 6
1 mecoprop (MCPP)/ha als de plan
ten 20-25 cm hoog zijn. Ook kan met
erg veel succes l'/21 triclopyr (Garlon
4E) gespoten worden als ze 15-20 cm
hoog zijn.
Waterkruiskruid: Dit tweejarig, zeer
giftige onkruid kan bestreden wor
den met 8 1 MCPA 25%/ha of met 41
2,4-D/ha. Het optimale tijdstip ligt
tussen eind juli en begin augustus.
Een herhaling van de bespuiting in
het volgende jaar is bijna altijd
noodzakelijk.
Bentgras (smele, bunt):
Meestal is een pleksgewijze behan
deling voldoende. Als middel kan
paraquat (o.a. Gramoxone) worden
gebruikt. De dosering bedraagt per
100 m2 poloppervlak 50 ml paraquat
op 10 hr. water. Dit kan het gehele
jaar door worden uitgevoerd, mits er
geen vee in de wei is. De percelen
mogen niet binnen één week na een
behandeling worden beweid. Be
strijding van de afzonderlijke pollen
is ook mogelijk met de korrelvormi-
ge produkten Fydulan G, Kombifix,
Casoron G of Prefix-korrels in een
dosering van 2-3 g per pol. Het vee
moet tevoren uit de wei verwijderd
worden en mag niet binnen 24 uur na
behandeling weer worden toegela
ten. Komt er zeer veel bentgras voor,
dan kan overwogen worden de ge
hele grasmat te vernieuwen.
Samenvatting
Een goede verzorging en een goed
gebruik van het grasland is belang
rijker dan ooit geworden. Bij toepas
sing van onkruidbestrijdingsmidde
len moeten bepaalde "spelregels" in
acht genomen worden. De midde
lenkeuze wordt bepaald door de
aanwezige onkruiden. Als alles goed
uitgevoerd wordt behoeft onkruid
geen probleem meer te zijn!
Als men in het najaar aan grasland
vernieuwing toe is, is het erg zinvol
om onkruiden als paardebloem, dis
tels, ridderzuring en boterbloem in
de voorzomer reeds goed aan de
pakken. Anders kunnen ze in een
jong grasland flink uitbreiden.
Namens de konsulentschappen in het
Zuidwesten, de gewasbeschermings
specialist jng. L. Zwemer
AAGRUNOL BV GRONINGEN TEL. 050-139333.
NORTRON* - geregistreerd handelsmerk van
FBC Limited.
BETANAL* .-internationaal geregistreerd handelsmerk
van Schering A.G., Berlin.
23 april 1983
15