Onderlinge Zuidelijke Hagelverzekering u.a. Ir. Oosterveld volgt ir. Brust op als direkteur NAK KORTE WENKEN C.A.R. Zevenbergen Forse daling uitvoer pluimveehouderij Eerste Kamer aanvaardt begroting Landbouw In 1982 veel hagelschade Ir. Oosterveld Weinig zicht op lonende eierproduktie 1983 Contingentering tapioka-import jaagt voerprijzen op De Onderlinge Zuidelijke Hagelverzekering u.a. hield op 21 maart j.l. haar algemene vergadering, waarbij verschillende belangrijke zaken aan de orde kwamen. Uit het jaarverslag bleek, dat in het afgelopen jaar met name in West-Brabant, Schouwen-Duiveland en Oost-Zeeuws- Vlaanderen zich vrij ernstige hagelschade voordeed. Van de 108 scha- demeldingen hadden 62 een schade van 5% of meer. Belangrijke scha de-data waren 11 april, 27 mei, 4 juni, 12 juni, 26 juni en 14 juli. De schade deed zich vooral in de gewassen spinazie, uien, suikerbieten, konservenerwten en sperciebonen voor. In sommige gevallen bedroeg de schade 30%. Aan schade-uitkeringen werd in totaal betaald 255.22631. Het aandeel van de O.Z.H. in de pool-schade bedroeg ƒ315378,51, zijnde het maximum, waarvoor de O.Z.H. bij de huidige overeenkomst aansprakelijk is. Toch premiereduktie van 20% Dat desondanks, met daarnaast een premieverlaging van bijna 20%, waartoe voorjaar 1982 werd beslo ten, de jaarstukken niettemin een batig saldo aangeven van 117.817.79, getuigt van de gezonde financiële positie van de Onderlinge. De algemene vergadering besloot dan ook tot een premiereduktie van 20% op de in 1982 betaalde premies. Van het batig saldo zal voorts 14.000,- worden gereserveerd voor te betalen vennootschapsbelas ting, terwijl ingevolge art. 36 van de statuten 10% zal worden bijgeschre ven op het reservefonds. Het verzekerd kapitaal van de O.Z.H. bedroeg in het afgelopen jaar 114.498.723,— en steeg met 12,9%. Wijziging in de bestuurssamenstel ling Als bestuursleden waren periodiek aftredend de heren A.C. Boudeling te Dinteloord, C.P.L. de Jager te Rilland-Bath en J.J. Timmers te Fij naart. De heren de Jager en Timmers waren statutair niet herkiesbaar. De heer Boudeling werd herkozen, ter wijl in de vakature de Jager werd gekozen de heer M. Meulenberg te Rilland-Bath en in de vakature Tim mers de heer P. van Nieuwenhuijzen te Heiningen. Voortaan ook dekking risiko storm schade mogelijk De algemene vergadering besloot om ook de mogelijkheid te openen tot het verzekeren van het risiko van storm schade. In verband hiermee was wij ziging van de statuten en van het ver zekeringsreglement noodzakelijk. De betreffende wijzigingsvoorstellen werden goedgekeurd. Voor wijziging van de statuten is echter een tweede algemene vergade ring nodig, die zal worden gehouden op 25 april a.s. om 14.00 uur in ho tel-restaurant "het Pannenhuis" te Hoogerheide. Het reservefonds Ingevolge art. 36 van de statuten dient elk jaar tenminste 10% van het batig saldo in het reservefonds te worden gestort. Gezien de omvang van het reservefonds werd op voor stel van de financiële kommissie be sloten om verdere groei van de re serve te limiteren en te koppelen aan het premie-inkomen. In verband hiermee zal ook art. 36 worden aan gepast. K. Met ingang van 1 april 1983 zal ir. J.H. Brust (62), direkteur van de Ne derlandse Algemene Keuringsdienst voor Zaaizaad en Pootgoed van Landbouwgewassen (NAK) uit zijn funktie terugtreden. Met dankbetui ging voor de bewezen diensten heeft het bestuur van de NAK hem eervol ontslag verleend. Het bestuur heeft inmiddels ir. P. Oosterveld (34) te Wageningen, die als hoofd van de afdeling pootaard appelen reeds deel uitmaakte van de staf van de NAK, met ingang van ge noemde datum benoemd tot opvolger van de heer Brust. De waardering voor het vele en be langrijke werk van de heer Brust kwam onder meer tot uitdrukking door zijn benoeming op 27 april 1979 tot officier in de Orde van Oranje- Nassau. Eerder, in 1971 bij zijn 25- jarig dienstverband, verleende het dagelijks bestuur van de NAK hem voor zijn verdiensten de Dr. J.G. Oortwijn Botjespenning. Ir. Pieter Oosterveld werd op 18 sep tember 1948 geboren te Oranjedorp (Drenthe). Hij sloot op 31 januari 1974 zijn studie af aan de Land bouwhogeschool. Zijn afstudeervak ken waren tuinbouwplantenteelt, bodemvruchtbaarheid, fytopatholo- gie en industriële bedrijfskunde. Ir. P. Oosterveld Na een jaar praktijkervaring met o.a. 8 maanden stage in Sénégal, kwam hij op 1 februari 1975 in dienst van de NAK als technisch medewerker op de afdeling pootaardappelen. Reeds korte tijd daarna, in de zomer van 1976, werd hij met de leiding van deze afdeling belast in verband met het plotseling overlijden van het hoofd daarvan. Op 8 november 1982 benoemde het bestuur van de NAK Ir. Oosterveld tot direkteur met ingang van 1 april 1983. Goedkeuring van dit besluit door de Staatssekretaris van Land bouw en Visserij volgde op 10 de cember 1982. Bezuinigingen op een rijtje De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft op 22 maart j.l. zonder hoofdelijke stemming hoofdstuk XIV (land bouw en visserij) van de Rijksbegroting 1983, alsmede de begroting van het Landbouw Egalisatie Fonds 1983 aan genomen. Tijdens de begrotingsbehandeling schetste de minister van landbouw en visserij, ir. G. Braks o.m. het beeld van dit moment voor wat betreft de bezuinigingen op de uitgaven van zijn departement. Deze zullen in 1986 als volgt zijn: Bij het landbouwonderwijs zal de bezuiniging 20 min bedragen. Dit zal gebeuren op een wijze die spoort met de wijze waarop de bezuinigingen bij het ministerie van onderwijs en wetenschappen plaatsvinden. Het totale ombuigingsbedrag voor wetenschapsbeleid is door overheveling van een gereduceerde taakstelling voor landbouwkundig onderzoek 25 min) verhoogd tot 150 min. Op welke wijze dit bedrag over de verschil lende onderzoekkategorieën wordt verdeeld, is nog een open vraag. Voorlandinrichtingswerken is in 1986 33 min minder beschikbaar en voor de aankoop van gronden 20 min, waartegenover staat dat voor dat laatste de zgn. motie Faber over de verkoop van domeingronden zal worden ingevoerd. In 1986 zal de bezuiniging op "financiële bijdragen voor land- en tuinbouw" 59 min bedragen. Minister Braks gaf aan wat hiervan de gevolgen zullen zijn. Een bedrag van 12,5 min voor innovatiemaatregelen komt te ver vallen. De bijdrageregelingen in het kader van het Ont- wikkelings- en Saneringsfonds voor de Landbouw wor den met 10,5 min teruggebracht. De bijdragen in de keuringen zullen, zoveel mogelijk door verdere rationa lisering. met 7 min worden verminderd. De uitgaven ten behoeve van de landbouwvoorlichting worden ook met 7 min verlaagd. Als laatste gevolg noemde de bewindsman een bezuiniging van 2 min op het deugdelijkheidsonderzoek voor planten. Tegenover de bezuiniging op deze financiële bijdragen staat een bedrag van 20 min aan extra middelen voor de oplossing van knelpunten. Het Handelsverkeer in eieren tussen de lidstaten van de Gemeenschap is in 1982 met 370 miljoen stuks geste gen tot 6,32 miljard. Het aandeel van Nederland in dit handelsverkeer daalde van 70,6% tot 69,9%. De uitvoer uit de Gemeenschap naar derde landen steeg in 1982 met 772 miljoen stuks tot 2,328 miljard stuks, de uitvoer uit Nederland steeg met 465 miljoen stuks tot 1,464 miljard stuks, die uit Frankrijk steeg met 320 miljoen tot 522 miljoen stuks. Voor 1983 zijn met derde landen contracten afgesloten, waarvan tot nu toe de helft door Frankrijk. Vorig jaar reeds is gebleken dat ondanks de toename van de vraag, het aanbod van eieren op de wereldmarkt te ruim was. Wat 1983 betreft, aldus de voorzitter van het Produktschap voor Pluimvee en Eieren is het wat al te optimistisch om te veronderstellen dat er opnieuw een groei van de afzet van 700 mil joen stuks naar derde landen moge lijk is, tenminste wanneer men een lonende produktie en afzet beoogt. De "Vrijwillige" contingentering van de Thaise export van tapioka naar de In februari werd uit Nederland voor een waarde van 156,69 miljoen aan produkten van de pluimveehouderij uitgevoerd vergeleken met 189,34 miljoen vorig jaar. jaar met 11,2% van 370,23 miljoen tot ƒ328,68 miljoen. De uitvoer van de legsektor daalde met 153% van 185,8 tot 1573 miljoen, de uitvoer van de slachtsektor daalde met 7,0% van 184,4 tot 171,4 miljoen. In de eerste twee maanden werden 1009,7 miljoen eieren uitgevoerd tegen 936,6 miljoen vorig jaar, een toename met 7,8 Daarentegen daalde de uitvoerwaarde met 15% van 143,2 tot 121,6 miljoen. Gemeenschap heeft in een sneltrein vaart geleid tot sterke prijsstijgingen, aldus de voorzitter van het Produkt schap voor Pluimvee en Eieren, ing. J.T. Mellema. Hij becijferde de prijsstijging voor 1982 op 100 per ton. wat voor de 500.000 ton tapioka die in de pluim veevoeders verwerkt werden 50 miljoen betekent of ongeveer 17,50 per ton pluimveevoeder. Het is be paald niet zeker, aldus Mellema dat de genoemde 50 miljoen geheel aan de arme boeren in Thailand ten goede is gekomen. Mellema wees er nog op dat de voorwaarden waaron der de Europese Commissie de con tingentering wenste aan te gaan, een verkleining was van de graanprijs- verschillen tussen de Gemeenschap en de Verenigde Staten, in de perio de 1982-1988 De discussie omtrent de voorgestelde prijsverhoging van 5,5% voor de gra nen duiden erop dat deze voorwaar den vaak vergeten worden. Bddroeg in 1982 de prijsstijging rond de 100 per ton, voor 1983 zal de stijging wel tot 150 kunnen oplo pen, aldus Mellema. Het zou bepaald nuttig zijn als ook andere sektoren die getroffen wor den door dit beleid eens gingen be cijferen wat het hen kost. vdw Naar de EG landen werden 680,0 miljoen stuks uitgevoerd tegen 566,6 miljoen vorig jaar. Duitsland bleef de grootste afnemer, ook al ging de uitvoer daarheen met 25 miljoen stuks terug tot 631.8 miljoen stuks. De uitvoerwaarde daalde van 99,5 tot 78,7 miljoen. Opmerkelijk is de toename van de uitvoer naar Italië van 3,0 tot 22.6 miljoen. Naar Enge land gingen 2,6 miljoen stuks tegen 112.000 vorig jaar. De grootste afnemers derde landen waren Algerije en Iran met resp. 135.1 en 76,1 miljoen tegen rsp. 84,0 en en 65,5 miljoen vorig jaar. Prijsontwikkeling eieren De voorzitter van het Produktschap voor Pluimvee en eieren is van me ning, dat ondanks recente prijsstij gingen van een echt herstel op de eiermarkt nog geen sprake is, ook al wekken de producentenprijzen van de eerste drie weken van maart wel in die richting. Slachtpiuimvee. De uitvoer van geslacht gevogelte bedroeg in februari 16.292 ton tegen 20.750 ton vorig jaar. De uitvoer in de eerste twee maanden daalde van 38.7£38.577 ton in 1982 tot 35.570 ton dit jaar. Het aandeel braadkui- kens daalde van 33.120 ton tot 20.961 ton. De uitvoer naar de landen van de EG daalde van 31180 ton tot 31106 ton. Duitsland bleef de grootste afnemer met 26.016 ton in de eerste twee maanden tegen 27.394 ton in 1982. De uitvoer naar Engeland, die vorig jaar slechts 166 ton bedroeg steeg tot 1287 ton. AKKERBOUW REGELMATIGE KONTROLE op de bouten waarmee de golfpla ten bevestigd zijn is noodzakelijk i.v.m. doorroesten. Het gebruik van thermisch verzinkte bouten is sterk aan te bevelen. OOST-EUROPESE GOLF- PLA TEN zijn voordelig, maar de kwaliteit is minder. Golfplaten van het merk Eternite en John Mans- ville hebben een betere reputatie opgebouwd. ZIT ER RHIZOCTONIA op de pootaardappelen, dan is een be handeling bij het poten nodig. Bij Fusarium en bakterieziekte heeft een behandeling met poeder voor keur. MET EEN RIJENSPUIT wordt in de rij en met de schoffelmachine het onkruid tussen de rij bestreden. Er zijn nu mogelijkheden dit in één werkgang te doen. EEN RIJENSPUIT KAN voor één ondernemer te duur zijn. Wellicht is deze investering wel rendabel als u deze doet in samen werking met de buren. VEEHOUDERIJ ALS U MET PLANNEN rond loopt om wat te gaan doen aan de verharding van kuilopslag óf het bouwen van een sleufsilo, dan is het nu de hoogste tijd om met de voorbereiding te beginnen. De te gebruiken materialen zijn belang rijk, doch ook de situering ten op zichte van de aanvoerwegen en de stal. Twee weten meer dan één, vraag daarom advies. LONGWORMINFEKTIES vor men in de weideperiode een voort durende bedreiging voor kalveren en pinken. Op bedrijven die er mee te kampen hebben het advies om de jonge dieren in de staltijd op een leeftijd van tenminste 1,5 maand, voorbehoedend te laten behande len. De eerste enting moet plaats vinden 6 weken voor het naar bui ten gaan en de behandeling moet een maand na de eerste enting herhaald worden. OP HEEL WAT VEEHOUDE RIJBEDRIJVEN is men druk bezig met voorjaarswerkzaamhe den. Ondanks de drukte mag dit geen aanleiding zijn om de opfok van de kalveren te verwaarlozen. Het kalf van nu is de koe voor de toekomst. Naast een aangepast rantsoen, voldoende en goed drinkwater, is ook de huisvesting zeer belangrijk. Een te warme, ongeventileerde ruimte is funest. Zorg dan ook voor een fris stal- klimadt en een droge ligruimte. 6

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1983 | | pagina 6