Het Lager Beroepsonderwijs
onder de loupe
I.L.O. augustus 1983
van start in Kapelle
ONDERWIJS
NOTITIES
Goed nieuws voor de
L.H.N.O.-school te Tholen
onder redaktie van
L. Anderson
De Knelpunten
Hoe nu verder?
Het land, waar het leven
(nog) goed is
Voor de tweede keer ging de sektie LBO (Lager Beroepsonderwijs) van
de ABB (Alg. Besturenbond) in de regio vergaderen om een bepaalde
onderwijssoort onder de loupe te nemen. Op 4 november waren leden
van het sektiebestuur en direkties uit Zeeland de gast van de school
voor LHNO en MHNO "Prinses Juliana" te Zierikzee.
Het behoeft nauwelijks betoog dat het LHNO of te wel het Lager
Huishoud- en Nijverheidsonderwijs die dag centraal stond.
Vanuit alle windstreken, tot uit Gro
ningen toe, waren de leden van het
sektiebestuur op die enigszins misti
ge druilerige novemberdag naar
Zierikzee gekomen.
De voorzitter van de sektie - de heer
H.H. Maas Geesteranus - heette
iedereen welkom en sprak zijn
waardering uit voor de gastvrije ont
vangst en het gulle onthaal.
Korte beschouwingen gingen de ei
genlijke vergadering vooraf.
Achtereenvolgens werd het woord
gevoerd door:
de heer H. van Dam - direkteur
van de Prinses Julianaschool -
over het voortgezet onderwijs aan
zijn school en de andere institu
ten in Zierikzee:
Mejuffrouw A. van der Leeden
over de specifieke Zeeuwse si
tuatie en de rol, die de Z.L.M.
daarbij vervult:
de heer J. Kingma - direkteur van
de scholengemeenschap "De
Wellinge" te Middelburg - over
de problemen van een scholen
gemeenschap met meer dan 1000
leerlingen.
Door de heer J. Engberts - onder
wijskundig medewerker van de ABB
was een nota voorbereid, waarin op
uitstekende wijze een aantal knel
punten van het huidige LHNO wa
ren weergegeven.
Hieruit werd een keuze gemaakt,
waarbij de volgende onderwerpen
speciale aandacht kregen:
I. Maatschappelijke onderwaarde
ring van het lager beroepsonder
wijs
Nog al te veel wordt het LBO
beschouwd als "restonderwijs" -
een school waar een leerling naar
toe gaat, die allerlei zaken niet
kan of niet weet.
Het Lager Beroepsonderwijs
heeft een geheel eigen waarde en
het is een misvatting te veronder
stellen. dat voor het behalen van
een LBO-diploma geen bepaalde
intelligentie nodig zou zijn.
"Denken en doen" behoren sa
men te gaan en de verhalen over
"de verstrooide professor" en "de
domme knecht" gaan als stereo
typen niet op.
Vanwaar komt toch de zuigkracht
van het AVO?
Een ander misverstand bestaat
hierin, dat het bedrijfsleven soms
verwacht dat een leerling met een
LBO diploma een aankomende
"vakvrouw" of "vakman" zou
zijn.
De huidige maatschappelijke
ontwikkelingen maken een uitstel
van beroepskeuze en een bredere
oriëntatie noodzakelijk. Daar
door is bij het Lager Beroepson
derwijs het accent meer op de
beroepenoriëntatie dan op de be
roepsvoorbereiding komen te lig
gen.
Het LBO is voor veel leerlingen
geen eindonderwijs meer; bij het
LHNO stroomt een groot per
centage door naar het MHNO of
andere vormen van Middelbaar
Beroepsonderwijs. Wel kan men
hierbij de vraag stellen of het
percentage, dat doorstroomt ook
wordt beïnvloed door de ekono-
mische recessie.
2. Financiële problemen
De vergoedingen, die scholen van
het Rijk ontvangen in de sfeer
van de normpostvergoeding en
vergoeding voor het onderhoud
van gebouwen zijn volstrekt on
voldoende om de kwaliteit van
het onderwijs op een verant
woord peil te houden.
Praktisch alle aanvragen voor in
ventaris zijn dit jaar geschrapt,
omdat er geen geld is. Bovendien
werd nog eens gewezen op het feit
dat het LHNO vergeleken bij het
LTO zwaar onderbedeeld wordt.
3. Toekomstverwachting
Hoewel het nooit eenvoudig is
geweest prognoses te maken voor
het onderwijs is het de laatste ja
ren wel bijzonder moeilijk ge
worden. Onder de vorige regering
verscheen de nota voor het
Voortgezet Basisonderwijs
(VBaO), waarin werd uitgegaan
van een 3-jarig vervolgonderwijs
na het basisonderwijs voor alle
leerlingen. De benaming "mid
denschool" werd zorgvuldig ver
meden, maar in wezen ging het
om hetzelfde uitgangspunt.
De PvdA vertrok, CDA en D'66
gingen samen verder en inmid
dels is er een regering van CDA
en VVD gevormd. Van de laatst
genoemde partij is bekend, dat zij
heel andere gedachten heeft over
het voortgezet onderwijs.
De politieke onzekerheid maakt
het voor besturen en direkties
praktisch onmogelijk een beleid
op langere termijn te voeren.
Geen wonder dat uit de vergade-
hoger n
onderwijs y
2e PdSe V.0.^
middenschool cj*
basisschool^
0b
ring de kreet opklonk: "Bestu
renbond, kunnen jullie er niet
voor zorgen dat de politiek met
zijn vingers van het onderwijs af
blijft? Dan kunnen de onderwijs
mensen tenminste zelf weer eens
uitmaken wat wenselijk en mo
gelijk is!"
Hoe staan we er intussen nu voor?
De heer Engberts kon daarover het
volgende vertellen:
de bekostigingswet is inmiddels
geheel ingetrokken;
De nieuwe regering staat een 2-
sporig beleid voor d.w.z. het
VBaO moet ontwikkeld worden
naast het bestaande onderwijs;
VBaO experimenten zullen be
kostigd kunnen worden via een
uitbreiding van de experimen
tenwet;
Men streeft er naar diverse knel
punten weg te werken.
Voorts werd gesproken over het ex
periment Voortgezet Onderwijs van
de provincie Zeeland.
Uiteraard kwamen hierbij de te ver
wachten daling van het aantal leer
lingen en de noodzaak voor een
aantal scholen om samen te gaan
werken ter sprake.
Het experiment startte in een perio
de, waarin uitgegaan werd van het
bestaande onderwijs. De voortgang
van het overleg werd onderbroken
door de verschijning van de nota
VBaO. Vertegenwoordigers van be
sturen en direkties vroegen zich af
welke waarde aan het experiment
moest worden toegekend, als het be
staande onderwijs toch binnen een
periode van tien tot twintig jaar ver
vangen zou worden door een nieuw
systeem. Vervolgens bracht de ver
schijning van het plan van scholen
1983-1985 onrust in de gelederen.
Hoe kunnen besturen en direkties
plannen maken voor de toekomst,
wanneer de prognoses door de op
richting van een nieuwe school niet
meer kloppen?
Iemand zei het pas nog erg typerend:
"Er zijn snelwegen en ventwegen, ze
leiden beide naar hetzelfde doel".
Zo is het ook.
Het L.B.O. is zo'n snelweg, waarop
men in 4 jaar zijn doel kan bereiken.
Het I.L.p. biedt jongens en meisjes
ook de mogelijkheid om in 4 jaar z 'n
doel te laten bereiken.
Zo eindigde deze middag met een
aantal vragen, waarop het antwoord
niet te geven was. Toch hebben de
aanwezigen het positief ervaren vele
schoolzaken te bespreken met de le
den van de sektie en de beleidsme
dewerker van de ABB. Wellicht dat
de heer Engberts in zijn overleg op
landelijk niveau het besprokene in
Zierikzee kan meenemen.
Tijdens de lunchpauze genoten de
aanwezigen van een lunch, die door
Inas-leerlingen was klaargemaakt en
werd geserveerd.
Van de gelegenheid om de school te
bezichtigen werd een dankbaar ge
bruik gemaakt.
Op de vraag naar de in Zierikzee
opgedane ervaringen kwamen de
volgende antwoorden:
le. De rust en de orde in de
school. Leerlingen, die ge-
koncentreerd doorwerken,
wanneer er bezoekers door de
klas lopen zijn geen alledaags
verschijnsel.
2e. De ruimte en het vele groen
rondom de schoolgebouwen.
3e. Het gerenoveerde lokaal voor
kantoor en winkel.
Menige school in de grote stad
zou jaloers worden op zo'n
praktijklokaal!
4e. Het feit, dat er blijkbaar nog
jassen kunnen hangen in de
gangen zonder dat ze gestolen
worden!
Zouden we dan toch wonen en wer
ken op het land, waar het leven goed
1S? A. v.d. Leeden
Aan het eind van de 2e klas kiezen ze
twee richtingen uit de vier geboden
mogelijkheden: akkerbouw, dier-
houderij, bloementeelt en aanleg- en
onderhoud van tuinen.
I.L.O. vormt kleinere klassen;
I.L.O. past de leerstof aan aan het
niveau en tempo van de leerlin
gen;
I.L.O. geeft veel begeleiding.
Als we het vakkenpakket bekijken,
dan zien we dat het een volwaardig
pakket is met de vakken:
nederlandse taal
engels
geschiedenis/aardrijkskunde
maatschappijleer
wiskunde/rekenen
kennis der natuur
muziek
tekenen
handvaardigheid
algemene technieken
studieles
gymnastiek
handelskennis
vakkennis
techniek
en bedrijfsoriëntering
En na 4 jaar I.L.O.?
Na een 4 jarige I.L.O. wordt de op
leiding afgesloten met een officieel
examen. Als de resultaten voldoende
zijn, dan wordt een officieel diploma
uitgereikt.
Dit diploma geeft het recht om toe
gelaten te worden tot assistenten
opleidingen van het leerlingwezen.
(Wat de richting akkerbouw betreft
kan men hiervoor ook op de
GROENE SCHOOL terecht).
Je kunt dus zeggen, dat met het star
ten van de I.L.O. afdeling de GROE
NE SCHOOL nog kompleter gewor
den is en dat de meisjes en jongens in
onze provincie, die veel belangstel
ling hebben voor alles wat groeit en
bloeit, in Kapelle hartelijk welkom
zijn.
J.C. Kouwer
(I.L.O. koördinator)
I.L.O. - individueel landbouwonder-
wijs.
Waarom I.L.O.?
Er staat toch een groene school in
Kapelle met zo'n 300 leerlingen,
moet er dan nog een school bijko
men?
Nee, het I.L.O. wordt gewoon een
onderdeel van de groene school.
De meeste lessen zullen ook in het-
zelfde gebouw worden gegeven. Ook
zal het in de praktijk mogelijk zijn
een overstap te maken in beide rich-
tingen.
Tot dusver konden de Zeeuwse leer
lingen hiervoor alleen terecht bij
scholen buiten de provincie.
Wat is nu het verschil tussen I.L.O.
en L.B.O. (lager beroepsonderwijs).
Het I.L.O. is vooral praktisch gericht.
Meisjes en jongen die het vooral van
doen moeten hebben, zullen zich op
het I.L.O. thuisvoelen.
De eerste 2 jaar zijn vooral algemeen
vormend met veel praktijklessen.
Aan Verlaats Houtbouw te Hardinxveld is opdracht gegeven de school uit te
breiden met een lokaal voor kantoor- en winkelpraktijk, een biblio-
theek/dokumentatieruimte, een theorielokaal en kamers voor de adjunkt-di-
rekteur en de schoolarts. Het geheel beslaat een oppervlakte van 338 m2. De
verwachting is, dat het nieuwe komplex - dat in de schooltuin wordt geplaatst
- m.i.v. het schooljaar 1982-1983 in gebruik zal kunnen worden genomen.
THOLEN PROFICIAT!
17